3 vragen wereldburgerschap x 1 onderwijsexpert ‘Lang niet iedereen vindt een smeltkroes van culturen leuk. Een flink aantal mensen vindt diversiteit eerder vervreemdend of ronduit vervelend. Zij komen uit alle beroepsgroepen, leraren niet uitgezonderd.’ Aan het woord is onderwijsexpert Jos Zuylen. ‘Soms weet je als leraar gewoon niet hoe je met diversiteit moet omgaan. Toch is er een duidelijke richtlijn voor.’ 1. Kent u zelf leraren die moeite hebben met multiculturaliteit? ‘Ik sprak laatst nog met een docent die op een vmbo werkt. Veel van zijn leerlingen zijn in Nederland geboren, maar opgevoed met de normen en waarden van een andere cultuur – dikwijls de Marokkaanse. Zelf woont hij in een oude arbeiderswijk die steeds multicultureler is geworden. Allochtone jongeren klonteren daar geregeld samen. Bedreigend, vindt hij dat. Soms gedragen ze zich agressief, zijn ze onbeschoft en noemen ze zijn dochter “hoer”. Daar kan hij zich heel kwaad om maken. Sommige allochtone jongens uit zijn klas kunnen er ook wat van, trouwens. Op school houden ze zich nog wel rustig. Maar eenmaal buiten ziet hij hoe ze mensen treiteren. En in de klas zijn hun prestaties mager. Ze maken geen huiswerk, komen vaak te laat en laten duidelijk merken dat ze weinig zin hebben in zijn lessen.’ 2. Wat doen dit soort ervaringen met een leraar? ‘Dat verschilt natuurlijk per persoon. Maar wie als leraar veel negatieve ervaringen heeft met allochtone jongens, kan er al snel naar neigen elke allochtone jongen te markeren als “probleemjongere”. Alsof ze allemaal rotzooitrappende onderpresteerders zijn die worstelen met hun identiteit – met de vraag waar ze nou eigenlijk bij horen: de cultuur van hun ouders, van hun school of van de hamelijke der andere leraar lic Jos Zuylen was on dagogisch-didactische pe opvoeding en docent j n lerarenopleiding. Hi ee n aa en ed igh ard logie va ho yc ps tie isa an en org n studeerde onderwijspe ap sch de sociale weten n’. en promoveerde in nte ce do n va g rin se ssionali or op het thema ‘Profe vo u rea soConsult, bu Hij is oprichter van Me ikkeling. Ook is hij één van tw on tie isa an rg onderwijso delijke open n VO-content, de lan va ers gg dle on gr de onderwijs. t ze tge or vo t voor he leermaterialenbank nheden ve or voort op de verw VO-content bouwt (OVC) tie era öp sco ng ieuwi van de Onderwijsvern teur was. ec dir n 2005 en 2012 waarvan Zuylen tusse straat. Ik waarschuw leraren altijd voor dit soort generalisaties. Het is gevaarlijk om in zulke vooroordelen te verzinken, vind ik. Voor leraren alleen al omdat het botst met de pedagogische principes van hun vak. Die schrijven voor dat je iemand moet beoordelen op zijn daden, niet op zijn lidmaatschap van een groep die jij bepaalde kenmerken toedicht. Zelfs als je deze kenmerken terecht toedicht, wat nog maar de vraag is, hoeft niet iederéén in die groep ze te hebben.’ 3. Hoe moet een leraar wel omgaan met diversiteit? ‘Een leraar dient zijn leerlingen over te brengen hoe onverstandig het is uit te gaan van vooroordelen en generalisaties. Zeker in een globaliserende wereld, waarin culturen door elkaar heen leven. De leraar moet daarbij zelf het goede voorbeeld geven; wereldburgerschap uitstralen. Daarbij kan hij aangeven dat hardnekkige vooroordelen en generalisaties ongewenste – en vaak verrassende – effecten kunnen hebben. Je voelt je gekwetst als je er slachtoffer van bent. Maar je kunt je ook naar die vooroordelen en generalisaties gaan gedragen. Word je eenmaal gezien als traag, dan wordt het minder aantrekkelijk je te haasten. Word je ingedeeld bij een groep die “best kan worden gemist”, dan zul je aanpassing en inburgering geen hoge prioriteit geven. En zodra je groep meer gestigmatiseerd wordt, zal het gevoel van cohesie en eensgezindheid binnen die groep toenemen. Dat stimuleert intercultureel samenleven en samenwerken niet.’ extra saus pedagogiek + diversiteit =
© Copyright 2024 ExpyDoc