di 21 okt 2014 - Commissie Welstand en Monumenten

COMMISSIE WELSTAND EN MONUMENTEN OOST
2014-17
Verslag van de Commissie Welstand en Monumenten Oost,
gehouden op dinsdag 21 oktober 2014 in het Stadskantoor te Utrecht
Aanwezig:
Afwezig :
T. Frantzen, voorzitter, de leden J. Kamphuis, M. Reniers, K. Tedder en
H. Vlaardingerbroek, M. Bracht (afdeling Stedenbouw), B. van Santen (afdeling
Erfgoed), M. van der Wiel (secretaris) en C. Boogert (uitvoerend secretaris)
de leden P. Diederen, N. Eerens en K. van Vliet
OVERZICHT VERSLAG
A
Ingekomen stukken en mededelingen
B
Notulen gedelegeerd overleg Commissie Welstand en Monumenten Oost
d.d. 7 oktober 2014
C
Algemeen
D
D1
D2
D3
D4
D5
D6
D7
Bouwplannen
Kanaalstraat – Hart van Lombok
Amsterdamsestraatweg 380
Heukelomlob – Vechtlocatie
Heidelberglaan 7
Princetonlaan
Bosboomstraat 1
Leeuwerikstraat 10
E
E1
E2
E3
E4
E5
E6
Nagekomen plannen
Geertestraat 10 (gemeentelijk monument)
Hofstraat 2
St.-Jacobsstraat 300
Oudegracht 121 (Rijksmonument)
Wolter Heukelslaan 46
Nobelstraat 239 (gemeentelijk monument)
F
Overige bouwplannen
Plannen met preadvies, lijst d.d. 16/10 2014
G
G1
G2
Reclames
Bielsstraat 1
Steenweg 17
H
Rondvraag en sluiting
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
A
Ingekomen stukken en mededelingen
Geen onderwerpen.
B
Notulen van het gedelegeerd overleg van de Commissie Welstand en Monumenten
Oost d.d. 7 oktober 2014
Het verslag wordt met enkele aanpassingen vastgesteld.
C
Algemeen
Geen onderwerpen.
D
D1
(B)
Bouwplannen
Kanaalstraat – Hart van Lombok
Ontwerp nieuwbouw huurappartementen
Aanvraag: Mitros
Ontwerp : Berry Dillen Architect
(notulen 19/01 en 11/05 2010)
Status : collegiaal overleg
Architect Dillen licht de herontwikkeling toe.De zorgwoningen zijn omgezet naar
appartementen, in een rechthoekig, gemetseld vierlaags blok aan de Pieter Bothstraat, en
het binnengebied wordt gesplitst. De gevels van de appartementen aan de uiteinden van
het blokje liggen in de rooilijn, de appartementen daartussen liggen terug. Een steilhellend
dakschild volgt de terugliggende gevellijn. Op de hoek van de Pieter Bothstraat en de Van
Imhoffstraat is de gevel als plaatselijk accent vier lagen hoog en voorzien van een
flauwhellend zadeldak. Op de begane grond liggen hier de overdekte hoofdentree en een
aantal inpandige bergingen. De overige bergingen zijn tussen de nieuwbouw en de te
handhaven bebouwing zijn ondergebracht. Een deel van het complex wordt van balkons
voorzien. Voor de gevels aan het binnenterrein liggen varianten voor; ofwel de gemetselde
terugliggende gevel is vier lagen hoog, ofwel drie lagen met het steilhellende schild, zoals
aan de buitenzijde van het blok. Het binnenterrein is aan Van Imhoffstraat, afgescheiden
door een lage, gemetselde tuinmuur met een spijlenhekwerk (conform bestaand).
Tuinontwerpster Wierper licht toe dat bij de inrichting van het binnenterrein de
bestaande fietsenberging wordt gehandhaafd. Het parkeren vindt in een dubbele strook
plaats op het straatniveau van de Van Imhoffstraat en in een 1.00m verdiepte strook achter
het monument aan de Kanaalstraat met een helling langs de zijgevel. Bomen markeren de
inrit aan de Van Imhoffstraat en de hoeken van het verdiepte deel van het binnenterrein.
De hoogtesprong in het binnengebied markeert de nieuwe eigendomsgrens.
Reactie van de commissie
De commissie kan op hoofdlijnen instemmen met het voorstel, maar vraagt de architect om
in de uitwerking er een meer sculpturaal complex van te maken, een krachtiger
metselwerkblok in de sfeer van het parochiehuis. Wanneer de stijl van het parochiehuis
wordt aangehouden is er ook geen noodzaak een kaplaag toe te passen, ook vanwege de
al aanwezige balkons aan die zijde die in het huidige voorstel de dakgoot doorsnijden.
Door tevens het dakje op het torenelement achterwege te laten en geen stucwerk toe te
passen wordt beter aangesloten op de context.
Ten aanzien van de terreininrichting wordt geconstateerd dat er sprake is van een
optelsom aan oplossingen en dat een duidelijk ontwerpidee wordt gemist. De scheiding
vanwege de eigendomsverhoudingen hoeft niet zichtbaar te zijn. De commissie heeft een
sterke voorkeur voor een ruimtelijke oplossing voor het hele terrein in plaats van een
functionele, mede om de monumenten meer ruimte te bieden en zichtbaarder te
respecteren.
D2
(B)
Amsterdamsestraatweg 380 (Rijksmonument)
Ontwerp herbestemming watertoren en nieuwbouwwoningen
Ontwerp : Zecc Architecten
Status : collegiaal overleg
In zijn toelichting geeft architect Van der Meer aan dat de uit 1917 daterende watertoren in
Amsterdamse Schoolstijl, na de buiten gebruikstelling in 1987 een bewogen geschiedenis
heeft gekend van onvoltooide, inpandige verbouwingen, kraakperiodes, gestrande
restauratieplannen en (nood)reparaties van het leiendak. In het voorliggende ontwerp heeft
de begane grond een horecafunctie en krijgen de verdiepingen een woonbestemming, met
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
2
drie studio’s en een ruime woning, onder het waterreservoir tot in de nok. De verticale
ontsluiting van de woningen is in de toren ondergebracht. De voorgestelde gevelingrepen
zijn ten behoeve van de daglichttoetreding voor de woningen. Dichtgezette bestaande
gevelopeningen worden geopend en aan de voorzijde worden in het metselwerk drie
uitsnedes voor loggia’s gemaakt, passend in de verticale gevelstructuur. In de
cassetteringen ter hoogte van het waterreservoir zijn in de bestaande gevelopeningen
ongedeelde stalen vensters van wisselende grootte aangebracht. In het geveldeel tussen
de twee ringen wordt een groot gebogen venster voorgesteld met zicht op de binnenstad.
In het verticale kapgedeelte, direct boven de metselwerkgevel is een rondlopende ring van
beglazing gedacht. In de gevel op de begane grond wordt een dubbele deur gezaagd, als
toegang tot een terras rond de toren.
Onverbrekelijk onderdeel van het plan vormt de ontwikkeling van drie woningen aan de
achterliggende Hyacintstraat, in de bestaande open ruimte in de straatwand.
Overeenkomstig de bestaande bebouwing telt het plan twee lagen in de rooilijn, in
baksteenarchitectuur, waarop een ‘set back’ is toegevoegd. De architectonisch uitwerking
is nog in studie. Achter de beganegrondgevel bevinden zich entrees en bergingen. Het
resterende kaveloppervlak wordt gebruik als parkeerruimte, te bereiken via een
overbouwde poort aan de Hyacintstraat. Op het dek boven het binnenterrein bevinden zich
op de eerste verdieping de buitenruimten voor de woningen.
Reactie van de commissie
De commissie heeft veel waardering voor het plan. Er zijn een aantal opmerkingen:
- De rondlopende glazen ring onder de kap is denkbaar, mits deze in de uitwerking
meer het dak draagt. Het dak moet niet gaan zweven.
- De gevelopeningen in de cassetteringen doorbreken door hun wisselende maatvoering
de strenge ritmiek van de torenarchitectuur.
- Het grote venster kan een sterker element worden door deze of autonomer in de gevel
te plaatsen, niet gelijk met het gevelvlak te plaatsen, of meer aan te sluiten op de
compositie van het gebouw.
- Voor de woningen aan de Hyacintstraat wordt geadviseerd in de uitwerking aandacht
te besteden aan de levendigheid van de begane grondlaag ten behoeve van de straat.
D3
(R)
Heukelomlob – Vechtlocatie
Ontwerp herontwikkeling
Aanvraag: Synchroon
Ontwerp : LEVS architecten
Status : collegiaal overleg
Architect Mout geeft aan dat het aanvankelijke appartementenplan is herontwikkeld. De
footprint, met een gebogen rooilijn aan de parkzijde, is ongewijzigd. De appartementen in
acht en zes lagen zijn geconcentreerd in de noordhoek. Daarop sluiten stroken drielaagse
eengezinswoningen aan, met een 11m hoge straatgevel en een lessenaarsdak aan de
tuinzijde. Deze stroken lopen door tot de Boelesteinlaan. In de ruimte tussen de koppen is
een blokje van vier woningen voorgesteld en ligt de ontsluiting tot het binnenterrein, met
daarin tuinen, bergingen en parkeerplaatsen. De metselwerkgevels van de woningen en
de tweelaagse plint van het appartementenblok worden gekenmerkt door een strak
patroon van verticale vensterstroken. Op de stompe hoek aan de Burgemeester
Norbruislaan op de verdieping komt een groot, overhoeks venster. De bovenbouwgevels
van de appartementen hebben een horizontalere indeling, met verspringende
metselwerkpenanten en aangehangen balkons. De bovenbouw overkraagt in de
noordhoek de onderbouw.
Reactie van de commissie
De commissie meent dat er sprake is van een helder plan. Zij stelt voor te onderzoeken of
de koppen aan de zuidzijde een volledig drielaags aanzicht - in plaats van een
lessenaarsdak - kunnen krijgen om meer straatgevel te realiseren. De hoogbouw sluit aan
de noordwestzijde minder goed aan op de laagbouw; mogelijk kan een aanpassing in de
open-dichtverhouding deze relatie verbeteren. Aandacht wordt gevraagd voor de
onderzijde van de balkons vanwege het beeldbepalende karakter vanuit het park. Ten
aanzien van de inrichting van het binnenterrein wordt gesuggereerd de parkeerplaatsen de
boog te laten volgen om restruimte te voorkomen. Tevens wordt geadviseerd
optiedakkapellen te ontwerpen.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
3
D4
(R)
Heidelberglaan 7
14-15677
Aanvraag omgevingsvergunning voor het renoveren van een onderwijsgebouw
Aanvraag: J.P. van Eesteren
Ontwerp : fUSE architectuur
(notulen 01/07 en 09/09 2014)
Supervisor Zaaijer heeft gemeld in te kunnen stemmen met het voorliggende, aangepaste
ontwerp. Architect Paardekooper Overman licht toe dat de nieuwe glazen gevel aan de
Cambridgelaan in de rooilijn is geplaatst. De naastliggende poort naar het binnenterrein
wordt gemarkeerd door de terugliggende glasgevel van de eerste verdieping daarboven.
De entree in de nieuwe, tweelaagse glasgevel aan het binnenterrein is verplaatst naar de
hoek met het hogere bouwdeel aan de Heidelberglaan. De tot buitengevel gemaakte
binnenwand van dit bouwdeel is contrasterend gematerialiseerd. In de drie stramienen
brede en drie verdiepingen hoge glazen entreegevel aan de Heidelberglaan is het
bestaande gevelpatroon van horizontale en verticale staalprofielen in verfijnde vorm
herhaald en strookt de glasverdeling met de bestaande vensters. Ter plaatse van de
eerste verdiepingsvloer is in een gevelstrook de naamsaanduiding van de
onderwijsinstelling opgenomen.
Conclusie
De commissie meent dat het ontwerp is verbeterd. De afwijkend gematerialiseerde
voormalige binnenwand aan het binnenterrein oogt als wachtgevel; geadviseerd wordt om
deze in materialisering aan te laten sluiten op de overige wandmaterialen, bij voorkeur
metselwerk. De verplaatsing van de entree vraagt om extra aandacht voor het
binnenterrein; hier ziet de commissie nog nadere voorstellen voor tegemoet waarin ook de
voorzieningen als fietsenstallingen, rookruimten e.d. in zijn opgenomen. Een uitwerking
van de naamsaanduiding wordt afgewacht.
D5
(R)
Princetonlaan
Voorlopig ontwerp faculteit Geowetenschappen
Aanvraag: Universiteit Utrecht
Ontwerp : Inbo Rotterdam
Status : collegiaal overleg
Met dit nieuwe onderwijsgebouw worden zowel het drieluik, dat verder bestaat uit het
TNO- en het GML-gebouw, als het zogenoemde Noordwestcluster in de Uithof aan de
noord en oostzijde voltooid. Supervisor Zaaijer geeft aan dat het gebouw het beschikbare
bouwvlak volledig benut en ontsloten is via de eerder gerealiseerde, gemeenschappelijke
hoofdentree van de drie gebouwen. De groenstrook aan de oostzijde met de
warmtekrachtcentrale is doorgezet tot aan de hoge glazen plint. Expeditievoorzieningen
liggen aan de noordzijde en het fietsparkeren is inpandig opgelost. De gevelmaterialisering
is duurzaam en representatief. Concluderend voldoet het plan aan de ruimtelijke
uitgangspunten.
Architect Toornstra licht toe dat ook in de gevelinvulling is gestreefd naar een vorm
van samenhang met de naastliggende twee gebouwen, met behoud van een eigen
identiteit. Kenmerkend is de horizontale gelaagdheid op diverse schaalniveaus. De
zonweringloze vensterstroken tussen de dichte gevelbanden variëren in hoogte en in
diepteplaatsing. De banden bestaan uit een afwisseling van horizontaal en verticaal
geprofileerde, donkergrijs tot zwart geanodiseerde aluminium gevelelementen. De
tweelaagse plintgevel op de zuidoosthoek is in het kader van zonwering plaatselijk van
beweegbare horizontale lamellen voorzien en daarnaast van een lichtdoorlatende
beglazing. Rond de dakinstallaties wordt een terugliggend, zwevend kader van metalen
damwandprofiel in een grijstint voorgesteld.
Reactie van de commissie
De commissie heeft waardering voor het ontwerp. De uiteindelijke detaillering zal het
gevelbeeld waar moeten maken. De architect wordt verzocht de pergola voor de
dakinstallaties te heroverwegen: deze overtuigt niet als onderdeel van of toevoeging aan
het kloeke gebouw.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
4
D6
(O)
Bosboomstraat 1
Voorlopig ontwerp Stiltecentrum
Aanvraag: Diakonessenhuis Utrecht
Ontwerp : Sander Buijs architectonische vormgeving
(notulen 09/09 2014)
Status : collegiaal overleg
Naar aanleiding van het voorgaande overleg heeft architect Buijs de plattegrondvorm van
de aanbouw aan de zuidgevel van het ziekenhuis aan de bestaande gebouwrichtingen
aangepast. De gevel bestaat uit houten puien met een borstweringpaneel en een stevig
aluminium boeiboord, aan de rechterzijde als rand van de luifel boven de buitendeur. In
een variant is de bovenbeëindiging van de gevels teruggebracht tot een kozijndorpel met
een daktrim en ontbreekt de luifel.
Reactie van de commissie
De commissie constateert dat de doorgevoerde vereenvoudiging beter past bij het
bestaande gebouw en ten goede komt aan de kwaliteit van het interieurontwerp. Zij is van
mening dat een zo abstract mogelijke vormgeving wenselijk is, dus adviseert om geen
boeiboord, kalven in de kozijnen en luifel toe te passen.
D7
(R)
Leeuwerikstraat 10
14-17797
Aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen van een derde bouwlaag en het bouwen
van een dakterras op de uitbouw aan de achterzijde
Aanvraag: n.v.t.
Ontwerp : Urbanizer Aannemers & Architecten
De betreffende tussenwoning ligt in een architectonisch eenvormige rij, met een kort,
decoratief dakschild boven een tweelaagse, traditionele metselwerkgevel, af en toe
onderbroken door een beperkte geveloptrekking met een getoogde beëindiging. In de
aanvraag stelt architect Van der Spuij direct achter het schild een dakopbouw voor, zoals
ook in de Valkstraat is gerealiseerd. De voorgevel bestaat uit een kozijnpui met daarboven
een stevig boeiboord. Aan de achterzijde is de opbouw van een steilhellend dakschild
voorzien. Aan het begin van deze rij woningen is dakopbouw geplaatst met aan de
voorzijde een dakschild dat steiler is dan de originele schilden.
Conclusie
De commissie begrijpt de keuze om de eerder geplaatste dakopbouw te herhalen, maar de
situatie aan de Valkstraat is hier anders vanwege het aanwezig zijn van een reeds
gerealiseerde dakopbouw op het bouwblok en het ontbreken van een terras aan de
voorzijde. Hierdoor sluit de opbouw niet goed aan bij het buurpand en oogt de opbouw
dominanter ten opzichte van de bestaande architectuur en heeft meer impact op het
straatbeeld. Zij ziet de oplossingsrichting in het verlengen van het bestaande dakschild;
deze opbouw zal dan beter aansluiten bij de al aanwezige dakopbouw en als voorbeeld
gaan dienen voor de belendende panden om op aan te sluiten.
E
E1
(B)
Nagekomen plannen
Geertestraat 10 (gemeentelijk monument)
14-14842
Aanvraag: n.v.t.
Ontwerp : Asnova Architecture
(notulen 23/09 2014)
In de aangepaste planversie zijn de historische schouwen gehandhaafd, is het originele
schuifdeurstel herplaatst en is het venster in de achtergevel op de begane grond
behouden. De aanbouw is rustiger en meer in samenhang vormgegeven.
Conclusie
De aanpassingen komen ten goede aan het monument en de architectuur. Aanvraag wordt
voorzien van een positief advies.
E2
(O)
Hofstraat 2
IA-14-19851
Indicatieaanvraag voor het bouwen van een opbouw op een woning
Aanvraag: R. Willemsen
Ontwerp : Asnova Architecture
Een tweelaagse woning in een rij van variërende vorm en architectuur, wordt voorzien van
een dakopbouw met een steilhellend dakschild aan voor- en achterzijde. Aan het schild
wordt aan de voorzijde een slank vormgegeven dakkapel toegevoegd, aan de achterzijde
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
5
is daarin een loggia uitgesneden. De voorgevel wordt voorzien van een drietal
bloemvensters van wisselend formaat en diepte.
Conclusie
De commissie kan zich een uitbreiding van de woning goed voorstellen, maar dit voorstel
sluit niet aan op zijn omgeving en overtuigt op kwalitatieve gronden ook niet. Het betreft
een optelsom van bijzonderheden, zonder coherentie. Aanvraag wordt in deze vorm
voorzien van een negatief advies.
E3
Jaarbeursplein 22 – Sypesteyn
(Ont) Voorstel voorzetgevel
Aanvraag: CBRE
Ontwerp : RoyalHaskoningDHV
(zie notulen 09/04 en 16/07 2013)
In het voorstel wordt op de recent aangebrachte ‘wachtgevel’ van cementvezelplaat een
gevelhoge afbeelding aangebracht met daar voor metalen roosters van wisselende
breedte en hoogte, met vierkante perforaties, onderbroken door horizontale u-profielen.
Bestaande vensters worden in de roostergevel gespaard.
Reactie van de commissie
De commissie heeft bij eerdere aanpassingen van de gebouwen Sypesteijn en
Leeuwesteijn aangegeven dat deze gelijkwaardig aan elkaar moeten zijn om de door sloop
ontstane breuk tussen beide gebouwen afleesbaar te houden. Ook in een tijdelijke situatie
geeft de commissie de voorkeur aan een ‘neutrale’ kwaliteit zonder gevelverfraaiing. Bij de
sloop van Leeuwesteijn kan de zijgevel van Sypesteijn haar definitieve kwaliteit krijgen,
waarbij de commissie een grootschalige figuratieve afbeelding onwenselijk acht.
E4
(O)
St.-Jacobsstraat 300
14-19537
Aanvraag omgevingsvergunning voor het wijzigen van de entree en de gevel van een
kantoorgebouw
Aanvraag: PingProperties Corporate Office Fund
Ontwerp : ila
In de bestaande straatgevel op de begane grond met stevige prefabbeton borstweringen,
worden de gevelopeningen tot het maaiveld doorgetrokken en voorzien van slanke puien
met een grootschaliger verdeling. De entreevloer wordt eveneens verlaagd tot
trottoirniveau en de bestaande puien en een tussenliggende metselwerkpenant vervangen
door een nieuwe entreepui met luifel.
Conclusie
De commissie mist in de voorgestelde ingrepen de relatie met de bestaande architectuur.
De gevels kenmerken zich door hun zwaarte, die in de nieuwe geveldelen ontbreekt.
Geadviseerd wordt om een invulling te ontwerpen die zich meer voegt in de
architectuurtaal en schaal van het gebouw. Aanvraag wordt in deze vorm aangehouden.
E5
(R)
Wolter Heukelslaan 46
14-07785
Aanvraag omgevingsvergunning voor het bouwen van een dakkapel aan de achterkant
van een woning
Aanvraag: Afdeling Juridische Zaken, gemeente
In de aanvraag wordt een dakkapel voorgesteld in het bovenste dakvlak van een
mansardekap.
Conclusie
Hoewel de aanvraag niet voldoet aan de criteria geformuleerd voor dakkapellen op
mansardekappen, is bij het eerder afgegeven advies gemeend dat afwijken van de criteria
legitiem was gezien de reeds aanwezige hoger geplaatste dakkapellen op het betreffende
bouwblok. Indien de dakkapel – zoals op tekening aangegeven - in plaatsing en hoogte
aansluit op de overige dakkapellen (regelmatige rangschikking op horizontale lijn, zoals
ook aangehaald in het bezwaarschrift), ontstaat voldoende rust en samenhang in het beeld
aan de achterzijde. De breedtemaat voldoet aan de vergunningsvrije voorwaarden, dus
daar wordt in het advies rekening meegehouden. Sinds de invoering van de Wabo wordt
de vergunningsvrije breedte gehanteerd, zijnde 50cm uit de erfgrens, ongeacht of het een
hoekwoning betreft. Het eerder afgegeven positieve preadvies wordt wederom
bekrachtigd.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
6
E6
(B)
Nobelstraat 239 (gemeentelijk monument)
13-20755
Aanvraag omgevingsvergunning voor het verbouwen van een raam tot rooster ten
behoeve van een aircoinstallatie
Aanvraag: Afdeling Juridische Zaken, gemeente
(notulen 25/02 2014)
Gedurende de bezwaarprocedure is er in overleg met de afdeling Erfgoed tot een
alternatief voorstel gekomen. Het raam wordt gereconstrueerd, waarin de
luchtbehandelingskast is verwerkt.
Conclusie
Naar de mening van de afdeling Erfgoed is er een compromis bereikt tussen de
monumentwaarde van het pand en het gebruik van deze ruimte. Voorwaarden die eraan
verbonden worden betreffen de houtsoort (passend bij het monument) en de kleur conform
de erboven gelegen vensters. De mening van de afdeling Erfgoed wordt onderschreven,
onder de gestelde voorwaarden wordt het voorstel van een positief advies voorzien.
F
Overige plannen
De plannen, genoemd in de lijst d.d. 16 oktober 2014, zijn met een preadvies van de
secretaris aan de commissie voorgelegd. De leden van de commissie hebben besloten de
advisering over te nemen. De preadvisering is verricht op basis van de aan de
verschillende beleidsniveaus verbonden criteria, zoals vastgelegd in de welstandsnota.
Samenvattend:
Open
: Verandering en handhaving zijn beide mogelijk, zowel naar structuur als naar
architectuur.
Respect : Essentiële eigenschappen van de aanwezige bebouwings- en
omgevingskarakteristiek worden gerespecteerd.
Behoud : Behoud en herstel van het aanwezige bebouwingsbeeld en versterken van de
bestaande of historisch bepaalde karakteristiek van stedenbouwkundige,
architectonische, landschappelijke of cultuurhistorische aard.
Stimulans: Het gebied vraagt vanwege zijn bijzondere of markante karakter extra
aandacht voor versterking en stimulering van het beeld.
Indien van toepassing, zijn de aanvragen getoetst aan de (welstands)criteria, zoals
geformuleerd in de welstandsnota. De lijsten zijn ter inzage op het secretariaat en in te
zien via de website http\\www.welstandutrecht.nl.
G
G1
(O)
Reclames
Bielsstraat 1
14-17920
Aanvraag omgevingsvergunning voor het plaatsen van een reclame-uiting en drie
baniermasten
Aanvraag: ProRail
Ontwerp : Restyle Groep Nederland
In de aanvraag wordt dakrandreclame voorgesteld en drie banieren.
Conclusie
In het Utrechtse reclamebeleid worden in principe geen reclames buiten het bouwsilhouet
zoals op daken toegestaan. Uitzondering op dit beleid is bijvoorbeeld als er in de nabije
omgeving in het verleden (zoals na een gemeentegrenswijziging) al verschillende
dakrandreclames zijn vergund. De commissie ziet geen reden om bij onderhavige
aanvraag van het beleid af te wijken. Reclame dient ondergeschikt te zijn aan architectuur
en omgeving en juist bij dit sculpturale gebouw zou dakrandreclame ten koste gaan van de
architectuur. Bij de eerste planbespreking van het gebouw in de commissie (28/08 2012) is
ook expliciet de sculpturaliteit van het totaal benoemd die niet verstoord mag worden door
toevoegingen op het dak. De architect deelt deze mening. Reclame-uitingen op het terrein
zijn vanzelfsprekend wel mogelijk. Aanvraag wordt voorzien van een negatief advies.
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
7
G2
(B)
Steenweg 17
14-20980
Aanvraag omgevingsvergunning voor het aanbrengen van reclame op een bouwhek
Aanvraag: n.v.t.
Ontwerp : n.v.t.
In de aanvraag wordt voorgesteld de bouwschutting te voorzien van diverse
reclameuitingen.
Conclusie
In 2010 heeft de commissie een soortgelijke aanvraag besproken (zie notulen 08/06 2010).
Ook hier werd voorgesteld reclame-uiting rondom een bouwplaats aan te brengen. Er is
toen geadviseerd hier niet aan mee te werken als zijnde een ongewenste ontwikkeling.
“De commissie meent dat dit een ongewenste ontwikkeling is. Het betekent een toename
van reclame-uitingen in het straatbeeld. In de openbare ruimte wordt uitgegaan van een
beperkt aantal uitingen, veelal bevestigd in 'geregisseerd' straatmeubilair (abri's, mupi's
etc.). Voor reclame-uitingen op en aan gebouwen zijn gemeentelijke richtlijnen
geformuleerd waar vergunning voor dient te worden aangevraagd. Op deze wijze wordt
van gemeentewege de impact op het straatbeeld van reclame-elementen zoveel mogelijk
beheerd en beheerst. Een reclametoename op tijdelijke dragers zoals bouwschuttingen
leidt tot dominantie van reclames ten opzichte van hun omgeving. Tevens wordt de
precedentwerking en beheersbaarheid gevreesd. Het advies is negatief.” De commissie
onderschrijft het eerder afgegeven advies en voorziet onderhavige aanvraag ook van een
negatief advies.
H
Rondvraag en sluiting
De volgende commissievergadering vindt plaats op 4 november 2014.
De voorzitter,
De secretaris,
T. Frantzen
M. van der Wiel
Per 1 juli 2004 wordt de welstandsadvisering verricht op basis van de aan de verschillende beleidsniveaus verbonden
criteria zoals geformuleerd in de welstandsnota 'De schoonheid van Utrecht' (vastgesteld door de raad van de gemeente
Utrecht d.d. 24 juni 2004).
(O) = open (R) = respect (B) = behoud (St) = stimulans (Ont) = ontwikkelingsgebied
Commissie Welstand en Monumenten Oost d.d. 21 oktober 2014
8