Konsumentenrecht de eerste kreeg klager een bedrag van ƒ 100.000,-, in het tweede van ƒ 300.000,- toegewezen. Inmiddels zijn blijkens persberichten nog hogere bedragen toegekend. Het zal interessant zijn om te zien of de Optiebeurs op de — op vrijwillige basis opererende — klachtencommissie pressie zal gaan uitoefenen om zich te gaan matigen. E.H. Hondius 4 De hippofiele consument 1 Sweepstake Op 28 juni jl. heeft de Hoge Raad het beroep verworpen dat was ingesteld tegen de uitspraak dd. 10 augustus 1993 van het Hof Leeuwarden in de strafzaak tegen Keurkoop BV (thans: Maildex BV). Hiermee is na bijna tien jaar komen vast te staan dat de door Keurkoop destijds gebezigde sweepstake onder het verbod van de Wet op de kansspelen valt. Volgens een kommentaar van de Nederlandse Postorderbond vallen de huidige sweepstakes niet onder het verbod. Een overzicht van de rechtspraak over sweepstakes is te vinden in de noot van J.G.J. Rinkes onder Hof den Bosch 18 mei 1993, TvC 1994, p. 44. Iedere onder vigeur van het oude BW grootgebrachte jurist herinnert zich de serie koeien en paarden, die zich via de Hoge Raad wisten te vereeuwigen: verse koe, koe Antje I en II, kribbeslijper, Artist de Laboureur, enz. De afschaffing van de regeling van de verborgen gebreken heeft een einde gemaakt aan de noodzaak om zich hiermee bezig te houden. Voor het consumentenrecht resteert de vraag of een geleverd rijpaard voldoet aan de te stellen verwachtingen. Dat is duidelijk niet het geval als het binnen drie maanden naar de slacht moet. Volgens Ktg. Zaandam 7 april 1994, TvC 1994, p. 223 brengt de aankoop van een paard altijd risico's met zich mee. Heeft de verkoper echter een garantie gegeven, dan is hij aansprakelijk voor de ontstane schade. 2 Annie II Een normaal menselijk ogenblik van onbedachtzaamheid: wordt dat gedekt door de verzekering? Neen, zeiden rechtbank en hof, toen mevrouw Van de Wijngaard een tasje met voor ƒ 20.000,- aan ringen en oorbellen op het toilet van een motel had laten liggen. HR 11 januari 1991, NJ 1991, 271 — Katern 39, 1991, p. 1708 vond echter dat de feitenrechter zijn werk moest overdoen. Aldus geschiedde en in Hof Amsterdam 10 december 1992, NJ 1994, 323 krijgt de verzekerde alsnog gelijk. 5 Frans consumentenrecht Een verborgen gebreken-regeling kent men nog wel in Frankrijk. In TvC 1994, pp. 187-196 wijst R.P.J.L. Tjittes op het onderscheid tussen deze regeling en non-conformiteit. Tevens besteedt hij aandacht aan een tweetal andere ontwikkelingen in het Franse consumentenrecht: de toetsing van contractsbedingen door de rechter en het begrip 'consument'. 6 EG-richtlijn oneerlijke contractsbedingen 3 De bemiddelde consument Een veel genoemd voordeel van geschillencommissies is dat deze uitkomst bieden bij geschillen van geringe omvang. Niettemin doen geschillencommissies ook wel uitspraak in zaken van groter (financiële) importantie. Voorbeelden hiervan zijn te vinden in twee bindende adviezen van de Klachtencommissie Optiebeurs dd. 5 mei en 22 juni 1993, Uitsprakenblad 1994, pp. 59 en 68. In De EG-richtlijn oneerlijke contractsbedingen blijft allerwege de aandacht trekken. Twee opstellen die de moeite van het bestuderen waard zijn, zijn die van Hugh Collins, 'Good Faith in European Contract Law', Oxford Journal of Legal Studies 1994, 229-254 en van Olivier Remien, 'AGB-Gesetz und Richtlinie über miBbrauchliche Verbrauchervertragsklauseln in ihrem europaischen Umfeld, Zeitschrift für Europaisches Privatrecht 1994, 34-66. KATERN 52 2455 Konsumentenrecht 7 Zuid-Afrika en de oneerlijke contractsbedingen Gaat ook Zuid-Afrika zich bezighouden met regelgeving op het gebied van de oneerlijke contractsbedingen? Wel als het ligt aan de South African Law Commission. Deze stelt in Project 47 'Unreasonable Stipulations in Contracts and the Rectification of Contracts' (1994) een Unfair Contractual Terms BUI en een Contractual Terms Control BUI voor. De centrale bepaling van het eerstgenoemde wetsvoorstel luidt: 'If a Court, having regard to all relevant circumstances, among other things the relative bargaining positions which parties to a contract hold in relation to one another and the type of contract concerned, is of the opinion that the way in which the contract between the parties came into being or the form or content of the contract or any term thereof or the execution or enforcement thereof is contrary to the principle of good faith, the court may rescind or amend the contract or any term thereof or make such other order as may in the opinion of the court be necessary to prevent the effect of the contract being unreasonably prejudicial or oppressive to any of the parties, notwithstanding the principle that effect shall be given to the contractual terms agreed upon by the parties'. 8 Consumentengaranties in Nieuw Zeeland Er bestaat ook een geheel andere aanpak van oneerlijke contractsbedingen: een wetgever kan dwingend recht vaststellen voor consumentenovereenkomsten. Deze weg heeft de wetgever in Nieuw Zeeland ingeslagen, aldus Stephen Todd in zijn bijdrage 'Consumer Law Reform in New Zealand: The Consumer Guarantees Act', Consumer Law Journal 1994, pp. 100-105. Deze wet is ook voor ons interessant vanwege het Europese Groenboek over consumentengaranties dat momenteel allerwege voorwerp van discussie is — zie M.J.M. Loos, NJB 1994, pp. 690-692. 9 Produktenaansprakelijkheid Recente ontwikkelingen op het gebied van de produktenaansprakelijkheid komen aan de orde in twee tijdschriften. De European Review of Private Law 1994/2 bevat een aantal bijdragen over ontwikkelingen in Europese landen. De Consumer Law Journal 1994/3 gaat in op het ontbreken van implementatie van de EG-richtlijn in Frankrijk — volgens Jéröme Franck toe te schrijven aan het Franse debat over de aids-be2456 KATERN 52 smetting van hemofilie-patiënten. Jocelyn Keilam beschrijft de 'implementatie' van de EGrichtlijn — en de drie belangrijkste afwijkingen daarvan — in Australië. Kenneth Ross en Hildy Bowbeer bespreken een komende wijziging van de Amerikaanse Restatement of Torts op het gebied van de produktenaansprakelijkheid. Met de produktenaansprakelijkheid in Italië zal het niet gauw iets worden. Dat voorspellen Anita Bernstein en Paul Fanning in hun bijdrage 'Heirs of Leonardo: Cultural Obstacles to Strict Products Liability in Italy' in 27 Vanderbilt Journal of Transnational Law 1-32. Hun gedachtegang is de volgende: de hedendaagse (macho) Italiaan is de geestelijke erfgenaam van Leonardo da Vinci. Deze stond voor 'the power of design'. Met het vestigen van een risico-aansprakelijkheid probeert de Staat zich tussen de ontwerper en zijn afnemer te plaatsen. Zeker nu deze ingreep van buiten Italië komt, zal de Italiaanse rechtscultuur zich hiertegen verzetten. 10 Naar een Israëlische consumentenwet Een klassieke vraag op het gebied van het consumentenrecht bij iedere hervorming is of er specifieke regels voor consumentencontracten moeten komen, danwei een aanpassing van het commune contractenrecht. Voor wat betreft Israël spreekt Sinai A. Deutch zich voor het eerste uit in zijn bijdrage 'Contract Law and Consumer Protection in Israël, 14 New York Law School Journal of International and Comparative Law 261-292 (1993). 11 Oosteuropees consumentenrecht Oost-Europa is in rap tempo bezig om veertig jaar socialistische stilstand op het gebied van het consumentenrecht in te halen. In Estland, Letland, Roemenië, Slowakije en Tsjechië zijn raamwetten ter bescherming van de consument opgesteld. Hongarije, Polen en Slovenië werken nog aan dergelijke wetgeving — zie het overzicht van Th. Bourgoignie in Consumer Law Journal 1994, p. 73. Een interessante politieke vraag is of de consumentenwetgeving van West-Europa voor overname in Centraal en Oost-Europa in aanmerking komt. Volgens Duitse onderzoekers is dit niet het geval. De Centraal- en Oosteuropeanen zelf voelen echter niets voor een Europa Jeugdrecht van twee snelheden in west en oost. 12 Internationale consumententransacties Ten slotte heb ik nog net voldoende ruimte om te wijzen op de interessante vergelijking van de Duitse §§ 29 EGBGB en 12 AGB-Gesetz en de Amerikaanse unconscionability bepaling van section 2-302 UCC door de Koreaan Kee-Young Yeun: 'Verbraucherschutz im internationalen Vertragsrecht', IPRax 1994, pp. 257-263. KATERN 52 2457
© Copyright 2024 ExpyDoc