Proeftoets Haags Studiepunt WI - 1HV - HOOFDTUK 3 - GETAL EN RUIMTE - SO 1. Bereken: (a) 6 − 9 = (c) −5 + 7 = (b) −4 − 8 = (d) −12 + 9 = (e) −5 + 5 = 1 1 (f) −3 + 7 = 2 2 2. Bereken: (a) −5 + −3 = (c) 6 − −4 = (b) −6 − +8 = (d) −9 − −12 = (e) −3 − −3 = 1 1 (f) −4 + −5 = 2 2 3. Vul een positief of een negatief getal in: (a) −6 + . . . . . . = 8 (c) 6 + . . . . . . = −2 (b) −4 − . . . . . . = 3 (d) −2 + . . . . . . = −11 4. Schrijf de coördinaten op van de punten L, M, N, O en P . 5 y 4 sN 3 L= 2 M= sL 1 −5 −4 −3 −2 −1 O sP 1 x 2 3 4 5 O= P= −1 −2 −3 N= sM −4 −5 1 Proeftoets Haags Studiepunt WI - 1HV - HOOFDTUK 3 - GETAL EN RUIMTE - SO - ANTWOORDEN 1. Bereken: (a) 6 − 9 = −3 (c) −5 + 7 = 2 (b) −4 − 8 = −12 (d) −12 + 9 = −3 (e) −5 + 5 = 0 1 1 (f) −3 + 7 = 4 2 2 2. Bereken: (a) −5 + −3 = −8 (c) 6 − −4 = 10 (b) −6 − +8 = −14 (d) −9 − −12 = 3 (e) −3 − −3 = 0 1 1 (f) −4 + −5 = −10 2 2 3. Vul een positief of een negatief getal in: (a) −6 + 14 = 8 (c) 6 + −8 = −2 (b) −4 − −7 = 3 (d) −2 + −9 = −11 4. Schrijf de coördinaten op van de punten L, M, N, O en P . 5 y 4 L = (3, 1) 3 sN sL 1 −5 −4 −3 −2 1 M = (0, −3 ) 2 1 1 N = (−2 , 1 ) 2 2 2 −1 O sP 1 x 2 4 5 O = (0, 0) 1 P = ( , 0) 2 −1 −2 −3 3 sM −4 −5 2