SK – 3HV – CHEMIE: H1-6 – MM

Proeftoets Haags Studiepunt
SK – 3HV – CHEMIE: H1-6 – MM
1. Aan welke voorwaarden moet voldaan worden voordat een verbrandingsreactie kan plaatsvinden?
2a. Waar staan deze symbolen voor?
b. Geef bij elk symbool een voorbeeld waar deze op zou kunnen staan.
3. Wat is het verschil tussen een acute en een chronische vergiftiging?
4a. Welke drie fasen bestaan er?
b. Wat is de fase van water bij 150 graden?
5a. Uit hoeveel atomen bestaat een molecuul van een verbinding?
6a. Uit hoeveel moleculen bestaat 3 C6H12O6?
b. Uit hoeveel hatomen bestaat 2 C6H5NO2?
7a. Van welke eigenschap van de stoffen maak je gebruik bij extraheren? Geef een voorbeeld.
b. Van welke eigenschap van de stoffen maak je gebruik bij indampen? Geef een voorbeeld.
8. Antoine Lavoisier wordt vaak gezien als de 'vader van de moderne scheikunde'.
Wat ontdekte hij?
9. Omschrijf het proces waarbij corrosie ontstaat.
10. Maak de volgende reactievergelijkingen kloppend.
a.
Fe
+
O2
→
Fe2O3
CH4
+
2O2
→
CO2
+
b.
c.
PbO2
+
d.
Na
+
e.
C3H6O3
2H2SO4 +
H2O
→
+
Pb
→
NaOH
C18H36O2
11.Wat zijn isomeren? Teken een voorbeeld.
2H2O
2PbSO4 +
+
→
H2
C57H108O6
2H2O
+
H2O
Proeftoets Haags Studiepunt
12. Geef de juiste naam.
a. |
|
|
—C—C—C—
|
|
|
b. H3C - (CH2)4 - CH3
c.
H H
|
|
H— C—C—H
|
|
H H
Proeftoets Haags Studiepunt
SK – 3HV – CHEMIE: H1-6 – ANTWOORDEN
1. Zuurstof, bepaalde temperatuur en een brandstof.
2a+b.
3. Bij acute vergiftiging zullen vrij snel (ernstige) klachten ontstaan. Het slachtoffer heeft een of meerdere
hoge doses van het vergif gekregen in korte tijd. Chronische vergiftiging is het gevolg van (jaren)lange
opname van kleinere hoeveelheden van een vergif.
4a. vast, vloeibaar en gas
b. gasvormig
5. Minimaal 2
6a. 3
b. 10
7a. Verschil in oplosbaarheid, bijvoorbeeld bij koffie zetten.
b. Verschil in kookpunt bij opgeloste vaste stoffen, bijvoorbeeld als je zout oplost in water en het zout
weer in vaste vorm terug wil hebben.
8. Hij ontdekte dat voor ieder chemisch proces in een gesloten systeem, de totale massa van de
reactanten gelijk moet zijn aan de totale massa van de reactieproducten.
9. Corrosie is de aantasting van materialen door inwerking vanuit hun omgeving, en in het bijzonder de
aantasting van metalen door middel van elektrochemische reacties.
Het roesten van ijzer is een voorbeeld van zuurstofcorrosie.
10. 4Fe +
3O2
→
2Fe2O3
b. CH4 +
c. PbO2 +
2O2
→
CO2
+
2H2O
Pb
→
2PbSO4 +
d. 2Na +
e. C3H6O3
2H2SO4 +
2H2O →
+
2NaOH
3C18H36O2
+
→
H2
C57H108O6
2H2O
+
3H2O
11a. Isomeren zijn moleculen met dezelfde molecuulformule maar een andere structuurformule.
Bijvoorbeeld allebei C4H10, maar andere structuur.
12a. propaan
b. hexaan
c. ethaan