Pensioentafel “1 april 2014: Eind- of startpunt?!” Op donderdag 8 mei 2014 vond de pensioentafel “1 april 2014: Eind- of startpunt?!’’ plaats bij Tilburg University. Deze pensioentafel werd georganiseerd door Competence Centre for Pension research van Tilburg University in samenwerking met Bergamin Pensioenrechtadvies B.V. De pensioentafel stond in het teken van governance en was gericht op pensioenfondsbestuurders en pensioenadviseurs. Na het welkomstwoord van Gerry Dietvorst (Tilburg University) ging de pensioentafel van start met een presentatie van Eric Bergamin (Bergamin Pensioenrechtadvies). Eric geeft een kort overzicht van de geschiedenis van de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen. Deze wet is complex en wijkt deels af van de kort geleden ingevoerde wet Koser Kaya/Blok, waarbij de gepensioneerden een belangrijkere rol hebben gekregen in de fondsgovernance. In een korte periode van minder dan een jaar na publicatie van de Governancewet wordt er veel verwacht van pensioenfondsbestuurders. Er moeten keuzes gemaakt worden met mogelijk grote impact en een tijdrovend veranderingsproces. De tijdsdruk komt de kwaliteit niet ten goede. In de praktijk komt Eric Bergamin diverse knelpunten tegen op het gebied van governance. Zo blijkt bijvoorbeeld dat de verplichte diversiteit in de praktijk lastig gerealiseerd kan worden. Sommige pensioenfondsen hebben bovenwettelijke instemmingsrechten toegekend aan de deelnemersraad, bijvoorbeeld bij wijziging van de statuten, waardoor invoering van de Governancewet lastig kan zijn. De notaris moet immers controleren over de deelnemersraad in geval van wijziging van de statuten heeft ingestemd, in dit geval met, even wat kort door de bocht, de afschaffing van de deelnemersraad. Eric concludeert aan het einde van zijn presentatie dat het anno 2014 zo goed als niet meer te doen is om de functie van pensioenfondsbestuurder ’er even bij’ te doen. Eric legt aan de zaal de vraag voor of er niet een ‘governance-light’ voor kleinere fondsen ontwikkeld zou moeten worden. 1 Na enkele juridische knelpunten van governance presenteren twee toezichthouders van DNB hun kijk op de Governancewet. Anne de Hoogt trapt af met een aantal interessante feiten met betrekking tot de forse stijging van het aantal toetsingen van kandidaatbestuursleden in 2014. Nadat Anne de Hoogt de aanwezigen heeft opgewarmd, neemt Guurtje Wolters het woord over om meer inzicht te geven in de toetsing van geschiktheid. Voor de toetsing door DNB is het belangrijk dat het bestuur de keuze voor een kandidaat goed onderbouwt en niet louter naar het CV verwijst. Bij de toetsing kijkt DNB niet alleen naar de individuele geschiktheid van de kandidaat. Het collectief in het bestuur is eveneens van belang. Beoordeeld wordt of de kandidaat het bestuur op de juiste wijze aanvult. Belangrijk uitgangspunt is dat niet DNB maar uiteraard het bestuur bepaalt of een kandidaat geschikt is. DNB toetst (slechts) of voldaan wordt aan de bij de functie behorende profielschets en competenties. Tot slot presenteren de toezichthouders een overzicht van de veranderingen in het kader van diversiteit binnen het bestuur. Hieruit blijkt bijvoorbeeld dat het aantal vrouwen in besturen slechts marginaal is toegenomen. Als derde spreker krijgt professor Christoph van der Elst (Tilburg University) het woord. Christoph, van origine Belg, schetst een breder kader over governance. Governance is immers geen nieuw fenomeen. De moderne corporate governance gaat terug naar de jaren ‘70 van de vorige eeuw en begon in de Verenigde Staten. In de jaren ‘80 kwam governance ook 2 naar Europa en is sindsdien steeds verder uitgebreid. Er komen voor ondernemingen steeds meer regels en doordat er ook steeds meer bedrijven komen wordt gezocht naar de ‘best practices’. Pensioenfondsen zijn in het kader van governance als laatste toegevoegd. Christoph geeft aan dat er interessante passages zijn opgenomen in ‘onze’ Code Pensioenfondsen. Zo is ook in de Code, zoals bij veel governance regels, een ‘pas toe en leg uit’-principe opgenomen. Dit principe leidt soms tot wonderlijke situaties En wat als DNB de uitleg niet voldoende vindt? In de Code Pensioenfondsen is voorgeschreven dat ”het bestuur open staat voor kritiek en leert van zijn fouten”. Dit lijkt echter een open deur en de vraag is hoe dit wordt getoetst. En door wie? Er is met de Governancewet en de Code een nieuwe stap gezet om governance bij pensioenfondsen te verstevigen, maar er zal naar verwachting nog veel wijzigen in de toekomst. Pensioenfondsen zijn nog lang niet klaar, is de verwachting van Professor Van der Elst, zeker als je de voorschriften van de IORP2richtlijn bekijkt. Deze richtlijn gaat qua governance veel meer in de richting van bestuur van een financieel instituut, wat nog weer andere eisen stelt aan goede governance. Nee, met de Governancewet zijn we er nog (lang) niet! Tot slot volgt er onder leiding van Gerry Dietvorst een interactief debat aan de hand van een paar stellingen. Na een goede borrel, waar de discussies verder gingen, komt er een eind aan een zeer geslaagd programma. Velen gaan naar huis met nieuwe ideeën en inzichten in goed pensioenfondsbestuur. 3
© Copyright 2024 ExpyDoc