Onderwijs: Voorbereiding op een leven met onzekerheden

Onderwijs: Voorbereiding op een
leven met onzekerheden
VLOR, 25 september 2014
Antoon Vandevelde
Centrum voor Economie en Ethiek
Hoger Instituut voor Wijsbegeerte
KU Leuven
1
Vooraf
 Onderwijshervormingen baseren op vergelijkend
empirisch wetenschappelijk onderzoek
 Voorbeeld van flexibilisering van hoger onderwijs:
studievertraging was voorspelbaar en is voorspeld.
 Suggestie: liever niet de regelingen kopiëren die in andere
landen desastreus uitgevallen zijn.
2
Naar een lerende economie
 Zeer goed gemaakt rapport: van kenniseconomie naar
lerende economie
 Vlaamse situatie is niet echt dezelfde: activeringsbeleid is nog
volop bezig en minder rechtlijnigheid in beleid en instituties.
 Toch enige terughoudendheid: onderwijs wordt wel heel
nadrukkelijk gezien als instrumenteel voor economische
groei – de uitbouw van het verdienvermogen van Nederland
3
Mijn inschatting van onze economische
situatie
 Verwachte economische groei voor de volgende 15 jaar van
ongeveer 1 %
 Is beneden de psychologische drempel om vooruitgang te
voelen
 Tegelijk nieuwe behoeften van solidariteit
met ouderen
 met jongeren die andere moedertaal hebben dan streektaal
 voor gezondheidszorg

4
Enorme kostprijs
 Bij aanhoudend beleid kost vergrijzing in 2060 9,1 tot 10,3
% van het BNP meer dan nu
Met o.a. + 5,6 % pensioenkost extra
(in 2010 11 % van BNP)
+ 3,1 tot 4,3 % kost gezondheidszorg extra
(in 2010 8,6 % van BNP)
Prognoses onder zeer gunstige uitgangspunten
Die hangen wel af van de economische groei en de evolutie van de
werkloosheid
5
Resultaat
 Geen inkomensstijging meer voor actieve bevolking
 Verschuiving van inkomen van actieven naar niet-actieven
 Indien niet: drastische verarming van gepensioneerden,
klassengeneeskunde en -onderwijs
6
Kunnen we ontsnappen aan
inkomensstagnatie?
 Misschien alleen mogelijk voor elite:
- hoog opgeleiden, internationaal mobiel
- mensen met monopoliepositie in bepaalde niche
- handige kapitaalbezitters?
 Cfr. hedendaagse uitbuitingstheorie: relatief mobiele
productiefactoren kunnen relatief immobiele uitbuiten.
7
Is dit erg?
Neen.
 We leven al in een rijke maatschappij.
Economische groei is nodig in arme landen, niet meer bij ons.
 Kijken naar niveau dat we bereikt hebben, niet naar
mogelijke aangroei van materiële welvaart – maakt ons ook
niet gelukkiger.
 Op korte termijn nog wat migratie, op langere termijn naar
stagnerende bevolkingsgroei op wereldvlak
8
Twee maatschappijmodellen
Hoge belastingen ter financiering van een ruim aanbod van
kwaliteitsvolle publieke goederen, aanzienlijke solidariteit
die gelegitimeerd worden door performante overheid en
efficiënte (activerende) welvaartstaat
2. Zwakke maatschappij, waar de overheid niet de
geloofwaardigheid heeft om belastingen te innen en
kwaliteit te bieden
1.
9
Een vermoeide maatschappij, die op
haar lauweren rust?
Neen, wel nood aan verleggen van onze ambities
Mens en maatschappij hebben een vooruitgangsperspectief, een
project, een gemeenschappelijk doel nodig, meer dan alleen
maar behoud van het bestaande
→ duurzaam maken van onze welvaart, creativiteit in
wetenschap en kunst, inzet voor welzijn van kwetsbare
individuen en groepen
10
En de economische groei?
 Nodig voor oude model van conflictbeheersing
 Komt niet terug zoals in de jaren 1960
 Duurzamer en inclusief maken van onze welvaart is ambitieus
programma, belangrijker dan groei op zich. Cfr.
Energiedebat, wachtlijsten in de zorg
 Verdienvermogen van onze economie bewaren op
internationale markten blijft echter noodzakelijk:
beleidsruimte voor herverdeling is afhankelijk van goede
bewaking van de grote macro-economische evenwichten
11
Implicaties voor onderwijs
 Kennis evolueert zo snel dat heel gespecialiseerde scholing
best op de werkvloer gebeurt.
 Steeds meer leren buiten school: combinatie van school en
topsport, artistieke projecten…
 Scholen en universiteiten moeten naast disciplinaire
opleiding in een bepaald vak, meer algemene vorming
bieden, ook ethische vorming: inzicht in de
legitimiteitsbronnen van ons systeem van sociale zekerheid
12
Belang van netwerkeffecten
 Vooruitgang in medisch bedrijf en wetenschap, innovatie,
materiële en artistieke productie is meer dan ooit teamwerk.
 Tijd van de specialist die op zijn eentje werkt is in veel
domeinen voorbij of heeft zijn limieten bereikt.
 Nood aan verhoging van algemeen niveau van kennis en
vaardigheden van de maatschappij
= pleidooi voor lerende economie
13
Tegen levelling down
 Democratisering van onderwijs mag niet betekenen dat we
niveau laten zakken. Dat is gemakkelijkheidsoplossing
 Bijv: Opschuiven van studiekeuze voor scholieren – zien dat
we in Finse scenario terechtkomen en niet in Spaanse.
 Sportclubs eisen vaak meer en zijn meer uitdagend dan
scholen
Cfr. Akerlofs Market for Lemons: discriminatie op de
werkvloer tegengaan door strenge scholen in slumwijken
(diploma’s als betrouwbare labels)
14
Pedagogie van de omweg
 Hoe technisch en beroepsonderwijs opwaarderen? Lijkt maar
niet te lukken.
 Nieuwe studiecombinaties creëren: techniek + algemene
vorming of talen
 Studierichtingen in ASO die geen perspectief bieden op
arbeidsmarkt, en slechte slaagkansen in HO afschaffen
 Zelfrealisatie versus consumptieve activiteiten
15
Evolutie in de tijd van nut door
consumptie
De eerste keer
Na vele keren
Evolutie in de tijd van nut door
zelfrealiserende activiteiten
De eerste keer
Na vele keren
Leerplicht terugbrengen tot 16 jaar?
 Maar met rugzakje voor vorming dat men later kan
gebruiken, als men er opnieuw zin in heeft.
 Zou passen in lerende economie
 Harvardmodel?
18