"Vragen en antwoorden Hervorming langdurige

Q&A Hervorming langdurige zorg (Hlz)
Algemeen Zorgverzekeringswet (Zvw)
Q. Welke vormen van langdurige zorg regelt de Zvw?
A. Vanaf 2015 kunt u via de Zvw thuis verpleging en/of verzorging
krijgen. Dit kan als u geneeskundige zorg nodig heeft of als uw risico
daarop hoog is. In de praktijk kijkt de wijkverpleegkundige wat u nodig
heeft. Vanaf 2015 is ook een deel van de geestelijke gezondheidszorg
in de Zvw opgenomen.
Q. Wanneer kan iemand gebruikmaken van de Zvw?
A. Het grootste deel van de extramurale verpleging en verzorging is vanaf
2015 opgenomen in de Zvw. Extramuraal betekent dat mensen deze
zorg thuis krijgen. Op dit moment valt deze zorg nog onder de AWBZ.
Ook een deel van de geestelijke gezondheidszorg is vanaf 2015 in de
Zvw opgenomen.
Mensen krijgen verpleging en verzorging via de Zvw als ze
geneeskundige zorg nodig hebben of als hun risico daarop hoog is. Dit
zijn mensen met een gezondheidssituatie die snel kan veranderen en
verslechteren. Bijvoorbeeld kwetsbare ouderen. Deze mensen krijgen
vaak al (intensieve) huisartsenzorg of ziekenhuiszorg.
In de praktijk kijkt de wijkverpleegkundige wat iemand nodig heeft. De
rol van de wijkverpleegkundige wordt sterker: de wijkverpleegkundige
is een spil in de zorg en de schakel tussen het medische en sociale
domein.
Q. Welke criteria gelden vanaf 2015 voor langdurige zorg via de Zvw?
A. Belangrijke voorwaarde is de behoefte aan geneeskundige zorg of een
hoog risico daarop. In de praktijk kijkt de wijkverpleegkundige welke
zorg een cliënt nodig heeft.
Q. Hoe gaat de uitvoering van langdurige zorg via de Zvw?
A.
De wijkverpleegkundige kijkt wat een cliënt nodig heeft. De
wijkverpleegkundige let daarbij niet alleen op geneeskundige zorg. De
wijkverpleegkundige stelt eerst vast welke geneeskundige zorg nodig
is. Daarnaast kijkt de wijkverpleegkundige of andere ondersteuning
een rol kan spelen. Bijvoorbeeld huishoudelijke ondersteuning. De
gemeente kan gebruikmaken van de bevindingen van de
wijkverpleegkundige. Daarom maakt de wijkverpleegkundige deel uit
van het sociaal wijkteam.
Q. Wat zijn de belangrijkste wijzigingen in de Zvw per 1 januari 2015?
A. Vanaf 2015 kunnen mensen via de Zvw thuis verpleging en verzorging
krijgen. Dit kan als er sprake is van behoefte aan geneeskundige zorg
of als het risico daarop hoog is. Ook is vanaf 2015 een deel van de
geestelijke gezondheidszorg in de Zvw opgenomen.
Q. Waar kan ik meer informatie over de veranderingen vinden?
A. Meer informatie over de veranderingen vindt u op
www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/hervorming-langdurige-zorg.
Q. Welke verzorging is vanaf 2015 opgenomen in de Zvw en welke
verzorging valt onder de Wmo?
A. Het grootste deel van de extramurale verzorging die nu onder de AWBZ
valt, is vanaf 2015 opgenomen in de Zvw. Extramuraal betekent dat
mensen deze verzorging thuis krijgen. Een klein gedeelte van de
verzorging valt vanaf 2015 onder Wmo. Die verzorging wordt door de
gemeente gegeven.
Mensen krijgen verpleging en verzorging via de Zvw als ze
geneeskundige zorg nodig hebben of als hun risico daarop hoog is. Dit
zijn mensen met een gezondheidssituatie die snel kan veranderen en
verslechteren. Bijvoorbeeld kwetsbare ouderen. Deze mensen krijgen
vaak al (intensieve) huisartsenzorg of ziekenhuiszorg.
Soms biedt de gemeente ondersteuning bij algemeen dagelijkse
levensverrichtingen (ADL). Maar alleen als deze ADL een onderdeel van
begeleiding zijn. De ondersteuning bij ADL is dan niet geneeskundig
van aard. En er is ook geen hoog risico op geneeskundige zorg.
Aanvullend antwoord (voor eventueel verdere uitleg)
In de Zvw krijgt de prestatie verpleging en verzorging een andere vorm
dan de verpleging en verzorging in de AWBZ-aanspraken. Het gaat in
de Zvw om verpleging en verzorging zoals verpleegkundigen die
bieden. Hierbij is geen sprake van verblijf in een instelling. De AWBZfunctie persoonlijke verzorging, in de zin van activiteiten binnen de
algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL), valt ook onder ‘zorg
zoals verpleegkundigen die bieden’. De verpleging en verzorging zijn zo
met elkaar verweven dat die twee functies inhoudelijk eigenlijk niet te
scheiden zijn.