Leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) en Praktijkonderwijs (PRO) Wanneer een leerling de overstap maakt van het primair onderwijs naar het voortgezet onderwijs, kan het zijn dat het primair onderwijs van mening is dat deze leerling mogelijk in aanmerking komt voor extra begeleiding, in de vorm van VMBO met Leerwegondersteunend onderwijs (LWOO) of Praktijkonderwijs (PRO). Het gaat hierbij over leerlingen die beschikken over leerachterstanden. Voor die leerlingen duurt de aanmeldingsprocedure extra lang, omdat er, behalve de PCL, ook nog de Regionale Verwijzings Commissie (RVC) bij betrokken is. Voor informatie over Leerwegondersteunend onderwijs en Praktijkonderwijs, verwijs ik u naar onze brochure (link brochure). Procedure Om erachter te komen of leerlingen in aanmerking komen voor VMBO met LWOO dan wel PRO, organiseert het Samenwerkingsverband regio Zutphen elk jaar een aantal zogeheten ‘testdagen’. Het primair onderwijs geeft de leerlingen waarvan zij verwachten dat zij extra begeleiding in het voortgezet onderwijs nodig hebben, op voor de testdag via het digitaal aanmeldingsformulier (link formulier). Het gaat hierbij om leerlingen uit groep 8 en eventueel leerlingen uit groep 7 mits zij gedoubleerd hebben. Uiteraard gebeurt dit pas na overleg met, en toestemming van ouders/verzorgers. Vervolgens wordt per brief een uitnodiging voor de testdag verstuurd naar de leerling en ouders en de school van herkomst. Tijdens deze testdag wordt gebruik gemaakt van de Nederlandse Intelligentietest voor Onderwijsniveau (NIO) en wordt voor het onderzoeken van de leervorderingen het drempelonderzoek 1ste versie 2006 gebruikt. Mocht er al eerder een intelligentieonderzoek verricht zijn bij een leerling die wordt aangemeld voor de testdag, dan wordt verzocht dit onderzoek mee te sturen. Dit onderzoek mag niet ouder zijn dan 20 maanden en mag alleen worden meegestuurd nadat toestemming van de ouders is verleend. De Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) van het Samenwerkingsverband beoordeelt of er nog een nieuw intelligentieonderzoek noodzakelijk is. Als de uitslagen van de testdagen bekend zijn, worden deze besproken met de PCL. De PCL geeft adviezen welk onderwijsniveau het best passend is op basis van de resultaten van de testdag. Op grond van de testresultaten zal de PCL de basisschool een advies geven over het al dan niet aanmelden van de leerling voor VMBO met LWOO of Praktijkonderwijs. Mocht er meer nodig zijn om een goed advies te geven, bijvoorbeeld vanwege tegenstrijdige resultaten, dan wordt er contact opgenomen met de basisschool. Daarnaast ontvangt de leerkracht, wanneer nodig, een sociaal emotionele vragenlijst betreffende een leerling per mail (zie criteria om te kijken wanneer dit het geval is). Nadat de adviezen gegeven zijn, wordt deze opgestuurd naar de school van herkomst. Zij communiceren deze adviezen met de ouders/verzorgers, tenzij hier vooraf nadrukkelijk geen toestemming voor is gegeven. Als het primair onderwijs en/of ouders het niet eens is met het gegeven advies, kunnen zij contact opnemen met het Samenwerkingsverband regio Zutphen. Aan de hand van bijvoorbeeld CITO-LVS gegevens, kan het advies mogelijk herzien worden. Wanneer alle partijen akkoord zijn met het gegeven advies, start de basisschool in overleg met ouders de procedure rond de formele aanmelding bij een school voor voortgezet onderwijs. Leerlingen die dan worden aangemeld voor leerwegondersteunend- of praktijkonderwijs hoeven dan niet meer getest te worden, dus kunnen de gegevens eerder naar de RVC. De school voor voortgezet onderwijs dient de aanvraag voor de beschikking in bij de RVC. De RVC bekijkt vervolgens of zij het eens zijn met het advies en geeft al dan niet een beschikking LWOO of PRO af. Voor informatie over de criteria die de RVC hanteert, zie bijlage (link bijlage) Scholen Binnen ons samenwerkingsverband zijn er twee scholen voor PRO, te weten: de Tender in Dieren en het Praktijkonderwijs Zutphen. Daarnaast zijn er 3 scholen die VMBO met LWOO aan bieden, te weten: het Rhedens in Dieren, ’t Beeckland in Vorden en ten slotte het Stedelijk in Zutphen. Criteria Leerwegondersteunend Onderwijs en Praktijkonderwijs Criteria Leerwegondersteunend Onderwijs De RVC geeft uitsluitend een positieve beschikking Leerwegondersteunend Onderwijs (LWOO), indien de leerling: a. een intelligentiequotiënt heeft binnen de bandbreedte van 75-90 en een leerachterstand heeft op tenminste twee van de vier domeinen (Technisch lezen, Begrijpend lezen, Spelling en Inzichtelijk Rekenen), waarvan minimaal één van deze twee domeinen Begrijpend lezen of Inzichtelijk Rekenen betreft. Het gaat om leerlingen met een leerachterstand tussen de anderhalf en drie jaar gemeten in dle’s (leerachterstand > 0.25 en < 0.50). b. een intelligentiequotiënt heeft binnen de bandbreedte 91 t/m 120. En een leerachterstand heeft op tenminste twee van de vier domeinen (Technisch lezen, Begrijpend lezen, Spelling en Inzichtelijk Rekenen), waarvan minimaal één van deze twee domeinen Begrijpend lezen of Inzichtelijk Rekenen betreft. Het gaat om leerlingen met een leerachterstand tussen de anderhalf en drie jaar gemeten in dle’s (leerachterstand > 0.25 en < 0.50). of en de resultaten van één of meer persoonlijkheidsonderzoeken met betrekking tot prestatie, motivatie, faalangst en emotionele stabiliteit, die een beeld geven van de sociaal-emotionele problematiek van de leerling in relatie met de leerprestaties. Schematisch overzicht Criteria Leerwegondersteunend Onderwijs Schematisch overzicht Criteria Leerwegondersteunend Onderwijs Criteria Praktijkonderwijs De RVC geeft uitsluitend een positieve beschikking Praktijkonderwijs (PrO), indien de leerling: a. een intelligentiequotiënt heeft binnen de bandbreedte van 60 t/m 80 b. een leerachterstand heeft op tenminste twee van de vier domeinen (Technisch lezen, Begrijpend lezen, Spelling en Inzichtelijk Rekenen), waarvan minimaal één van deze twee domeinen Begrijpend lezen of Inzichtelijk Rekenen betreft. Het gaat om leerlingen met een leerachterstand van meer dan 3 jaar gemeten in dle’s (leerachterstand > 0.50). en Schematisch overzicht criteria Praktijkonderwijs Overlap en tegenstrijdige criteria Leerwegondersteunend Onderwijs en Praktijkonderwijs Voor leerlingen met een IQ-score van 75 t/m 80 geldt dat zij, op basis van het criterium, in aanmerking kunnen komen voor zowel indicatiestelling voor LWOO als voor PrO. Op basis van de scores op het criterium leerachterstand kan gekeken worden waar een leerling het best op zijn plek zou zijn. In deze gevallen geeft de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) het advies PrO, maar een beschikking voor LWOO is ook mogelijk en neemt de voorzitter van de PCL contact op met de betreffende basisschool. Wanneer de VO-school de beschikking wil aanvragen moet de aanmelding voorzien zijn van een gedegen motivatie waarom de school de leerling voor LWOO dan wel PrO wil laten indiceren. Bovenstaande afweging kan zich ook voordoen in het geval van tegenstrijdige scores op de criteria. Er is sprake van tegenstrijdige criteria wanneer de score op een criterium wijst op PrO en de score op een ander criterium op LWOO.
© Copyright 2024 ExpyDoc