Korte rapportering over online-enquête GEZINSLEER: AANVAARDING EN POSITIONERING (GAP) Opzet, doelgroep, dataverzameling Naar aanleiding van de Buitengewone Bisschoppensynode die Paus Franciscus van 5 tot 19 oktober 2014 heeft bijeengeroepen over het thema: ‘De pastorale uitdagingen voor huwelijk en gezin in het kader van de evangelisatie’, hebben onderzoekers van de Faculteit Theologie en Religiewetenschappen tussen 15 december 2013 en 8 januari 2014 een anonieme online enquête doorgevoerd. Het was de bedoeling om inzicht te verwerven op de visie en beleving van geloof in relatie tot ethische vragenstukken rond huwelijk en gezin en om naar ervaringen met en knelpunten in de kerkelijke leer omtrent deze onderwerpen te peilen. Anders dan de bevraging die eerder door de Belgische Bisschoppen op vraag van het secretariaat van de Bisschoppensynode in heel België werd georganiseerd, blijft de voorliggende enquête 1) beperkt tot de katholieke kerk in Vlaanderen, is ze 2) specifiek gericht naar mensen die professioneel en/of vrijwillig betrokken zijn bij pastoraat en geloofscommunicatie in de Vlaamse kerk en bevat ze 3) kwantitatieve, gesloten vragen. In totaal vulden 1853 respondenten die op een of andere manier betrokken zijn bij de Vlaamse kerk de enquête volledig in. Enkele resultaten in een notendop Pastores, godsdienstleerkrachten en pastoraal geëngageerden menen in het algemeen dat ze de grote lijnen van de kerkelijke leer over huwelijk en gezin vrij goed kennen. Een grote groep wenst echter duidelijk verandering. De veronderstelling dat de leer te weinig bekend is en daarom miskend en ongegrond afgewezen wordt, wordt tenminste voor deze groep, die doorgaans theologisch goed opgeleid is, niet echt bevestigd. Het kerkelijke verbod op kunstmatige anticonceptie, de uitsluiting van hertrouwde gescheidenen van de communie en de afwijzing van homoseksuele relaties roept het meeste verzet op bij deze groep respondenten. De kerkelijke leer omtrent het belang van het huwelijk wordt door een vrij grote groep van de respondenten eerder positief gewaardeerd. Dit blijkt onder andere uit de antwoorden omtrent ongehuwd samenwonen en over echtscheiding. Homoseksuele betrekkingen worden door een grote meerderheid van de respondenten aanvaard. Tevens een aanzienlijk deel van de respondenten keurt de mogelijkheid van een homohuwelijk niet automatisch af. Tegelijkertijd is er een vrij grote groep die de term ‘huwelijk’ liever voorbehoudt voor heteroseksuele relaties. Er is een duidelijke correlatie tussen de eigen visie op gezinsthema’s en de mate waarin men denkt dat anderen instemmen met de kerkelijke leer. Hoe meer men het zelf eens is met de kerkelijke leer over gezinsvisies, hoe minder men denkt dat anderen (gelovigen, mensen die men in pastorale contexten ontmoet) verandering willen in de kerkelijke leer. Een grote groep van de respondenten vindt niet enkel dat de kerkelijke leer omtrent een aantal gezinsthema’s zou moeten veranderen, maar geeft ook aan dat ze in hun eigen pastoraal handelen reeds (gedeeltelijk althans) die verandering doorgevoerd hebben. Ze zeggen reeds uit te voeren wat ze hopen dat er verandert aan de kerkelijke leer. De resultaten over de geloofsbeleving van de deelnemers wijzen uit dat het hierbij gaat om een sterk kerkbetrokken en gelovige groep van mensen. Gelovig en geëngageerd zijn in de katholieke kerk wil dus niet noodzakelijk zeggen: het eens zijn met alle items rond huwelijk en seksualiteit die door de officiële kerk worden voorgesteld. Annemie Dillen & Thomas Knieps
© Copyright 2024 ExpyDoc