Factsheets 2 e kwartaal 2014

2e kwartaal 2014
FBTO Aandelenfonds Nederland
Ontwikkelingen markt en fonds
Profiel
De aandelenbeurzen bleven wereldwijd stijgen in het tweede kwartaal, ondanks de
nodige politieke spanningen in diverse regio’s en bezorgdheid over de economische
groei (dit laatste speelt met name in de eurozone). Daar stond tegenover dat de
centrale bankiers alles in het werk blijven stellen om de economie te stimuleren.
Opvallend was de actie van de ECB om begin juni het officiële korte rentetarief (refirente) verder te verlagen tot 0,15%, terwijl de depositorente (rente waartegen banken
geld kunnen stallen bij de ECB) zelfs negatief is geworden (-0,10%). Ook zijn
maatregelen genomen, zodat banken extra kunnen lenen bij de ECB tegen zeer lage
rentes. Het beleid van de centrale bank is er nadrukkelijk op gericht om een te lage
inflatie te bestrijden en de gebrekkige kredietverlening aan bedrijven op gang te
helpen. Beleggers waren te spreken over deze aanpak, getuige de verdere opmars
van de aandelenkoersen. Gedurende het tweede kwartaal bracht Koninklijke Olie
winstcijfers uit die de verwachtingen ruim overtroffen. De goede prestaties op het
gebied van vloeibaar gas én de hogere brandstofprijzen waren hier mede debet aan.
De resultaten van Philips stelden echter teleur. Het elektronicaconcern gaf aan te
kampen met negatieve valutaresultaten en een zwakke vraag in opkomende markten.
De vastgoedaandelen Unibail Rodamco en Corio profiteerden sterk van de
renteverlagingen en behoorden tot de uitblinkers in het tweede kwartaal.
Dit fonds belegt voornamelijk in aandelen van aan de
Nederlandse beurs genoteerde ondernemingen. Voor
een gedeelte kan worden belegd in aandelen van
ondernemingen met een beursnotering in de eurozone.
De doelstelling van dit fonds is met een gespreide
portefeuille beter te presteren dan de benchmark.
Dagelijks kan worden toe- en uitgetreden tegen de
intrinsieke waarde van het fonds, conform de
voorwaarden van uw verzekerings- of pensioencontract.
Het fonds rendeerde het afgelopen kwartaal bijna 3,9% terwijl de benchmark ruim
4,1% rendeerde . De Nederlandse aandelenmarkt presteerde relatief goed in de
verslagperiode, als de vergelijking wordt gemaakt met andere eurolanden. In de
eurozone is in het algemeen een opvallende rotatie aan de gang van zogenoemde
kwaliteitsaandelen naar waarde-aandelen. De achterblijvers van voorgaande jaren
blijken op dit moment de grootste stijgers. Bij gevolg zijn de verschillen in waardering
tussen kwaliteits- en waarde-aandelen wel veel kleiner geworden. Kwaliteitsbedrijven
die op langere termijn in staat zijn hoge winsten te behalen, noteren op dit moment niet
de premie die ze verdienen. In de portefeuillesamenstelling wordt hierop ingespeeld,
teneinde op langere termijn een beter rendement te halen dan de benchmark.
Kerngegevens per 30 juni 2014
Fondstype
Nederlands aandelen
Oprichtingsjaar
1994
Beursnotering
Nee
Dividend
Het fonds keert geen dividend uit.
Inkomsten worden herbelegd.
Benchmark
AEX Total Return Index
Koers
€ 22,80
Totaal belegd
vermogen
€ 92.744.826,05
Aantal units
4.068.752
Samenstelling
100% Aandelen
Ontwikkeling koers fonds
Kosten
Beheerkosten per jaar
Overige kosten per jaar
Kostenratio
: 0,36%
: 0,75%
: 1,11%
Sectorverdeling aandelen
Rendement
Q2 2014
Year to date
12 mnd
36 mnd
60 mnd
Netto
Fondsrendement
3,88%
4,39%
21,75%
9,77%
12,81%
Benchmark
4,14%
4,81%
23,18%
10,34%
12,96%
Bruto
Fondsrendement
4,12%
4,89%
22,89%
10,82%
13,94%
*Vanaf 1 oktober 2010 is de benchmark gewijzigd. De benchmarkrendementen tot en met het derde kwartaal 2010
Niet duurzame consumptiegoederen
24,5%
Banken en verzekeraars
17,6%
Energie
17,0%
Basisindustrie
9,9%
Chemie - farmacie
7,2%
Duurzame consumptiegoederen
7,0%
Media
6,7%
Vastgoed
5,8%
IT-Telecom
3,0%
Dienstverlening
1,3%
Kapitaalgoederen
0,0%
betreffen de AEX Index – Price Index.
10 grootste belangen
Royal Dutch Shell
17,0%
Unibail-Rodamco
5,8%
Unilever NV
15,6%
Akzo Nobel NV
4,4%
Ing Groep NV
11,8%
Reed Elsevier NV
4,3%
Koninklijke Philips
7,0%
Aegon NV
4,3%
ASML Holding NV
6,8%
Ahold NV
3,9%
De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Wie geld belegt neemt een financieel risico. Ook bij dit fonds loopt u een beleggingsrisico. Het bedrag, dat wordt betaald voor de beleggingsverzekering, wordt niet volledig belegd; een
deel gaat op aan kosten en verzekeringspremies. Rendementen kunnen hoger, maar ook lager uitvallen en zullen meer schommelen naarmate de beleggingsvorm risicovoller is. De
rendementen in deze factsheet zijn rendementen die in het verleden zijn behaald en garanderen dus niets voor de toekomst. Dit document is met de zo grootst mogelijke zorgvuldigheid
opgesteld en is gebaseerd op de per heden bekende en naar onze mening betrouwbare informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Dit document en de daarin
opgenomen informatie is geen advies tot aan- of verkoop van uw belegging(en).
Voor dit fonds is een Basis en Aanvullend Prospectus, waarin de relevante gegevens met betrekking tot dit fonds zijn vermeld, verkrijgbaar via www.fbto.nl Lees het Basis en Aanvullend
Prospectus voordat u besluit tot belegging in dit fonds. Voor een uitleg van de gehanteerde begrippen verwijzen wij u naar de ‘Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen’. De
begrippenlijst kunt u vinden op onze website www.fbto.nl .
2e kwartaal 2014
FBTO Depositofonds
Ontwikkelingen markt en fonds
Profiel
De Europese Centrale Bank (ECB) verlaagde in juni de herfinancieringsrente met 10
bp naar 0,15%. Onverwacht was met name het besluit om de depositorente te
verlagen naar -/- 0,10% (negatieve rente). De ECB kondigde tevens extra
mogelijkheden voor de banken aan om geld aan te trekken tegen een zeer lage rente
(zogenoemde Targeted LTRO’s). De ECB kwam tot deze maatregelen, om een te lage
inflatie in de eurozone te bestrijden en om de haperende kredietverlening aan
bedrijven weer op gang te brengen. De inflatie in de eurozone daalde in mei naar
slechts 0,5% jaar op jaar, ruim onder het door de centrale bank beoogde niveau van
2%.
Het brede thema van stabilisering en herstel in de eurozone lijkt stand te houden. De
werkloosheid in de eurozone daalde van 11,8% naar 11,7%, en in de perifere landen
begint men langzaamaan de eerste vruchten van de hervormingen te plukken. Zowel
de kapitaalmarkten als de kredietbeoordelaars krijgen steeds meer oog voor het
geleidelijke herstel in de periferie. Portugal zei als derde land het noodhulpprogramma
vaarwel, en Moody’s verhoogde voor de tweede keer dit jaar de rating van Ierland,
ditmaal met twee treden naar Baa1.
Binnen het fonds liepen de deposito’s van Achmea BV in het tweede kwartaal af. Er is
onder meer herbelegd in een Floating Rate Note (FRN) van Swedbank (vervaldatum
maart 2016, Euribor + 18 bp), een FRN van ABN AMRO (januari 2015, Euribor +12bp
en een vastrentende obligatie van Roche (april 2016, effectief rendement 0,41%).
Daarnaast is herbelegd in kortlopend Nederlands en Duits staatspapier.
Dit fonds belegt in geldmarktinstrumenten die genoteerd
zijn in euro’s met een maximale looptijd van 24
maanden. De doelstelling van dit fonds is om met een
actief beleid een stabiel rendement te behalen, waarbij
het rendement afhankelijk is van de ontwikkelingen op
de geldmarkt. De doelstelling van dit fonds is met een
goed gespreide portefeuille beter te presteren dan de
benchmark.
Dagelijks kan worden toe- en uitgetreden tegen de
intrinsieke waarde van het fonds, conform de
voorwaarden van uw verzekerings- of pensioencontract.
De duratie van de portefeuille liep gedurende het kwartaal licht op van 0,30 naar 0,31
jaar eind juni. De performance van het fonds (voor kosten) was licht beter dan de
benchmark. De portefeuille profiteerde van de posities in FRN’s van banken en
kortlopende vastrentende bedrijfsobligaties.
Het fonds liet in het tweede kwartaal een rendement zien van -0,09% terwijl de
benchmark 0,08% noteerde.
Ontwikkeling koers fonds
Het FBTO Depositofonds wordt ook gevoerd onder de
fondsnaam Centraal Beheer Achmea Depositofonds.
Kerngegevens per 30 juni 2014
Fondstype
Euro liquiditeiten
Oprichtingsjaar
1991
Beursnotering
Nee
Dividend
Het fonds keert geen dividend uit.
Inkomsten worden herbelegd.
Benchmark
3 maands Euribor
Koers
€ 41,18
Totaal belegd
vermogen
€ 30.113.542,43
Aantal units
731.317
Samenstelling
71,07% Bedrijfsobligaties
28,93% Staatsobligaties
Kosten
Beheervergoeding per jaar
Overige kosten per jaar
Kostenratio
Rendement
: 0,18%
: 0,75%
: 0,93%
Geldmarktrente (3 maands euribor)
Q2 2014
Year to date
12 mnd
36 mnd
60 mnd
Netto
Fondsrendement
-0,09%
-0,24%
-0,51%
-0,14%
-0,09%
Benchmark*
0,08%
0,15%
0,33%
0,53%
0,64%
Bruto
Fondsrendement
0,11%
0,17%
0,31%
0,69%
0,77%
* Tot 25 april 2013 was de benchmark voor het gedeelte euro liquiditeiten 3 maands Euribor min 10 bp.
De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Wie geld belegt neemt een financieel risico. Ook bij dit fonds loopt u een beleggingsrisico. Het bedrag, dat wordt betaald voor de beleggingsverzekering, wordt niet volledig belegd; een
deel gaat op aan kosten en verzekeringspremies. Rendementen kunnen hoger, maar ook lager uitvallen en zullen meer schommelen naarmate de beleggingsvorm risicovoller is. De
rendementen in deze factsheet zijn rendementen die in het verleden zijn behaald en garanderen dus niets voor de toekomst. Dit document is met de zo grootst mogelijke zorgvuldigheid
opgesteld en is gebaseerd op de per heden bekende en naar onze mening betrouwbare informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Dit document en de daarin
opgenomen informatie is geen advies tot aan- of verkoop van uw belegging(en).
Voor dit fonds is een Basis en Aanvullend Prospectus, waarin de relevante gegevens met betrekking tot dit fonds zijn vermeld, verkrijgbaar via www.fbto.nl Lees het Basis en Aanvullend
Prospectus voordat u besluit tot belegging in dit fonds. Voor een uitleg van de gehanteerde begrippen verwijzen wij u naar de ‘Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen’. De
begrippenlijst kunt u vinden op onze website www.fbto.nl .
2e kwartaal 2014
FBTO Euro Aandelenfonds
Ontwikkelingen markt en fonds
Profiel
De aandelenbeurzen bleven wereldwijd stijgen in het tweede kwartaal, ondanks de
nodige politieke spanningen in diverse regio’s en bezorgdheid over de economische
groei (dit laatste speelt met name in de eurozone). Daar stond tegenover dat de
centrale bankiers alles in het werk blijven stellen om de economie te stimuleren.
Opvallend was de actie van de ECB om begin juni het officiële korte rentetarief (refirente) verder te verlagen tot 0,15%, terwijl de depositorente (rente waartegen banken
geld kunnen stallen bij de ECB) zelfs negatief is geworden (-0,10%). Ook zijn
maatregelen genomen, zodat banken extra kunnen lenen bij de ECB tegen zeer lage
rentes. Het beleid van de centrale bank is er nadrukkelijk op gericht om een te lage
inflatie te bestrijden en de gebrekkige kredietverlening aan bedrijven op gang te
helpen. Beleggers waren te spreken over deze aanpak, getuige de verdere opmars
van de aandelenkoersen.
Gedurende het tweede kwartaal behoorden aandelen als Unibail-Rodamco (+12,7%),
Total (+10,9%), Air Liquide(+10,3%), Anheuser-Bush (+10,3%) en Banco Santander
(+10,2%) tot de uitblinkers. Als één van de achterblijvers kan Deutsche Bank (-17,0%)
worden genoemd.
Dit fonds belegt uitsluitend in aandelen van
ondernemingen met een beursnotering in de eurozone.
De doelstelling van dit fonds is met een goed gespreide
portefeuille beter te presteren dan de benchmark.
Dagelijks kan worden toe- en uitgetreden tegen de
intrinsieke waarde van het fonds, conform de
voorwaarden van uw verzekerings- of pensioencontract.
Het fonds rendeerde het afgelopen kwartaal bijna 2,1%, terwijl de benchmark uitkwam
op bijna 3,3%. In de eurozone is in het algemeen een opvallende rotatie aan de gang
van zogenoemde kwaliteitsaandelen naar waarde-aandelen. De achterblijvers van
voorgaande jaren blijken op dit moment de grootste stijgers. In het tweede kwartaal
kwamen ook onder grote bedrijven de fusies en overnames weer op gang, vooral in de
farmaceutische sector, hetgeen koers opdrijvend heeft gewerkt. Als gevolg van deze
ontwikkelingen, kan worden gesignaleerd dat de verschillen in waardering tussen
aandelen aanmerkelijk kleiner zijn geworden. Kwaliteitsbedrijven die op langere termijn
in staat zijn hoge winsten te behalen, noteren op dit moment niet de premie die ze
verdienen. In de portefeuillesamenstelling wordt hierop ingespeeld, teneinde op
langere termijn een beter rendement te halen dan de benchmark.
Ontwikkeling koers fonds
Het FBTO Euro Aandelenfonds wordt ook gevoerd
onder de fondsnamen Centraal Beheer Achmea Euro
Aandelenfonds en Avéro Achmea Euro Aandelenfonds
II.
Kerngegevens per 30 juni 2014
Fondstype
Euro aandelen
Oprichtingsjaar
1998
Beursnotering
Nee
Dividend
Het fonds keert geen dividend uit.
Inkomsten worden herbelegd.
Benchmark
FTSE World Eurobloc Total
Return Index
Koers
€ 32,79
Totaal belegd
vermogen
€ 70.316.952,58
Aantal units
2.144.487
Samenstelling
100% Aandelen
Kosten
€ 56.174.379,81
Samenstelling
Beheerkosten per jaar
Overige kosten per jaar
2.369.003
Kostenratio
: 0,36%
: 0,75%
: 1,11%
100% Aandelen
Sectorverdeling aandelen
Rendement
Q2 2014
Netto
Fondsrendement
Benchmark
Bruto
Fondsrendement
Year to date
12 mnd
36 mnd
60 mnd
Banken en verzekeraars
25,8%
Chemie - farmacie
17,6%
Niet duurzame consumptiegoederen
14,2%
Energie
9,9%
IT-Telecom
8,2%
Kapitaalgoederen
5,4%
Duurzame consumptiegoederen
5,4%
Dienstverlening
5,0%
2,07%
3,89%
22,74%
9,76%
11,32%
Basisindustrie
4,3%
3,27%
6,26%
27,87%
9,10%
11,82%
Handel - transport
2,3%
Media
1,8%
Vastgoed
0,1%
2,31%
4,38%
23,90%
10,81%
10 grootste belangen
12,44%
Top 10 geografische verdeling
Sanofi
4,2%
SAP AG
2,8%
Frankrijk
29,6%
Ierland
5,5%
Bayer AG
4,0%
Unilever NV
2,8%
Duitsland
27,9%
Portugal
2,2%
Basf SE
3,9%
Schneider Electric
2,7%
Nederland
15,8%
Belgie
2,0%
Total SA
3,2%
Allianz SE
2,6%
Italie
8,3%
Finland
1,2%
Ing Groep3e
NV
2,9%
BNP Paribas
2,6%
Spanje
7,2%
Oostenrijk
0,1%
kwartaal
2012
4e kwartaal
2012
De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Wie geld belegt neemt een financieel risico. Ook bij dit fonds loopt u een beleggingsrisico. Het bedrag, dat wordt betaald voor de beleggingsverzekering,
wordt niet volledig belegd; een deel gaat op aan kosten en verzekeringspremies. Rendementen kunnen hoger, maar ook lager uitvallen en zullen meer schommelen naarmate de
beleggingsvorm risicovoller is. De rendementen in deze factsheet zijn rendementen die in het verleden zijn behaald en garanderen dus niets voor de toekomst. Dit document is met de zo
grootst mogelijke zorgvuldigheid opgesteld en is gebaseerd op de per heden bekende en naar onze mening betrouwbare informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden
ontleend. Dit document en de daarin opgenomen informatie is geen advies tot aan- of verkoop van uw belegging(en). Voor een uitleg van de gehanteerde begrippen verwijzen wij u naar de
‘Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen’. De begrippenlijst kunt u vinden op onze website www.fbto.nl.
2e kwartaal 2014
FBTO Obligatiefonds
Ontwikkelingen markt en fonds
Profiel
De kapitaalmarktrentes zijn tegen de algemene verwachting in, in de eerste helft van
2014 verder gedaald. In de eurozone valt zelfs te spreken van een zeer sterke
rentedaling, die zich doorzette in het tweede kwartaal. De 10-jaars Duitse staatsrente
haalde het niveau van 1,25%, een daling van circa 60 basispunten gedurende dit jaar.
Ook de Nederlandse 10-jaars staatsrente daalde tot 1,45%, het laagste peil sinds de
invoering van de euro. De rentes in de VS en het VK toonden ook een dalende
tendens, maar duidelijk minder sterk dan in de eurozone.
Drijvende kracht achter de lagere rente in de eurozone, is het optreden van de ECB.
Begin juni kondigde de ECB een heel pakket aan maatregelen aan, om te lage inflatie
te bestrijden en de haperende kredietverlening aan bedrijven te stimuleren. Daartoe
behoorden een verlaging van de refi-rente (tot 0,15%), een zelfs negatieve
depositorente (-0,10%) en extra mogelijkheden voor banken om tegen zeer lage rente
geld aan te trekken bij de ECB (zogenoemde LTRO programma).
In dit klimaat hebben de obligaties van de euro kernlanden goed gepresteerd, maar de
staatsobligaties van de euro periferie (met name Spanje en Italië) zelfs nog beter. De
hervormingen beginnen vruchten af te werpen, de politieke situatie in Italië is stabieler
en meer pro Europees geworden, en de maatregelen van de ECB spelen de euro
perifere landen ook in de kaart. Bedrijfsobligaties bleven ook in trek bij beleggers,
waardoor de renteverschillen tussen staats- en bedrijfsobligaties verder zijn
ingekomen.
Dit fonds belegt voornamelijk in aan een in de eurozone
gevestigde beurs genoteerde obligaties, die uitgegeven
zijn of gegarandeerd worden door een overheid uit de
eurozone. Voor een gedeelte wordt belegd in obligaties
die uitgegeven zijn door financiële instellingen en/of
ondernemingen met minimaal een investmentgrade
rating. De doelstelling van dit fonds is met een goed
gespreide portefeuille beter te presteren dan de
benchmark.
Dagelijks kan worden toe- en uitgetreden tegen de
intrinsieke waarde van het fonds, conform de
voorwaarden van uw verzekerings- of pensioencontract.
Het fonds liet in het tweede kwartaal een rendement zien van ruim 2,6% terwijl de
benchmark bijna 2,8% noteerde. De onderwogen positie van de duratie van het fonds
kostte rendement, omdat de lange rentes verder zijn gedaald. De overwegingen van
Nederlandse, Franse en Belgische staatsobligaties (ten koste van Duitsland) droegen
bij aan het relatieve resultaat. Ook het extra accent op de euro perifere staatsobligaties
werkte positief uit voor het rendement. Hetzelfde gold voor de overweging in overheid
gerelateerde obligaties en bedrijfsobligaties.
Ontwikkeling koers fonds
Het FBTO Obligatiefonds wordt ook gevoerd onder de
fondsnaam Centraal Beheer Achmea Obligatiefonds.
Kerngegevens per 30 juni 2014
Fondstype
Euro obligaties
Oprichtingsjaar
1991
Beursnotering
Nee
Dividend
Het fonds keert geen dividend uit.
Inkomsten worden herbelegd.
Benchmark:
Barclays Capital Euro Aggregate
Total Return Index
Koers
€ 78,35
Totaal belegd
vermogen
€ 34.601.937,96
Aantal units
441.719
Samenstelling
60,40% staatsobligaties
39,60% bedrijfsobligaties
Kosten
Beheerkosten per jaar
Overige kosten per jaar
Kostenratio
: 0,25%
: 0,75%
: 1,00%
Top 10 geografische verdeling bedrijfsobligaties
Rendement
Q2 2014
Netto
Fondsrendement
Benchmark
Bruto
Fondsrendement
2,64%
2,76%
2,86%
Year to date
5,73%
6,04%
6,19%
12 mnd
7,73%
8,20%
8,66%
36 mnd
6,81%
7,35%
7,74%
60 mnd
5,27%
5,77%
6,23%
Nederland
20,6%
Frankrijk
15,9%
Verenigd Koninkrijk
12,6%
Verenigde Staten
9,5%
Spanje
6,9%
Duitsland
6,7%
Noorwegen
2,9%
Canada
2,8%
Australie
2,6%
Zwitserland
2,3%
Top 10 geografische verdeling staatsobligaties
Italie
Spanje
Frankrijk
Duitsland
Belgie
28,0%
15,0%
14,8%
8,6%
7,9%
Supranationaal
Ierland
Nederland
Oostenrijk
Slowakije
6,7%
5,3%
5,3%
3,4%
1,2%
Supranationaal betreft obligaties uitgegeven door instellingen, bijvoorbeeld de Europese Investeringsbank, welke
zijn georganiseerd of worden gesteund door verschillende nationale overheden.
Credit ratings obligatieportefeuille
AAA
AA
25,1%
22,0%
A
BBB
14,5%
38,4%
De waarde van uw belegging kan fluctueren. In het verleden behaalde resultaten bieden geen garantie voor de toekomst.
Wie geld belegt neemt een financieel risico. Ook bij dit fonds loopt u een beleggingsrisico. Het bedrag, dat wordt betaald voor de beleggingsverzekering,
wordt niet volledig belegd; een deel gaat op aan kosten en verzekeringspremies. Rendementen kunnen hoger, maar ook lager uitvallen en zullen meer schommelen naarmate de
beleggingsvorm risicovoller is. De rendementen in deze factsheet zijn rendementen die in het verleden zijn behaald en garanderen dus niets voor de toekomst. Dit document is met de zo
grootst mogelijke zorgvuldigheid opgesteld en is gebaseerd op de per heden bekende en naar onze mening betrouwbare informatie. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden
ontleend. Dit document en de daarin opgenomen informatie is geen advies tot aan- of verkoop van uw belegging(en). Voor een uitleg van de gehanteerde begrippen verwijzen wij u naar de
‘Begrippenlijst Unit Linked Beleggingsfondsen’. De begrippenlijst kunt u vinden op onze website www.fbto.nl.