Beantwoording vragen die zijn gesteld tijdens het Algemeen bestuur Gr HWH d.d. 25 april 2014 naar aanleiding van de notitie Uitwerking van Het Waterschapshuis 2.0, ‘een nieuwe koers’ (voor zover de beantwoording niet is opgenomen in het concept verslag van de vergadering) 1. In de vergadering is opgeroepen de uitwerking van de nieuwe koers voortvarend ter hand te nemen. Het algemeen bestuur heeft nu de richting bepaald. Het dagelijks bestuur is verantwoordelijk voor de inrichting. Er is al voorwerk gedaan. Er ligt een concept reorganisatieplan en een concept sociaal plan. De planning is dat beide documenten voor de zomer worden vastgesteld. Parallel wordt gewerkt aan het functieboek. Als dat na de zomer is vastgesteld, kan de plaatsingsprocedure starten. Hiervoor wordt een plaatsingsadviescommissie benoemd en ook een paritaire commissie wordt ingesteld. Daarnaast wordt de uitwerking van het dienstverleningsconstruct (de loden deuren) ter hand genomen. Ten behoeve van de volgende AB-vergadering (7 juli 2014) wordt een notitie opgesteld waarin de benodigde wijzigingen in de Gr worden uitgewerkt. Medio september start de formele wijzigingsprocedure, inclusief consultatie van de waterschappen. Eind 2014 neemt het Algemeen bestuur het besluit de Gr-tekst aan te passen. 2. Leidt het nieuwe dienstverleningsconstruct tot uitbreiding van personeel? Uitbreiding van personeel ten gevolge van de invoering van het nieuwe dienstverleningsconstruct wordt niet verwacht. Ook voor de huidige programma’s van HWH worden deelnameovereenkomsten gesloten. Tijdelijk zal echter wel extra juridische advisering nodig zijn om het construct in documenten uit te werken. 3. Beperkte overhead voor HWH is gewenst; zoveel mogelijk kosten aan programma’s toeschrijven Dit wordt door het DB onderschreven. 4. Aangegeven is dat inzicht is gewenst in plaatsing en selectie van personeel in relatie tot cultuuraspect. Een nieuwe cultuur en sturen op kwaliteit van de medewerkers is een belangrijk aspect van HWH 2.0. Bij de plaatsing van de medewerkers van HWH zal hier nadrukkelijk aandacht aan worden besteed. Daarnaast zal binnen HWH een cultuurveranderingstraject worden gestart. 5. Benadrukt is dat integraal projectmanagement een competentie moet zijn van HWHmedewerkers Dit wordt onderschreven door het DB. Integraal projectmanagement is voor HWH medewerkers een belangrijke competentie omdat de opdrachtgeverstafel en de stuurgroep hierdoor ontzorgd kunnen worden. 6. Aangegeven werd dat de sence of urgency wordt gemist; er is nog te weinig vernieuwing zichtbaar Het verpakken van projecten en programma’s in een loden deur is een nieuw aspect dat de samenwerking in wisselende samenwerkingsverbanden overzichtelijk en beheersbaar maakt. De rol van de opdrachtgeverstafel is ook geheel nieuw en zal een nieuwe dynamiek en impuls aan de samenwerking gaan geven. Het bestuur van HWH en de medewerkers zijn doordrongen van het feit dat er meer geïnvesteerd moet worden in de samenwerking. Een cultuurverandering en sturen op competenties (soft skills) die de samenwerking tussen de waterschappen en HWH kunnen versterken zijn zeer belangrijke aspecten. Het DB zal hier op toezien en sturen. 7. Er is gevraagd om duidelijkheid over de berekening van het percentage werk voor derden. Geldt het omzet- of het merendeelcriterium Werk voor derden partijen die niet aan de Gr HWH deelnemen is enerzijds van groot belang voor de samenwerking tussen de waterschappen en andere overheden. De wet is op dit moment aan het veranderen, waardoor andere criteria worden gehanteerd. In het verleden mocht een Gr 10% werk voor derden verrichten. Het kader voor het bepalen van dit percentage werd gebaseerd om de personele kosten en niet de omzet. Binnen het nieuwe wettelijk kader is dit 20%. Het is echter nog onduidelijk welk kader hierbij gehanteerd kan worden: 20% van de omzet of de personele kosten. Het DB heeft opdracht gegeven voor een juridisch advies over deze problematiek. Het Waterschapshuis, 23 mei 2014 J.W.A. van Enst / M.H. van der Veen-Brouwer