Deel Economie

stuk
ingediend op
144 (2014-2015) – Nr. 3
11 december 2014 (2014-2015)
Motie
van de heer Wouter Vanbesien
tot besluit van de in commissie besproken
beleidsnota Werk, Economie,
Wetenschap en Innovatie 2014-2019
– Deel Economie en Innovatie
Stukken in het dossier:
144 (2014-2015)–Nr. 1: Beleidsnota
–Nr. 2: Motie
verzendcode: ECO
2Stuk 144 (2014-2015) – Nr. 3
Het Vlaams Parlement,
– gehoord de bespreking van de beleidsnota Werk, Economie, Wetenschap en Innovatie 2014-2019 – Deel Economie en Innovatie;
– gehoord het antwoord van Vlaams minister Philippe Muyters;
–onderschrijft:
1° de ambitie om tegen 2020 Vlaanderen naar de top vijf van Europese regio’s
te brengen en om 3% te besteden aan onderzoek en ontwikkeling;
2° het belang om van de bevoegdheden Werk en Economie, Wetenschapsbeleid
en Innovatie één geïntegreerd beleid te maken;
3° investeringen in de verdere transformatie naar een nieuwe economie;
4° de aanmoediging van ondernemingszin in onze hele maatschappij;
5° de wil om voluit de kaart van digitalisering van de werking en van de diensten
van de overheid te trekken;
6°het inzetten op een waardegedreven beleid met als richtinggevende kernwaarden: duurzaamheid, responsabilisering, excellentie, klantgerichtheid,
wendbaarheid, integratie en synergie, maatwerk en aandacht voor de sociale
partners;
– stelt vast dat:
1° er in de beleidsnota amper sprake is van een vergroening van onze economie,
terwijl die zo noodzakelijk en dringend is, gezien de uitdagingen op het vlak
van milieu, klimaat, grondstoffen- en energie-efficiëntie enzovoort. Bovendien
biedt de omslag naar een groene en duurzame economie belangrijke kansen
voor Vlaanderen zoals de creatie van nieuwe duurzame banen, opbouw van
knowhow, innovatievoorsprong, energiebesparing, nieuwe start-ups enzovoort;
2°de minister maar een uiterst beperkte rol wil toekennen aan de overheid
om de transitie naar een groene economie te versnellen, terwijl heel wat
gezaghebbende bronnen aangeven dat de rol van de overheid net cruciaal
is om een omslag te kunnen maken. Zo organiseerde het Departement
Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI) woensdag 3 december 2014 een
studiedag over innovatie. Alle sprekers die daar aan bod kwamen, waren
het eens over het feit dat de overheid een belangrijke rol te spelen heeft in
de transformatie naar een duurzame economie. Ook heel wat belangrijke
economen benadrukken dat;
3° de beleidsnota zeer onduidelijk is over hoe de verdere transformatie naar een
nieuwe economie zal verlopen. Zo komt het begrip ‘circulaire economie’ niet
eens aan bod in de beleidsnota. Ook product-dienstsystemen, de coöperatieve
economie en deeleconomie worden over het hoofd gezien. De innovatie die
de minister aanhaalt, is weinig gericht en er is amper sprake van innovatie in
de businessmodellen;
4° het onzeker is dat de minister wel degelijk wil doorgaan met een adviesorgaan
voor innovatie dat onafhankelijk zijn wetenschappelijk onderbouwde adviezen
kan verstrekken;
– vraagt de Vlaamse Regering:
1°de indicatorenset die de vooruitgang van de groene economie meet en die
werd opgesteld door de Organisatie voor Economische Samenwerking en
Ontwikkeling (OESO) en werd herhaald in het VRIND-rapport 2014 (VRIND:
Vlaamse Regionale Indicatoren), te hanteren, zodat het parlement duidelijk
de transformatie naar een nieuwe en duurzame economie kan volgen;
2°ambitieuze beleidsmaatregelen uit te werken die de vergroening van onze
Vlaamse economie versnellen in plaats van af te wachten om te zien of die
vergroening er misschien vanzelf zal komen. Een versnelling van de transformatie van onze economie is immers nodig om onze welvaart en banen te
verzekeren en onze knowhow in de nieuwe sectoren uit te bouwen;
Vlaams Parlement – 1011 Brussel – 02/552.11.11 – www.vlaamsparlement.be
Stuk 144 (2014-2015) – Nr. 3
3
3° de schrapping van budgetten voor groene investeringen zoals de ecologiesteun
en het KMO-energie-efficiëntieplan ongedaan te maken. In plaats van die
steunmaatregelen te schrappen, zou beter worden ingezet op meer en betere
steun. Op het vlak van grondstoffen- en energie-efficiëntie bij kmo’s is er
nog heel wat werk aan de winkel. Dergelijke investeringen betalen zichzelf
bovendien terug, versterken de kmo’s en leveren banen op;
4° nieuwe innovatieve evoluties in onze economie zoals de circulaire economie,
de product-diensteneconomie, de coöperatieve economie, de deeleconomie
enzovoort een plaats te geven in het economische beleid van de Vlaamse
Regering;
5° de afschaffing van de Vlaamse Raad voor Wetenschap en Innovatie (VRWI)
te herzien;
6°een duidelijk budgettair pad uit te stippelen om de 3% O&O-doelstelling
(O&O: onderzoek en ontwikkeling) te realiseren.
Wouter VANBESIEN
V l a a m s Par l e m e nt