Woordvoering VVD Dordrecht op het jaarverslag 2013 en kaderbrief 2015 Maarten Burggraaf - 7 mei 2014 - Voorzitter, voor ons ligt het jaarverslag (2007); een geweldig financieel resultaat in een sterk veranderende organisatie... Ik zie u denken, heeft hij het hier over dezelfde jaarrekening als die ik voor mij heb liggen? Ik licht het toe. De lokale lasten in Dordrecht zijn laag. Onze stad behoort tot de top 50 van gemeentes met de laagste lasten. Maar... Dordrecht heeft ook eenzelfde top 50 notering onder de gemeentes met de hoogste stijging van lasten. De netto schuldenpositie van de stad is laag, ruim 500 euro per inwoner lager dan het landelijk gemiddelde, dat is ruim 20% lager dan het landelijk gemiddelde. Maar... de schulden zijn in vier jaar tijd ook meer dan verdubbeld! De reservepositie is gunstig, maar... laat wel een verslechtering zien. Kortom, voorzitter, onze stad is financieel aantrekkelijk voor de Dordtenaren en financieel solide en daar mogen we schapetrots op zijn. Maar... We staan WEL op een kantelmoment: gaan we die trend doorbreken en blijven we een financieel sterke stad voor de Dordtenaren of glijden we af? Dat is de EERSTE boodschap die wij halen uit het jaarverslag dat wij vandaag hier bespreken. Voorzitter, om terug te komen op de eerste zin van mijn betoog. Die verwees inderdaad niet naar het jaarverslag van 2013, maar komt uit de inbreng van mijn collega Pols bij de behandeling van de jaarrekening 7 jaar geleden. Die uitspraak over financiële soliditeit van de stad kunnen we vandaag nog wel steeds met droge ogen verdedigen. Maar kan de raad over 7 jaar nog steeds zo terugkijken op de jaarrekening? Voorzitter, we staan vandaag op een belangrijk kruispunt, met links een eenvoudig misschien wel aantrekkelijk ogend paadje, want heuvel af. En rechtsaf een duinpad dat stijl omhoog loopt en waarvan we niet kunnen zien wat er achter die heuvel ligt, maar waarvan we wel weten dat op die hoogte de horizon een stuk beter te zien zal zijn. De VVD kiest voor dat laatste pad. De route waarin we behoorlijke hobbels zullen moeten nemen. Pittige keuzes bij de begroting en de kadernota 2015 en een scherpe kerntakendiscussie. Want met die kerntakendiscussie krijgen we zicht op de horizon die wij met elkaar voor ogen hebben bij Dordrecht. Hoe ziet zo’n Dordrecht voor de VVD eruit? Dat is een stad die werkt. Waar voldoende ruimte is voor ondernemerschap en bedrijvigheid, het MKB, en dus banen. Dat is een stad die blijft werken als een magneet voor bezoekers van buitenaf. Dat is een stad waarin het prettig wonen is en initiatieven worden beloond en aanstekelijk zijn. En wat is de rol daarbinnen voor de gemeente? De tijden zijn verandert. Niet langer kennen we een gemeentelijke overheid die als haarlemmerolie fungeert; het wondermiddel dat elk maatschappelijk probleem oplost. Maar wat wel kan en moet is een gemeente die optreed als smeerolie, een vliegwiel voor initiatieven in de stad. Zodat de raderen in elkaar grijpen, zodat de initiatieven van bewoners en ondernemers in de stad elkaar versterken. Een gemeente die dit faciliteert met goede dienstverlening en verbinding legt, zodat het grotere geheel, een sterker Dordt, gaat draaien. Voorzitter, ik kom op de TWEEDE belangrijke conclusie die de VVD trekt uit dit jaarverslag. Nu vervult de gemeente die dienstverlenende rol gelukkig vaak goed, denk aan het recente klantvriendelijke optreden rondom parkeerboetes. Maar het gaat ook nog vaak fout. Verschillende afdelingen die niet met elkaar samenwerken, verantwoordelijkheden die vooruit worden geschoven. Dat werkt als zand in de machine. Voorzitter, ik ga dieper in op het jaarverslag van 2013. We lezen in het jaarverslag dat het aantal klachten is toegenomen. Graag horen wij van het college welke oorzaken hierachter liggen en wat het college denkt hieraan te gaan doen. Te vaak horen wij uit de stad dat bewoners of ondernemers bij vergunningaanvragen bij de maximum termijn van 6 weken worden verdaagt en dat vervolgens na 10 weken het antwoord is: daarvoor moet u bij een andere afdeling zijn, of: daar is helemaal geen vergunning voor nodig. Afdelingen of processen die langs elkaar heen werken. Recente voorbeeld is de Grote Griek die een dwangsom opgelegd kregen ondanks een ontheffing. Voorzitter, dit is een vorm van schotten tussen gemeentelijke afdelingen of diensten die een goede dienstverlening in de weg zitten. Graag horen wij van het college welke oorzaken hieraan ten grondslag liggen en wat het college denkt te gaan doen om deze schotten te slechten? Voorzitter juist op ondernemersvlak moeten wij als stad een uitstekende gastheer zijn. De rode loper moet uitliggen. Alleen zo krijgen we voldoende banen, alleen zo krijgen we een stad die werkt. Dit vraagt een aanpak als een maatpak, een gemeentelijke accountmanager die naar het einddoel kijkt. Graag horen wij van het college hoe het met deze aanpak staat. Hoe het staat met de uitvoering van de motie die de VVD vorig najaar heeft ingediend samen met BvD voor 1 ondernemershuis. Voorzitter, een stad die werkt vraagt ook om goed onderwijs. Wij lezen in het jaarverslag dat het schoolverzuim toeneemt. Dat het aantal leerlingen van techniek bij VMBO/MBO blijft dalen. Het is voor het bedrijfsleven van groot belang dat er voldoende gekwalificeerd en geschoold personeel in de regio beschikbaar is. Graag horen wij van het college welke oorzaken hierachter liggen en wat zij hieraan gaat doen om het tij te keren. Voorzitter, ik kom op de DERDE en laatste observatie over het jaarverslag. De VVD zal daarin kiezen voor een focus op de kerntaken, zodat de lasten laag kunnen blijven en dat wat je doet ook goed doet. Dat vraagt ook om kostenbesparing in de organisatie. We lezen daarin een fors tekort voor de afdeling stadsontwikkeling ondanks het project ‘zuinig stoken’. De VVD is van mening dat hier echt moet worden gekeken of er geen andere opzet van de afdeling mogelijk is. Hoe kijkt het college hier tegenaan? Ook teleurstellend vinden wij dat er bij het de ingenieursbureau Drechtsteden over 2013 weer EUR 100k bij moest omdat er meer capaciteit dan vraag vanuit de gemeentes is. De VVD denkt dat er voldoende sterke marktpartijen zijn om een goede invulling aan deze rol te geven. Ruimte voor initiatieven in de stad vraagt ook om een gemeentebestuur met moed en vertrouwen. Door bijvoorbeeld bestemmingsplannen flexibeler te durven maken, zodat er ook ruimte is om verantwoorde ontwikkelingen mogelijk te maken. Hoe kijkt het college hier tegenaan? Voorzitter, het jaarverslag is om terug te kijken. Wat is er van de voornemens gekomen, waar loopt het nog spaak en wat moeten we daarvoor anders doen? Daarover heeft de VVD zojuist een aantal zaken geconstateerd en een richting gegeven aan de weg die we van daaruit de komende periode in gaan slaan. Een weg die moet leiden tot een fundament voor het behoud van een solide financiële positie van Dordrecht. Waarin de langjarige begroting sluitend is, de schuldenpositie niet veel verder oploopt en de lasten voor de Dordtenaren laag blijven. Wij vertrouwen erop dat een meerderheid van de raad met ons voor het rechter pad de duin op kiest, een scherp horizon neer zal zetten bij de kerntakendiscussie en duidelijke keuzes zal maken. Zodat over zeven jaar kan worden geconcludeerd dat een stevig financieel fundament voor Dordrecht is gelegd in 2014 en het tij daar is gekeerd. Voorzitter, tot slot de kaderbrief om vooruit te kijken. We hebben een sterke opgave: duidelijke keuzes maken om 10 miljoen om te buigen. Dit vergt duidelijk meer tijd. De normaliter geplande kadernota volgde te kort op de coalitievorming en werd daarom een vereenvoudigde Kaderbrief. De keuzes daarin zijn nog flets. Die discussie zal vooral bij de begroting moeten worden gevoerd. Voorzitter, zoals ik eerder heb aangegeven vindt de VVD dat we scherpe keuzes zullen moeten maken en focus zal moeten zijn in de organisatie. In de subsidies dus ook in de samenwerking van de gemeente met de organisaties in de stad mag die scherpte er wat de VVD betreft ook komen. Een horizonbepaling bij subsidies. Oftewel eindigheid en daardoor regelmatig opnieuw langs de meetlat leggen. Zodat doel, nut en noodzaak van subsidies regelmatig opnieuw wordt getoetst. Dat houdt ons scherp en dient zo de stad. Voorzitter, per 1 juli zal de Wet Markt en Overheid ingaan. Deze wet is met een goed doel ingesteld, namelijk voorkomen dat de overheid oneerlijk concurreert met de markt. Maar het kan nadelige effecten hebben op zaken die wij als raad niet als ‘algemeen belang’ hebben benoemd en daardoor duurder uitvallen. Denk aan de sporthallen waarvan dan bijvoorbeeld de huren ongewild verhoogt zouden moeten worden. Graag vernemen wij van het college wat de effecten van deze wet zullen zijn in Dordrecht zodat de raad indien nodig hier nog tijdig op kan anticiperen. Voorzitter, het is ook al even door CDA aangestipt op beleidsmatige cijfers. Die moeten actueler anders kunnen we als raad niet goed controleren. De VVD vind dat ook de plannings en control cyclus korter kan. Wij zouden de Burap graag eerder ontvangen dan kort op de begroting. Alleen dan hebben we de tijd voor goed debat en kunnen we nog sturen. Ziet het colleges mogelijkheden om deze eerder aan de raad te doen toekomen? Voorzitter, graag rond ik hiermee mijn woordvoering af voor deze eerste termijn.
© Copyright 2024 ExpyDoc