Therapietrouw en astmamonitoring

Abstract workshop therapietrouw en monitoring
Het bevorderen van therapietrouw (en waarom eigenwijze ouders niet bestaan)
Ted Klok, kinderarts-pulmonoloog;
Reineke Kins, communicatie deskundige, trainer;
Leerdoelen:
na het volgen van deze workshop:
1. Kent de deelnemer de belangrijkste oorzaken van therapieontrouw
2. Weet de deelnemer welke communicatie technieken ingezet kunnen worden om de
therapietrouw te bevorderen
3. Heeft de deelnemer geoefend met minstens één van deze technieken
Ouders volgen regelmatig medische adviezen voor hun kinderen van u en uw collega’s niet
op. Soms is dat in alle openbaarheid: ouders laten in de spreekkamer al weten dat ze
medicatie niet willen geven aan hun kind. Veel vaker is er een vermoeden op
therapieontrouw bij een kind die klachten blijft houden van de ziekte, ondanks het
voorschrijven van effectieve medicatie.
In deze workshop willen we samen met u kijken naar de oorzaken van dit gedrag van ouders
gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek naar therapieontrouw. Dit onderzoek betreft
zowel een groot aantal internationale studies als het onderzoek dat Ted Klok (één van de
workshopleiders) heeft uitgevoerd binnen de eerste- en tweedelijns astmazorg in Zwolle. Op
grond van deze onderzoeken wordt therapieontrouw meestal ingedeeld in drie categorieën.
Ten eerste niet-intentionele therapieontrouw, veroorzaakt door onvoldoende uitleg en
begeleiding of verkeerd geïnterpreteerd medisch advies: ouders denken de adviezen goed
uit te voeren maar dit is niet het geval. De tweede categorie betreft intentionele
therapieontrouw: ouders wijken bewust af van het medische advies, bijvoorbeeld omdat het
medische advies niet aansluit bij hun eigen idee over de ziekte of de behandeling. De derde
categorie betreft ongeplande therapieontrouw: ouders willen wel de medische adviezen
opvolgen, maar het lukt ze niet. Bijvoorbeeld omdat er in het gezin problemen zijn die al veel
aandacht vragen van ouders of omdat er weinig structuur is zodat inname van medicatie
gemakkelijk wordt vergeten.
Maar met deze achtergrondkennis begint de workshop pas. We willen vooral met u in
gesprek hoe u als arts of verpleegkundige therapietrouw kunt bevorderen. Welke ideeën
heeft u daarover? Wat kan volgens u helpen om de therapietrouw bij kinderen te verbeteren?
Wat kunt u als arts of verpleegkundige doen om uw patiënt te motiveren zijn gedrag en/of
leefstijl te veranderen? Wat is uw insteek bij eigenwijze ouders en welke oplossingen wilt u
uw collega’s niet onthouden? Uw eigen opvattingen en ervaringen zullen het uitgangspunt
zijn voor een exploratie van de communicatieve vaardigheden die gebruikt kunnen worden
tijdens een gesprek over therapietrouw in de spreekkamer.
Uit eigen ervaring weet u vast dat als u ouders probeert te overtuigen van de voordelen van
veranderen en de nadelen van het huidige gedrag, dit meestal weinig effectief is. Het roept
eerder weerstand op. Zo willen wij u ook niet overtuigen welke communicatieve vaardigheid
u toe moet passen in de spreekkamer. Veel meer willen we met elkaar de voor- en nadelen
van verschillende communicatieve strategieën bespreken, ervaringen uitwisselen en
valkuilen zichtbaar maken. Het gebruik van rollenspelen of andere praktische oefeningen zijn
hierbij onmisbaar. Wij willen in ieder geval de volgende onderwerpen aan bod laten komen.
NL/AST/0016/13n Exp datum oktober 2015
o Het geven van uitleg over de ziekte van het kind en de daarbij behorende
behandeling is geen neutrale uitwisseling van informatie. Bouw daarom eerst aan de
relatie met de patiënt.
o Ouders en artsen komen niet altijd op één lijn. Shared Decision Making is nodig om
het beste therapeutische advies en de voorkeuren van ouders tot één gezamenlijk
plan te maken. Sommige artsen hebben hier een principieel bezwaar tegen: hoe kun
je afbreuk doen aan het beste medische advies. En dat is begrijpelijk. En toch,
uiteindelijk bepalen ouders thuis wat de behandeling van hun kind is, zij zijn de baas.
Voor Shared Decision Making is het uitvragen van opvattingen en voorkeuren
belangrijk. En het verdragen dat ouders hun eigen keuzes maken.
o Motiverende gespreksvoering is gericht op het versterken van iemands motivatie voor
verandering. Het is een methode die ondersteunend kan zijn bij Shared Decision
Making, maar ook in het gesprek met ouders die weinig prioriteit geven aan het
dagelijks geven van medicijnen aan hun kind of stoppen met roken in huis. En
daarvoor is het nodig dat je met je patiënt in gesprek gaat:
 over zijn of haar ambivalentie.
 dat deel van de patiënt aan het woord te laten dat wil en kan veranderen.
 het laat gebeuren dat de patiënt zichzelf overtuigt.
Wij zijn erg benieuwd hoe u aankijkt tegen Shared Decision Making en motiverende
gespreksvoering? Welke informatie heeft u van ons nodig om hier een goed beeld van te
krijgen om uw eigen keuzes hierin te maken? En laten wij u hierin de vrije keuze….. ?
NL/AST/0016/13n Exp datum oktober 2015