Recht op motivering van het ontslag Cao nr. 109 van 12 februari 2014 voert voor een ontslagen werknemer het recht in om de concrete redenen te kennen die geleid hebben tot zijn ontslag. Parallel met de invoering van deze cao komt de regeling rond het willekeurig ontslag bij arbeiders in principe te vervallen. Een uitzonderingsregime geldt evenwel voor de sectoren met een tijdelijke of structurele uitzondering ter zake de na te leven opzeggingstermijnen. 1 1.1 Recht op motivering Uitsluitingen van het toepassingsgebied in de privé-sector Cao nr. 109 is niet van toepassing op de werknemers die ontslagen worden: - tijdens de eerste 6 maanden van de tewerkstelling. Voorafgaande en aaneensluitende arbeidsovereenkomsten voor een bepaalde tijd of voor uitzendarbeid voor een identieke functie bij dezelfde werkgever worden meegeteld om te beoordelen in welke mate de eerste 6 maanden van de tewerkstelling zijn bereikt; - tijdens een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid of studentenarbeid; - met het oog op werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen) of pensioen; - wegens de definitieve stopzetting van de activiteit of de sluiting van de onderneming; - in het kader van een collectief ontslag; - en waarvoor de werkgever een bijzondere ontslagprocedure vastgelegd bij wet of een collectieve arbeidsovereenkomst moet naleven (bv preventieadviseur, personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraad, …); - en die het voorwerp zijn van een meervoudig ontslag bij herstructurering, zoals gedefinieerd op sectoraal vlak. Een uitzonderingsregime geldt ook voor de sectoren met een tijdelijke of structurele uitzondering ter zake de na te leven opzeggingstermijnen. Grant Thornton Accountants en Belastingconsulenten CVBA, burgerlijke vennootschap met handelsvorm Btw BE 0439 926 375. RPR Antwerpen Member firm of Grant Thornton International Ltd (GTIL) 2 1.2 Recht op motivering Indien de werknemer bij zijn ontslag niet werd geïnformeerd ter zake de concrete redenen, dan heeft hij voortaan het recht om bij aangetekend schrijven een verzoek te richten om de redenen te kennen. Dit verzoek dient aan de werkgever te worden gericht binnen een termijn van 2 maanden nadat de arbeidsovereenkomst een einde heeft genomen, zonder dat deze termijn meer dan 6 maanden na de betekening van de opzegging kan liggen1. 1.3 Sanctie De werkgever dient binnen 2 maanden na ontvangst van het aangetekend verzoek, de concrete redenen mee te delen bij aangetekend schrijven. Indien de werkgever niet of niet tijdig antwoordt op het verzoek zal hij voortaan een forfaitaire vergoeding van twee weken loon verschuldigd zijn. 2 Kennelijk onredelijk ontslag De tweede krachtlijn van deze cao bestaat erin dat een schadevergoeding wordt voorzien voor een werknemer die het slachtoffer is van een kennelijk onredelijk ontslag. 2.1 Begrip Een kennelijk onredelijk ontslag is een ontslag van een werknemer die is aangeworven voor onbepaalde tijd, dat gebaseerd is op redenen: - die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer; - die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming; EN - waartoe nooit beslist zou zijn door een normale en redelijke werkgever. Het betreft bijgevolg een marginale toetsing door de rechter. Alleen de kennelijke onredelijkheid van het ontslag mag getoetst worden en niet de opportuniteit van het beleid van de werkgever (te verstaan als: zijn keuze uit de verschillende redelijke beleidsalternatieven die hij heeft). 1 Met de dag van de betekening van de opzegging wordt bedoeld de dag waarop de kennisgeving van de opzegging uitwerking heeft. Grant Thornton Accountants en Belastingconsulenten CVBA, burgerlijke vennootschap met handelsvorm Btw BE 0439 926 375. RPR Antwerpen Member firm of Grant Thornton International Ltd (GTIL) 3 2.2 Sanctie De schadevergoeding die de rechter aan de werknemer bij een kennelijk onredelijk ontslag kan toekennen, stemt overeen met minimaal 3 weken en maximaal 17 weken loon. Deze schadevergoeding is niet cumuleerbaar met enige andere vergoeding die verschuldigd is door de werkgever naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst2, met uitzondering van een opzeggingsvergoeding, een niet-concurrentievergoeding, een uitwinningsvergoeding of een aanvullende vergoeding die bovenop de sociale uitkeringen wordt betaald. Het staat de werknemer nog steeds vrij de vergoeding van zijn reële schade te vragen. 2.3 Bewijslast Indien de werkgever aan zijn verplichting heeft voldaan om de concrete redenen (tijdig) mee te delen, draagt de partij die iets aanvoert de bewijslast. D.w.z. dat de werknemer in eerste instantie zal moeten aantonen dat het gaat om een kennelijk onredelijk ontslag. De werkgever dient evenwel nog te kunnen aantonen dat de opgegeven redenen waarheidsgetrouw zijn. Indien de werkgever aan zijn verplichting niet voldoet, zal zijn bewijslast zwaarder zijn. De werkgever zal immers moeten aantonen dat het niet gaat om een kennelijk onredelijk ontslag. Indien de werknemer - bij het ingebreke blijven van de werkgever - niet verzoekt om geïnformeerd te worden ter zake de concrete redenen die tot het ontslag hebben geleid, dient de werknemer het bewijs te leveren van de elementen die wijzen op de kennelijke onredelijkheid van het ontslag. 2 Bijvoorbeeld: beschermingsvergoeding aan een zwangere werkneemster of een werknemer die tijdskrediet geniet Grant Thornton Accountants en Belastingconsulenten CVBA, burgerlijke vennootschap met handelsvorm Btw BE 0439 926 375. RPR Antwerpen Member firm of Grant Thornton International Ltd (GTIL)
© Copyright 2024 ExpyDoc