ILLUSTRATIE ROEL VENDERBOSCH Door onze redacteur Juliette V asterman en moeder stormde de klas van groep drie binnen. Waarom hadden andere kinderen uit de klas wel extra lesmateriaal gekregen en haar kind niet? Haar dochter wilde thuis ook extra oefeningen maken. De lerares legde de moeder uit dat haar kind de kopieën uit het lesboekje niet nodig had. Het meisje kon goed meekomen. Maar daar nam de vrouw geen genoegen mee, vertelt een leerkracht van een basisschool anoniem. „Ik ben meteen naar het kopieerapparaat gelopen.” Ouders bemoeien zich steeds intensiever met het onderwijs van hun kind. Ze willen precies weten wat er in de klas gebeurt. Welk onderwijs er wordt gegeven en hoe. Waarom? Omdat hun kind een fantastisch mens moet worden. Dat presteert, dat slim en sociaal is. Dat gelukkig wordt en goed in het leven staat. De leraar moet daarbij helpen. En als dat niet goed lijkt te gaan, grijpt de ouder in. E G een beu rt in het k rin gges prek Dat komt er in de praktijk op neer dat ouders een mail sturen als hun kind in het kringgesprek niet aan de beurt is geweest. Dat ze de leerkracht ’s avonds laat sms’en met de vraag waarom de kinderen geen snoep mogen trakteren. Dat ze klagen bij de directeur dat een toets niet afgenomen had mogen worden omdat paragraaf 6.1 niet goed uitgelegd zou zijn. Dat ze extra begeleiding van een orthopedagoog eisen. En dreigen met juridische stappen als een kind geen hoger schooladvies krijgt. Het zijn voorbeelden van leerkrachten Als je kind maar uitblinkt Onder wijs Bij school betrokken ouders, het lijkt zo mooi. Maar sommige ouders bemoeien zich wel erg intensief met de les. En kijken neer op het onderwijzend personeel. „Waag het niet om te zeggen dat hun kind doorsnee is.” en directeuren van verschillende basisscholen in de Randstad. Ze vertellen over de toenemende bemoeienis van vaders en moeders in het onderwijs. De geïnterviewden willen niet allemaal met hun naam in de krant, ook de plaatsnaam van de school mag niet genoemd worden, uit angst voor boze ouders. Ooit waren de docenten blij met betrokken ouders. Maar het is alsof ze het paard van Troje hebben binnengehaald. Ouders nemen het onderwijs van binnenuit over. Dit geldt natuurlijk niet voor alle ouders. Maar een bepaalde groep legt een grote claim op de leerkrachten. D e s t at u s van ou ders m ag n iet dalen De leraren geven veelal les op scholen waar kinderen van hogeropgeleide ouders komen. Ze zijn succesvol en willen niet dat hun kind in sociale status daalt als gevolg van een lagere opleiding. De leraar en het kind moeten dus aan de slag. Dat is niet simpel. Zulke ouders kijken vaak neer op de leraar, weet oud-basisschooldirecteur Peter Thissen. Hij werkt al ruim 30 jaar in het onderwijs. De pabo staat niet hoog aangeschreven. „Ouders met een academische achtergrond denken: hoe ga jij van mijn kind een ster maken?” Ze willen eigenlijk op de plek van de leerkracht staan, zegt hij. „Het respect is verdwenen.” Ouders zien zichzelf bovendien als consumenten. Die kunnen klagen over een product, vertelt Kees Jansen, adviseur van Verus, de vereniging voor christelijk onderwijs. Hij werkte 25 jaar in het onderwijs, waarvan 12 jaar in het basisonderwijs, eerst als leerkracht en later als directeur. Ouders verwachten klantgerichtheid zoals een verzekeringsmaatschappij of een autodealer die verschaft. Maar de school is geen bedrijf en onderwijs is geen product, zegt hij. „Leerkrachten zijn mensen, professionals met een roeping. Die niet werken om winst te maken, maar die iets willen betekenen voor de samenleving. Ze willen handelen naar de normen van hun vak. En daar komt een grote mate van autonomie bij kijken.” Daar hebben ouders moeite mee. Nog voor het schooljaar begint, krijgt een lerares mailtjes van ouders. De kinderen van deze ouders stromen na de zomervakantie in groep drie in. De ouders willen zwart-op-wit een toezegging van de basisschool: hun kind is een ‘zon’. In het leessysteem dat de school hanteert volgen zon-kinderen namelijk het hoogste leesniveau. Er zijn ook ster-, maan- en raketkinderen. De sterkinderen zijn het minst ver met lezen. Een toezegging krijgen de ouders nooit. „Wij hebben het kind überhaupt nog niet gezien”, zegt de lerares. Het k in d als projec t dat m oet s lagen Ouders zien hun kind steeds vaker als een project. En dat project moet slagen, vertelt historisch pedagoog Janneke Wubs, verbonden aan De Haagse Hogeschool. Zij promoveerde op onderzoek naar de geschiedenis van opvoedboeken in Nederland. Vroeger was de norm: als je kind maar een gelukkig mens wordt. Nu is de norm: als je kind maar presteert. In de huidige prestatiemaatschappij moet je eruit halen wat erin zit, zegt Wubs. En dat kan ook; er zijn tal van ondersteuningsmogelijkheden om je kind zich optimaal te laten ontwikkelen. Een verlegen kind kan op weerbaarheidstraining. Een kind dat niet goed is in rekenen, gaat op rekenkamp, krijgt bijles of volgt een online lesprogramma. En een baby die met een paar maanden nog niet omrolt kan op babygym of naar de fysiotherapeut. Als je kind niet slaagt, is dat jouw schuld. Want alle middelen zijn er. Wubs: „Onzin natuurlijk, want elk kind ontwikkelt zich in zijn eigen tempo, op zijn eigen niveau. Daar kun je maar een beperkte invloed op uitoefenen.” Maar die visie leeft bij veel ouders niet. Sterker nog: ouders doen er zelf nog een schepje bovenop door elkaar op het schoolplein op te jutten, vertelt een leerkracht. Kinderen moeten niet alleen goed onderwijs krijgen. Ze mogen ook geen teleurstellingen ervaren, vertellen de geïnterviewden. Zodoende krijgen leraren boze mailtjes over waarom een klasgenootje een beloningssticker heeft gekregen van de juf en hun kind niet. En waarom het schoolreisje zo’n educatieve inslag moest hebben? De kinderen hadden zich juist verheugd op een pretpark. Kees Jansen van Verus: „Soms is je kind niet gelukkig. Teleurstellingen horen ook bij het leven. Maar dat gaat er bij veel ouders niet in.” Hoogbegaafd of hypergevoelig Kinderen lijden onder de druk van de ouders. Zeker de kinderen die niet zo makkelijk meekomen, zegt een directeur van twee basisscholen in Zuid-Holland. Ouders komen geregeld naar hem toe en zeggen dan: mijn kind is een ster, maar het komt er niet uit. Ze denken dat het kind misschien hoogbegaafd is, hypergevoelig of dyslectisch. Of het heeft dyscalculie. Alles moet onderzocht worden, ook door de school. Het kind presteert ondertussen steeds minder goed. „Waag het niet om tegen ouders te zeggen dat hun kind een doorsneeleerling is”, zegt de directeur. R A P P O RT Ouderdruk neemt toe 44 procent van de scholen voelt zich onder druk gezet door ouders om een hoger schooladvies te geven. Dat blijkt uit onderzoek van de Onderwijsinspectie. Dit advies is bepalend voor doorstroming naar de middelbare school. Voorheen gold de Citotoets als doorslaggevend. Bij eenderde van de scholen is de druk van ouders de laatste tien jaar toegenomen, aldus de inspectie. Belangrijke redenen hiervoor zijn „het willen vermijden van het vmbo en het belang van een goede opleiding”. „Als er niets uit de testen komt, ligt het aan de school. Wij geven niet goed les.” Op een andere basisschool in de Randstad gaat het net zo, vertelt een leerkracht. „Als je zegt dat de leerling een lage gemiddelde intelligentie heeft, móét er iets aan de hand zijn. Ik zeg dan: het kind voldoet niet aan uw verwachtingen, meer is er niet aan de hand.” De druk van ouders is zorgelijk. Kinderen kunnen onzeker en ongelukkig worden, zegt Christien Brinkgreve. Zij is hoogleraar sociale wetenschappen aan de Universiteit Utrecht. Kinderen die niet aan de eisen voldoen, krijgen het gevoel dat ze falen en komen in een neerwaartse spiraal. Kinderen die steeds meer moeten presteren verliezen hun plezier en kunnen overspannen raken. Leerlingen hebben op deze manier geen ruimte om hun eigen weg te zoeken. En uit te vinden waar hun hart ligt. Ouders meten geluk af aan status, zegt Brinkgreve. „Terwijl een loodgieter heel goed gelukkiger kan zijn dan een bankier.” En dan zijn er nog de effecten op de leraren. De vakbond CNV meldde vorig jaar dat de bemoeienis van ouders een belangrijke reden is voor jonge leraren om te stoppen met het werk. De geïnterviewden herkennen zich hierin. Een lerares: „Ik ren de benen uit mijn lijf, een boze mail aan het einde van de dag van een ouder is een klap in mijn gezicht. Dan denk ik: ik stop ermee.” Ouders verstieren het onderwijs, zegt oud-directeur Peter Thissen. „Op deze manier komen leerkrachten niet meer aan lesgeven toe.” De directeur van twee basisscholen in Zuid-Holland weet dat zijn leerkrachten erg onzeker worden van de ouders. „Ze slapen er slecht van en zijn geregeld in tranen.”
© Copyright 2024 ExpyDoc