Verslag tafel 3: thema Veiligheid in de buurt Aanwezigen: Hanneke

Verslag tafel 3: thema Veiligheid in de buurt
Aanwezigen:
Hanneke Klunder
Marlies Gerritsma
Lenie van Antwerpen
Adriaan Zijlmans
Maura Nanlohy
Hennie Verberne
Johanna Flanders
An Huijsen
Yvonne Frank
Roos Wilhelm
gemeente Rotterdam, voorzitter
stichting Hart voor Carnisse
actieve bewoner Vreewijk, bewonerscie. opgericht
actieve bewoner Noordereiland, o.a. scheepsopera
actieve bewoner Oude Westen
actieve bewoner Zuidwijk, o.a. ondernemersvereniging
actieve bewoner Tarwewijk, o.a. Feyenoord beweegt
actieve bewoner Cool, vrijwilligster Zonnebloem
CVD
verslag
Uitgangspunten raadsbrief
De verschillende uitgangspunten worden allemaal als belangrijk gezien, maar met de opmerking dat het met
zo veel thema's moeilijk wordt om echt focus aan te brengen. Prioriteit zou in elk geval gegeven moeten
worden aan jeugd en persoonsgerichte aanpak (dit laatste om niet te verliezen wat er de afgelopen jaren is
opgebouwd). Een term als HIC leeft minder; de meeste criminaliteit heeft immers nogal een uitwerking op de
betrokkenen.
Daarnaast mist men de focus op Rotterdammers in de brief; wat voor soort contact wil de gemeente met de
bewoners, wat gaat ze doen om dat te bewerkstelligen? Een praktisch voorbeeld is dat mensen van
Stadstoezicht vaak niet teruggroeten, en het lijkt of dat sociale onderdeel van hun werk (ook door de
gemeente) minder belangrijk wordt gevonden. Een ander voorbeeld is dat de gemeente dichter bij de burger
wil staan als het over veiligheid gaat, maar veel wijkpolitieposten worden juist gesloten.
Tenslotte is het belangrijk om elkaar de onveiligheid niet aan te praten; soms lijkt het alleen nog maar over
onveiligheid te gaan. Om het afvalputje van Nederland te worden genoemd, vindt men vreselijk.
Belangrijk voor veiligheid/onveiligheid in de buurt
In Zuidwijk spelen problemen met drugsgebruikers en zwervers in portieken, terwijl in de voorgaande jaren
de veiligheid juist zo verbeterd is. Er is wel cameratoezicht maar de politie kan weinig ondernemen zolang
het alleen over blowen gaat. (De spreker was niet op de hoogte van het bestaan van straatcoaches in de
wijk.) Verder wordt de komst van Moelanders die geen binding hebben met de wijk kort als probleem
benoemd.
Na een aantal overvallen in flats op het Vasteland zijn er hier veel ouderen die 's avonds niet meer naar
buiten durven of de deur niet open doen. Een mogelijkheid zou zijn om met vrijwilligers deze mensen weer
meer naar buiten te laten gaan, maar dit wordt niet gezien als een structurele oplossing van het
onveiligheidsgevoel.
Ten slotte is het belangrijk dat er goed zicht is op verschillende plekken, genoeg verlichting, en politie
aanwezigheid op de lastigste plaatsen, zoals het Amelandseplein dat nu weer verlicht en veilig is.
Een probleem dat door iedereen aan tafel wordt herkend is de sluiting van buurthuizen of andere centra
(sporthal Zuidwijk). Hierdoor hebben mensen minder mogelijkheden om met elkaar in contact te komen,
verdwijnt de levendigheid uit de wijk. Voor veel jongeren, zeker op Zuid waar men met grote gezinnen in
kleine huizen woont, betekent dit dat ze meer tijd op straat door brengen. Wat weer leidt tot meer
geluidsoverlast, vandalisme, en zelfs criminaliteit en inbraken. Aangezien jeugd zo'n belangrijk thema is zou
het open houden van wijkcentra prioriteit moeten krijgen.
Wat kunnen burgers bijdragen?
Burgers kunnen zelf bijdragen door het goede voorbeeld te geven (zich in te zetten, groeten op straat et
cetera). Wanneer mensen elkaar kennen neemt het gevoel van onveiligheid ook af: de verslaafden die in de
wijk Cool naar de opvang lopen worden in de straat gewoon geaccepteerd omdat men de vrijwilligers die
met hen werken kent.
Daarnaast is de levendigheid van de buurt belangrijk; hoe meer mensen er 's avonds op straat zijn, hoe
minder er gebeurt. Het is daarom belangrijk dat buurtbewoners ook zelf activiteiten ondernemen, samen
eten bijvoorbeeld creëert echt een andere sfeer. Er wordt door allerlei initiatieven al veel gebruik gemaakt
van de inzet van vrijwilligers (met of zonder vergoeding).
Ook is het belangrijk om elkaar aan te spreken op je rol; een ondernemersvereniging draagt bijvoorbeeld
door het bemiddelen bij stageplaatsen echt bij aan veiligheid; de jongeren doen werkervaring op in hun eigen
buurt en daardoor is er meer sociale controle.
Betrekken van burgers
Voor burgers is het belangrijk dat zij een eerste aanspreekpunt hebben om onveiligheid in de wijk te
bespreken. Vaak is het lastig om te bepalen bij wie je moet zijn voor een bepaald probleem. Het zou helpen
om hier per wijk of buurt één iemand voor aan te wijzen, die als vraagbaak en doorgeefluik kan fungeren.
Over de vorming van de gebiedscommissies is nog veel onduidelijkheid, en voor 'gewone burgers' lijkt het
heel ingewikkeld om hier aansluiting bij te vinden. Men vreest dat de nieuwe gebiedscommissies voor een
heel groot deel gaan bestaan uit personen die eerst bij de deelgemeente actief waren, en dat hierdoor de
kans op een 'frisse wind' wordt gemist.
Vanuit hun werk voor buurtinitiatieven merken de bewoners hoe belangrijk het is om relaties te leggen
vóórdat er problemen ontstaan. Het buurtcentrum van Hart voor Carnisse heeft bijvoorbeeld vanaf het
eerste begin stadswachten en politie binnengehaald, zodat de jongeren en zij met elkaar vertrouwd raakten.
Het is dus zaak om dat soort relaties, ook vanuit de gemeente, te promoten.
In contacten met instanties is het belangrijk dat er wordt teruggekoppeld wat er is/wordt gedaan met een
klacht. Er wordt een voorbeeld aangehaald van een lange brief naar de politie over jeugdoverlast, namens
verschillende bewoners, waar helemaal niet meer op teruggekomen wordt.
In het aanknopen van relaties wordt waardering als kernelement gezien. Dit geldt voor de relatie met
vrijwilligers. Maar ook in het contact met doelgroepen zoals lastige jongeren of verslaafden is het belangrijk
dat zij ergens om kunnen worden gewaardeerd (een hobby of klusje zoals bij het klooster in Afrikaanderwijk
of bij een project van Dock in Carnisse) wordt er contact tussen mensen mogelijk gemaakt. Verder is het
belangrijk om mensen te laten ervaren dat er naar hen geluisterd wordt, en tijd te nemen voor het contact
met betrokken bewoners of vrijwilligers.
Alle aanwezigen geven aan in de toekomst beschikbaar zijn om verder mee te denken. Emailadressen
zullen worden rondgestuurd voor onderling contact.