Gezondheidszorg is ouderenzorg Het aantal ouderen in

Gezondheidszorg is ouderenzorg
Het aantal ouderen in Nederland zal de komende twintig jaar verder toenemen. Hierdoor zal ook
het aantal ouderen, dat behandeling nodig heeft van de specialist ouderengeneeskunde, stijgen. Nu
al is er een tekort aan specialisten ouderengeneeskunde. In de toekomst zal dit tekort alleen maar
groter worden als de beeldvorming over het werken in de ouderenzorg niet verbetert. Een
krachtige stimulans is nodig om jonge basisartsen te interesseren voor de opleiding tot specialist
ouderengeneeskunde en om werkzame specialisten ouderengeneeskunde te behouden voor het
vak. Overigens doet dit probleem zich niet alleen bij artsen voor. Ook voor verplegende en
verzorgende disciplines geldt, dat het werken met ouderen als minder populair gezien wordt.
Diverse maatregelen zijn nodig, zoals een verplicht co-schap ouderengeneeskunde in de
basisopleiding van artsen en een brede maatschappelijk georiënteerde campagne vanuit overheid,
beroepsorganisaties en zorginstellingen onder de titel: gezondheidszorg = ouderenzorg. De
positieve kanten van de zorg voor ouderen moeten breed onder de aandacht worden gebracht.
Ouderengeneeskunde kan uitdagend en complex zijn, is ook zorg gericht op herstel en biedt
mogelijkheden voor artsen om zich te ontplooien. De zorg voor kwetsbare ouderen is een
maatschappelijk nuttige en productieve sector die veel werkgelegenheid biedt, en meervoudig
zieke ouderen het respect kan geven, dat zij niet alleen van hun directe naasten maar van ons
allen verdienen.
Daarnaast is het verbeteren van de arbeidsomstandigheden belangrijk. Denk aan een goede
beloning en het kunnen werken op basis van professionele standaarden. Voldoende tijd is nodig om
zorg op maat te leveren, rekening houdend met de omstandigheden en het tempo van de oudere
patiënt. De arts moet zich kunnen richten op de kern van het medisch vakgebied en taken kunnen
delegeren aan professies die daarvoor zijn opgeleid, zoals nurse practitioners, gespecialiseerde
verpleegkundigen en doktersassistentes. Het team van specialisten ouderengeneeskunde,
verpleegkundigen en doktersassistentes dat hiermee ontstaat, de voorziening
ouderengeneeskunde, levert een hoge kwaliteit aan multidisciplinaire zorg en is flexibel inzetbaar.
De kwaliteit van de zorg verbetert. Dát is een bron van inspiratie.
Diversiteit en carrièremogelijkheden zijn voor iedereen belangrijk om gemotiveerd te blijven in het
werk. Dit geldt ook voor de specialist ouderengeneeskunde. Het verder ontwikkelen van
aandachtsgebieden, zoals geriatrische revalidatie en dementie, biedt hiervoor mogelijkheden.
Keuze uit verschillende locaties en soorten dienstverbanden, zoals bijvoorbeeld de keuze om te
werken in een verpleeghuis, een GGz-voorziening of de keuze voor zelfstandige vestiging (alleen of
samen met andere artsen) biedt ook afwisseling en doorgroeimogelijkheden.
Tot slot is het noodzakelijk, dat de specialist ouderengeneeskunde als zelfstandig
beroepsbeoefenaar kan werken binnen de eerste lijn. Hij moet zelf kunnen contracteren met een
zorgverzekeraar. De huisarts moet naar hem kunnen verwijzen, zoals hij nu ook verwijst naar de
medisch specialist. Financiering vanuit de ZVW is daartoe een voorwaarde. Dit maakt het voor de
specialist ouderengeneeskunde mogelijk iedere patiënt te geven wat nodig is. Niet te veel en niet
te weinig.
Gezondheidszorg is ouderenzorg. Daar kan met het groeiend aantal ouderen in het vooruitzicht
niemand meer omheen. Laten we daarom snel aan de slag gaan met het realiseren van een
toekomstbestendige gezondheidszorg voor ouderen.
Mieke Draijer, voorzitter Verenso