Preventie- en handhavingsplan in het kader van de nieuwe

Preventie- en handhavingsplan in het kader van de nieuwe Drank- en Horecawet
Gemeente Den Haag (BOW.2014. 255)
1. Inleiding
Gemeenten zijn sinds 2013 de belangrijkste uitvoerder van de Drank- en Horecawet (DHW)
geworden. Zowel op juridisch, handhavings- als educatief vlak is de gemeente de regisseur
van het Nederlandse alcoholbeleid. Het wettelijk verplichte Preventie- en handhavingsplan
(PenH-plan), geregeld in artikel 43a van de DHW, is de uitwerking hiervan.
De DHW heeft van oorsprong als voornaamste doel de volksgezondheid te beschermen, nu in
het bijzonder om jongeren te beschermen tegen de schadelijke effecten van overmatig
alcoholgebruik en de negatieve gevolgen hiervan op de openbare orde en veiligheid.
In het PenH-plan komen alcoholpreventie en handhaving samen en kunnen ze elkaar
versterken. Het is geen samenvoeging van het gehele preventie- en handhavingsbeleid voor
alcohol binnen de gemeente. Ook is het geen uitvoeringsplan. Voor zowel het preventie als
het handhavingsdeel zullen bepaalde zaken in de praktijk nog verder moeten worden
geoperationaliseerd. Dit plan bevordert de werking die artikel 43a heeft op de integrale
opzet van het gemeentelijke alcoholbeleid: preventie en handhaving worden samen ingezet
om doelen te bereiken. Dit plan is gebaseerd op het model PenH-plan dat het Trimbos
Instituut begin dit jaar met deskundigen heeft ontwikkeld.
Dit plan loopt vooruit op beleidsvoorstellen, die opgenomen worden in de nota
volksgezondheid, die begin volgende jaar aan de raad wordt aangeboden.
Ook is het gebaseerd op het handhavingsmodel, waarin het beleid op de handhaving van de
DHW is opgenomen, dat door uw raad op 29 januari van dit jaar is vastgesteld (RIS267832).
2. Probleemanalyse landelijk en in Den Haag
Sinds 1988 is onder Nederlandse jongeren het alcoholgebruik flink toegenomen. Jongeren
gingen in de loop van de afgelopen decennia meer, vaker en op jongere leeftijd drinken. In
2003 waren Nederlandse jongeren zelfs koplopers in Europa, als het ging om bingedrinken,
oftewel het op een avond meer dan vijf drankjes drinken (Hibell e.a., 2012).
De laatste jaren werd sterk ingezet op het voorkomen van drinken door jongeren onder de
16 en het uitstellen van het beginnen met drinken (startleeftijd). Gevolg dat drankgebruik
onder jonge pubers sterk is afgenomen vooral onder de jongste groep: in 2003 had 36% van
de 12-jarige jongens de afgelopen maand gedronken, in 2011 was dat geslonken tot 9,4%. Bij
12-jarige meisjes daalde het aandeel actuele drinkers van 25,4 naar 5,8% (Verdurmen e.a.,
2012). In geen ander Europees land nam drankgebruik onder jonge drinkers zo spectaculair
af.
Onder jongeren van 16 jaar en ouder veranderde er echter weinig. Zij verminderden hun
alcoholgebruik niet. Bijna de helft van de jongeren van 16 jaar was de afgelopen maand een
keer dronken of aangeschoten, zo blijkt uit de cijfers van 2011 (Verdurmen e.a., 2012).
De gegevens van het alcoholgebruik onder Haagse jongeren staan vermeld in de
Gezondheidsmonitor 2014. De trend van de afname van drankgebruik onder jonge pubers
die hierboven wordt gesignaleerd voor geheel Nederland, doet zich ook in Den Haag voor.
Jongeren van 12/13 jaar blijken ten opzichte van de peilingen in 2003 en 2007 minder te
drinken.
50% van de Haagse jongeren van 16/17 jaar (gegevens 2011) blijkt recent dronken te zijn
geweest. 73% van de Haagse jongeren van 16/17 jaar blijkt de afgelopen 4 weken alcohol te
hebben gedronken.
Kortom, het beeld van de landelijke cijfers komt overeen met de ontwikkeling in Den Haag.
1
De leeftijdsverhoging van 16 naar 18 jaar zal op termijn naar verwachting leiden tot later
starten met alcoholgebruik.
Als jongeren aan drank willen komen is dat relatief makkelijk in Nederland. Meer dan de
helft van de verkooppunten (53%) leefde de oude leeftijdgrens van 16 jaar niet na in 2013
(Roodbeen, e.a., 2014). Uit het STAP nalevingsonderzoek in opdracht van de gemeente Den
Haag, uitgevoerd in september 2013, komt naar voren, dat ook in Den Haag jongeren onder
16 jaar makkelijk alcohol konden kopen.
Overmatig alcoholgebruik door jongeren in hun puberjaren leidt tot een grotere kans op
latere problemen met hun drankgebruik. Geconstateerd wordt, dat één op de drie mannen in
de leeftijdsgroep van 16 tot 24 jaar ‘probleemdrinker’ blijkt te zijn. Probleemdrinker is
iemand als ‘hij of zij problemen heeft door regelmatig of stevig drinken’ (regelmatig drinken
is minstens 21 dagen per maand vier of meer glazen drank per dag; stevig drinken is
minstens vier keer per maand zes of meer glazen drank per dag). De problemen lopen uiteen
van black-outs door drankgebruik tot alcoholongevallen, regelmatige dronkenschap/katers
en problemen met vrienden en familie (Van Dijkck e.a. 2005).
Alcohol kan ongunstig zijn voor de ontwikkeling van de hersenstructuren. Juist als
hersendelen in ontwikkeling zijn, zijn ze erg kwetsbaar voor deze giftige stof. Als er in de
puberjaren veel wordt gedronken, ontwikkelt het brein zich minder goed Er zijn sterke
aanwijzingen dat alcohol bij mensen voor ernstige schade aan het brein kan zorgen. Wordt
er gekeken naar het brein van personen die erg veel hebben gedronken in hun puberteit, dan
blijkt dat bepaalde functies bij hen minder goed ontwikkeld zijn. Pubers met
alcoholproblemen scoren lager dan andere jongeren op taalvaardigheid, intelligentie,
aandacht en ruimtelijk inzicht.
Overmatig alcoholgebruik kan dus gevolgen hebben voor het brein, maar vergroot ook de
kans op verkeersongevallen, letselschade, geweld (waaronder ook seksueel geweld) en
onveilig vrijen. Jongeren die veel drinken zijn vaker bij deze vormen van riskant gedrag
betrokken.
3. Beleidsfocus
3.1 Uitgangspunten en onderbouwing van beleid
Dit plan is gebaseerd op een integrale beleidsvisie. Dat impliceert dat de gemeente vanuit
verschillende invalshoeken meerdere type maatregelen inzet bij de aanpak van de
alcoholproblematiek. Als uitgangspunt voor integraal alcoholbeleid hanteren we het
preventiemodel van Reynolds (2003). Het preventiemodel kent 3 beleidspijlers, te weten:
educatie, regelgeving en handhaving. De pijlers staan deels op zichzelf maar overlappen
elkaar ook (figuur 1). Juist in de overlap zien we het integrale preventiebeleid terug.
Het preventiemodel van Reynolds is gebaseerd op de systeemtheorie van Holder (1998) die
duidelijk maakt dat alcoholgebruik altijd een resultaat is van een combinatie van factoren.
De persoon, zijn sociale omgeving, het aanbod van drank en het overheidsbeleid vormen
samen een systeem dat uiteindelijk de keuze van de gebruiker bepaalt. Holder laat daarmee
zien dat alcoholpreventie nooit alleen op het individu gericht kan zijn. Het meest succesvol
zijn strategieën die vooral de omgeving van de drinker beïnvloeden. En in die omgeving van
de jonge drinker spelen alcoholverstrekkers, scholen en ouders een belangrijke rol. In dit
PenH-plan staat daarom de omgeving/de setting van de jonge drinker centraal, waarbij de
ouders en opvoeders een belangrijke rol spelen.
2
Regelgeving
Handhaving
Preventie
Preventiemodel Reynolds
Educatie
3.2 Beleidsdoelgroep en -setting
Doelgroep van dit preventie- en handhavingsplan zijn jongeren en jongvolwassenen tot 24
jaar. Het accent ligt nadrukkelijk op de groep onder de 18 jaar. Het is bekend dat de
gezondheidsschade van alcoholgebruik het grootst is onder de 18 jaar. Jongeren onder de 18
jaar zijn fysiek nog niet geheel volwassen en met name de hersenen zijn nog volop in
ontwikkeling. Alcohol kan deze ontwikkeling schaden. De wetgever heeft daarom de
leeftijdsgrens voor verkoop en bezit van alcohol verhoogd naar 18 jaar. Het toezicht op de
naleving van deze leeftijdsgrens wordt als een belangrijke prioriteit beschouwd binnen ons
preventie- en handhavingsbeleid.
Voor 18-24 jarigen gaat het vooral om het voorkomen van overmatig alcoholgebruik en
alcoholmisbruik. De uitgaansavonden zijn hierbij een belangrijk risico moment. Gezien de
ontwikkeling van de hersenen tot ongeveer 25 jaar, de oververtegenwoordiging van de
leeftijdsklasse tot 24 jaar in het uitgaansleven en de relatie van alcohol met het
uitgaansleven (met de daarbij behorende risico’s op dronkenschap, soms uitmondend in een
intoxicatie) ligt de nadruk van dit plan in het bijzonder op de uitgaanssetting. Daarbij is
uitgaan een breed begrip: het gaat ook om het bezoeken van evenementen, feestjes thuis en
de gemakkelijke verkrijgbaarheid van alcohol o.a. bij avondwinkels. Naast
gezondheidsproblematiek is veiligheidsproblematiek een belangrijke motivatie om
aandacht te besteden aan deze leeftijdsgroep. De overlast als gevolg van overmatig
alcoholgebruik onder jongeren en de effecten hiervan op de veiligheid in het uitgaansleven is
groot. Alcoholgebruik werkt ontremmend en is zeker een risicobevorderende factor voor het
plegen van delicten en het veroorzaken van overlast.
3.3 Doelstellingen van beleid uitgewerkt
Artikel 43a van de DHW schrijft voor dat de doelstellingen van het beleid duidelijk moeten
zijn. Op basis van de Drank- en Horecawet kunnen drie algemene hoofddoelstellingen
worden onderscheiden:
 Afname alcoholgebruik en de schadelijke gevolgen van alcoholgebruik onder de 18 jaar.
 Afname dronkenschap (vooral tijdens uitgaansavonden in het publieke domein) met
name onder de 24 jaar.
De ambitie is een grotere bewustwording onder jongeren van de effecten van overmatig
alcoholgebruik als belangrijke voorwaarde voor het zo gezond en veilig mogelijk op kunnen
groeien, zodat hun talenten zo optimaal mogelijk tot ontwikkeling kunnen komen.
3
De algemene doelstellingen worden geconcretiseerd voor de setting waarin jongeren alcohol
gebruiken per leeftijdscategorie:
1. Per setting wordt aangegeven hoe de naleving van de DHW zal worden verbeterd
(waarmee de verkrijgbaarheid en beschikbaarheid voor jongeren onder 18 wordt
beperkt).
2. Per leeftijdscategorie geven we de effecten aan van alle preventie- en handhavingsmaatregelen.
1. Setting*
- de naleving van de leeftijdsgrens voor alcoholverkoop is in de horeca gestegen van
gemiddeld nu/2013 30% naar 60% in 2018
- de naleving van de leeftijdsgrens voor alcoholverkoop is in de detailhandel gestegen van
gemiddeld nu/2013 35% naar 60% in 2018
- de naleving van de leeftijdsgrens voor alcoholverkoop is in kantines van
sportverenigingen en in supermarkten gestegen van gemiddeld nu/2013 38% naar 60%
in 2018.
2. Leeftijdscategorie (jongeren tot 18 jaar)**
Medio 2018 is het percentage jongeren op het voortgezet onderwijs tussen de 12 en 18 jaar
dat de afgelopen 4 weken** alcohol heeft gedronken gedaald van:
12/13 jaar 12% in 2013 naar 5% in 2018
14/15 jaar 40% in 2013 naar 25% in 2018
16/17 jaar 73% in 2013 naar 60% in 2018
Medio 2018 is het percentage jongeren op het voortgezet onderwijs tussen de 12 en 18 jaar
dat ooit dronken is geweest** gedaald van:
12/13 jaar 11% in 2013 naar 5% in 2018
14/15 jaar 38% in 2013 naar 25% in 2018
16/17 jaar 71% in 2013 naar 60% in 2018
Medio 2018 is de bewustwording onder jongeren onder de 24 jaar van de effecten van
alcohol op hun gezondheid vergroot. Dit wordt opgenomen in het Haags Uitgaansonderzoek
van de GGD van begin 2015 en gemonitord via een (uitgaans)panel.
3.4 Onderzoek STAP*
In de brief aan de Commissie Bestuur van 20 november 2014 (BSD/2013.502 – RIS 267832)
over de voortgang van de Drank- en Horecawet in de gemeente Den Haag heeft de
burgemeester reeds melding gemaakt van het onderzoek van STAP en aangegeven de
commissie te informeren over de uitkomsten van dit onderzoek. In grote lijnen blijkt uit het
onderzoek dat de naleving bij de horeca, de detailhandel en de sportverenigingen onder de
40% ligt. Dit percentage ligt onder het landelijk gemiddelde. U ontvangt een brief van de
burgemeester over dit onderzoek.
*
Onderzoek STAP ‘ Alcoholverstrekking aan jongeren onder de 16 jaar’ uitgevoerd najaar 2013 in de gemeente
Den Haag.
** Informatie uit ‘De gezondheid van de Haagse jeugd’ GGD 2014 (gekoppeld aan de Gezondheidsmonitor
2014).
4
Met deze 3 sectoren is inmiddels gesproken over deze uitkomsten.
1.- Met een vertegenwoordiging van de sportverenigingen is afgesproken, dat er goed
toegankelijke informatie komt voor verenigingen over de wetgeving en over mogelijke
maatregelen die verenigingen kunnen nemen om de handhaving te verbeteren. Hierbij wordt
ook gedacht aan het aanbieden van de al verplichte IVA-trainingen (Instructie Verantwoord
Alcohol schenken) die verenigingen nodig hebben om alcohol te schenken.
2.- Met een vertegenwoordiging van de Koninklijke Horeca Nederland, regio Den Haag, is
afgesproken, dat na de zomer verder wordt overlegd over maatregelen tot verbetering van
de naleving.
3.- Met een vertegenwoordiging van de detailhandel is uitgebreid gesproken. De
vertegenwoordigers van supermarkten en slijterijen meldden dat zij adequate maatregelen
getroffen hebben voor de controle bij de kassa (instructies en trainingen van kassapersoneel en bijv. controlesystemen voor de ID) en dat dit zal leiden tot een betere naleving.
In de voorbereiding van dit PenH-plan hebben wij uitgebreid met deskundigen op het terrein
van de preventie en de handhaving gesproken. De meesten van hen worden ook betrokken
bij de concretisering en de uitvoering van dit plan.
4. Risicoanalyse
Jaarlijks maken wij een risicoanalyse op basis waarvan bovenstaande doelstellingen kunnen
worden aangescherpt en bijgestuurd. De risicoanalyse geeft inzicht in de concrete
kenmerken van de locaties waar jongeren drinken en waar hun alcoholgebruik voor
problemen zorgt. Hiermee kunnen de preventie- en handhavingsinspanningen gericht
worden ingezet op plaatsen waar de grootste gezondheids- en/of veiligheidswinst kan
worden behaald. Door het jaarlijkse karakter van deze analyse, is het tevens een evaluatieinstrument dat inzicht geeft in de resultaten van het alcoholbeleid en dat
aanknopingspunten biedt voor een volgend PenH-plan. Om de vier jaar moet het PenH-plan
immers opnieuw worden vastgesteld.
4.1 Gegevens uit onderzoek en monitoring
Mystery shopping
De naleving van de wet door alcoholverstrekkers kan worden vastgesteld aan de hand van
mysteryshop onderzoek. Hierbij worden jongeren onder de 18 jaar ingezet, om de naleving
van de leeftijdsgrenzen te toetsen. Met het nalevingsonderzoek kan per setting en zelfs per
locatie worden bepaald hoe de naleving van de leeftijdsgrens in de praktijk wordt
uitgevoerd. Wij stellen voor (als vervolg op het STAP onderzoek dat is uitgevoerd in
september 2013 en dat toen jongeren onder de 16 jaar betrof) dit onderzoek uit te voeren in
2015 en daarna regelmatig te herhalen om de ontwikkeling goed te kunnen volgen.
Gezondheidsmonitor
In de Gezondheidsmonitor neemt de GGD de trends in het drinken van jongeren op
(frequentie, dronkenschap). Deze monitor wordt eens per vier jaar gepubliceerd.
Bovendien zal de GGD begin volgend jaar het Haags Uitgaansonderzoek presenteren, waarin
een totaalbeeld wordt geschetst van het uitgaansleven van jongeren en genotmiddelen,
waaronder alcohol.
5
De uitkomsten van bovenstaande studies zullen worden gebruikt om de risicoanalyse aan te
scherpen en eventuele preventieve maatregelen te treffen .
4.2
Gegevens van informanten
Er vindt jaarlijks een inventarisatie van hotspots plaats, waarop de handhavingscapaciteit
zich zou moeten richten en de benodigde capaciteit. Dit krijgt een plek in de jaarlijkse
leefbaarheidsscan en het daaronder hangende uitvoeringsprogramma, dat in het
veiligheidsoverleg in de stadsdelen wordt opgesteld. De input komt van verschillende
partijen: jongerenwerk, verslavingszorg, preventiewerkers, politie, stadsdeel en
handhavingsteam.
4.3 Interventiestrategie
De kern van de interventiestrategie is gebaseerd op de beleidspijlers handhaving,
regelgeving en educatie/preventie. De risicoanalyse bepaalt in welke mate op een specifieke
pijler wordt ingezet en welke setting de meeste aandacht krijgt. De risicoanalyse is dus niet
bedoeld om te bepalen welke interventies er worden ingezet, maar waar, wanneer en hoe
interventies het beste kunnen worden ingezet. Op basis van de uitkomsten kan de
uitvoeringsstrategie worden bepaald en in opvolgende jaren worden verfijnd en bijgestuurd.
Onderstaande tabel schetst een overzicht van de mogelijke maatregelen per beleidspijler.
Uitgangspunt is dat per setting zoveel mogelijk combinaties worden gemaakt, zodat de
verschillende pijlers elkaar versterken.
Maatregelenmix per setting
Setting
Detailhandel
Handhaving
Toezicht leeftijdsgrenzen
Three strikes out
Regelgeving
Horeca
Toezicht leeftijdsgrenzen
Toezicht doorschenken
Waarschuwing
Intrekken DHW
vergunning
Weigering ontheffing art
35 DHW
Aanvullende eisen
tav ontheffing DHW
bij evenementen
Evenementen
Thuis/ouders
6
Educatie/preventie
Nalevingscommunicatie
Training caissières
Communicatie over
DHW en
alcoholregels
Nalevingscommunicatie
Training
barpersoneel
Communicatie over
DHW en
alcoholregels
Alcoholopvoeding
(Context/CJG)
preventie spreekuur
JIP informatie en
advies
Verslavingszorg
Gezonde School
Sport
Toezicht leeftijdsgrenzen
Toezicht doorschenken
Schenktijden
beperken
Paracommerciële
verordening
Scholen
Ondersteuning door BOA
bij schoolfeesten
Overleg over interne
regels op school
Openbare ruimte
Toezicht openbare
dronkenschap
Alcoholverbod
openbare ruimte
(GGD)
Uitgaansopvoeding
Communicatie over
DHW en
alcoholregels
Training
barvrijwilligers
Nalevingscommunicatie
-Communicatie over
DHW en
alcoholregels
Stimuleren van
alcoholvrije dranken
ook in verband met
gezonde kantine
beleid (sport)
Gezonde School
(GGD)
Overleg scholen over
alcoholvoorlichting
aan ouders
Communicatie over
DHW en
alcoholregels
Campagne
5. Handhaving
Met de gewijzigde Drank- en Horecawet (per 1 januari 2013) is de gemeente toezichthouder
geworden voor de hele DHW. Handhaving van de wetgeving rond alcohol is dus een relatief
nieuwe taak voor de gemeente. De hier geschetste handhavingsactiviteiten zijn gebaseerd op
de ervaringen van de Nederlandse Voedsel- en Waren Autoriteit (NVWA), die voorheen de
(landelijke) verantwoordelijkheid had voor de handhaving van de DHW. Daarnaast zijn deze
gebaseerd op de ervaringen van gemeenten die afgelopen jaren (bijvoorbeeld als
pilotgemeente) al wat meer ervaring hebben opgedaan met handhaving van lokaal
alcoholbeleid en de ervaring die de gemeente Den Haag sinds 1 januari 2013 heeft opgedaan.
Op basis van deze ervaringen en inzichten is gekozen is voor een programmatische aanpak,
waarbij de volgende stappen worden onderscheiden:
1. Hotspots inventariseren
2. Interventiestrategie bepalen
3. Uitvoeren van interventiestrategie
4. Effectmeting en evaluatie
Zoals eerder aangegeven ligt de gemeentelijke prioriteit in dit plan, zowel als het gaat om
preventie als om handhaving, bij de problemen rondom alcoholverstrekking aan
minderjarigen èn het voorkomen van dronkenschap onder jongvolwassenen. Deze
doelstellingen sluiten aan bij de volgende wettelijke bepalingen:
7
Leeftijdsgrens 18 jaar
- Artikel 20, (lid 1 en 4) van de Drank- en Horecawet. Oftewel het bedrijfsmatig of anders
dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank aan een persoon van wie niet is
vastgesteld dat deze de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt en het duidelijk zichtbaar aangeven
van de leeftijdgrens.
- Artikel 20, lid 4 van de Drank- en Horecawet. Het verplicht aanduiden van de leeftijdsgrens.
Dronkenschap/doorschenken
- Artikel 20, lid 5 van de Drank- en Horecawet. Het verbod om personen in kennelijke staat
van dronkenschap toe te laten in een horecazaak of op het terras.
- Artikel 252 Wetboek van Strafrecht. Verbod om dronken personen te schenken.
- Artikel 453 Wetboek van Strafrecht. Verbod om zich in kennelijke staat van dronkenschap
op de openbare weg te begeven.
5.1 Hotspots inventariseren
Hotspots zijn alcoholverstrekkers waar jongeren (tot 25 jaar) alcoholhoudende drank
proberen te kopen. Op basis van de risicoanalyse worden hotspots vastgesteld. Deze worden
eens per jaar herijkt. Dit gebeurt op basis van de signalen die de ambtenaren van openbare
orde en veiligheid krijgen en de constateringen van zowel handhavingsteams als de politie
en het nalevingsonderzoek.
5.2 Interventiestrategie bepalen
Op basis van de risicoanalyse en de hotspotlijst worden prioriteiten vastgesteld. Daarbij
wordt een afweging gemaakt tussen de aandacht voor de leeftijdsgrens voor alcoholverkoop
van 18 jaar en de bepalingen rondom dronkenschap, zoals het niet toelaten van dronken
personen in een horecagelegenheid en het niet schenken aan klanten in kennelijke staat van
dronkenschap. Elk jaar worden met het herijken van de hotspots ook de
handhavingsprioriteiten opnieuw vastgesteld.
Basiscontrole
Voordat de leeftijdsgrens/dronkenschap inspecties worden uitgevoerd is het zaak de
vergunningen van in ieder geval de hotspots actueel te hebben. Met een basiscontrole wordt
jaarlijks vastgesteld of de vergunning nog op orde is (of er überhaupt een vergunning is) en
of de leidinggevende ook echt aanwezig is. De basiscontroles worden risicogestuurd
uitgevoerd door de handhavingsteams, al dan niet in combinatie met de politie en/of andere
partners.
Leeftijdsgrens/dronkenschap inspectie
Gestreefd wordt naar een controlefrequentie van minimaal 6 keer per jaar voor de hotspots
met een permanent risico. Voor de hotspots met een beperkt risico zijn 4 inspecties per jaar
noodzakelijk om de naleving effectief te blijven beïnvloeden (Wagenaar e.a., 2005). Voor de
categorie met een beperkt risico volstaat 1 controle per jaar.
De inspecties zullen met name tijdens uitgaansavonden plaats vinden, tenzij de risicoanalyse
anders bepaalt. Hierbij wordt samengewerkt met de politie.
5.3 Effectmeting en evaluatie
8
Het effect van de interventiestrategie op de naleving van de leeftijdsgrens en het toelaten en
schenken aan dronken klanten wordt gemeten met nalevingsonderzoek. In 2013 hebben
wij het eerste nalevingsonderzoek laten uitvoeren (Zie hiervoor onder 3.4). Dit onderzoek
willen wij in ieder geval in 2015 herhalen.
6. Educatieve en communicatie
Dit PenH-plan kent twee belangrijke doelgroepen: jongeren onder de 18 jaar en 18-25
jarigen. In hoofdstuk 3 werd al uitgelegd dat preventie activiteiten het beste gericht kunnen
zijn op de omgeving van deze groepen. Voor een belangrijk deel gaat het daarbij om de
sociale en professionele omgeving van jongeren. Daarom krijgen omgevingsgerichte
educatieve activiteiten een centrale plaats in ons beleid. In de nota volksgezondheid die
begin 2015 aan de gemeenteraad wordt aangeboden zal dit beleid nader worden uitgewerkt
in activiteiten.
9