Realisme over pensioenambities Actuariaatcongres, Amsterdam, 5 maart 2014 Bij pensioenfondsen speelt het rendement een belangrijke rol: bij het bepalen van de financiële opzet en het uitvoeren van een consistentietoets, maar ook bij het bepalen van het herstelpad, of het mogelijk kunnen indexeren van de pensioentoezeggingen. Hierbij geldt dat gebruik wordt gemaakt van verwachte rendementen Maar voldoen de rendementen wel aan de verwachtingen? En hoe sluitend is de pensioenambitie als het behaalde rendement tegenvalt? Hoe staat de Nederlandse pensioensector er voor en hoe reëel zijn de pensioenambities? In een interactieve sessie zullen we aan de hand van vraag en antwoord hier dieper op in gaan. DNB 2 1 Vraag 1 Hoeveel procent van het BBP bedraagt het totale vermogen van pensioenfondsen? a) 110% b) 165% c) 195% DNB 3 Antwoord 1 Hoeveel procent van het BBP bedraagt het totale vermogen van pensioenfondsen? a) 110% b) 165% c) 195% DNB 4 2 Vraag 2 Hoeveel pensioen ontvangt een (huidige) gepensioneerde ten opzichte van de door hem/haar betaalde premies? a) 1,5x premiebetalingen b) Ruim 2x premiebetalingen c) Meer dan 3x premiebetalingen DNB 5 Antwoord 2 Hoeveel pensioen ontvangt een (huidige) gepensioneerde ten opzichte van de door hem/haar betaalde premies? a) 1,5x premiebetalingen b) Ruim 2x premiebetalingen c) Meer dan 3x premiebetalingen DNB 6 3 Vraag 3 Hoeveel procent van het brutoloon bedraagt de pensioenpremie van een gemiddelde medewerker? a) 8 procent b) 13 procent c) 18 procent DNB 7 Antwoord 3 Hoeveel procent van het brutoloon bedraagt de pensioenpremie van een gemiddelde werknemer? a) 8 procent b) 13 procent c) 18 procent DNB 8 4 Vraag 4 Hoeveel jaar langer leeft een 65 jarige in 2014 dan in 1970? a) 3 jaar b) 5 jaar c) 8 jaar DNB 9 Antwoord 4 Hoeveel jaar langer leeft een 65 jarige in 2014 dan in 1970? a) 3 jaar b) 5 jaar c) 8 jaar DNB 10 5 Realisme over pensioenambities Consistentie tussen ambitie, financiële opzet en gecreëerde verwachtingen Communicatie Ambitie Integere en beheerste bedrijfsvoering DNB Financiële opzet 11 De ambitie wordt duur betaald DNB 12 6 Beleggingsrendement dé financieringsbron DNB 13 Waar gaat het om? It’s the pensioendeelnemer, stupid! Vrij naar Bill Clinton, 1992 Artikel 105, lid 2 Pw: “De personen die het beleid van een pensioenfonds bepalen of mede bepalen richten zich bij de vervulling van hun taak naar de belangen van de bij het pensioenfonds betrokken deelnemers, andere aanspraakgerechtigden, de pensioengerechtigden en de werkgever en zorgen ervoor dat deze zich door hen op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen”. DNB 14 7 Vraag 5 Wat is het gemiddelde beleggingsrendement per jaar van de MSCI World aandelenindex en AEX over de afgelopen 15 jaar (dividenden herbelegd)? A: 9% en 5% B: 7% en 3% C: 4% en 1% DNB 15 Antwoord 5 Wat is het gemiddelde beleggingsrendement per jaar van de MSCI World aandelenindex en AEX over de afgelopen 15 jaar (dividenden herbelegd)? A: 9% en 5% B: 7% en 3% C: 4% en 1% DNB 16 8 Vraag 6 Sinds wanneer daalt de lange rente in Nederland? A: begin jaren ’80 B: midden jaren ’90 C: begin jaren ‘00 DNB 17 Antwoord 6 Sinds wanneer daalt de lange rente in Nederland? A: begin jaren ’80 B: midden jaren ’90 C: begin jaren ‘00 DNB 18 9 Vraag 7 Welk zekerheidsniveau kent het Nederlands pensioenstelsel? A: Dat het mis kan gaan 1 maal in de 200 jaar; B: Dat het mis kan gaan 1 maal in de 40 jaar; C: Dat het nooit mis kan gaan. DNB 19 Antwoord 7 Welk zekerheidsniveau kent het Nederlands pensioenstelsel? A: Dat het mis kan gaan 1 maal in de 200 jaar; B: Dat het mis kan gaan 1 maal in de 40 jaar; C: Dat het nooit mis kan gaan. DNB 20 10 Vraag 8 Waarop heeft het zekerheidsniveau voor de pensioenfondsen betrekking? A: Op mijn pensioen, maar dan alleen in het geval dat er voldoende buffers zijn; B: Op mijn pensioen onder alle omstandigheden; C: Op dat deel van mijn pensioen dat niet gekort mag worden. DNB 21 Antwoord 8 Waarop heeft het zekerheidsniveau voor de pensioenfondsen betrekking? A: Op mijn pensioen, maar dan alleen in het geval dat er voldoende buffers zijn; B: Op mijn pensioen onder alle omstandigheden; C: Op dat deel van mijn pensioen dat niet gekort mag worden. DNB 22 11 Vraag 9 Hoeveel van mijn pensioenuitkering op moment van pensionering bestaat uit indexatie? (Bij volledige indexering en pensioengrondslagstijging van 2% in 40 jaar middelloon-opbouw) ? A: Ruim 20% B: Ruim 30% C: Ruim 40% DNB 23 Antwoord 9 Hoeveel van mijn pensioenuitkering op moment van pensionering bestaat uit indexatie? (Bij volledige indexering en pensioengrondslagstijging van 2% in 40 jaar middelloon-opbouw) ? A: Ruim 20% B: Ruim 30% C: Ruim 40% DNB 24 12 Stelling1 Ik verwacht met pensioen te kunnen gaan met circa 70% van het gemiddelde salaris (incl. AOW) en verwacht dat de voorwaardelijke indexatie in mijn pensioenregeling grotendeels wordt waargemaakt. A: Eens B: Oneens DNB 25 Stelling 2 Het wettelijk kader biedt voldoende zekerheid voor mijn pensioen. A: Eens DNB B: Oneens 26 13 Stelling 3 Pensioenfondsen moeten voldoende risico nemen met de premie die ik betaal. A: Eens B: Oneens DNB 27 Stelling 4 Ik ben bereid fors meer te betalen voor dezelfde pensioentoezegging die ik nu heb. A: Eens DNB B: Oneens 28 14 Stelling 5 De verwachte herstelcapaciteit van pensioenfondsen is ruim voldoende. In de huidige herstelplannen kunnen de pensioenfondsen wel tegen een stootje. A: Eens B: Oneens DNB 29 Stelling 6 Het korten van pensioenen is onderdeel van mijn verwachting over mijn pensioen. A: Eens DNB B: Oneens 30 15 Stelling 7 Pensioenfondsen moeten minder afhankelijk zijn van (verwachte) rendementen A: Eens B: Oneens DNB 31 Stelling 8 Er is voldoende consistentie tussen de gewekte verwachtingen, de financiering en het realiseren van de voorwaardelijke toeslagen. A: Eens DNB B: Oneens 32 16 Stelling 9 De certificerend actuaris / accountant hebben een bredere (maatschappelijke) rol dan sec alleen het wettelijk kader. A: Eens B: Oneens DNB 33 Stelling 10 (Wrap – up) Ik heb niet het gevoel dat ik “knollen voor pensioenen” krijg. A: Eens DNB B: Oneens 34 17
© Copyright 2024 ExpyDoc