Merk op hout UDC 003.6:691.11 Mark on timber CATblad 01 Literatuur H. Janse, Timmermansmerken, Restauratievademecum RVblad Merk op hout 01 (1988). H. Janse, Telmerken, Restauratievademecum RVblad Merk op hout 02 (l990). H. Janse, Vlotmerken, Restauratievademecum RVblad Merk op hout 03 (1990). Chr.J. Kolman en D.J. de Vries, Merken op hout en handelswaar, timmermansmerken opnieuw bezien, Restauratievademecum RVblad Merk op hout 04 (1993). Dit blad vervangt blad 1990/19-12. RDMZ RVI 994/35 -6 Merk op natuursteen UDC 003.6:691.2 Mark on stone CATblad 01 Steenhouwersmerken, steenmerken Literatuur H. Janse en D.J. de Vries, Werk en merk van de steenhouwer. Het steenhouwersambacht in de Nederlanden voor 1800. Zwolle/Zeist 1991. Op natuursteen treft men tekens aan, die van verschillende aard kunnen zijn. Een steenhouwer had een merk dat hij in een stuk steenhouwwerk kon hakken, om aan te geven dat hij een bepaald werkstuk gemaakt had, een zogenoemd steenhouwersmerk. Andere merken zijn groevemerken en plaatsmerken. Door middel van al deze merken zijn verhoudingen en verbindingen in het laat-middeleeuwse en renaissance-bouwbedrijf nader aan te geven. Het boek bevat een overzicht van ruim 1000 in Nederland bekende merken. Hoofdstuk 7 behandelt Steenhouwersmerken, 8 groevemerken en 9 plaatsmerken. Hoofdstuk 11 gaat speciaal over Steenhouwersmerken in Nederland, waarvan in de bijlagen een volledig overzicht is gegeven, uitgaande van de in 1991 beschikbare gegevens. Court in Engeland ter sprake komt, dat door L.F. Salzman wordt genoemd in Building in England down to 1540 (Oxford 1952, p. 127) en door Janse en De Vries in Werk en Merk van de steenhouwer (zie hiervoor) wordt geïdentificeerd als een van de merken uit een contract uit 1538 voor de Peperbus te Zwolle. Zonder duidelijke opgaaf van redenen wordt echter een andere naam bij dit merk gegeven. Hieruit blijkt wel hoe moeilijk deze materie ligt. Het artikel is uitsluitend gebaseerd op Engelse gegevens en geeft ca. 40 merken uit de late 15de eeuw tot de 18de eeuw met bijbehorende namen van steenhouwers. H.J. D.J. de Vries, De bouwgeschiedenis van de Lebuinus tussen circa 1450 en de reformatie, in: A.J.J. Mekking (red.), De Grote of Lebuinuskerk te Deventer, Utrecht/Zutphen 1992, p. 71 -101. Bij dit onderzoek is de aanwezigheid van merken vooral nagegaan, omdat ze van betekenis zijn voor de geschiedenis van de bouw. Zo kan men zien, op welke oppervlakken en over welke delen van een gebouw zich de activiteiten van één steenhouwer hebben uitgestrekt en wie er direct met hem samenwerkten. Zo wordt informatie verkregen over de volgorde en de snelheid van bouwen. Er kunnen relaties gelegd worden met bouwactiviteiten aan andere gebouwen, waarop deze merken zijn aangetroffen. D.J. de Vries, 'Soe dattet een Ewych Werck mach bliven'; de bouw van de Onze Lieve Vrouwetoren of Peperbus te Zwolle, Jaarboek Monumentenzorg 1992, Zwolle/Zeist 1993, p. 85 - 87. H. Janse, Steenmerken, Restauratievademecum RVblad Merk op natuursteen 01 (1992). Overzicht van op steenhouwwerk aangebrachte merken. Het artikel bevat een oproep om bij het vervangen van natuursteen bij restauraties geen merken verloren te laten gaan. B. Tyson, Identifying and classifying masons' marks, Vernacular Architecture 25 (1994), p. 4 - 15. Het artikel behandelt de problemen, die samenhangen met pogingen om van een steenhouwer naam en merk te vinden. Eerst vanaf de late 15de eeuw zijn er steenhouwers met naam en merk bekend, zoals dat ook in Nederland het geval is. Opvallend is, dat hierbij wederom het merk uit een contract uit 1536 betreffende steenleveranties aan Hampton RDMZRV 1995/37-65 Dit blad vervangt blad 1993/30 -19. Merk op smeedwerk UDC 003.6:739.4 Mark on ironwork CATblad 01 RVblad Merk op smeedwerk 01: H. N. Karsemeijer, Merken op ijzer (1985). RVblad Ijzer 01: D. J. de Vries, Ijzer en ijzerconstructies, blz. 5 en 6 (1985). RDMZRV 1985/1 -39
© Copyright 2025 ExpyDoc