Aan jou om ze te vinden!

Wim De Cock
Pedagogisch schoolbegeleider
Basisonderwijs VLP
(Vlaams Lasalliaans Perspectief)
De muzocrobe
zit in heel
kleine dingen
Aan jou
om ze te vinden!
A
l meer dan tien jaar zijn de Vlaamse basisscholen zoekend op
weg om de 30 ontwikkelingsdoelen en 34 eindtermen voor
muzische vorming na te streven en/of te realiseren. Voor het
vrij onderwijs werden deze ontwikkelingsdoelen en eindtermen
vertaald in 360 doelen. Dit is een hele klus, voor sommigen zelfs een
kruistocht.
Scholen staan niet alleen in hun
zoektocht om deze doelen efficiënt
en effectief waar te maken. De laatste vijf jaar schoten allerlei muzische nascholingsinitiatieven met
creatief klinkende titels als paddenstoelen uit de grond. Het departement onderwijs bood gratis prioritaire nascholingsinitiatieven over
muzische aspecten aan. Een aantal
scholen zetten zelf de deelleerplannen muzische opvoeding in de kijker. Leerkrachten namen massaal
deel aan pedagogische studiedagen,
workshops, muzolabs, meedraaidagen, coachingsessies, voorstellingen vanuit educatieve uitgeverijen,
studiekringen, … De doelstellingen
van muzische opvoeding werden gekoppeld aan meervoudige intelligentie of aan de talentenarchipel.
Heel wat basisscholen waren dan
ook verrast toen ze in Onderwijs­
spiegel 2012 (het jaarverslag van de
onderwijsinspectie over het schooljaar 2010-2011) lazen dat er nogal
wat schort aan de leerplanrealisatie
voor het leergebied muzische vor-
26
BASIS 29 MAART 2014 SCHOOLWIJZER
ming. In het kleuteronderwijs geeft
een zeer groot aantal schooldoorlichtingen over muzische opvoeding
een voldoende aan. De eigenheid
van het geïntegreerd thematisch
aanbod in het kleuteronderwijs
werpt dus vruchten af. In de lagere
afdeling voldoet slechts 54 % van de
onderzochte scholen aan de eindtermen muzische opvoeding. Een
deel van de doorgelichte scholen
past de visie, de uitgangspunten en
de doelen van het leerplan blijkbaar
onvoldoende toe en moet meer aandacht schenken aan gradatie, samenhang en doelgerichte evaluatie.
De cijfers in Onderwijsspiegel 2013
vertellen ons dat tijdens het schooljaar 2011-2012 zes op de tien lagere
scholen voldoen aan de eindtermen
muzische opvoeding. Er ligt dus nog
heel wat muzisch werk op de plank!
Muzische knowhow
De vele contacten met enthousiaste
directeurs en leerkrachten in Vlaam­­
se en Brusselse scholen leren mij
dat er toch wel een ruime waaier aan
muzische en creatieve knowhow is in
onze basisscholen. Eens leerkrachten en schoolteams de muzische microbe te pakken gekregen hebben, is
het niet zo moeilijk om muzisch aan
de slag te gaan. Meestal ontbreekt de
durf om de stap te zetten. En vaak
worstelen leerkrachten met de vraag
‘ben ik wel goed bezig?’ Ik hoop dat
de praktijkideeën die ik schets twijfelende leerkrachten over de streep
kunnen trekken. De voorbeelden zijn
een kleine greep uit de grabbelton
van kansen om zo breed mogelijk aan
de slag te gaan met muzische opvoeding.
Kinderen kiezen
hun muzische taal
Basisschool Sint-Lukas in
Schaarbeek zag het levenslicht bij
de start van het schooljaar 20122013. De school richt vandaag de
peuter-, eerste en tweede kleuterklas en de eerste graad van het lager onderwijs in. Door de wachtlijsten en het stijgend aantal leerlingen
zal de school op enkele jaren uitgroeien tot een volledige basisschool. Van meet af aan koos SintLukas resoluut voor projectwerking
omdat een groot aantal muzische
aspecten zich perfect lenen voor een
geïntegreerde aanpak in wereldoriëntatie. De vijf muzische domeinen beeld, dans, muziek, woord, drama,
media - worden niet beschouwd als
afzonderlijke vakken. De kinderen
zoeken uit welk medium het meest
geschikt is om uitdrukking te geven
aan wat zij willen tonen. Ze bepalen
dus zelf hun muzische taal. Die aanpak werkt volgens coördinator Wim
Van den Brulle heel motiverend, ook
bij anderstalige kinderen, omdat zij
de taalkennis niet altijd nodig hebben om hun creativiteit te botvieren
via de niet-talige expressie.
Uiteraard is en blijft de Nederlandse
taal belangrijk en is het ook een medium om gevoelens en expressie te
tonen. Maar het is sterk dat kinderen dit ook kunnen via beeld, muziek, drama, … zonder de taalbarrière te ervaren.
Het opvoedingsproject van deze jonge school gaat uit van de totale harmonische ontwikkeling. Het team is
ervan overtuigd dat evenwaardige
aandacht voor cognitieve, motorische, emotionele en dynamisch-affectieve aspecten kinderen sterker
maakt in wat ze zwakker zijn. Het
helpt kinderen om te geloven in hun
eigen kunnen, talenten en mogelijkheden. Bij de keuze van de projecten
krijgen alle kinderen inspraak en
verantwoordelijkheid. In de kleuterschool brainstormen ze op vrijdag
over het komende thema. In de lagere afdeling worden de leerlingen
bevraagd en kunnen ze hun inbreng
doen tijdens het dagelijks kringmoment. De door de school ontworpen
agenda zorgt ervoor dat elke dag
haar grondvesten - een muzische,
kunstzinnige en brede school - gerealiseerd worden.
Kijken, luisteren en leren
Maandag is de ‘welkom-terugdag’
waarbij leerkrachten, aansluitend
bij het weekend, eerder emotioneel
gevoelige doelstellingen nastreven.
Dinsdag staat voor ‘dingdag’. De
leerlingen brengen een voorwerp
mee dat grondig bestudeerd wordt.
Dit geeft meteen de kans om te
werken aan ‘mens en techniek’ of te
focussen op uitvindingen hier en elders, vroeger en nu. Woensdag
staat synoniem voor de ‘wie-wat-
dag’. De kinderen gaan aan de slag
met de vraag van de week: waarom
kraait een haan? Waarom dondert
het? Waarom heeft een kameel
twee bulten? Voor het ‘over-dondermoment’ op donderdag brengt een
leerling een kunstwerk mee: een eigen creatie, een muziekstukje, een
dansje, … De kinderen kijken, luisteren en leren hun waardering bij de
creatie verwoorden als ‘mooi’ en
‘niet mooi’. De kinderen ervaren telkens de verscheidenheid. De nadruk
ligt helemaal niet op juist of fout
maar op het samen waarnemen met
alle zintuigen. Ze benaderen onbevangen en met bewondering elkaars
expressie en leggen banden met
zichzelf, elkaar en de kunst.
Kinderen leren met een open en
ontvankelijke geest van kunst en
van het kunstzinnige genieten. De
schoolweek wordt op vrijdag afgesloten met de ‘jij en ik-dag’.
Groepsspelen trekken die dag dynamische processen op gang en maken kinderen sociaal vaardiger.
Kinderen bloeien open
De school organiseert ook regelmatig toonmomenten zoals een muzische voorstelling over een zelfverzonnen einde bij het boek ‘Griezels’
van Roald Dahl. Zo’n moment is een
totaalspektakel met woord, dans,
beeld, zang, muziek, decor, kostumering, filmopnames. Je ziet de
kinderen echt openbloeien! Een
Turkse jongen die moeite heeft met
de Nederlandse taal staat op overtuigende wijze op de scène, met fon-
kelende oogjes en een glimlach bij
het oorverdovend applaus … Wat
een succeservaring! Hierin ligt juist
de sterkte van de muzisch, creatieve
en kunstzinnige benadering van de
leerplandoelen. Regelmatig worden
creaties gefilmd of gefotografeerd.
Er komt ook nog een niveau-overschrijdend kunstproject aan in het
park vlakbij de school. Kinderen van
de basisscholen zullen er samen
met studenten uit het secundair onderwijs silhouetten aanbrengen op
een blinde muur via action painting.
Het zal door buurtbewoners en
voorbijgangers met bewondering en
verwondering bekeken en beoordeeld worden.
Doelen bewaken
De (leerplan)doelen muzische vorming worden beoordeeld vanuit een
waardenschaal met vier scores:
zeer goed, goed, voldoende en onvoldoende. De doelen worden bij de
start van een activiteit, les, thema of
project uitgelegd aan de kinderen.
Na de creatie volgt een individuele
en klassikale bespreking. Deze onmiddellijke evaluatie in de kring is
vooral procesgericht: hoe is het gelopen? Komt dat gevoel over bij jouw
klasgenoten? Wat kan je nog verbeteren? Wat vond je gemakkelijk/
moeilijk? Kinderen evalueren dus
hun eigen muzisch proces maar ook
dat van hun klasgenoten. Die vorm
van zachte evaluatie vertaalt zich in
een rapport zonder punten. Die zelfevaluatie is ook merkbaar op het
rapport dat leerlingen en leerkrach-
Er is een ruime waaier aan muzische en
creatieve knowhow in onze basisscholen.
BASIS 29 MAART 2014 SCHOOLWIJZER
27
ten in overleg uitwerken. Leerling
en leerkracht geven een verbale beoordeling voor het doorlopen proces. Daarnaast mag elke leerling
zichzelf nog een score toekennen
voor het eigen product.
Alhoewel de leerplandoelen muzische opvoeding voor Sint-Lukas evident en richtinggevend zijn, blijft het
zowel in de kleuter- als in de lagere
afdeling dé grote uitdaging om de
leerlijnen te bewaken. In de kleuterafdeling gebeurt dit via een trimestrieel turfmoment, in de lagere afdeling wordt na ieder project geturfd
welke doelen aan bod kwamen. Per
klasgroep worden in een boek de nagestreefde en gerealiseerde doelen
genoteerd. Zo houdt het team overzicht en controle over de leerlijnen
muzische opvoeding. De doelen worden - afhankelijk van de input van zowel de leerlingen als de betrokken
leerkrachten - via verschillende activiteiten, creatieve aanpak en gevarieerde technieken nagestreefd.
Binnen klasoverschrijdende thema’s
werken ze met vallen en opstaan
naar continuïteit en gradatie toe.
Elkaar professioneel
ondersteunen
Een ander sterk praktijkverhaal
ont­­dekken wij bij de Katholieke
Scholengemeenschap RhodeSchelde. Alle klasleerkrachten van
deze scholengemeenschap schreven tijdens het eerste trimester van
dit schooljaar twee tot vier muzi-
sche activiteiten uit hun eigen klaspraktijk uit. Aan de basis van deze
muzofiches liggen de 21 algemene
doelen die - afhankelijk van de gekozen muzische talen - omgezet
worden in specifieke, meetbare, acceptabele, realistische en tijdsgebonden lesdoelen. Dit staaltje van
professionele schoolontwikkeling in
de schoot van deze scholengemeenschap leverde een waardevolle
schat op van ongeveer 340 muzofiches! Het is een rijke voedingsbodem voor alle leerkrachten die zich
willen laten inspireren door de ervaringen van hun collega’s.
De scholengemeenschap heeft ook
een muzische denkgroep voor het
kleuter- en lager onderwijs. De leden van de groep engageren zich
om allerlei evaluatievormen uit te
proberen in hun klaspraktijk en
hierover te reflecteren. Ze werkten
samen efficiënte mondelinge en
schriftelijke evaluatievormen uit die
over de hele scholengemeenschap
werden verspreid. Zo zie je maar dat
vanuit de klaspraktijk heel wat goede ideeën ontstaan. Als er structuren worden gecreëerd om die ideeën met elkaar te delen en hierover
te reflecteren, dan wordt de professionalisering van onze leerkrachten
ongetwijfeld versterkt!
Ik deel graag nog een ideetje dat ik
meekreeg tijdens een gesprek met
een muzocoach in een Brusselse
basisschool. Deze leerkracht werkt
in elke klas met de muzische
Vanuit de klaspraktijk ontstaan heel wat
goede ideeën. Als ze
gedeeld worden, versterkt
dit de professionalisering
van leerkrachten.
28
BASIS 29 MAART 2014 SCHOOLWIJZER
scheurkalender ‘KunstINzicht’. De
kalender geeft 201 korte opdrachten
om met leerlingen uit de lagere afdeling muzisch aan de slag te gaan.
De verschillende muzische domeinen komen aan bod en de creativiteitsontplooiing van de kinderen
wordt gestimuleerd.
Muzische klik
De praktijkverhalen sluiten naadloos aan bij de muzische grondhouding uit het leerplan muzische opvoeding van 1999:
Wie de wereld en het leven met een
muzische houding tegemoet treedt:
◗ Benadert die wereld op een onbevangen en speelse manier,
◗ Zet zijn hele persoon in, niet eenzijdig zijn denken, maar ook zijn
voelen en streven,
◗ Gebruikt intensief al zijn zintuigen,
◗ Tracht eigen ervaringen en emoties op een authentieke en originele manier te uiten,
◗ Waardeert het creatieve in de expressie van anderen,
◗ Deelt ervaring, emoties en waardering van anderen!
De aanzet om een muzische klik te
maken is dus niet zo moeilijk. Het zit
vaak in zeer kleine dingen die jouw
kinderen in de klas als een waardevolle parel in zich dragen. Een dankbaar knipoogje naar de inspirerende
scholen voor hun waardevolle praktijkideeën. Alvast veel succes in
jouw muzisch creatieve aanpak! n