Bezoekadres Landelijke Cliëntenraad Bezuidenhoutseweg 60 2594 AW Den Haag Landelijke Cliëntenraad, postbus 95966, 2509 CZ Den Haag Aan de Vaste Tweede Kamer Commissie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Postbus 20018 2500 EA Den Haag 070 34 99 790 [email protected] www.landelijkeclientenraad.nl Den Haag, 10 september 2014 Betreft: Wetsvoorstel taaleis WWB Referentie: LCR/TK/14-0077/GvdM/BH Geachte dames en heren, De regering heeft u het wetsvoorstel Taaleis WWB aangeboden. In deze brief geeft de LCR een eerste reactie. Verder heeft de LCR een aantal vragen die wij graag aan u voorleggen. De LCR onderschrijft het belang van de beheersing van de Nederlandse taal, om zo betere kansen te hebben op deelname aan de arbeidsmarkt. Het is ook goed dat hier aandacht voor wordt gevraagd en dat geen onderscheid wordt gemaakt tussen mensen uit verschillende landen. De LCR heeft echter een aantal vragen: 1 Onder de groep bijstandsgerechtigden bevinden zich AOW-ers met aanvullende bijstand (AIO). Geldt voor hen ook de verplichting om de Nederlandse taal te leren? Het belang van deelname aan de arbeidsmarkt is immers niet meer aan de orde. De taaleis is in het wetsvoorstel nadrukkelijk gekoppeld aan de noodzaak tot het verkrijgen, het aanvaarden en behouden van algemeen geaccepteerde arbeid. Hoe relevant is het dan dat mensen, die om verschillende redenen niet meer aan het werk zullen gaan (er is vastgesteld dat er geen arbeidsvermogen meer aanwezig is), deze taaleis krijgen opgelegd? 2 Hoe kan de wet garanderen dat voldoende rekening wordt gehouden met de individuele omstandigheden van mensen? Bijvoorbeeld: -‐ analfabetisme; -‐ dyslexie; -‐ verstandelijke beperking; -‐ leerproblemen; -‐ alleen lager onderwijs gevolgd. De LCR meent dat gemeenten hier rekening mee moeten houden. Er staat nu kunnen houden, zowel in de zin van: -‐ te stellen eisen aan de cliënt en te treffen maatregelen, als in de zin van -‐ beschikbaarheid van opleidingsaanbod, waarbij rekening wordt gehouden met de genoemde leerbelemmeringen. Waarom is recht op een passend aanbod niet in de wet vastgelegd? Waarom wordt het bieden van een passend aanbod aan de gemeentelijke vrijheid overgelaten? De wijze waarop de gemeente maatregelen moet treffen als mensen niet voldoende vorderingen maken bij het verwerven van de Nederlandse taal is tenslotte ook niet aan gemeentelijke vrijheid onderhevig. 3 De LCR constateert wederom dat maatregelen genomen kunnen worden tegen de bijstandgerechtigde, maar dat de kinderen van die persoon daarvan de dupe kunnen worden (net zoals bij de artikel 18-maatregelen). De LCR ziet deze trend ook in dit voorstel terug. Kan de regering eventuele maatregelen zodanig inrichten dat kinderen geen nadelige gevolgen ondervinden van maatregelen? 4 De gemeente kan de noodzakelijke financiële middelen voor het volgen van de taallessen uit het participatiebudget financieren. Maar hoeft dat dus niet te doen. Er ligt een grote druk om taallessen te gaan volgen op straffe van een boete maar er is geen verplichting tot vergoeding van de taallessen. Een bijstandsuitkering is geen vetpot en dat wordt met de huishoudinkomenstoets nog slechter. Hoe moeten mensen de taallessen financieren? Waarom is er niet voor gekozen om deze kosten te vergoeden? 5 Het lijkt de LCR zinnig als de regering naast de taaleis in de bijstand ook kiest voor een meer preventieve benadering van het taalprobleem. Als werknemers werkzaam zijn en de Nederlandse taal niet of onvoldoende beheersen, is de werkvloer de beste plek om de Nederlandse taal te leren. De werkgever kan hier ook een rol in vervullen in het kader van employability. Minister Asscher stelt 5 miljoen beschikbaar voor duurzame inzet van oudere werknemers in het MKB. Kan hier ook het leren van de Nederlandse taal onder vallen? En kan de regering via een stimuleringsregeling voor alle werknemers die de taal onvoldoende beheersen bevorderen dat de Nederlandse taal in de werkpraktijk wordt geleerd? De LCR hoopt dat deze brief u inspireert tot het stellen van vragen over het Wetsvoorstel taaleis in de WWB. Met vriendelijke groet, Gerrit van der Meer Voorzitter Samenstelling Landelijke Cliëntenraad Landelijke cliëntenorganisaties: Vakcentrale voor Professionals / Christelijk Nationaal Vakverbond (VCP/CNV), Ieder(in) (vertegenwoordiger mensen met lichamelijke beperkingen) , Centrale Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO), Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV, publieke sector), Federatie Nederlandse Vakbeweging (FNV, private sector), Vacature, Samenwerkingsverbanden Landelijk Overleg Minderheden (LOM), Landelijk Platform GGZ/LOC, Ieder(in) (vertegenwoordiger mensen met verstandelijke beperkingen), vertegenwoordigers van cliëntenraden: cliëntenraden SVB en UWV. vertegenwoordigers van de gemeentelijke cliëntenparticipatie: Landelijk overleg cliëntenraden Sociale Zekerheid (LocSZ), Landelijk overleg cliëntenraden Sociale Zekerheid/cliëntenraden G4, vertegenwoordiger Daken thuislozen. Adviseur: Mobility.
© Copyright 2025 ExpyDoc