Stellingen Behorende bij het proefschrift van Ivo Nienhuis “Vrijheid, gelijkwaardigheid en bevoogding. Over bewonersparticipatie in het stimuleren van sociale weerbaarheid in (probleem)wijken.” 1. Weerbaarheid is in drie ideaaltypische hoofdvormen in te delen, te weten: sociaal, asociaal en beperkt weerbaar. 2. Het stimuleren van sociaal weerbare buurtgemeenschappen moet een centrale plaats innemen in het wijkbeleid. 3. Wanneer buurtgemeenschappen sociaal weerbaar zijn, hebben ze een robuuste basis van waaruit vormen van zelforganisatie kunnen ontstaan en is er flexibiliteit om zich continu aan te passen aan contextuele veranderingen. 4. Sociaal weerbare buurtgemeenschappen zijn niet maakbaar, maar zijn wel te stimuleren. 5. Robuustheid van buurtgemeenschappen kan gestimuleerd worden door te investeren in buurtgebonden sociale cohesie en buurtgebonden tolerantie. 6. Flexibiliteit van buurtgemeenschappen kan gestimuleerd worden door te investeren in buurtoverstijgende culturele verbondenheid en aantrekkelijkheid van de buurt. 7. Om weerbaarheid in probleemwijken effectiever te stimuleren, zjn drie ankerpunt essentieel voor de relatie tussen professionals en bewoners, te weten: (1) faciliteren, (2) samenwerken op basis van gelijkwaardigheid en samenspraak – ook wel collaboratieve planning genoemd – en (3) bevoogden. 8. Collaboratieve participatieprocessen passen het beste bij situaties waar sprake is van beperkt weerbare buurtgemeenschappen. 9. Participatieprocessen waarin professionals een faciliterende rol aannemen, zijn geschikt voor situaties waarin sprake is van sociale weerbaarheid. 10. Participatieprocessen waarin professionals een bevoogdende rol aannemen, zijn geschikt voorsituaties waar sprake is van asociale weerbaarheid. 11. Sturingsmodellen ten behoeve van wijkbeleid zijn het meest effectief wanneer ze parallel en serieel ingezet worden. 12. Zelforganisatie van burgers is niet een nieuw fenomeen; de huidige politieke aandacht hiervoor echter wel. 13. Met de introductie van de term participatiesamenleving wordt er verondersteld dat we hiervoor leefden in een samenleving waarin we niet participeerden. 14. Vaak denk je bij het schrijven van een proefschrift dagenlang na en krijg je niets op papier en soms noteer je de meest briljante observaties in vijf minuten.
© Copyright 2024 ExpyDoc