Uitgebreid verslag vergadering 11 december 2014

Terugblik vergadering Subcommissie Jeugd 11 december 2014
De Subcommissie Jeugd hield de laatste vergadering van 2014 op 11 december. Tijdens de
vergadering is een eerste verkenning gehouden over het verdeelmodel jeugd. Ook kwam de
ouderbijdrage aan de orde.
Verdeelmodel
De subcommissieleden hebben een eerste verkenning gedaan van het objectieve verdeelmodel
jeugd. Dit was gezien de tijd dat de informatie beschikbaar was nadrukkelijk een primaire reactie met
algemene opmerkingen over het model. In de komende maanden betrekt de VNG leden bij dit
verdeelmodel (onder andere via bijeenkomsten in het land, 16 december was de eerste) en zullen
zowel de subcommissie Jeugd als de commissie Financiën zich over het verdeelmodel buigen.
Uiteindelijk wordt alle input voorgelegd in een concept-advies aan het bestuur van de VNG, dat het
advies aan het Rijk vaststelt.
Het voorgestelde model kent twee onderdelen:


Een hoofdmodel (€ 3,4 mld euro) dat verdeeld wordt op 10 objectieve maatstaven.
Een verdeling van de budgetten die samenhangen met groepen jeugdigen voor wie een
uitzondering op het woonplaatsbeginsel geldt. Waaronder jeugdigen met een
voogdijmaatregel en jeugdigen met voortgezette jeugdhulp (na 18 jaar). Het voorstel is dat dit
deel op een historische wijze verdeeld blijft.
De aanwezigen constateren dat het ingroeipad bijzondere aandacht behoeft. En dat beter toegelicht
moet worden waardoor de verschillen in het historische model en het voorgestelde model veroorzaakt
worden.
Ouderbijdrage
In de Jeugdwet worden gemeenten verantwoordelijk voor de ouderbijdrage. Vanaf 1 januari 2015 gaat
het CAK (Centraal Administratie Kantoor) voor gemeenten de vaststelling en de inning van
ouderbijdragen uitvoeren. De opbrengsten van de inning van de ouderbijdrage gaan naar de
gemeente die verantwoordelijk is voor het treffen van een voorziening voor de jongere.
Ondanks deze wettelijke verplichting hebben gemeenten bezwaar tegen de praktische uitwerking van
de ouderbijdrage in de Jeugdwet.
Bij langdurige pleegzorg of verblijf in gezinsvervangend huis is de ratio achter een ouderbijdrage nog
wel te begrijpen. Bij flexibele trajecten waar kortdurend (deel) tijd verblijf in kader van diagnostiek,
observatie of anderszins, afgewisseld wordt met ambulante behandeling, is de ouderbijdrage echter
discutabel. Het werpt een onnodige drempel op en kan de gewenste transformatie in de weg staan.
Maar ook de heffing ervan is problematisch. Niet alleen vanwege de administratieve belasting. Bij
kortdurende trajecten beschikking gemeenten niet altijd van de juiste gegevens en er zijn signalen dat
ouders door hoge ouderbijdrage af zullen zien van zorg.
De aanwezigen (maar ook ouders en de GGZ -branche, die bezwaren tegen de ouderbijdrage die de
Jeugdwet en het Besluit Jeugdwet verplicht oplegt aan ouders als hun kind jeugdhulp met verblijf
ontvangt) vragen de wetgever zich te bezinnen op de huidige formering van de ouderbijdrage in de
Jeugdwet.
Integrale kindcentra
Elly Dekker, beleidsmedewerker van de VNG bespreekt de verbinding jeugdhulp en kindercentra met
de leden. De VNG ziet als stip op de horizon een ongedeelde basisvoorziening voor kinderen 0-12
jaar in de kinderopvang. Dit is inclusief maatwerk voor zorg, achterstand en talent ontwikkeling en
maakt integraal onderdeel uit van het sociale domein.
De Jeugdwet geeft gemeenten een opdracht om zorg met kindcentra te verbinden in het kader van
preventie en voorsignalering. In de pilots van Alert4U hebben jeugdhulpverleners meegedraaid bij de
kinderopvang met een preventie, vroegsignalering en daarmee een efficiencyslag als resultaat. De
subcommissie ziet deze verbinding en wil zich graag inzetten om op het snijvlak van kinderopvang,
zorg en onderwijs over de innovatie na te denken.
Stichting Opvoeden.nl
Corrie Noom, lid van de Raad van toezicht en Els Verkerk, directeur van Stichting Opvoeden.nl
informeren de aanwezigen over de laatste ontwikkeling van Stichting Opvoeden.nl en de
mogelijkheden van gemeenten om van de website en gevalideerde informatie van de stichting gebruik
te maken.
Stichting Opvoeden.nl biedt gevalideerde en eenduidige informatie aan over opvoeden, opgroeien en
gezondheid voor ouders en opvoeders. Praktisch alle gemeenten en CJG’s maken hier gebruik van,
door de informatie op hun websites te plaatsen.
Alle ontwikkelde en door o.a. de kennis- en thema-instituten gevalideerde informatie is getoetst en
voldoet aan de criteria met betrekking tot kwaliteit, betrouwbaarheid en toegankelijkheid. De stichting
heeft een informatieve en preventieve werking bij ouders, levert een bijdrage aan het versterken van
eigen kracht en tijdige toeleiding naar hulp.
De informatie over opvoeden, opgroeien en gezondheid die op www.cjg.nl stond, is verhuisd naar
www.opvoeden.nl. Met die nieuwe domeinnaam wil de Stichting Opvoeden.nl meer duidelijkheid
creëren voor de doelgroep (a.s.) ouders en opvoeders. Ook is de doorgeleiding vanuit de landelijke
inhoud naar lokale sites verbeterd. Gemeenten kunnen het lokale aanbod koppelen aan de landelijke
inhoud. Burgers kunnen zo eenvoudiger hun weg vinden vanuit landelijke informatie naar lokale hulp.
Hiermee speelt Opvoeden.nl in op de toenemende trend dat burgers op landelijk niveau informatie
zoeken via internet (veelal via Google), maar wel lokaal geholpen willen worden. De stichting roept de
gemeenten om deze koppeling te maken. Dat kan door contact op te nemen met
[email protected] of via telefoonnummer 088-11 80 200. Kijk voor meer informatie op:
http://stichtingopvoeden.nl/opvoedinformatie-van-cjgnl-verhuisd-naar-opvoedennl
Integrale vroeghulp
Integrale Vroeghulp is een vorm van zorg ingebed op lokaal niveau maar door de transitie dreigt dit te
veranderen. Martijn Klem, lid van taskforce Integrale Vroeghulp namens de BOSK, Susan Osterop,
landelijke coördinator Integrale Vroeghulp en Annelien Theeuwes, voorzitter meerdere netwerken IVH
vanuit MEE plus lichten de veranderingen en transformatie aanpak toe.
Integrale Vroeghulp is een samenwerkingsverband van meerdere (per regio verschillende)
organisaties. Alle partners werken vanuit hun eigen organisatie en brengen daarmee hun specifieke
deskundigheid in. De kracht van de samenwerking is nu juist dat ze elkaar aanvullen. De aanpak van
integrale vroeghulp moet bewaard blijven mede door regionale en gemeentelijke netwerken te
behouden. Voorheen gebeurde deze coördinatie mede met zorgaanbieders. Deze netwerken komen
over naar de gemeenten en IVH roept op om deze netwerken te borgen.
Werkwijze van de subcommissie in 2015
De portefeuilles van de subcommissie leden zijn vastgesteld. Voor meer informatie over de werkwijze
van de subcommissie en de verdeling van de portefeuilles kunt u contact opnemen met Sjaan
Markusse, de secretaris van de subcommissie ([email protected]).
VNG, 20 december 2014