liturgie van deze dienst

Liturgie voor de morgendienst in kerkcentrum De Ark
Op 9 november 2014 om 10:00 uur
Voorganger: ds. Riek van Haeringen
Organist: Gert van der Weijde
Medewerking Cantorij o.l.v. Siemone Middel
Voor de dienst oefenen
Lied 78a
cantorij: Luister, volk van God, hoor wat ik je leer;
hoor het oud geheim, Woord van onze Heer.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
cantorij: Leer zijn liefdewet, roep zijn daden uit,
zaai ze in elk hart – en geloof ontspruit.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Breng wat is gebeurd generaties her
in herinnering generaties ver.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Volk, vertrouw je toe aan Gods helpershand
volg hem waar het vuur van zijn liefde brandt.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Ken, opstandig mens, je geschiedenis:
God gaf jou een vorst, die een herder is.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
Welkom en mededelingen
Zingen Lied 280:
allen:
De vreugde voert ons naar dit huis
waar ’t woord aan ons geschiedt.
God roept zijn naam over ons uit
en wekt in ons het lied.
cantorij: Dit huis van hout en steen, dat lang
de stormen heeft doorstaan,
waar nog de wolk gebeden hangt
van wie zijn voorgegaan,
cantorij: dit huis, dat alle sporen draagt
van wie maar mensen zijn,
de pijler die het alles schraagt,
wilt Gij die voor ons zijn?
allen:
Zal dit een huis, een plaats zijn waar
de hemel open gaat,
waar Gij ons met uw eng'len troost,
waar Gij U vinden laat?
allen:
Onthul ons dan uw aangezicht,
uw naam, die mét ons gaat
en heilig ons hier met uw licht,
uw voorbedachte raad.
Stil gebed, bemoediging en groet
Aansteken van de kaarsen, openen van de bijbel
Zingen bewerking van psalm 84
1 x refrein door cantorij + 1 x refrein door allen
Gelukkig is de mens
Die zijn vertrouwen in u stelt,
O Heer van alle machten.
cantorij: Hoe vredig is het waar Gij woont,
Heer, God van alle machten.
Verlangen zal ik met hart en ziel
naar het huis waar Gij mij wacht.
De vogel vindt een eigen nest,
de zwaluw een plaats voor zijn jongen.
Gelukkig de mens die woont bij U,
hij zal U loven zijn leven lang.
allen:
Gelukkig is de mens
Die zijn vertrouwen in u stelt,
O Heer van alle machten.
cantorij: Trekken wij door een dorre woestijn,
Gij maakt het tot een vallei vol bronnen.
De lenteregen zegent het land,
zo trekken wij voort naar uw heilige stad.
Heer van machten hoor mijn gebed;
God van Jacob luister naar mij.
Bescherm ons, uw volk, dat Gij hebt geroepen,
zegen ons die hier voor U staan.
allen:
Gelukkig is de mens
Die zijn vertrouwen in u stelt,
O Heer van alle machten.
cantorij: Beter één dag in uw nabijheid,
dan duizend dagen in de woestijn.
Beter te toeven op uw drempel,
dan mijn leven te slijten, ver van U af.
Gij zijt mijn schild, Gij zijt mijn betrouwen,
Gij brengt mij tot aanzien, Gij maakt mij bemind.
Ik zal genade vinden in uw ogen,
als ik rechtop kan staan zonder bedrog.
allen:
Gelukkig is de mens
Die zijn vertrouwen in u stelt,
O Heer van alle machten.
cantorij: Eer aan de Vader en de Zoon
en de Heilige Geest.
Zoals het was in het begin en nu altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen
Kyrie en gloria:
Gebed om ontferming
Cantorij: ‘kyrie, kyrie, kyrie eleison’
Opmaat naar gloria
Glorialied: lied 867
cantorij: Loof overal, loof al wat adem heeft,
loof God die leeft.
Zo hoog de hemel niet
of daarheen reikt het lied,
de aarde niet zo wijd,
of God wordt lof bereid.
Loof overal, loof al wat adem heeft,
loof God die leeft.
allen:
Loof overal, loof al wat adem heeft,
loof God die leeft.
De kerk zingt schoon en luid
het lied dat niemand stuit,
het hart is ’t bovenal,
dat eeuwig zingen zal.
Loof overal, loof al wat adem heeft,
loof God die leeft.
Gebed van de zondag
Inleiding kindernevendienst
Eerste schriftlezing: Jesaja 48 : 17 – 21
17 Dit zegt de HEER, je bevrijder, de Heilige van Israël:
Ik ben de HEER, jullie God,
die jullie onderricht in je eigen belang,
die jullie leidt op de weg die je gaat.
18 Luisterde je maar naar mijn geboden,
dan zou jouw vrede zijn als een rivier,
en je gerechtigheid als de golven van de zee.
19 Je nageslacht zou zijn als het zand,
je nazaten ontelbaar als zandkorrels.
Je naam zou nooit worden uitgewist,
maar voor altijd bij mij voortleven.
20 Trek weg uit Babel, ontvlucht de Chaldeeën!
Verkondig dit met luid gejuich, laat het horen,
laat weten tot aan de einden der aarde:
‘De HEER koopt zijn dienaar Jakob vrij!’
21 Hij voert zijn volk door de woestijn,
ze zullen geen dorst lijden;
hij laat water voor hen stromen uit de rots,
hij klieft een rots en het water gutst eruit.
Zingen lied 78a
cantorij: Luister, volk van God, hoor wat ik je leer;
hoor het oud geheim, Woord van onze Heer.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
cantorij: Leer zijn liefdewet, roep zijn daden uit,
zaai ze in elk hart – en geloof ontspruit.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Breng wat is gebeurd generaties her
in herinnering generaties ver.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Volk, vertrouw je toe aan Gods helpershand
volg hem waar het vuur van zijn liefde brandt.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
allen:
Ken, opstandig mens, je geschiedenis:
God gaf jou een vorst, die een herder is.
Wat onze ouders ons vertelden,
zullen wij onze kinderen melden;
dat wij met hen uw naam bezingen:
God onze Heer doet grote dingen.
Tweede schriftlezing: Matteus 25 : 14 – 30
14 Of het zal zijn als met een man die op reis ging, zijn dienaren bij
zich riep en het geld dat hij bezat aan hen in beheer gaf. 15 Aan de
een gaf hij vijf talent, aan een ander twee, en aan nog een ander
één, ieder naar wat hij aankon. Toen vertrok hij. 16 Meteen ging de
man die vijf talent ontvangen had op weg om er handel mee te drijven, en zo verdiende hij er vijf talent bij. 17 Op dezelfde wijze verdiende de man die er twee had gekregen er twee bij. 18 Degene
die één talent ontvangen had, besloot het geld van zijn heer te verstoppen: hij begroef het.
19 Na lange tijd keerde de heer van die dienaren terug en vroeg
hun rekenschap. 20 Degene die vijf talent ontvangen had, kwam
naar hem toe en overhandigde hem nog vijf talent erbij met de
woorden: “Heer, u hebt mij vijf talent in beheer gegeven, alstublieft,
ik heb er vijf talent bij verdiend.” 21 Zijn heer zei tegen hem: “Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar. Omdat je betrouwbaar bent gebleken in het beheer van een klein bedrag, zal ik
je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van je
heer.” 22 Ook degene die twee talent ontvangen had, kwam naar
hem toe en zei: “Heer, u hebt mij twee talent in beheer gegeven,
alstublieft, ik heb er twee talent bij verdiend.” 23 Zijn heer zei tegen
hem: “Voortreffelijk, je bent een goede en betrouwbare dienaar.
Omdat je betrouwbaar was in het beheer van een klein bedrag, zal
ik je over veel meer aanstellen. Wees welkom bij het feestmaal van
je heer.” 24 Nu kwam ook degene die één talent ontvangen had
naar hem toe, hij zei: “Heer, ik wist van u dat u streng bent, dat u
maait waar u niet hebt gezaaid en oogst waar u niet hebt geplant,
25 en uit angst besloot ik uw talent te begraven; alstublieft, hier
hebt u het terug.” 26 Zijn heer antwoordde hem: “Je bent een slechte, laffe dienaar. Je wist dus dat ik maai waar ik niet heb gezaaid en
oogst waar ik niet heb geplant? 27 Had mijn geld dan bij de bank in
bewaring gegeven, dan zou ik bij terugkomst mijn kapitaal met rente hebben terugontvangen. 28 Pak hem dat talent maar af en geef
het aan degene die er tien heeft. 29 Want wie heeft zal nog meer
krijgen, en wel in overvloed, maar wie niets heeft, hem zal zelfs wat
hij heeft nog worden ontnomen. 30 En die nutteloze dienaar, gooi
die eruit, in de uiterste duisternis, waar men jammert en knarsetandt.”
Zingen lied 333
eerst 1 x cantorij, daarna 2 x allen
Kom, Geest van God,
maak onze harten open,
dat Christus bij ons woning vindt.
Verkondiging
Cantorij: Surely the Lord is in this place – I. Burnell
tekst:
Surely the Lord the Lord is in this place.
This is none other than the House of God
and this is the Gate of Heaven
Surely the Lord the Lord is in this place
vertaling: Ja zeker, de Heer is hier.
Dit is echt het huis van God
en de poort naar de hemel.
Ja zeker, de Heer is hier.
Zingen Lied 361 : 1, 2, 4, 5 en 7
Er heeft een stem gesproken,
de Heer was daar!
Antwoord Hem vastbesloten,
sta voor Hem klaar!
Behoud het woord, de gaven,
met wakkere zin;
volhard uw taak te dragen
en leef daarin!
Het woord, van God gegeven,
brengt ommekeer,
het voedt ons in het leven,
is vol verweer.
Leer ons eenvoudig leven
niet afgeleid.
Wie zich aan Hem wil geven
sta steeds bereid.
De koning nu der eeuwen,
eeuwig de Heer,
heerlijk, onzienlijk, enig,
zij kracht en eer!
Voorbeden – stil gebed – cantorij
‘Notre Père’ - Maurice Duruflé
tekst:
Notre Père qui es aux cieux,
que ton nom soit sanctifié,
que ton règne vienne, que ta volonté
soit faite sur la terre comme au ciel.
Donne nous aujourdhui notre pain de
ce jour, pardonne-nous nos offenses
comme nous pardonnons aussi à ceux
qui nous ont offensés,
et ne nous soumets pas à la tentation,
mais délivre-nous du mal.
vertaling: Onze Vader die in de hemelen zijt,
Uw naam worde geheiligd,
Uw koninkrijk kome,
Uw wil geschiede op aarde zoals in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood,
en vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven
onze schuldenaren,
en leid ons niet in verzoeking
maar verlos ons van het kwaad.
Mededelingen
Collecte (kinderen komen terug)
Zingen Lied 416
allen:
Ga met God en Hij zal met je zijn,
jou nabij op al je wegen
met zijn raad en troost en zegen.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
cantorij: Ga met God en Hij zal met je zijn:
bij gevaar, in bange tijden,
over jou zijn vleugels spreiden.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
cantorij: Ga met God en Hij zal met je zijn:
in zijn liefde je bewaren,
in de dood je leven sparen.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
allen:
Ga met God en Hij zal met je zijn
tot wij weer elkaar ontmoeten,
in zijn naam elkaar begroeten.
Ga met God en Hij zal met je zijn.
Zegen met gezongen ‘amen’