Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening ONTWERPVERSLAG VERGADERING 27 FEBRUARI 2014 notulen Voorzitter: Toon Tessier Commissieleden: Marie-Jeanne De Pauw, Trui Maes, Bart Vangansbeke, Wim Buysse, Joan Bauwens, Marijke De Vreese, Els Huigens, Annita Stevens, Els De Vos, Johan De Mol Plaatsvervangende leden: Thierry Semey, Sven De Bondt, Dieter Delbaere, Joëlle Debock, Jean-François Agneessens Aanwezige plaatsvervangers: Michiel Callens, Veerle De Bock, Pieter Deforche Verontschuldigd: Philippe Van Wesenbeeck (Dienst Stedenbouw en Ruimtelijke Planning), Peter Vanden Abeele, Stefan Derluyn, Ewald Serraes, Lieslotte Wackenier, Paul Arts, Steven Ducatteeuw, Erik Grietens, Dominique Oosterlinck, Thomas Serck, Liesbeth Cackebeke Afwezig: Danny Heirbrant, Kris Michiels Secretariaat (verslaggeving): Rik De Kezel – Fabrice Vermeulen Waarnemers: Liesbet De Weder (fractie Groen), Dirk Van Haelter (fractie Open VLD) Diensten: Koen Lepla (Dienst Stedenbouw en Ruimtelijke Planning) Agenda: Secretariaat Administratief Centrum Woodrow Wilsonplein 1 De agenda wordt met éénparigheid van stemmen aangepast. Er worden geen nieuwe agendapunten toegevoegd, maar de goedkeuring van het verslag wordt als een apart agendapunt behandeld, net als de goedkeuring van de ontwerpadviezen voortvloeiend uit het overleg van 4 februari 2014. Het agendapunt mbt de goedkeuring van het jaarverslag, handelt over het jaar 2013. 9000 Gent Tel. + 32 9 266 78 25 Fax + 32 9 266 78 99 [email protected] Internet www.gent.be Openingsuren Enkel op afspraak Bereikbaar Bus 5/6/16/17/18/19/50/52/ 1. Mededelingen – praktische afspraken – deontologie 2. Goedkeuring verslag GECORO-overleg van 04/02/2014 3. Goedkeuring adviezen i.k.v. de concept-RUP’s ‘Wonen aan het Rabot’ en ‘Groenas 4 – Bovenschelde’ 4. Concept-RUP 166 Rijsenberg: toelichting en bespreking – beraadslaging en formuleren advies 5. Jaarverslag GECORO 2013: goedkeuring 6. Varia 6.1. Gebruik Sharepoint 6.2. Tijdsbesteding GECORO-leden 53/54/55/57/58/60/69/ 70/71/72/73/74/76/77/78 Tram 21/22/40/41/42 Plaats vergadering: Collegezaal - stadhuis, Botermarkt 1 Start vergadering: 18:35 Correspondentieadres Stadhuis Botermarkt 1 BE-9000 Gent Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 1 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening besloten vergadering Op vraag van de voorzitter beslissen de aanwezige commissieleden of hun stemgerechtigde plaatsvervangers unaniem tot het openbaar houden van de vergadering. openbare vergadering Punt 1: Mededelingen – praktische afspraken – deontologie Geen enkel commissielid roept een deontologische veronenigbaarheid in m.b.t. de voorliggende agenda. De voorzitter deelt mee dat er op vraag van het stadsbestuur een aantal wijzigingen zullen worden voorgesteld in het ontwerp van huishoudelijk reglement. Deze wijzigingen hebben te maken met de rol van de politieke waarnemers in de GECORO. Het secretariaat zal een gewijzigd ontwerpreglement plaatsen op het sharepoint van de GECORO. Het nieuwe ontwerp van huishoudelijk reglement zal in principe op 1/04/2014 aan de GECORO worden voorgelegd. Zolang er geen officiële besluitvorming is over het huishoudelijk reglement, kunnen er ook geen presentiegelden worden betaald. Het secretariaat houdt zolang alle aanwezigheden bij, ten einde de betalingen retroactief te kunnen laten uitvoeren. De secretaris geeft de commissie een overzicht van door de GECORO besproken dossiers en over eventuele feedback van het stadsbestuur m.b.t. door de GECORO genomen beslissingen/overgemaakte adviezen: • Het college van burgemeester en schepenen (CBS) heeft op 27/02/2014 een positief planologisch attest verleend aan Tinel bvba. Dit dossier werd besproken door de GECORO op 3/12/2013 en hierover een gunstig advies uitgebracht bij het college. Punt 2: Goedkeuring verslag GECORO-overleg van 4 februari 2014 De commissieleden keuren het verslag van de GECORO-zitting van 4 februari 2014 unaniem goed. Het secretariaat zal dit goedgekeurde verslag publiceren op het GECOROsharepoint en op de stedelijke website. Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 2 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening Punt 3: Goedkeuring GECORO-adviezen over de concept-RUP’s ‘Wonen aan het Rabot’ en ‘Groenas 4 – Bovenschelde’ (Alle relevante documenten werden vooraf gepubliceerd op het Sharepoint GECORO) De GECORO keurt de ontwerp-adviezen over respectievelijk het concept-RUP ‘Wonen aan het Rabot’ en concept-RUP ‘Groenas 4 – Bovenschelde’, goed. Het secretariaat zal beide adviezen officieel overmaken aan het stadsbestuur en de adviezen meenemen in het administratieve besluitvormingstraject. Punt 4: concept RUP 166 Rijsenberg: toelichting en bespreking – beraadslaging en formuleren advies (Alle relevante documenten werden vooraf gepubliceerd op het Sharepoint GECORO) Koen Lepla, ruimtelijk planner bij de Dienst Stedenbouw en Ruimtelijke Planning, geeft een toelichting over voorliggend concept-RUP. Situering Het plangebied ligt ten zuiden van de kernstad en wordt ruwweg omsloten door de Fabiolalaan in het zuiden, de Leie in het westen en noorden en de Albertlaan in het oosten. In ongeveer 70 ha. groot. Redenen tot opmaak van het RUP De Rijsenbergbuurt is vandaag een heel degelijke wijk. De nabijheid van het SintPietersstation, het kwaliteitsvolle woningenbestand, de architectuur en het rustige, groene karakter vormen de grootste troeven voor de bewoners. Voor deze buurt vormt het BPA Rijsenberg momenteel het juridisch kader voor het afleveren van stedenbouwkundige vergunningen. Enerzijds is dit BPA een sterk conserverend plan en biedt het weinig flexibiliteit. Anderzijds voorkomt het speculatie en zorgt het er voor dat aanpassingen aan bestaande noden worden verhinderd. Ter voorbereiding van de herziening van dit BPA is een ruimtelijk onderzoek ‘Ruimtelijk Onderzoek Rijsenbergbuurt – eindrapport juni 2011’ opgestart. Dit ruimtelijk onderzoek zal het toekomstig ruimtelijk kader voor de verdere ontwikkeling van de Rijsenbergbuurt vormen. Uit het ruimtelijk onderzoek komen onder andere volgende inzichten voor een herziening naar voor: - de creatie van een groen netwerk in de wijk - het beschermen van waardevol patrimonium - het beschermen van de woonfunctie (en de bestaande eengezinswoningen) - het geven van een toekomstgerichte bestemming aan de Lumat-site en instituut Moderne Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 3 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening - het toepassen van een genuanceerde visie op voortuinen het toepassen van een nieuwe visie op binnengebieden het oplossen van enkele lokale problemen het flexibeler opstellen van de voorschriften, evenwel binnen een aantal ruimtelijke kwaliteitscriteria Hiervoor is de opmaak van een nieuw RUP noodzakelijk. Naast het ruimtelijk onderzoek vond ook een uitgebreid inspraaktraject plaats met de buurtbewoners, onder meer met een gegidste wandeling, een fototocht van de bewoners telkens met terugkoppeling van de bekomen resultaten. Voor de bepaling van het plangebied is uitgegaan van het BPA nr. 12 Rijsenberg. Delen die recent herbestemd zijn door middel van het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan “Stationsomgeving Gent-Sint-Pieters – Koningin Fabiolalaan” en het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan nr. 155 “Park Duifhuisstraat”, zijn niet meegenomen. Juridische toestand, planningscontext en relatie tot projecten in de buurt Relatie tot Gewestplan Gentse en Kanaalzone, BPA 12 Rijsenberg, GRUP stationsomgeving Gent Sint-Pieters, RUP 155 Park Duifhuisstraat Relatie tot het RSV, PRS en RSG. Relatie tot projecten in de buurt (Sint-Pietersstation en ontwikkelingsplan Blaarmeersen) Visie en krachtlijnen voor de ruimtelijke ontwikkeling – ruimtelijke concepten Relatie tot het water Groen netwerk Behoud waardevolle gebouwensembles, met aangepaste voorschriften ifv kwaliteitsvolle verbouwingsmogelijkheden Verdere elementen uit de toelichting • Waterparagraaf • Overzicht van stedenbouwkundige voorschriften strijdig met voorliggen conceptRUP • Register planbaten, plan– en kapitaalschade en gebruikerscompensatie • Verdere timing van het RUP • Conceptelementen (algemene en specifieke concepten per zone) – overgangsbepalingen – eerste aanzet tot stedenbouwkundige voorschriften • Toelichting over de mogelijke invulling van de twee projectzones Bespreking en beraadslaging (de gezamenlijke standpunten, suggesties, opmerkingen en open vragen zijn in het verslag opgenomen en worden als dusdanig als een advies aan het stadsbestuur overgemaakt; gewone informatieve vragen die tijdens dit overleg onmiddellijk zijn beantwoord en geen invloed kunnen hebben op het verdere proces, zijn niet opgenomen in het verslag) Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 4 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening Is het behoud van de ééngezinswoningen langsheen de Koningin Fabiolalaan realistisch (puur functioneel gezien naar woonkwaliteit toe), gezien de ontwikkelingen aan de overkant van deze straat in de projectzone GSP en conform het gewestelijk RUP? Volgens de ontwerper (Koen Lepla) heeft dit kans op slagen als de voorschriften daartoe voldoende streng geformuleerd zijn. Waarom worden de verkavelingen opgeheven? De ontwerper geeft aan dat dit is om meer flexibiliteit te creëren t.o.v. de vigerende verkavelingsvoorschriften; in een hedendaagse context en in dergelijke stedelijke omgeving roepen zeer grote percelen met tuin, vragen op. Verdichting moet moet juridisch mogelijk gemaakt worden, en bv. via nieuwe verkavelingen kunnen er meerdere nieuwe eengezinswoningen mogelijk gemaakt worden, uiteraard behoudens de juiste afspraken tussen de betrokken eigenaars. De ontwerper wijst er voor alle duidelijkheid op dat er in dit concept nog geen sprake is van voorschriften, hooguit van een eerste aanzet daartoe. In de daaropvolgende discussie komen volgende vragen naar boven: • Waarom vasthouden aan de 3 m vrije bouwstrook? Is er geen juridische mogelijkheid om het bouwen van een wachtgevel op de perceelsgrens toe te laten? • Waarom wordt er niet meer in de richting gedacht van meer collectief gebruik van ruimtes en alternatieve woonvormen? Zitten we in dit eerder klassieke RUP niet te veel vast aan schijnbaar geijkte denkpatronen van een- of meergezinswoningen, wat bovengenoemd delen van ruimte, in de weg kan staan? Zo zouden er alternatieven mogelijk moeten zijn om bv. een aantal aaneengesloten woningen te gaan verbouwen naar meer entiteiten, zonder daarom te gaan spreken van meergezinswoningen of in de hoogte te gaan bouwen (er wordt een soortgelijk voorbeeld van een project in Brugge aangehaald). • Opnieuw wordt opgemerkt dat er onduidelijkheid heerst over de terminologie éénen meergezinswoning, schakelwoning enzoverder. Deze vragen kwamen reeds naar boven tijdens de bespreking van het RUP Stedelijk Wonen. Concluderend adviseert de GECORO aan het bestuur om de verdichtingsmogelijkheden in dit RUP verder te onderzoeken, vernieuwende initiatieven voor het creëren van eengezinswoningen (eventueel met gedeelde ruimte) mogelijk te maken en dit mee te nemen in de stedenbouwkundige voorschriften. Daarbij moet er moet wel over gewaakt worden dat de formulering van de betreffende voorschriften omzichtig gebeurt, zodat de poort niet opnieuw wordt openzet naar het realiseren van meer appartementen. Daarnaast mag het verkavelen van grote percelen niet leiden tot minder kwaliteit in deze buurt. Hiernaast dringt de GECORO er bij het bestuur nogmaals op aan om werk te maken van de definiëring van courant gebruikte terminologie zoals een- of meergezinswoningen, omdat daar verschillende interpretaties over bestaan. Bestaat de kans dat verkeer vanuit het zuiden via de Timichegtunnel in de Rijsenbergwijk infiltreert? De ontwerper geeft aan dat dit enerzijds een mobiliteitsaspect is en geen RUP-materie, en in dit geval zelfs buiten de perimeter van onderhavig plan valt. Het bestuur heeft reeds van Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 5 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening in het begin van de projectontwikkeling van Gent Sint-Pieters aangegeven dat het niet mogelijk zal zijn om deze verkeersbeweging via de tunnel (doorheen de wijk) stadinwaarts te maken, wat ook door de schepen van Stadsontwikkeling is bevestigd op de hoorzitting i.k.v. voorliggend dossier. In de daarop volgende discussie wordt het idee dat mobiliteitsaspecten grotendeels buiten het RUP moeten geregeld te worden wat gehekeld. Enerzijds omdat mobiliteit de leefbaarheid toch sterk beinvloedt en het consolideren of verhogen van de leefbaarheid en woonkwaliteit net heel dikwijls de aanleiding of althans één ervan zijn om een RUP op te maken. Anderzijds kunnen ruimtelijke ingrepen in het openbaar domein (via een RUP) een belangrijk instrument zijn om de mobiliteitsbehoeften en de verkeersafwikkeling te beïnvloeden. Dit concept RUP mist voorlopig dus de kansen om op het vlak van mobiliteit (en parkeren) meer sturend te zijn en ook uit te gaan van de lange termijngevolgen vooral bekeken vanuit collectief oogpunt. Deze specifieke wijk leent er zich perfect toe om te vertrekken vanuit het principe van het omgekeerd ontwerpen, waarbij de straatprofielen worden herbekeken met daarin een minder dominante rol voor de auto en waarbij de doorwaadbaarheid van de wijk voor de auto, perfect kan gemonitord (via nummerplaatherkenning?) en beheersd worden. Het idee om in het RUP gedetailleerde straatprofielen vast te leggen wordt door de commissie niet weerhouden omdat dit omwille van technische aspecten zal conflicteren met de lange houdbaarheidsdatum van dergelijk verordenend plan. Daarentegen pleit de GECORO wel voor een categorisering van wegen die zich vertaalt in onderscheiden inrichtingsprincipes waarmee de wegbeheerder dient rekening te houden. Ook het consolideren van de ruimtes voor garageboxen wordt in vraag gesteld. Waarom wordt er niet meer toekomstgericht gedacht en gestreefd naar alternatieve ondergrondse oplossingen? De commissie concludeert echter dat deze ideeën over de garageboxen slechts realistisch zijn bij nieuwe ontwikkelingen en niet bij een situatie die al een paar decennia realiteit is. De commissie is zich er ook van bewust dat het een wat duale situatie is in een wijk (op een A-locatie volgens het RSV met optimale bereikbaarheid voor het openbaar vervoer) met heel veel pendelaars, dat iedereen beschikt over een eigen wagen, met een hoge parkeerdruk als gevolg. Moet er in dit RUP niet gezocht worden naar (meer) locaties voor autodelen (Cambio)? Concluderend stelt de GECORO dat een RUP meer moet zijn dan een juridisch kader i.f.v. het verlenen van stedenbouwkundige en verkavelingsvergunningen er, maar eveneens moet tegemoetkomen aan andere ruimtelijke uitdagingen die de leefbaarheid van de ruimte verbeteren. In het bijzonder vormt mobiliteit een zeer belangrijk onderdeel van de ruimtelijke beleving. Specifiek voor dit plan is er bijkomend mobiliteits- en parkeeronderzoek noodzakelijk: • De GECORO vraagt dat het bestuur het voorliggend streefbeeld voor de betrokken wijk aanvult met een globale mobiliteitsvisie die ervoor zorgt dat de wijk in functie van de realisatie van een langetermijnvisie beter afgeschermd wordt van autodruk van buitenuit en zelf ook meer gaat inzetten op duurzamere vervoersmodi. • De GECORO pleit daarbij concreet voor: Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 6 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening o o o • het opleggen van een gedifferentieerde beperking van de doorwaadbaarheid van het autoverkeer in de wijk, daarbij andere prioriteiten creërend voor de zwakke weggebruikers het aanduiden van locaties voor autodelen, waardoor de interne parkeerdruk beheersbaar blijft te onderzoeken of er voor de zones voor garageboxen een uitdoofscenario mogelijk is en dat er een nabestemming voor deze zones geformuleerd wordt. In functie van bovenstaande uitdagingen vraagt de GECORO ook de invoering te overwegen van een categorisering van de wegenis die tot op het niveau van het bestemmingsplan doorwerkt (naast eventuele andere instrumenten) De GECORO vraagt bovenstaande aanbevelingen mee te nemen in het verder besluitvormingsproces dat de volgende keer dat dit dossier aan de GECORO wordt voorgelegd, er een meer globale mobiliteitsvisie van het bestuur voor deze wijk (en in relatie tot de omgeving), wordt toegelicht. Hoe zit het met het aandeel sociale woningbouw in dit stadsdeel (Gent Zuid)/in deze wijk? Worden er in dit RUP in die zin voorwaarden opgelegd? De ontwerper geeft aan dat normen opleggen niet meer aangewezen is gezien het arrest van het Grondwettelijk Hof hierover. Dit Hof liet een aantal bepalingen m.b.t. de sociale last daarover uit het decreet Gronden- en Pandenbeleid schrappen. Het risico om onderhavig plan te laten stranden in juridische procedures is te groot. De GECORO sluit zich hierbij aan. De vraag om bij iedere bespreking van een RUP mee te geven procentueel hoe groot het procentuele aandeel sociale (koop/huur)woningen is (feitelijke toestand), wordt niet weerhouden. Het lijkt eerder aangewezen om deze gegevens in kaart te brengen op stadsdeelniveau en niet op het niveau van een RUP. De GECORO meent dat dit soort zaken beter aan bod komt op het moment dat het vervolgtraject voor het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan een eerste keer aan de GECORO zal worden gepresenteerd. Is de inkleuring van de MF (multifunctionele)-zone t.h.v. de Koning Boudewijnstraat wel een goede keuze? De algemene beeldwaarde is daar op vandaag eerder pover. Is het niet meer aangewezen om daar te streven naar meer wonen, en kantoren op termijn uit te bannen? Is er gezien het reeds grote aandeel kantoren op de projectontwikkeling langsheen de Fabiolalaan, nog meer behoefte aan kantoren of kantoorachtigen? Waarom wordt er ter hoogte van de projectzones Lumat en Institut Moderne niet gekozen voor een herontwikkeling als gesloten bouwblok, in tegenstelling tot dit voorstel met publieke doorsteken? Het semi-publieke karakter van deze open ruimte zal niet veel meerwaarde bieden. Moet er niet extra ingezet worden op kwaliteit voor de meer structurele publieke ruimte, eerder dan op deze eerder versnipperde kleine ruimtes? Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 7 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening De ontwerper zegt dat het hier over meer dan een doorsteek gaat. Deze nieuw te creëren ruimtes hebben eerder ook het karakter van klein intiem parkje voor lokale buurtbewoners die over weinig groen beschikken. Uit de daaropvolgende discussie blijkt dat er voor beide scenario’s wel wat te zeggen valt. De GECORO oordeelt na bespreking dat het huidige voorstel echt wel toegevoegde waarde biedt zoals tuinuitbreidingen, een betere ontsluiting voor zachte weggebruikers, …. Daarbij wordt verwezen naar het goed functionerend Rommelwaterpark in de Machariuswijk. Commissielid Peter Vanden Abeele vroeg op 24 maart 2014 schriftelijk aan het secretariaat om een minderheidsstandpunt in het verslag (en het daaruit voortvloeiend advies) op te nemen, m.b.t. de bespreking, beraadslaging en advies over het concept-RUP Rijsenberg, meer bepaald over de hierboven besproken twee projectzones Lumat en Institut Moderne. Dit minderheidsstandpunt wordt ingenomen door commissielid Dieter Delbaere die tijdens het GECORO-overleg van 27 februari 2014 als plaatsvervanger optrad voor commissielid Peter Vanden Abeele. Deze kwestie werd voorgelegd aan de GECORO op het overleg van 1/04/2014. De commissie verklaarde zich akkoord met de opname ervan in dit verslag. Het minderheidsstandpunt van commissielid Dieter Delbaere luidt als volgt en zal in die zin worden doorvertaald naar het advies van de GECORO over dit concept-RUP: Het ontwerpmatige onderzoek van BUUR op deze site is eerder mager. Het is een 'evident' voorstel voor een stedelijk project, vandaar dat het waarschijnlijk bij vele Gecoroleden als goed wordt beschouwd. Zelf is de heer Delbaere van oordeel dat het te weinig rekening houdt met context: station (veel publieke ruimte), het bouwblok, gevelrij Fabiolalaan t.o.v. de nieuwe ontwikkeling aan de Koningin Fabiolalaan, de bestaande bebouwing t.h.v. de Aaigemstraat en Koning Boudewijnstraat. De heer Delbaere zou eerder opteren voor een gesloten bouwblok. Dit sluit niet uit dat er binnen het bouwblok gedeelde ruimte zou kunnen komen. De heer Delbaere kan zich in grote lijnen vinden in de bewoording in het ontwerpadvies maar vindt dat er niet kan gesteld worden dat er een conclusie tot stand is gekomen. De heer Delbaere is alvast niet overtuigd van het voorstel van studiebureau BUUR. De verwijzing naar het Rommelwaterpark vindt de heer Delbaere geen correcte vergelijking. De ontwerper polst naar de visie van de commissie over het al dan niet publiek toegankelijk maken van het broekbosje gelegen tussen de Fabiolalaan en de Marathonstraat omdat er in de buurt ook wel een aantal tegenstanders zijn. Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 8 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening De GECORO meent dat het nut van het openstellen van dit bosje kan worden getoetst aan het druk gefrequenteerde Overmeersparkje langsheen de R4. Er is dus wel degelijk vraag naar dergelijke kleinere groene ruimtes. Bovendien is deze doorsteek over de Fabiolalaan heel belangrijk in het kader van het samenhangend en betekenisvol groen netwerk waarvan sprake in het RUP. Het verdient dus volgens de GECORO zeker aanbeveling om de aanbevelingen uit de studie BUUR op dit vlak steviger te verankeren in RUP. De GECORO stelt voor om de perimeter van het RUP t.h.v. de Koning Albertbrug en Gordunakaai uit te breiden zodat deze wordt doorgetrokken naar de Gordunakaai omdat de potenties voor een opwaardering van de route langsheen de Leie (voor zacht verkeer en als verblijfsruimte) niet ophouden bij de Koning Albertbrug, maar evengoed aanwezig zijn langsheen de Gordunakaai. De ontwerper stelt dat dit een mogelijkheid is die kan bekeken worden. Binnenkernen: het verdient volgens de GECORO aanbeveling om naast de twee grote projectzones ook extra aandacht te schenken aan de kleinere versnipperde binnenkernen. Een intelligente nabestemming bij een eventuele verandering van eigenaar of functie (cfr. garageboxen) kan bv.een meerwaarde betekenen voor de omwonenden of zelfs op wijkniveau. Bouwhoogte langsheen de Fabiolalaan. Moet er omwille van het harde contrast tussen het gemeentelijk en gewestelijk RUP langsheen de Fabiolalaan, op een aantal plaatsen niet bekeken worden of de bouwhoogte niet kan worden opgetrokken, of het niet iets meer grootschaliger kan? Tijdens de bespreking bleken hier zowel argumenten voor als tegen te pleiten. Na discussie kiest de GECORO er uiteindelijk voor om de in het concept voorgestelde optie voor een kwaliteitsvolle verdichting te onderschrijven, eerder dan te pleiten voor een effectieve verhoging van het aantal bouwlagen op een nog nader te selecteren aantal locaties. Het risico is immers te groot dat de woonkwaliteit er in de achtergelegen binnenkernen omwille van bezonning/beschaduwing op achteruitgaat. Er is met de buurt trouwens ook reeds een heel participatietraject achter de rug waaruit niet gebleken is dat dit een voorliggende vraag is. Punt 5: Jaarverslag GECORO 2013 (Alle relevante documenten werden vooraf gepubliceerd op het Sharepoint GECORO) De voorzitter licht kort het doel en structuur van het jaarverslag toe. Hij geeft aan dat het de bedoeling is om vanaf volgend jaar met dit document iets ambitieuzer te zijn, vooral in het luik over de werking van de commissie. Aangezien het bestuur heeft aangegeven dat zij de wederzijdse samenwerking met de verschillende adviesraden wil verhogen, zal dit ook een verhoogde professionalisering van deze commissie vragen. In de context en wetenschap dat het bestuur eenzijdig zonder inspraak de presentiegelden ferm heeft ingekrompen, is het bedoeling om in die zin ook beter zicht te kunnen krijgen op de inzet en tijdsbesteding van Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 9 / 10 Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening de commissie en daar een weerslag te kunnen van geven in het jaarverslag. Het secretariaat zal daarom een oproep lanceren, zodat een aantal leden hun respectieve tijdsinzet gedurende een bepaalde periode zouden bijhouden. In de marge van deze toelichting wordt opgemerkt dat het deontologisch niet aanvaardbaar is dat commissieleden slechts heel kort aanwezig zijn tijdens een GECORO-overleg, hun aanwezigheid in die zin ook wordt genoteerd en daar bovendien ook nog presentiegeld voor ontvangen. De GECORO is het ermee eens dat er hiertoe een extra bepaling in het huishoudelijk reglement wordt opgenomen waarin wordt gesteld dat een commissielid pas als aanwezig wordt genoteerd wanneer hij of zijn gedurende 2/3 van het overleg effectief aanwezig was. De voorzitter en het secretariaat zullen hiertoe een voorstel uitwerken. De secretaris doet kort oproep om de (nog niet via het HR geformaliseerde) afspraken over het melden van afwezigheden/vervangingen beter na te leven. De GECORO keurt het jaarverslag 2013 unaniem goed. Het secretariaat doet verder het nodige in het besluitvormingsproces hierover. Punt 6: Varia Sharepoint De secretaris geeft kort toelichting over hoe automatische berichten kunnen gegenereerd worden door het sharepoint van de GECORO. Voor de commissieleden is het vooral belangrijk dat zij gewaarschuwd worden wanneer er nieuwe documenten worden gepubliceerd en niet zozeer over andere wijzigingen die op dit sharepoint plaatsvinden. Einde van de vergadering: Verslaggeving: 20u40 Rik De Kezel – 10 maart 2014 / 3 april 2014 Dit verslag werd ter goedkeuring voorgelegd aan de GECORO op 1/04/2014 en werd aangevuld met een minderheidsstandpunt m.b.t. agendapunt 4. Verslag GECORO-vergadering 27 februari 2014 10 / 10
© Copyright 2024 ExpyDoc