Jaarverslag 2013 en Jaarrekening 2013 v1.2 17 april 2014 2 Inhoudsopgave Jaarverslag 1. 2. 3. 4. 5. Aanbieding Inleiding Samenvatting van de financiële resultaten Kerngegevens Investeringen 6 7 10 12 14 6. Programma’s: 1. Groene gemeente 2. Handhaving 3. Integrale veiligheid en bereikbaarheid 4. Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering 5. Educatie, Cultuur en Welzijn 6. Zorg en maatschappelijke dienstverlening 7. Volksgezondheid en Milieu 8. Ruimtelijke ordening, Volkshuisvesting en Economische ontwikkeling 9. Financiën 18 29 45 57 75 98 109 121 136 Paragrafen: a. Lokale heffingen b. Weerstandsvermogen en risicobeheersing c. Onderhoud kapitaalgoederen d. Financiering e. Bedrijfsvoering f. Verbonden partijen g. Grondbeleid 146 150 157 159 162 163 166 Ondertekening bestuur 169 7. 8. Jaarrekening 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. Financieel overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Resultaat en resultaatbestemming Overzicht van gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen Btw-compensatiefonds Grondslagen van waardering en resultaatbepaling De balans en toelichting op de balans Overige gegevens Gebeurtenissen na balansdatum, WNT SiSa-verantwoording 2013: Bijlage SiSa-verantwoording 2013 Bijlage SiSa-gegevens ten behoeve van regiotaxi 3 172 174 177 179 180 186 209 211 220 4 Jaarverslag 2013 5 1. Aanbieding Voor u ligt het jaarverslag 2013 en de jaarrekening 2013, hierna jaarrekening genoemd. De jaarrekening is het spiegelbeeld van de begroting 2013, na wijzigingen. In de jaarrekening wordt verantwoording afgelegd en wordt verwoord wat van de (beleid)voornemens gerealiseerd is. De jaarrekening is het sluitstuk van de totale planning & control cyclus. Over het jaar 2013 hebben de volgende bestuursrapportages plaatsgevonden die invloed hebben gehad op de inhoudelijke en financiële verantwoording: Begroting 2013 Najaarsnota 2012 Voorjaarsnota 2013 Presentatie Najaarsnota 2013 volgens het ‘Helmonds model’ Met deze verantwoording is voldaan aan de wens van de gemeenteraad om periodiek op de hoogte gebracht te worden over de voortgang en uitvoering van het geformuleerd beleid en de financiële positie van onze gemeente. De jaarrekening is in overeenstemming met de regelgeving opgemaakt. Deze bestuursrapportage is als volgt opgebouwd: Het jaarverslag 1. Aanbieding 2. Inleiding: realisatie van het collegeprogramma 3. Samenvatting van de financiële resultaten 4. Kerngegevens 5. Investeringen 6. De programma’s 7. De paragrafen 8. Ondertekening bestuur De jaarrekening 9. Financiële overzichten van alle programma’s 10. Het resultaat en resultaatbestemming 11. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling 12. Balans en toelichting op de balans 13. Overige gegevens 14. BTW compensatiefonds 15. Bijlage SiSa 6 2. Inleiding Als college bevinden we ons in het laatste jaar van deze zittingsperiode. In de aan uw raad aangeboden nota “Investeren in evenwicht, evenwicht in investeren”, hebben wij ons programma voor de jaren 2010 -2014 verwoord. In dit programma hebben wij als uitgangspunt de volgende ambities opgenomen. Wij willen een gemeente zijn die: - goed communiceert en interactief handelt; - zich als groene gemeente ontwikkelt; - aandacht geeft aan wonen voor doelgroepen; - een prima voorzieningenniveau heeft; - instaat voor een kwalitatief goede dienstverlening aan haar inwoners. Ook in 2013 hebben wij de nodige stappen gezet om deze ambities waar te maken. Als gevolg van de nog steeds aanhoudende financiële crisis heeft ook het jaar 2013 in het teken gestaan van ombuigingen en invullen van bezuinigingsdoelstellingen. Afnemende inkomsten, overgang van taken van het Rijk naar gemeenten, meer eigen verantwoordelijkheid voor onze inwoners. Dit zijn geluiden die niet alleen op gemeenteniveau voorkomen maar ook op landelijk niveau steeds vaker te horen zijn. De financiële gevolgen van de bezuinigingen bij het rijk en de overdracht van taken naar de gemeenten zijn echter niet duidelijk en deze ontwikkelingen brengen nog steeds financiële onzekerheden met zich mee. Ons uitgangspunt blijft dat wij de transities budgettair neutraal kunnen uitvoeren. Ondanks het ongunstige perspectief van de economie proberen wij door evenwicht te zoeken wat de gemeente moet doen en wat inwoners, verenigingen en instellingen zelf kunnen doen, ook voor de langere termijn te investeren in onze gemeenschap. Dit betekent dat wij bewuste keuzes maken om wensen en mogelijkheden met elkaar in balans te brengen. Op meerdere fronten hebben wij ons in 2013 sterk gemaakt voor regionale samenwerking. Denk aan de verdere inhoudelijke ontwikkeling van PLE1N en de initiatieven rondom de Meierij. Zonder uitputtend te willen zijn, geven wij met onderstaande samenvatting een beeld van de belangrijkste gebeurtenissen en ontwikkelingen die zich in 2013 hebben voorgedaan. Raadsprogramma’s Programma 1 Groene Gemeente Het programma Gestel Groene Gemeente is een totaalpakket dat over de jaren 2010 tot en met 2014 is uitgesmeerd. Ook in 2013 zijn er op diverse deelterreinen vorderingen te melden. De voorbereidingen voor het deelproject “omgeving gemeentehuis en terrein Kentalis” als onderdeel van Hart van Gestel zijn opgestart. De uitvoering en afronding zal in 2014 plaatsvinden. Ook voor het project Keerdijk/Meerse plas zijn er in 2013 goede vorderingen geboekt. Er zijn afspraken gemaakt met de diverse grondeigenaren waardoor de verwachting bestaat dat we ook dit project in 2014 kunnen afronden. Het Dynamisch Beekdal de Aa is de spil in de gebiedsontwikkeling als gevolg van de grote infrastructurele projecten zoals de omlegging en opwaardering Zuid-Willemsvaart en de N279. Inmiddels zijn er afspraken gemaakt tussen het waterschap en de betreffende grondeigenaren die in contracten zijn vastgelegd. Ook is duidelijk welke aanpassingen in het bestemmingsplan Buitengebied noodzakelijk zijn. Deze worden meegenomen in het actualisatieplan voor het buitengebied. In het kader van de recreatie en toerisme zijn we betrokken bij een aantal projecten die onze gemeente aantrekkelijker maken. Denk hierbij aan “genieten rond de Dommel” , “theater La Damoiselle (Jufferschans) en “HoogeHeide”. Met betrekking tot de concrete uitvoeringsplanning van de waterprogramma’s kan worden gemeld dat alle beschreven maatregelen in het Dommelgebied zijn uitgevoerd. Programma 2 Handhaving Bij de uitvoering van het handhavingsprogramma hebben wij ons laten leiden door een aantal bestaande beleidslijnen. De Nota Integrale Strategie en Visie op Toezicht en Handhaving (ISVTH), die is vastgesteld in 2011, is verlengd tot 1-1-2016. Door het rijk is een onderzoek verplicht gesteld naar de uitvoeringskwaliteit van de VTH-taken. Samen met de gemeenten Vught, Haaren en Boxtel zijn we een verkenning gestart naar de mogelijkheden om deze taken gezamenlijk op het gewenst niveau te gaan uitvoeren. De verkenning moet in de pas lopen met het breed onderzoek om te komen tot een bedrijfsplan voor de ambtelijk gefuseerde organisatie in de Meierij. 7 De ontwikkelingen in de vorming van de Omgevingsdienst (voorheen) RUD hebben ertoe geleid, dat er in september 2013 één Omgevingsdienst Brabant Noord is opgericht. In 2013 is de nieuwe APV vastgesteld waarin bepalingen zijn opgenomen in het kader van de nieuwe Drank- en Horecawet. Hieraan is een uitgebreid traject vooraf gegaan waarbij het terugdringen van het alcoholgebruik onder jongeren centraal heeft gestaan. Programma 3 Integrale veiligheid en bereikbaarheid Een belangrijk onderdeel van het collegeprogramma is het aspect veiligheid. In januari 2011 heeft uw raad de Kadernota integrale veiligheid 2011- 2014 vastgesteld. In 2013 is de uitvoering van de kadernota verder ter hand genomen. Op dit moment zijn de cijfers van de Veiligheidsmonitor 2013 nog niet beschikbaar. Het regionaal Crisisplan is per 1 april 2013 in werking getreden. Op dit moment wordt er in regionaal verband nog volop gewerkt aan de samenstelling van de regionale draaiboeken. Bij het onderdeel verkeersveiligheid is op te merken dat in combinatie met het programma wegonderhoud de bestaande 60 kilometer per uurzone in Den Dungen maatregelen op de Bosscheweg zijn uitgevoerd door de uitbreiding met een verkeerssluis met passende fietsvoorziening. Onderhandelingen hebben er bij de aanpassing van de Milrooijsebrug ertoe hebben geleid dat het zuidelijk gedeelte duurzaam en fietsvriendelijk is ingericht. Binnen de herverlichting jaarschijf 2013 zijn in lijn met het beleidsplan meer wijkontsluitingsdoorgaande wegen omgebouwd naar wit licht. Tot nu toe is 95% van de verlichting langs de doorgaande wegen omgebouwd. Programma 4 Burger, bestuur en bedrijfsvoering Het jaar 2013 heeft voor een belangrijk deel in het teken gestaan van regionale samenwerking. In de zomer hebben de raden van de 6 gemeenten in de Meierij besloten om een verdere vorm van samenwerking te onderzoeken. Later in het jaar werd duidelijk dat de raden van Schijndel en SintOedenrode hebben besloten om een onderzoek te gaan doen naar gemeentelijke herindeling waar eveneens de gemeente Veghel bij is betrokken. Van de overige 4 gemeenten hebben Boxtel, Haaren en onze gemeente besloten om een onderzoek te doen naar een ambtelijke fusie. Dit ging voor de gemeente Vught te ver. Deze gemeente is een intern onderzoek gestart naar de voors en tegens van samenwerking. Programma 5 Educatie, cultuur en welzijn Op het gebied van de scholenbouw is in 2013 ook weer voortgang te melden. In april 2013 is de bouw gestart van het educatief cluster in Den Dungen. In augustus is de Elips (educatief cluster in SintMichielsgestel) opgeleverd en in gebruik genomen. Na de bibliotheek in Berlicum werd ook de parochiële bibliotheek in Den Dungen in een kulturhus ondergebracht. De bibliotheek in Berlicum heeft het voorzieningenniveau uit weten te breiden. Het is mogelijk gemaakt om binnen de openingsuren van Den Durpsherd materialen uit te lenen, ook als er geen personeel is. Dit maakt het voor de gebruiker een stuk makkelijker. Met alle gemeenschapshuizen is overlegd op welke wijze zij een bijdrage kunnen leveren in de transities. Programma 6 Zorg en maatschappelijk dienstverlening Als gevolg van de voortdurende economische crisis zien we dat de groep inwoners die een beroep doen op uitkeringen blijft stijgen. Door “de Kanteling” in de WMO en door meer aandacht voor oplossingsgericht handelen is de zelfredzaamheid verder toegenomen. Dit kantelingsproces is naar tevredenheid verlopen, doch er is sprake van een continu proces. Het zal de komende jaren (met de transities in het sociale domein) nog verder uitgerold moeten worden. In regionaal verband zijn de voorbereidingen in het kader van de 3 transities verder opgepakt. Wij nemen daar actief aan deel maar de kartrekkers hiervan zijn de gemeenten Den Bosch en Oss. 8 Programma 7 Volksgezondheid en milieu De belangrijkste ketenpartner bij de uitvoering van het gezondheidsbeleid is de GGD Hart van Brabant. In samenspraak met de andere deelnemers in deze gemeenschappelijke regeling zijn de volgende zaken als speerpunt verwoord: - gelijke kansen op gezondheid door aandacht voor kwetsbaren en laagopgeleiden. Dit gebeurt via wijkgericht gezondheidswerk en door risicogericht werken in de jeugdgezondheidszorg. - Aandacht voor gezondheid bij de inrichting van de fysieke en sociale omgeving. Programma 8 Ruimtelijke ordening, volkshuisvesting en economische ontwikkeling Ondanks de problemen in de bouwsector is het verheugd te kunnen melden dat in 2013 de verkoop van nieuwbouw woningen voorspoedig is verlopen. Dit is terug te zien in het plan Parkhagen en Jacobskamp. Tevens zijn er positieve ontwikkelingen gesignaleerd bij de bouw van ruimte voor ruimte woningen. Programma 9 Financiën Het jaar 2013 heeft evenals de voorgaande jaren in het teken gestaan van de invulling van de bezuinigingsvoorstellen. Voor 2013 heeft een aanvullende bezuinigingsronde ervoor gezorgd dat we per einde van het jaar uitkomen op een positief resultaat. 9 3. Samenvatting van de financiële resultaten 3.1 Het resultaat Het boekjaar 2013 wordt afgesloten met een batig resultaat na bestemming van de resultaten. Waar de prognose van het exploitatiesaldo bij de Najaarsnota 2013 nog € 363.900 positief bedroeg, bedraagt het feitelijke nader te bestemmen rekeningresultaat over 2013 € 965.277 positief. Voor een analyse van de afwijkingen verwijzen wij u naar paragraaf 3.2 afwijkingen ten opzichte van de begroting na wijzigingen. In overeenstemming met besluitvorming (bij behandeling van de Slotmemo 2007) en bestendige gedragslijn, wordt het nog te bestemmen rekeningresultaat gestort in de Vrije investeringsreserve. Besluitvorming over een afzonderlijke resultaatbestemming is daardoor niet meer noodzakelijk. Gelijktijdig wordt daarmee voldaan aan het uitgangspunt om de vermogenspositie te versterken. Een nadere toelichting over de vermogenspositie treft u aan in programma 9.2 vermogenspositie. Het resultaat 2013 kan als volgt worden weergegeven: Gerealiseerde saldo van baten en lasten (resultaat vóór bestemming): Reeds bestemd saldo van baten en lasten (resultaatbestemming door reserves): Gerealiseerd resultaat (Resultaat na bestemming): - € 1.899.869 Negatief € 2.865.146 Positief € positief 965.277 Een specificatie van het saldo van de mutaties in de reserves, de resultaatbestemming, is weergegeven in hoofdstuk 10. 3.2 Afwijkingen ten opzichte van de begroting na wijzigingen Ten opzichte van de begroting 2013 na wijzigingen wordt een verschil geconstateerd van € 601.400 voordelig ten opzichte van de laatste bestuursrapportage, de najaarsnota, en nadien genomen besluiten die hebben geleid tot een wijziging van begroting 2013. Per deelprogramma treft u in het jaarverslag 2013 een analyse van de afwijkingen ten opzichte van de begroting na wijzigingen aan. De belangrijkste afwijkingen hebben wij hieronder voor u samengevat: 10 Analyse op hoofdlijnen Financiële analyse exploitatieresultaat op hoofdlijnen Analyse ten opzichte van de begroting na wijziging 2013 bedragen x € 1.000 Deelprogramma 1.1 2.4 3.2 3.2 4.2 4.2 4.7 4.7 4.7 5.1 5.2 5.3 5.6 5.7 5.7 5.8 6.1 6.2 6.3 6.3 8.1 9.1 9.1 9.1 9.1 9.1 Omschrijving Onderhoud recreatiegebied Engelenstede Bijdragen in en kosten leerplicht Verkoop brandweerkazerne aan de Schijndelseweg Bijdrage aan de Veiligheidsregio (inclusief doorschuif BTW-Compensatiefonds) Regionale samenwerking Ple1n accountantskosten Vertraging en niet aanwenden budgetten electronische- en project dienstverlening Samenwerking Ple1n P&O-Belastingen-I&A Resultaat op overige bedrijfsvoeringskosten Extra afschrijving i.v.m. vervangen automatiseringsapparatuur Huisvesting onderwijs vertraging realisatie educatieve clusters en huurinkomsten Eerder realiseren taakstelling leerlingenvervoer (nog) niet aangewende middelen invoering transitie Jeugdzorg Budget onderhoud Den Durpsherd 1e jaar niet aangewend Sportvoorzieningen budgetten en genereren extra inkomsten eerdere jaren Eenmalige extra afschrijvingslasten oude complex Jacobskamp Kunstproject niet afgewikkeld in 2013 Resultaat op bijstandsverlening Resultaat op Uitstroombevordering Resultaat op inburgering Deskundigheidsbevordering CJG uitvoering doorgeschoven naar 2014 Effecten realisatie IDOP Resultaat ontvangsten uitkering Gemeentefonds Effecten BTW-Compensatiefonds Effecten belastingopbrengsten Financieringsresultaat Verwacht resultaat na de Najaarsnota 2013 Overige afwijkingen Totaal voor- en nadelen voordelig 30 26 2.290 40 11 2.290 19 47 167 59 46 110 76 77 104 77 110 31 246 96 37 73 43 69 29 49 31 364 75 3.838 Voordelig resultaat / nader te bestemmen resultaat jaarrekening 2013: nadelig 965 Positief 2.873 4. Kerngegevens per 31 december 2013 Werkelijk 2012 Begroot 2013 Werkelijk 2013 28.040 189 28.200 172 28.111 208 21 9 21 9 21 9 4 4 2 2 4 1 1 2 1 4 4 2 2 4 1 1 2 1 4 4 2 2 4 1 1 2 1 Politiek verbonden commissies Onafhankelijke adviescommissies 3 3 3 Aantal wethouders Aantal wethouders in fte 3 3 3 3 3 3 11.573 2,42 11.890 2,37 11.762 2,39 81 130 81 126 81 132 5 4 5 4 5 4 Lokaties kinderopvang: Buitenschoolse opvang Kinderdagverblijven 14 11 14 12 14 12 Lokaties onderwijs: - Basisonderwijs - Speciaal onderwijs - Voortgezet onderwijs 10 2 2 9 2 2 9 2 2 5 9 7 9 3 10 Sociale structuur Aantal inwoners Aantal uitkeringsgerechtigden Bestuurlijke structuur Aantal raadsleden Aantal fracties Samenstelling gemeenteraad: - CDA - Dorpsgoed - D'66 - Gestelsbelang - PPA - Lijst Gemonde - Lijst De Wit - PvdA - VVD Onroerende zaken Woonruimten BAG/CBS Aantal inwoners per woonruimte Rijksmonumenten Gemeentelijke monumenten Culturele centra Bibliotheken Binnensportaccommodaties Buitensportaccommodaties 12 Werkelijk 2012 Begroot 2013 Werkelijk 2013 5.989 4,68 757 6 5.939 4,75 757 6 5.989 4,69 757 6 37 94 37 94 37 94 297 29 5.851 297 30 5.762 297 29 5.849 137,76 1.781.696 134,76 33,60 1,47 3,44 5,89 118,80 1.826.500 131,72 50,00 1,45 3,38 5,80 99,12 1.479.779 105% 11.157 100% 11.275 88% 11.109 - stand van de reserve (in €) 1.596.450 1.583.000 1.355.332 Rioolrecht: (in €) - basisbedrag - bedrag per m3 verbruikt water - opbrengsten rioolrecht 111,00 0,32 1.669.914 113,28 0,33 1.743.800 113,28 0,33 1.703.531 133% 11.622 124,00% 11.480 132% 11.622 3.722.300 3.670.400 4.276.508 0,0672 0,0986 0,1095 0,08556 0,11832 0,1162 0,07810 0,10794 0,12485 4.102.325 4.311.500 4.336.639 Fysieke structuur Oppervlakte gemeente in ha Aantal inwoners per ha Oppervlakte bebouwde kom in ha Aantal kernen Oppervlakte bossen in ha. Oppervlakte water in ha. Lengte wegen in km. Aantal bruggen Aantal lichtpunten Belastinggegevens Afvalstoffenheffing: (in €) - basisbedrag - incidentele korting basisbedrag - lediging 60 liter - lediging 140 liter - lediging 240 liter - appartementencomplex - opbrengsten afvalverwijdering - dekkingspercentage - aantal aansluitingen - dekkingspercentage - aantal aansluitingen - stand van de reserve (in €) Onroerende zaakbelastingen als percentage van de WOZ-waarde: tarief gebruiker niet-woningen tarief eigenaar woningen tarief eigenaar niet-woningen Opbrengst OZB (in €) 1,44 3,36 5,76 *) *) Voorlopig tarief = inclusief risicofactor 13 5. Investeringen 5.1 Belangrijkste investeringen boekjaar In het volgende overzicht worden in 2013 gedane investeringen en kredieten weergegeven: Programma 4 Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering Aanleg centrale infrastructuur Ple1n I&A Plein I & A werkpleksystemen Plein I & A uitvoering NUP bouwstenen 2013 872.666 732.663 124.973 15.030 Programma 5 Educatie, Cultuur en Welzijn 3.190.334 Realisatie Kulturhus Den Durpsherd Inrichting Litserborg Kunstgras De Dommel Sportpark Jacobskamp 5.034 152.005 365.938 2.667.357 Programma 7 Volksgezondheid en milieu Kredieten riolering Riolering Gemonde 26.537 26.537 Programma 9 Interne producten 221.320 Vrachtwagen met laadkraan Pick-up met laadkraan Dienstauto 181.056 24.305 15.959 Generaal totaal (netto) 4.310.856 14 5.2 Restantkredieten per einde boekjaar Bij de vaststelling van de begroting 2013 zijn de investeringskredieten voor jaarschijf 2013 beschikbaar gesteld. Per 31 december 2013 zijn niet alle kredieten volledig afgewikkeld. De restant kredietenlijst is per einde 2013 als volgt te specificeren: Programma 4 Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering 153.534 Aanleg centrale infrastructuur Ple1n I&A Plein I & A werkpleksystemen Plein I & A uitvoering NUP bouwstenen 2013 -36.663 125.027 65.170 Programma 5 Educatie, Cultuur en Welzijn 154.146 Realisatie Kulturhus Den Durpsherd Inrichting Litserborg Kunstgras De Dommel Sportpark Jacobskamp *) *) -26.247 147.995 49.062 -16.664 Programma 9 Interne producten 25.695 Pick-up met laadkraan 25.695 Generaal totaal (netto) *) 333.376 Dekking krediet geheel/gedeeltelijk uit een reserve Excl. gehonoreerde wensen. 15 16 6. De programma’s 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Groene gemeente Handhaving Integrale veiligheid en bereikbaarheid Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering Educatie, Cultuur en Welzijn Zorg en maatschappelijke dienstverlening Volksgezondheid en Milieu Ruimtelijke ordening, Volkshuisvesting en Economische ontwikkeling Financiën 17 Programma 1. Groene gemeente Ontwikkeling van een gemeente die zich door aandacht voor landbouw, natuur en landschap, extensieve recreatie en toerisme manifesteert als een “groene kamer” in een verstedelijkte omgeving en een aantrekkelijke woonomgeving vormt voor haar inwoners. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 1.1 Groenontwikkeling, -beleid en – beheer 1.2 Recreatieontwikkeling, -beleid en –beheer 1.3 Waterontwikkeling, - beleid en – beheer 1.1 Portefeuillehouder H.T.M. van Roosmalen/ A.H.M. Maas H.T.M. van Roosmalen/ A.H.M. Maas A.H.M. Maas Groenontwikkeling, -beleid en -beheer Wat omvat het deelprogramma? Relevante beleidsnota’s Het deelprogramma omvat de onderwerpen natuur en landschap en openbaar groen. Programma Gestel Groene Gemeente 2010 – 2014: • Inrichtingsplan Hart van Gestel • Ontwikkelingsvisie en Uitvoeringsprogramma Keerdijk en Meerse Plas (2008) • Koepelplan Dynamisch Beekdal Aa • Integrale ontwikkelingsvisie op het buitengebied (2008) • Bestemmingsplan buitengebied (2010) • Structuurvisie buitengebied in ontwikkeling (2010) • Kadernota Milieu 2008 - 2011 • Het is genieten rond de Dommel (2009) • Groenbeleidsplan 2000-2015 • Herinrichting Oude AA-dal (2014) Ontwikkeling van een gemeente die door aandacht voor landbouw, natuur en landschap, extensieve recreatie en toerisme zich manifesteert als een ‘groene kamer’ in een verstedelijkte omgeving en een aantrekkelijke woonomgeving vormt voor haar inwoners 18 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Groene gemeente De gemeente Sint-Michielsgestel wil een groene gemeente van allure zijn. Binnen het programma Gestel Groene Gemeente hebben we projecten benoemd en in gang gezet. In de komende periode dienen deze afgerond te zijn. Burgers en bezoekers van onze gemeente kunnen de ‘groene allure’ zien en beleven. Hart van Gestel De ecologische verbindingszone Dommel door SintMichielsgestel en de herinrichting van park Kleine Ruwenberg zijn gereed. Het vervolg, ter hoogte van het centrum Sint-Michielsgestel en het gedeelte op het terrein bij het gemeentehuis en het Kentalisterrein, moet nog gestalte krijgen. Keerdijk/Meerse plas De kwaliteit van het landschap is toegenomen en de ecologische verbindingszone Keerdijk is klaar. De Meerse Plas is een hoogwaardig recreatiepunt. De historie van het gebied is zichtbaar in het landschap. Het gebied is een uitloopgebied voor stad, dorp en voor de recreant. Dynamisch Beekdal Aa De verschillende (water)opgaven gekoppeld aan de Aa zoals waterberging, ecologisch verbindingszone, beekherstel, versterken recreatief medegebruik beekdal (ommetjes) zijn gerealiseerd. Bestemmingsplan Buitengebied Er is een onherroepelijk bestemmingsplan voor het hele buitengebied dat ontwikkelingsgericht en kaderstellend is voor nieuwe initiatieven. Stimuleringskader Groen Blauwe diensten Mede met ondersteuning vanuit het Stika zijn particuliere initiatieven tot behoud, herstel en aanleg van een waardevol en aantrekkelijk landschap gerealiseerd. Wat hebben we bereikt? De voorbereiding van het deelproject ‘omgeving gemeentehuis en terrein Kentalis’ is opgestart. Er zijn afspraken gemaakt met de diverse grondeigenaren in het gebied om zodoende een basis te creëren voor een succesvolle afronding van dit project in 2014. In het kader van de MGA (fase 6) zijn afspraken gemaakt tussen het waterschap en de betreffende grondeigenaren die vervolgens in contracten zijn vastgelegd. We hebben duidelijk gekregen welke aanpassingen aan het bestemmingsplan noodzakelijk zijn. Deze liften mee met het actualisatieplan voor het buitengebied. Het moederplan is afgerond. Voor het actualisatieplan hebben alle initiatiefnemers een principebesluit ontvangen. Mediationtrajecten hebben bijgedragen aan constructieve oplossingen in conflictsituaties Het stimuleringskader heeft onder andere bijgedragen aan de ontwikkeling van de EVZ Keerdijk en de EVZ Groote Wetering. Klimaatbeleid en duurzaamheid – zie programma 7.4 Openbaar groen Het in stand houden en beheren van duurzaam openbaar groen in de dorpen levert een belangrijke bijdrage aan de woon- en leefomgeving. Burgers en organisaties zijn bij het onderhoud betrokken. Natuur en landschap Ons buitengebied is aantrekkelijk voor wonen, werken, recreëren en natuur. Het landschap doet recht aan de geschiedenis van het gebied en wordt door velen gewaardeerd. Het onderhoud is uitgevoerd conform het vastgestelde beleid. Buiten de projecten van het programma Gestel Groene Gemeente zijn er alleen werkzaamheden uitgevoerd in het kader van het reguliere beheer. 19 Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Groene gemeente Hart van Gestel de Voordat aan de 2 fase uitvoering gegeven kan worden, moet de haalbaarheid nog verder onderzocht worden. In de planning komt de EVZ ter hoogte van het centrum in Sint-Michielsgestel, nadat de delen van het centrumplan langs de Dommel zijn uitgevoerd. Keerdijk/Meerse Plas Met behulp van de reeds beschikte EVZ-subsidie wordt grond aangekocht en ingericht ten behoeve van de EVZ. Een gedeelte van de EVZ wordt ook gerealiseerd via groene en blauwe diensten. Om de natuur in het oude Aa-dal te realiseren wordt intensief samen gewerkt met Rijkswaterstaat en Waterschap Aa en Maas. Uitgangspunt is ‘met werk werk maken’ wanneer de machines er staan om het kanaal te verbreden. In de Kloosterstraat en rondom de Ringdijk wordt met bewoners en ondernemers gewerkt aan een cultuurhistorisch, landschappelijk en toeristischrecreatief aantrekkelijk gebied. Dit wordt samen met de gemeente ’s-Hertogenbosch opgepakt. Wat hebben we daar voor gedaan? De voorbereidingen voor het deelproject ‘omgeving gemeentehuis en terrein Kentalis’ zijn gestart. Er is een voorlopig inrichtingsplan en er is een projectleider benoemd. Gepoogd is om voor het Oude Aadal subsidie te verkrijgen in het kader van Landschappen van Allure. We hebben daarnaast veel gesprekken gevoerd met eigenaren binnen het projectgebied Dynamisch Beekdal Als meer duidelijkheid bestaat over de grondposities in fase 3 en 4, zal hiervoor een projectplan worden. opgesteld en in procedure worden gebracht. Landgoed De Rietwiel is planologisch geregeld als de Raad van State hiervoor een uitspraak heeft gedaan. De afspraken die voor fase 6 in het kader van de MGA zijn gemaakt, zullen in 2013 verder worden uitgewerkt en in procedure worden gebracht. Voor fase 6 heeft de gemeente actief geparticipeerd in het MGA proces. Tevens is een bijdrage geleverd aan het projectplan voor fase 3 en 4. Bestemmingsplan Buitengebied Het ontwerp van het actualisatieplan zullen we in 2013 ter inzage leggen. Tevens zal een termijn worden gesteld voor het indienen van verzoeken voor de nieuwe actualisatieronde Er zijn ambtelijke quickscans en principebesluiten verstuurd aan alle initiatiefnemers. Daarnaast is veel energie gestoken in mediationtrajecten. Er is ook gewerkt aan concept-anterieure overeenkomsten. Stimuleringskader Groen Blauwe diensten. Er zal duidelijkheid worden verschaft door de provincie of de regeling zal worden voortgezet. Klimaatbeleid en duurzaamheid Openbaar groen Continuering van bestaand beleid, waarbij met het oog op kostenbeheersing, op een sobere manier invulling wordt gegeven aan het wensbeeld voor openbaar groen. Natuur en landschap Continuering van bestaand beleid, maar met aandacht voor kostenbeheersing. Er is in de laatste maanden van de looptijd van de regeling veel werk verricht door gemeente en veldcoördinator, zodat uiteindelijk het budget voor een groot deel is uitgeput. zie 7.4 geen bijzonderheden geen bijzonderheden 20 Benoemde speerpunten voor 2013 Actualisatie bestemmingsplan buitengebied, dynamisch beekdal fase 3, 4, en 6, project Keerdijk / Meerse plas. Zie hierboven bij wat hebben we bereikt! Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Versterken van imago als groene gemeente in de regio. Particuliere initiatieven ter versterking van het buitengebied, zoals aantal accommodaties, minicampings, etc. Uitvoering inrichtingsplan Hart van Gestel. Uitvoering koepelplan Dynamisch beekdal Aa. Faunatunnels N617 Herinrichting Oude AA-dal Aanwezigheid van natuurlijke verbindingen voor flora en fauna. Begroting 2013 Geen gegevens beschikbaar Rekening 2013 Meetbaar doel Geen gegevens beschikbaar Aantal gerealiseerde initiatieven. In 2013 is met name tijd geïnvesteerd in planvorming. Uitvoering vindt de komende jaren plaats. Realisering aantal EVZ’s. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 1.1 Groenontwikkeling, -beleid en -beheer Lasten 3.089,3 Baten Saldo lasten -/- baten 2.003,9 863,1 2.867,0 2.267,2 599,8 -1.373,2 -44,7 -966,5 1.716,1 1.959,2 -103,4 -1.011,2 -333,2 -678,0 1.855,8 1.934,0 -78,2 251,4 -30,0 -732,0 -762,0 116,8 -878,8 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 21 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 1.1 Groenontwikkeling, -beleid en -beheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 78 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Onderhoud aan recreatiegebied Engelenstede 30 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Projecten die vallen onder de programma financiering Gestel Groene Gemeente, zoals Keerdijk/Meerse Plas, EVZ Hart van Gestel en kleine projecten 845 Dekking uit groenfonds 857 Project afwaartse beweging als onderdeel van programma Gestel Groene Gemeente is nagenoeg afgerond 6 Dekking uit vrije investeringsreserve 6 Project duurzaamheid als onderdeel van programma Gestel Groene Gemeente 15 Dekking uit vrije investeringsreserve 15 Overige afwijkingen: Over een periode van 4-5 jaar zijn uitgaven en inkomsten geraamd ten behoeve van het realiseren van Ruimte voor Ruimte (RvR) woningen. In 2012 hebben wij een voorschot van de Provincie ontvangen van € 250.000. Bij realisering van meer dan 30 RvR-woningen ontvangen wij hiervoor inkomsten van de Provincie per gerealiseerde RvR-woning. Deze inkomsten worden verrekend met het voorschot. Tot op heden zijn 32 woningen gerealiseerd. De verwachting is dat in de 2e helft van 2014 meer woningen gerealiseerd gaan worden. Dit betekent dat er in 2013 geen inkomsten zijn gerealiseerd, maar wel voorbereidingskosten zijn gemaakt in vorm van interne uren. Per saldo betekent dit een nadelig resultaat in 2013 van: 141 Uren inclusief overhead (m.n. door de buitendienst verschuiving van activiteiten naar dp 3.4 wegbeheer) 33 Overige kleine verschillen 12 Totaal 941 verklaard verschil 1019 78 22 1.2 Recreatie ontwikkeling, beleid en beheer Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op recreatie en toerisme, kermissen en speelvoorzieningen. Relevante beleidsnota’s Toeristisch-recreatief ontwikkelingsplan SintMichielsgestel; Het Groene Buiten. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Recreatie en toerisme Wij willen onze gemeente positioneren als een aantrekkelijke groene bestemming voor recreant en toerist. Speelvoorzieningen Wij willen een gevarieerd aanbod van veilige speelvoorzieningen op aanvaardbare afstand van de woning, dat aansluit bij de behoefte van kinderen van 2 tot 16 jaar. Wat hebben we bereikt? Een aantal projecten, waar wij bij betrokken zijn, is gericht op het aantrekkelijker maken van onze gemeente voor inwoners en bezoekers. Daarbij is o.a. te denken aan ‘genieten rond de Dommel’, ‘theater La Damoiselle’ (Jufferschans), en ‘HoogeHeide’. Het aanbod van veilige speelvoorzieningen wordt beheerd en waar nodig ontwikkeld conform de vastgestelde beleidsnotitie. Activiteiten Wat gaan we daar voor doen? Recreatie en toerisme Uitvoering geven aan de actieplannen van het TROP. In samenwerking met o.a. de VVV en stichting Het Groene Buiten. Speelvoorzieningen Uitvoering geven aan het speelvoorzieningenbeleid, zoals in de nota is vastgelegd. Wat hebben we er voor gedaan? Met de VVV en Het Groene Buiten is overleg gevoerd over een eigen VVVwebportal voor onze gemeente. Begin 2014 gaat de website ‘de lucht in’. De speelterreinen aan de Gerf en het Postpad in Berlicum, de Fresiastraat in Sint-Michielsgestel en in Halder zijn gerenoveerd. Daarnaast zijn op verschillende terreinen kleinere wijzigingen [vervangingen en een enkele aanvulling] doorgevoerd, onder andere een extra skatetoestel in het wijkpark Schuurkerkpad. Eind 2013 is door een extern bureau een hoofdinspectie van de speeltoestellen en –terreinen uitgevoerd. De resultaten zullen als input gebruikt worden voor het werkplan van 2014. Benoemde speerpunten voor 2013 De speelvoorzieningen bij de nieuw ontwikkelde educatieve clusters (Berlicum - Schoolstraat, Den Dungen en Sint-Michielsgestel). Meer samenwerking zoeken met gemeente ’s-Hertogenbosch omdat stad en platteland van elkaar kunnen profiteren en elkaar ook nodig hebben binnen de vrijetijdseconomie Met de gemeente ’s-Hertogenbosch is o.a. samengewerkt binnen het project ‘Genieten rond de Dommel’ (afgerond in december 2013) en de ‘Linie 1629’. Bij dit laatste project is ook stichting de Groene Vesting betrokken. 23 Effecten & indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Meer recreanten en toeristen bezoeken onze gemeente Aantal gerealiseerde actieplannen. Rekening 2013 6 2 Meetbaar doel Uitvoeren van de geplande 16 actieplannen TROP. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 1.2 Recreatieontwikkeling, -beleid en -beheer Lasten 404,3 491,1 -15,4 475,7 375,6 100,1 Baten -18,6 -4,5 -33,0 -37,5 -1,4 -36,1 Saldo lasten -/- baten 385,7 486,6 -48,4 438,2 374,3 63,9 -16,8 0,0 -33,0 -33,0 0,0 -33,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 24 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 1.2 Recreatieontwikkeling, -beleid en -beheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 63 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Voor de vervanging van de speeltoestellen is in verband met de veiligheid een inhaalslag gemaakt, maar het beschikbare budget in 2013 was niet gehele benodigd. 50 Minder onttrokken uit de Vrije Investeringsreserve 33 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead (m.n. product recreatie en toerisme) 45 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 96 verklaard verschil 63 25 33 1.3 Waterontwikkeling Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat waterbeheer. Relevante beleidsnota’s Wet Milieubeheer. Wet gemeentelijke Watertaken (nationaal beleid). Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2010- 2014. (vastgesteld 20 mei 2010) Gemeentelijk Waterplan (vastleggen visie waterbeleid lange termijn). Stedelijke Wateropgave (waterschappen). e Waterbeleid 21 eeuw (waterschappen). Europese Kaderrichtlijn Water (KRW). Waterhuishouding plan (provinciaal beleid). Samenwerkingsovereenkomst Doelmatig Waterbeheer werkeenheid De Meierij, 18 april 2013. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Water vormt geen bedreiging voor de leefomgeving, maar het biedt juist kansen voor recreatie, (natte) natuurontwikkeling, ecologie in evenwicht met landbouwdoeleinden en -belangen. Door invulling te geven aan de gemeentelijke watertaken en KRW bieden wij inwoners een veilige, gezonde en schone leefomgeving waarin een duurzaam en klimaatbestendig waterbeheer geldt. Daarnaast willen we de ecologische en chemische waterkwaliteit van waterlichamen verbeteren. Wat hebben we bereikt? Invulling van de gemeentelijke watertaken en de resultaatsverplichting KRW heeft geleid tot een vastgesteld waterprogramma, zowel voor het gebied Beneden Dommel (waterschap De Dommel) als Beneden Aa (waterschap Aa en Maas. Deze waterprogramma’s behelzen de concrete uitvoeringsverplichting voor onze gemeente waarbij aan de opgelegde doelstelling met betrekking tot het verbeteren van de waterkwaliteit, wordt voldaan. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Samen met gemeenten, waterschappen, provincies en RWS is de door Europa opgelegde resultaatsverplichting m.b.t. chemie en ecologie van oppervlaktewater inzichtelijk gemaakt en vertaald in concrete maatregelen voor de periode 2010- 2015 en 2016- 2027. Vanwege de landelijke bezuiningsmaatregelen wordt in overleg met waterschap Aa en Maas als kartrekker, het vastgestelde pakket aan ecologische maatregelen in haar beheersgebied teruggebracht tot die maatregelen die vanwege de grondpositie tegen minder hoge kosten zijn te realiseren. De aandacht wordt nu gevestigd op de EVZ Groote wetering. Formeel moet dit nog door partijen worden bekrachtigd. We beschikken naast dit alles over een Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan waarin de zorgplichten voor afvalwater, hemelwater en ondiepe grondwater overeenkomstig de huidige wetgeving zijn beschreven. Als laatste wordt de invulling van het Bestuursakkoord Water genoemd waarin met de 9 Meierij gemeenten en 2 waterschappen middels samenwerking naar doelmatig beheer in de (afval) waterketen wordt gestreefd waarbij actoren als kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid leidend zijn. Wat hebben we daar voor gedaan? Met betrekking tot de concrete uitvoeringsplanning van de waterprogramma’s kan gemeld worden dat alle beschreven maatregelen in het Dommelgebied zijn uitgevoerd. Formele gereed melding richting provincie en waterschap heeft plaatsgevonden. Met betrekking tot de vastgestelde maatregelen in het gebied van waterschap Aa en Maas kan gemeld worden dat als gevolg van de volgende redenen, afwijzing provincie op subsidieverzoek; huidige economische crisis; hoge verwervingskosten particuliere gronden; nut en noodzaak investeringen, een pas op de plaats wordt gemaakt van de realisatie van de EVZ’s langs de waterlichamen, Dungense Loop, Leijgraaf en Groote wetering. Dit inzicht wordt bestuurlijk door waterschap Aa en Maas gedeeld. In regionaal verband krijgt dit de komende jaren nadere aandacht omdat meerdere gemeenten en waterschappen hiermee te maken hebben. Waterschap Aa en Maas heeft in elk geval op eigen initiatief en met eigen middelen volgens het principe ‘werk met werk maken’ beperkte maatregelen langs de EVZ Groote wetering uitgevoerd. Vanuit het Bestuursakkoord Water heeft de gemeente zitting genomen in werkeenheid Doelmatig Waterbeheer De Meierij die naast 8 andere gemeenten en 2 waterschappen in kaart brengt hoe zij 26 hun water- en rioolbeheer op een zo doelmatig mogelijke wijze kunnen uitvoeren. 18 April 2013 heeft de gemeente Sint- Michielsgestel de samenwerkingsovereenkomst met genoemde partners getekend. Daarnaast participeert de gemeente actief in de watergerelateerde projecten zoals onder andere Dynamisch Beekdal en hermeandering Esschestroom, geschaard onder deelprogramma 1.1. Groenontwikkeling. Benoemde speerpunten voor 2013 In dit jaar zijn regionale afspraken vastgelegd in een Samenwerkingsovereenkomst om op het gebied van kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid betreffende riool- en waterbeheer te komen tot een hogere doelmatigheid. Een en ander conform de uitgangspunten vanuit de samenwerking Doelmatig Waterbeheer De Meierij (2011) volgend uit het landelijke Bestuursakkoord Water. Effecten & indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Een goede kwaliteit van de leefomgeving, waarbij geen bedreigingen bestaan voor de kwaliteit van het oppervlakte water en sprake is van een gezonde ecologische en natuurlijke ontwikkeling van waterbodems. Voorbereiding EVZ Dungense Loop (2010- 2015) Mogelijk uit maatregelen pakket Mogelijk uit maatregelen pakket (regionale discussie) Verbeteren waterkwaliteit en stimuleren natte natuur. (KRW) Voorbereiding EVZ Leijgraaf (20102015) Mogelijk uit maatregelen pakket Mogelijk uit maatregelen pakket (regionale discussie) Verbeteren waterkwaliteit en stimuleren natte natuur. (KRW) uit maatregelen pakket gemeente; heeft waterschap Aa en Maas zelf opgepakt. uit maatregelen pakket gemeente; heeft waterschap Aa en Maas zelf opgepakt. Verbeteren waterkwaliteit en stimuleren natte natuur. (KRW) Voorbereiding en uitvoering EVZ Groote wetering ( 2010- 2015) Begroting 2013 27 Rekening 2013 Meetbaar doel Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 1.3 Waterontwikkeling, -beleid en -beheer Lasten 139,8 170,2 -30,0 140,2 153,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 139,8 170,2 -30,0 140,2 153,8 -13,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Baten Saldo lasten -/- baten -13,6 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 1.3 Waterontwikkeling, -beleid en -beheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 14 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 16 Overige kleine verschillen: 2 Totaal 2 verklaard verschil 16 14 28 Programma 2. Handhaving De gemeente handhaaft de door haar vastgestelde regels en de regels die zij moet uitvoeren. Dit doen we op professionele wijze en binnen de kaders en prioriteiten zoals die door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 2.1 Handhaving Bouwen en Ruimtelijke ordening 2.2 Handhaving Milieu 2.3 Handhaving Openbare orde en veiligheid 2.4 Handhaving Leerplicht 2.5 Handhaving Sociale voorzieningen 2.1 Portefeuillehouder Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer A.H.M. Maas E.H.J.M. Mathijssen Handhaving Bouwen en Ruimtelijke ontwikkeling Wat omvat het deelprogramma? De handhaving van Omgevingsrecht op het gebied van bouwen en het gebruik van bouwwerken (naleving verleende vergunning en vergunningvrij) en ruimtelijke ordening (strijdig gebruik, aanleggen van werken). Relevante beleidsnota’s Bestemmingsplannen. Beleidslijn uitgangspunten toepassing afwijkingen van het bestemmingsplan ex art. 2.12 lid 1a sub 3 Wabo (2011); Beleidslijn planologische kruimelgevallen gemeente Sint-Michielsgestel (2011). Nota Integrale Strategie en Visie op Toezicht en Handhaving (ISVTH) 2011-2014, vastgesteld 29 maart 2011 en bij college besluit van 30 juli 2013 verlengd tot 1 januari 2016. Bestuursovereenkomst handhaving in Noord-Brabant en handhavingsstrategie: ‘zo handhaven we in Brabant’ Afspraken binnen handhavingssamenwerking Brabant Noord-Oost (voorheen SePh, thans ODBN) Rapport Rekenkamercommissie Handhaving mei 2012. Beleid en realisatie Wat wilden we bereiken? (doeltreffendheid) De handhaving waarborgen van algemeen en individueel geldende rechtsregels en voorschriften die voortkomen uit, of vastgesteld zijn in, bestemmingsplannen en landelijke wet en regelgeving (wet ruimtelijke ordening, woningwet, bouwverordening, bouwbesluit en de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht). Komen tot een samenwerkingsvorm met andere (Meierij) gemeenten, waarbij het doel is om op basis van afgestemd beleid – in gezamenlijkheid - te komen effectieve en efficiënte afwikkeling van Wabo-taken Wat hebben we bereikt? Op basis van het beleid (ISVTH) en de operationele vertaling daarvan in het Uitvoeringsprogramma Toezicht en Handhaving 2012-2013, was de handhaving in 2013 gewaarborgd Op basis van de uitkomsten van een door het Rijk verplicht onderzoek vaar de uitvoeringskwaliteit van VTH taken zijn de gemeenten Vught, Haaren, Boxtel en Sint-Michielsgestel medio 2013 gestart met een verkenning naar samenwerkingspotentie en mogelijkheden om VTH taken gezamenlijk en op het vereiste kwaliteitsniveau te organiseren. De verkenning moet in de pas lopen met het breed onderzoek om te komen tot een bedrijfsplan voor een ambtelijk gefuseerde organisatie in de Meierij. De werkeenheid VTH maakt in dat verband onderdeel uit 29 van de Domein Ruimte. De verkenning heeft in 2013 (nog) niet geleid tot concrete (werk-)afspraken over samenwerking of effectieve en efficiënte afwikkeling van Wabo-taken Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Versterken van de samenwerking met andere (Meierij) gemeenten, waarbij primair wordt ingezet op beleidsafstemming, (gezamenlijk bouw en handhavingsbeleid) en verdere uniformering van werkprocessen. Wat hebben we daar voor gedaan? Door het landelijk verplichte Kwaliteitsonderzoek naar VTH taken is de focus verlegd van beleidsafstemming en uniformering naar de 3 hoofdelementen van de Kwaliteitsmeting: • Kritieke massa • Proceskwaliteit • Inhoud en prioriteiten Beleidsafstemming en uniformering zijn later in het ontwikkelingsproces van de samenwerking aan de orde. Benoemde speerpunten voor 2013 • Versterken van de integraliteit tussen bouwen en milieu in het toezicht Binnen kaders van het ISVTH zijn - in operationele zin - zoveel mogelijk combinaties gemaakt en is samengewerkt tussen genoemde beleidsvelden • In samenwerking met de RUD het toezicht en handhaving bij asbest sloop en asbestverwijdering versterken Door de vertraagde operationalisering van de ODBN (voorheen RUD) is de ketenhandhaving (onder andere asbest) in 2013 nog niet georganiseerd. De toezichtstaken zijn evenals voorgaande jaren en overeenkomstig het uitvoeringsprogramma, in eigen beheer uitgevoerd. • Toezicht en handhaving in het buitengebied. O.a. Project samen sterk in het Buitengebied Wij hebben in 2013 deelgenomen aan het project Samen sterk in het buitengebied. • Uitvoering van aanbevelingen Rapport Rekenkamercommissie Handhaving Alle aanbevelingen uit genoemd rapport zijn afgewikkeld. Acties voortvloeiend uit het Rekenkameronderzoek Handhaving (raadsvergadering mei 2012) • Het opstellen van een overkoepelend handhavingsbeleid. • Het aanpassen van de mandaatregeling (procesverbetering). • Onafhankelijke steekproefsgewijze controle van afgewerkte handhavingsdossiers (kwaliteitsbewaking). • Indien de raad dit wenselijk acht, eenmaal per jaar (start 2013) een thematische avond organiseren voor de raad over een onderwerp inzake handhaving. Alle acties voortkomend uit het Rekenkameronderzoek zijn in 2013 opgepakt en voltooid. Dit is aan de raad via een notitie gemeld. 30 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 (1) Rekening 2013 Meetbaar Doel Binnen de kaderstelling, de gewenste ruimtelijke kwaliteit en wettelijke (kwaliteits-)eisen aan bouwwerken zoveel mogelijk realiseren en in stand houden. Naleef gedrag controles Controles Wabo onderdeel bouwen 950 Aantal uitgevoerde controles Controles Wabo onderdeel slopen 150 Omgevingsvergunningen - bouwen 615 - slopen 81 - monument 7 - aanleggen 14 - kappen 3 - reclame 2 - planologische afwijking 11 Oude vergunningen - lichte bouwvergunning 6 - reguliere bouwverg. 5 - sloopvergunning 12 - monumentenverg. 2 - aanlegvergunning 0 Totaal 758 controles Klachten (aantal 78) Positief gevoel van rechtszekerheid en bouwveiligheid (het in behandeling nemen van klachten en verzoeken om handhaving, om excessen met betrekking tot de fysieke leefomgeving ten aanzien van ro en bouwen te voorkomen) Positief gevoel van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid (door uniforme regeltoepassing volgens de beginselen van behoorlijk bestuur wordt het naleven van regels die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving ten aanzien van ro en bouwen bevorderd) Daadwerkelijk sprake van het overtreden van de regelgeving Klachten (aantal 50) Verzoek om handhaving (aantal 25) Verzoek om handhaving (aantal 44) Constatering door een toezichthouder dat sprake is van een overtreding Vooraankondiging (aantal 70) Stuitingsbrief (aantal 12) Waarschuwingsbrief/ vooraankondiging (aantal 65) Stilleggingen (aantal 5) Last onder dwangsom (aantal 14) Rechtszekerheid voor burgers en bedrijven (de overtreder c.q. belanghebbende krijgt de gelegenheid het besluit te laten toetsen door een onafhankelijke instantie Indienen van een bezwaarof (hoger) beroepschrift dan wel een voorlopige voorziening Rechtszekerheid / sanctieoplegging overtreder ( de overtreder die niet aan de last heeft voldaan, dient de verbeurde dwangsommen te betalen) Controle nadat de begunstigingstermijn is verstreken Stillegging (aantal 10) Last onder dwangsom (20) Gedogen c.q. afwijzen handhaving (10) Bezwaar (aantal 10) Beroep (5) Hoger beroep (aantal 1) Aantal 10 Gedogen c.q. afwijzen handhaving (aantal 9) Bezwaar (aantal 18) Beroep/voorlopige voorziening (aantal 12) Hoger beroep (aantal 1) Invorderingsbeschikking (aantal 4) Afname of toename van het aantal klachten en officieel ingediende verzoeken om handhaving Aantal daadwerkelijk opgestarte handhavingszaken conform de algemene wet bestuursrecht dan wel persoonsgebonden gedogen c.q. afwijzen verzoek om handhaving Aantal zaken waarin gebruik is gemaakt van de openstaande rechtsmiddelen (bezwaar, beroep, voorlopige voorziening en hoger beroep) Aantal invorderingsbeschikkingen (1) In de begroting van 2013 zijn voor de eerste maal de handhavingsproducten begroot. In de jaarrekening van 2012 is opgenomen dat de begroting voor de producten slechts een inschatting is, vandaar dat er afwijkingen zijn tussen de begroting en rekening. 31 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 2.1 Handhaving Bouwen / Ruimtelijke ordening Lasten 447,7 448,7 25,9 474,6 476,6 -2,0 Baten -51,0 0,0 -30,0 -30,0 -49,0 19,0 Saldo lasten -/- baten 396,7 448,7 -4,1 444,6 427,6 17,0 -31,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 2.1 Bouwen en ruimtelijke ordening Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 17 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Opgelegde dwangsommen 19 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 1 Overige kleine verschillen: 3 Totaal 20 verklaard verschil 17 32 3 2.2 Handhaving Milieu Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat de handhaving van Omgevingsrecht op het gebied van milieu. Relevante beleidsnota’s Nota Integrale Strategie en Visie op Toezicht en Handhaving (ISVTH) 2011-2014, vastgesteld 29 maart 2011 en bij college besluit van 30 juli 2013 verlengd tot 1 januari 2016. Bestuursovereenkomst handhaving in Noord-Brabant en handhavingsstrategie: ‘zo handhaven we in Brabant’ Afspraken binnen handhavingssamenwerking Brabant Noord-Oost (voorheen SePh, thans ODBN) Rapport Rekenkamercommissie Handhaving mei 2012. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) De handhaving waarborgen van algemeen en individueel geldende rechtsregels en voorschriften die voortkomen uit, of vastgesteld zijn in landelijke wet en regelgeving op het gebied van milieu en de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht. Wat hebben we bereikt? Binnen de personele mogelijkheden en op basis van het beleid (ISVTH) en de operationele vertaling daarvan in het Uitvoeringsprogramma Toezicht en Handhaving 2012-2013 was de handhaving in 2013 gewaarborgd. Onderdeel hiervan is de samenwerking ‘Samen sterk in het buitengebied’. Versterken van de samenwerking met andere (Meierij) gemeenten, waarbij het doel is effectieve en efficiënte afwikkeling van taken die overblijven na onderbrengen van taken in de RUD. Op basis van de uitkomsten van een door het Rijk verplicht onderzoek naar de uitvoeringskwaliteit van VTH taken zijn de gemeenten Vught, Haaren, Boxtel en Sint-Michielsgestel medio 2013 gestart met een verkenning naar samenwerkingspotentie en mogelijkheden om VTH taken gezamenlijk en op het vereiste kwaliteitsniveau te organiseren. De verkenning moet in de pas lopen met het breed onderzoek om te komen tot een bedrijfsplan voor een ambtelijk gefuseerde organisatie in de Meierij. De verkenning heeft in 2013 (nog) niet geleid tot concrete (werk-)afspraken over samenwerking of effectieve en efficiënte afwikkeling van taken die achterbleven na de vorming van de Omgevingsdienst. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Versterken van de samenwerking met andere (Meierij) gemeenten, waarbij primair wordt ingezet op afstemming over de kwaliteit en het niveau van uitvoering en uniformering van werkprocessen. Wat hebben we daar voor gedaan? Door het landelijk verplichte Kwaliteitsonderzoek naar VTH taken is de focus verlegd van beleidsafstemming en uniformering naar de 3 hoofdelementen van de Kwaliteitsmeting: • Kritieke massa • Proceskwaliteit • Inhoud en prioriteiten Beleidsafstemming en uniformering zijn later in het ontwikkelingsproces van de samenwerking aan de orde. 33 Benoemde speerpunten voor 2013 • Operationeel maken van / taakoverdracht aan de RUD Brabant Noord uitvoeringsstation ’sHertogenbosch van het verplicht over te dragen basistakenpakket milieu De ontwikkelingen in de vorming van de omgevingsdienst (voorheen RUD) hebben ertoe geleid, dat er in september 2013 één Omgevingsdienst Brabant Noord is opgericht. Een groot deel van 2013 is besteed aan de taakoverdracht van gemeente naar ODBN. Per 1 januari 2014 is één medewerker in het kader van de afspraken over uitvoering van aan de ODBN overgedragen toezichtstaken milieu, formeel in dienst getreden van de ODBN. • Uitvoer aanbevelingen Rapport Rekenkamercommissie Handhaving Alle aanbevelingen uit genoemd rapport zijn afgewikkeld. Acties voortvloeiend uit het Rekenkameronderzoek Handhaving (raadsvergadering mei 2012) • Het opstellen van een overkoepelend handhavingsbeleid. • Het aanpassen van de mandaatregeling (procesverbetering). • Onafhankelijke steekproefsgewijze controle van afgewerkte handhavingsdossiers (kwaliteitsbewaking). • Indien de raad dit wenselijk acht, eenmaal per jaar (start 2013) een thematische avond organiseren voor de raad over een onderwerp inzake handhaving. Alle acties voortkomend uit het Rekenkameronderzoek zijn in 2013 opgepakt en voltooid. Dit is aan de raad via een notitie gemeld. 34 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Binnen de kaderstelling, de gewenste milieukwaliteit en wettelijke (kwaliteits-) eisen voor inrichtingen zoveel mogelijk realiseren en in stand houden. Naleef verdrag controles Totaal aantal controles categorie Barim A en B. 150 integrale milieucontroles en ste 60 1 hercontroles *) Categorie Barim A en B (96 integrale milieucontroles en 25 hercontroles) Aantal uitgevoerde controles Klachten (aantal 100) Klachten (aantal 275) Merendeel van de klachten komen slechts van een aantal inrichtingen en zijn herhaalde klachten Positief gevoel van rechtszekerheid en milieuveiligheid (door het in behandeling nemen van klachten en verzoeken om handhaving worden excessen met betrekking tot de fysieke leefomgeving ten aanzien van milieu voorkomen) Positief gevoel van rechtszekerheid en rechtsgelijkheid (door uniforme regeltoepassing volgens de beginselen van behoorlijk bestuur wordt het naleven van regels die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving ten aanzien van milieu bevorderd) Rechtszekerheid voor burgers en bedrijven (de overtreder c.q. belanghebbende krijgt de gelegenheid het besluit te laten toetsen door een onafhankelijke instantie Rechtszekerheid / sanctieoplegging overtreder (de overtreder die niet aan de last heeft voldaan, dient de verbeurde dwangsommen te betalen) Daadwerkelijk sprake van het overtreden van de regelgeving Verzoek om handhaving (aantal 5) Constatering door een toezichthouder dat sprake is van een overtreding Categorie Barim C (10 integrale controles en 7 hercontroles) Verzoek om handhaving (aantal 8) Voor -aankondiging (aantal 10) Vooraankondiging/ waarschuwingsbrieven (aantal 55) Last onder dwangsom (5) Last onder dwangsom (Aantal 7) Last onder bestuursdwang (aantal 1) Indienen van een bezwaar- of (hoger) beroepschrift dan wel een voorlopige voorziening Bezwaar (aantal 1) Controle nadat de begunstigingstermijn is verstreken Aantal 5 Beroep (aantal 1) Hoger beroep (aantal 1) Bezwaar (aantal 3) Beroep (aantal 0) Hoger beroep (aantal 0) Invorderingsbesluit (aantal 1) Aantal daadwerkelijk opgestarte handhavings-zaken conform de algemene wet bestuursrecht dan wel persoonsgebonden gedogen c.q. afwijzen verzoek om handhaving Aantal zaken waarin gebruik is gemaakt van de openstaande rechtsmiddelen (bezwaar, beroep, voorlopige voorziening en hoger beroep) Aantal invorderingsbeschikkingen *) In de categorieën A en B zijn minder controles uitgevoerd. In categorie C (meest arbeidsintensieve controles) waren geen controles begroot. Deze zouden worden uitgevoerd door de ODBN. Vanwege de vertraagde start van de ODBN zijn deze controles zelf uitgevoerd. Daarnaast meer tijdbesteding voor milieuklachten. 35 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening Restant 2013 budget definitief 2.2 Handhaving milieu Lasten 170,9 221,5 -46,1 175,4 187,4 Baten -15,1 0,0 0,0 0,0 0,0 -12,0 0,0 Saldo lasten -/- baten 155,8 221,5 -46,1 175,4 187,4 -12,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 2.2 Milieu Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 12 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 13 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 1 verklaard verschil 13 12 36 2.3 Handhaving Openbare orde en veiligheid Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat de handhaving van de Algemene Plaatselijke Verordening en Bijzondere wetten, voor zover niet voorbehouden aan algemeen politietoezicht. Relevante beleidsnota’s Evenementenbeleid Integraal Horecabeleid Algemeen Plaatselijke Verordening Nota professionalisering van de handhaving Kadernota Integrale Veiligheid Sint-Michielsgestel 2011 - 2014 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Sint-Michielsgestel wil een veilige gemeente zijn die blijvend werk maakt van veiligheid en waarin publieke en private partijen elkaar bijstaan en versterken in het verbeteren/op peil houden van de subjectieve en objectieve veiligheid. Dit alles met het uiteindelijke doel een gemeente te zijn waar men graag woont, werkt en zich recreëert. Wat hebben we bereikt? Uit een eerdere enquête (veiligheidsmonitor) blijkt dat de veiligheid in de gemeente verder is toegenomen, de inwoners beoordelen de veiligheid inmiddels met een 7,3. In 2013 is wederom meegedaan met de enquête van de veiligheidsmonitor. Echter, de resultaten worden pas in 2014 bekend waardoor deze niet in deze jaarrekening meegenomen kunnen worden. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Implementeren en verder operationeel maken van het geactualiseerde evenementenbeleid Versterken van het toezicht APV en bijzondere wetten Versterken van het toezicht bij vergunning plichtige evenementen Wat hebben we daar voor gedaan? - Nieuwe APV vastgesteld met daarin opgenomen de bepalingen in het kader van de nieuwe Dranken Horecawet - Brabants alcohol- en horecasanctiebeleid vastgesteld als gemeentelijk beleid - Naar aanleiding van het evenementenbeleid vindt meer overleg plaats met de brandweer. In overleg met de brandweer is het toezicht bij vergunningplichtige evenementen versterkt en zijn vaker controles uitgevoerd. Benoemde speerpunten voor 2013 • Implementeren nieuwe APV en evenementenbeleid voor wat betreft toezicht en handhaving Onderdelen zijn opgenomen in het Uitvoeringsprogramma Toezicht en handhaving 37 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel APV: het bewaken van de regulering van de maatschappelijk gemeentelijke huishouding ter bevordering van de openbare orde en veiligheid. Controles. Bedrijfsbezoeken horeca In het kader van carnaval, kermis en jaarwisseling Integraal met brandweer 40 controles Controles horeca (aantal 29) De horeca is meer preventief gecontroleerd en geïnformeerd over de regelgeving Aantal uitgevoerde controles Controles evenementen 6 Bijz. Wetten: een veelheid die niet te vatten valt onder een maatschappelijk effect. Aantal controles Drank en horeca wetgeving 10 controles Controle evenementen (aantal 6) Ook is hier meer preventief gecontroleerd. Er zijn in 2013 nog geen controles uitgevoerd, omdat in Meierij verband nog geen besluit is genomen over inhuur van BOAcapaciteit. Aantal uitgevoerde controles Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 2.3 Handhaving Openbare orde en Veiligheid Lasten 12,4 47,3 20,9 68,2 32,3 35,9 Baten 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 12,4 47,3 20,9 68,2 32,3 35,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 38 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 2.3 Openbare orde en veiligheid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 36 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Overheveling van budgetten van deelprogramma 7.4 (met najaarsnota) voor inzet BOA is niet helemaal nodig gebleken door minder BOA-taken in te huren in 4e kwartaal. 11 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 25 Overige kleine verschillen: Totaal 36 verklaard verschil 36 39 0 2.4 Handhaving Leerplicht Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op de Uitvoering Leerplichtwet 1969. Relevante beleidsnota’s Samenwerkingsovereenkomst Regionaal Bureau Leerplicht gemeente Sint-Michielsgestel. Instructie leerplichtambtenaar (vastgesteld december 2005). Handleiding Strafrechtelijke Aanpak Schoolverzuim (oktober 2012) Uitvoering van Wet van 6 december 2001 betreffende de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie . Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) We willen voorkomen dat jongeren voortijdig het onderwijs verlaten en bewerkstelligen dat zoveel mogelijk jongeren een startkwalificatie of het hoogst haalbare niveau behalen. We gaan ongekwalificeerde voortijdige schoolverlaters terugleiden naar het onderwijs, al dan niet in combinatie met werk, om alsnog een startkwalificatie te halen. In de convenanten die in het kader van “Aanval op de uitval” tussen Ministerie en scholen en andere onderwijsinstellingen zijn afgesloten is afgesproken dat ernaar wordt gestreefd om het aantal nieuwe voortijdig schoolverlaters de daaropvolgende vier jaren jaarlijks met 10% te doen afnemen. Wat hebben we bereikt? De (voorlopige) cijfers van het schooljaar 2012-2013 zijn nog niet bekend. Cijfers (per 14-01-2013, Bron: JVS): Het aantal bovenleerplichtigen van 18-23 jaar met een startkwalificatie bedraagt: 940 (64,2%); Het aantal bovenleerplichtigen van 18-23 jaar zonder startkwalificatie is 525 (35,8%); 150 van hen staan niet ingeschreven op een school (28,6%). Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? In de notitie Meerjarenplan leerplicht/voortijdig schoolverlaten 2009-2012 is een aantal activiteiten genoemd die in genoemde periode uitgevoerd worden. Deze zullen voor de komende jaren worden voortgezet. Het betreft activiteiten ter voorkoming van nieuwe voortijdig schoolverlaters: - handhaving van de Leerplichtwet; - intensivering van de contacten met en voortzetting van de schoolbezoeken buiten het werkgebied van het RBL waar relatief veel jongeren uit onze gemeente naar school gaan (VO); - deelname aan de Zorg- en Adviesteams (ZAT’s) op scholen voor voortgezet onderwijs en - op afroep - op basisscholen; - extra aandacht naar de aansluiting van vmbo-mbo; - opstarten van verzuimspreekuren op scholen voor voortgezet onderwijs om beginnend schoolverzuim preventief aan te pakken; - intensivering van de samenwerking met ROC’s (Koning Willem I College in Den Bosch en De Leijgraaf in Veghel); - snelle interventies naar ouders van de absoluut verzuimers; - snelle interventie naar nieuwe vsv-ers om hen te bewegen alsnog een startkwalificatie te behalen; - aanbieden van trajecten zoals TOM (Traject Op Maat). Wat hebben we daar voor gedaan? De activiteiten uit het Meerjarenplan 20092012 zijn ook in 2013 uitgevoerd; Daarnaast aandacht voor de samenwerking met het CJG en de leerplichtambtenaren uit de regio; Vroegtijdige interventie op beginnend schoolverzuim door middel van het Verzuimspreekuur in het VO (gesprek tussen leerling en leerplichtambtenaar op school); buitenscholen worden bezocht indien hiervoor een aanleiding is. Voorbeelden: verzuimspreekuur, zorg- en adviesteam, gesprek met ouders op school, multidisciplinair overleg; het RBL nam ook in 2013 deel aan de pilots RMC op het ROC en outreachend werken (Koning Willem I College: Projectplan VSV 2012 – 2015 Maatregel 1: Toezicht en handhaving); wekelijkse controle van de absoluut verzuimers; wekelijkse mailing naar nieuwe voortijdig schoolverlaters die hierin het TOM (Traject Op Maat) krijgen aangeboden. 40 Benoemde speerpunten voor 2013 - Geen speerpunten benoemd. - verantwoorde deelname aan ZAT’s, netwerkoverleggen en andere overlegsituaties: het resultaat moet opwegen tegen de te investeren tijd; - uitbreiding verzuimspreekuur op Maurick College naar alle klassen; Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Voorkomen van voortijdig schoolverlaten. Aantal voortijdige Schoolverlaters. Stabilisering van het aantal nieuwe vsv-ers (29) Definitief 2011-2012: 48 vsv-ers. 42 vsv-ers: daling van het aantal vsvers t.o.v. 2011-2012 met 10% Voorlopige cijfers 20122013 zijn in het voorjaar bekend. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 2.4 Handhaving Leerplicht Lasten 372,4 372,9 8,3 381,2 347,4 33,8 Baten -350,4 -282,0 -8,3 -290,3 -341,5 51,2 22,0 90,9 0,0 90,9 5,9 85,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 41 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 2.4 Leerplicht Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 85 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Onderhoud softwarepakket, abonnement verzuimmodule en kosten gegevensuitwisseling DUO 19 Uitgevoerde Traject op Maat (TOM) projecten 14 Onttrekking uit reserve RMC o.a. vanwege TOM projecten 19 Declaratie uren voor pilot outreached werken en pilot aanpak 18+ leerlingen 19 Ontvangst RMC reserve hoger dan begroot 45 Ontvangst deelnemende gemeenten lager dan begroot 24 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead door ziekte en bijzonder verlof 59 Overige kleine verschillen: Totaal 142 verklaard verschil 85 42 57 2.5 Handhaving Sociale voorzieningen Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat handhaving van sociale voorzieningen. Relevante beleidsnota’s Uitvoeringsplan Hoogwaardig Handhaven Verordening handhaving wet werk en bijstand Beleidsregels terugvordering en verhaal Verordening wet inburgering Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) We willen bereiken dat uitkeringen op doeltreffende wijze worden verstrekt zodat misbruik wordt voorkomen en tegengegaan. Wat hebben we bereikt? Regulier: 55 onderzoeken 11 uitkeringen beëindigd 4 uitkeringen aangepast 11 uitkeringen ongewijzigd 6 afwijzingen aanvraag Themaonderzoek Langdurig uitkeringsgerechtigden: 27 dossieronderzoeken 4 uitkeringen beëindigd 6 uitkeringen aangepast Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De uitvoering van Hoogwaardige handhaving is geborgd door toepassing van de ontwikkelde risicoprofielen en het vastgestelde Controleplan. De heronderzoeksfrequentie zal worden geëvalueerd en indien nodig worden aangepast. Uitwisseling van gegevens met de Belastingdienst, Kadaster en DUO en bestandskoppeling met Inlichtingenbureau en Suwinet worden verder geïntensiveerd.. Wat hebben we daar voor gedaan? Beleid rond invoering van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW wetgeving is ingevoerd in 2013, en eind november is het thema onderzoek partiële inkomsten gestart. Het themaonderzoek Langdurig uitkeringsgerechtigden is eind 2013 beëindigd. Benoemde speerpunten voor 2013 • Invulling blijven geven aan Hoogwaardige Handhaving; 1 themaonderzoek; • het realiseren van een incassoratio vorderingen van 15%, en specifiek voor fraudevorderingen van 10%. Gerealiseerd: In 2013 was de incassoratio 11,5 % en voor fraudevorderingen 3,3%. 43 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Uitkeringen verstrekken aan hen die daarop recht hebben. (op basis van vastgestelde criteria) Percentage rechtmatig verstrekte uitkeringen 95% Rekening 2013 Meetbaar doel 97,5% Aantal beëindigde uitkeringen Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 2.5 Handhaving Sociale Voorzieningen Lasten 0,3 0,0 0,0 0,0 0,1 -0,1 Baten 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten 0,3 0,0 0,0 0,0 0,1 -0,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 2.5 Sociale voorzieningen Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 0 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Overige kleine verschillen: Totaal 0 verklaard verschil 0 44 0 Programma 3. Integrale veiligheid en bereikbaarheid De gemeente handhaaft de door haar vastgestelde regels en de regels die zij moet uitvoeren. Dit doen wij op een professionele wijze en binnen de kaders en de prioriteiten zoals die door de gemeente zijn vastgesteld. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 3.1 Openbare orde en veiligheid 3.2 Brandweer en Rampenbestrijding 3.3 Verkeersveiligheid 3.4 Wegbeheer 3.1 Portefeuillehouder Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer A.H.M. Maas A.H.M. Maas /E.H.J.M. Mathijssen Openbare orde en veiligheid Wat omvat het deelprogramma? Openbare Orde en Veiligheid, Politie en Bijzondere wetten. Relevante beleidsnota’s Kadernota Integrale Veiligheid Sint-Michielsgestel 2011 - 2014. Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid 2011 2012 Korps jaarplan 2012 Politie Brabant-Noord Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Sint-Michielsgestel wil een veilige gemeente zijn die blijvend werk maakt van veiligheid en waarin publieke en private partijen elkaar bijstaan en versterken in het verbeteren/op peil houden van de subjectieve en objectieve veiligheid. Dit alles met het uiteindelijke doel een gemeente te zijn waar men graag woont, werkt en zich recreëert. Een toenemend veiligheidsgevoel bij de burgers, jaarlijks te meten met de Veiligheidsmonitor die vanaf 2010 lokaal wordt uitgevoerd. Feitelijke verbetering van de veiligheid, zoals moet blijken uit verlaging / vermindering van de incidentcijfers van de managementrapportage van het politiedistrict Meierij. Wat hebben we bereikt? Het veiligheidsgevoel bij de burgers in SintMichielsgestel is toegenomen. Van een rapportcijfer 7 is dit gestegen naar een 7,3. Ook het rapportcijfer voor de leefbaarheid in de buurt is gestegen, van een 7,6 naar een 7,7. Het veiligheidsgevoel bij de burgers in SintMichielsgestel is toegenomen. Van een rapportcijfer 7 is dit gestegen naar een 7,3. Het totaal aantal incidenten is in 2013 met 12,5% gedaald ten opzichte van 2012. Toch blijft het aantal woninginbraken en inbraken in schuren erg hoog. Deze tendens is merkbaar in de gehele regio en blijft prioriteit hebben. NB: de genoemde rapportcijfers zijn rapportcijfers uit de Veiligheidsmonitor 2011. Op dit moment zijn de cijfers van de Veiligheidsmonitor 2013 nog niet gereed. 45 Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? 1. Veiligheid integraal meenemen in alle beleidsvelden / afdelingen binnen de gemeente. 2. Tweejaarlijkse terugkoppeling stand van zaken van kadernota Integrale Veiligheid 2011 – 2014. 3. Opstellen nieuwe kadernota Integrale Veiligheid in 2014. 4. Op basis van kadernota Integrale Veiligheid 2011 – 2014 een jaarlijks Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid (UVP) opstellen. 5. Afstemming van beleid op landelijk en regionaal en districtelijk niveau ivm nationale politie.. 6. Deelname aan onder andere veiligheidshuis, RIEC Wat hebben we daar voor gedaan? 1. Dit is een lopende activiteit, waar continu aandacht voor is. 2. Op 31 juli 2012 is de gemeenteraad reeds geïnformeerd over de stand van zaken van de kadernota Integrale Veiligheid. 3. De nieuwe kadernota Integrale Veiligheid 2014 kan in september/oktober van 2014 verwacht worden. 4. Voor 2013 was er een uitvoeringsprogramma, hieraan is uitvoering gegeven. 5. Er is in verschillende gremia afstemming geweest van beleid, mede met het oog op de vorming van de nationale politie. 6. In 2013 is deelgenomen aan het Veiligheidshuis en RIEC Benoemde speerpunten voor 2013 De aanpak van overlast, woninginbraken, alcohol en drugs. De maatregelen uit het Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid 2013 gericht op de aanpak van de prioriteiten overlast, woninginbraken, alcohol en drugs zijn uitgevoerd door ons en onze partners. 46 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Gevoel van veiligheid in de gemeente Sint-Michielsgestel. Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 De leefbaarheid in de buurt is van een 7,6 gestegen naar een 7,7*. De ervaren sociale samenhang is van een 6,6 gestegen naar een 7,2*. Meetbaar doel % inwoners dat (bijna) nooit rommel op straat in de buurt ervaart ≥55% % inwoners dat (bijna) nooit hondenpoep in de buurt ervaart ≥37% ≥8 7,7* Rapportcijfer ≥ 7,3 7,3* Rapportcijfer ≥ 89% 92%* Percentage ≤ 3% 3%* Percentage Woninginbraken ≤ 69 127 Politiecijfers Inbraken in boxen, garages, schuren en tuinhuisjes ≤ 33 44 Politiecijfers ≥ 385 401 Verleende certificaten ≤ 58 81 Incidenten ≤40% 46% (12 tot en met 18 jaar)** Percentage ≤52% 4%** Percentage Rapportcijfer leefbaarheid in de buurt Rapportcijfer veiligheid in de buurt % inwoners dat zich niet onveilig voelt in de buurt % inwoners dat zich zelden of nooit onveilig voelt op plekken waar jongeren rondhangen Aantal gecertificeerde woningen conform het Politiekeurmerk Veilig Wonen Jeugdoverlast % jongeren tot 14 jaar dat wel eens alcohol heeft gedronken % jongeren dat het eerste alcoholische drankje door de ouders aangeboden krijgt Percentage. Percentage * Gebaseerd op de resultaten van de Veiligheidsmonitor 2011, de resultaten van de monitor 2013 zijn op dit moment nog niet beschikbaar. Door het clusteren van verschillende antwoorden is het sinds 2011 niet meer mogelijk om percentages te herleiden. Vanaf 2011 wordt er om een rapportcijfer gevraagd. ** Gebaseerd op de Jeugdmonitor 2011 van de GGD Hart voor Brabant 47 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 3.1 Openbare orde en veiligheid Lasten 371,8 452,4 18,3 470,7 446,1 -9,1 -9,7 0,0 -9,7 -18,0 8,3 362,6 442,7 18,3 461,0 428,1 32,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Baten Saldo lasten -/- baten 24,6 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 3.1 Openbare orde en veiligheid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 33 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Bijdrage Brabant Veiliger 8 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 30 Overige kleine verschillen: 5 Totaal 38 verklaard verschil 33 48 5 3.2 Brandweer en rampenbestrijding Wat omvat het deelprogramma? Rampenbestrijding Bedrijfshulpverlening Regionale Brandweer Relevante beleidsnota’s Regionaal organisatieplan brandweerzorg en rampenbestrijding Wet op de Veiligheidsregio’s Wet rampen en zware ongevallen (WRZO) Regionaal Crisisplan Brabant-Noord Meerjaren Opleiding- en Oefenbeleidsplan 2008 2011 Artikel 15 van de Arbowet omschrijft de BHV-taken Sinds 1 januari 2011 is de brandweer geregionaliseerd. Het regionaal vastgestelde beleid zal worden gevolgd. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) De voorbereiding op de bestrijding van rampen, zware ongevallen en incidenten, de daadwerkelijke bestrijding daarvan en de nazorg. Wat hebben we bereikt? Op 1 april 2013 is het Regionaal Crisisplan in werking getreden. Dit vervangt op termijn het lokale rampenplan. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? 1. Uitvoering geven aan Regionaal Crisisplan Brabant-Noord 2. Uitvoering geven aan afspraken zoals omschreven in Plan van aanpak districtelijke samenwerking crisisbeheersing district de Meierij en komen tot poulevorming op bijna alle processen Wat hebben we daar voor gedaan? 1. Het regionaal Crisisplan is op 1 april 2013 in werking getreden. Er wordt gewerkt conform de nieuwe structuur, maar de daaraan verbonden regionale draaiboeken waren nog niet gereed. Dat is de reden dat het lokale rampenplan nog van kracht is. 2. Het districtelijke plan van aanpak is door de regionale draaiboeken vervallen. 3. De brandweerkazerne in Sint-Michielsgestel is per 31-12-2013 overgedragen aan de Veiligheidsregio. Per 1-1-2014 zijn de brandweerzorgtaken een taak van de Veiligheidsregio. Om herziening van gecompenseerde btw op de investering in de brandweerkazerne te voorkomen, heeft overdracht aan de Veiligheidsregio plaatsgevonden. Ter financiering van de overdracht is gelijktijdig een langlopende lening verstrekt aan de Veiligheidsregio. De verslaglegging van de verstrekte langlopende lening is opgenomen in het deel jaarrekening, onderdeel balans en toelichting op de balans. 49 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Adequate rampenbestrijding. Rampenplan voldoet aan regelgeving; er wordt volgens planning opgeleid en geoefend en adequaat gecommuniceerd met burgers. Vastgesteld regionaal crisisplan Adequate bedrijfshulpverlening. BHV organisatie kwalitatief en kwantitatief op sterkte. Voldoet Rekening 2013 Voldoet Meetbaar doel Regelgeving Rampenplan voldoet aan gestelde weten regelgeving. Opleiden Opleidingen worden uitgevoerd conform meerjaren opleidingen oefenbeleidsplan 2012-2014. Oefenen Gemeentelijk rampenplan en deelprocessen worden beoefend. Communiceren Risicokaart is gevuld en toegankelijk voor de burger. Voldoet Kwalitatief Opleiden. Oefenen. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 3.2 Brandweer en rampenbestrijding Lasten Baten Saldo lasten -/- baten 1.451,2 1.539,8 -43,4 1.496,4 3.692,2 -2.195,8 -5,2 0,0 0,0 0,0 -2.304,9 2.304,9 1.446,0 1.539,8 -43,4 1.496,4 1.387,3 109,1 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 50 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 3.2 Brandweer en rampenbestrijding Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 109 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Uitruksignaleringsborden bij nieuwe brandweerkazerne. Doordat het krediet voor de nieuwe brandweerkazerne reeds afgesloten was, komen deze kosten ten laste van de exploitatie. 10 Meer doorgeschoven BTW terugontvangen van de Veiligheidsregio 50 Opbrengst verkoop nieuwe brandweerkazerne aan Veiligheidsregio onder gelijktijdige verstrekking van langlopende geldlening aan de Veiligheidsregio. 2.290 Extra afschrijving boekwaarde nieuwe brandweerkazerne 2.290 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 53 Kapitaallasten 10 Overige kleine verschillen: 6 Totaal 2.409 verklaard verschil 109 51 2.300 3.3 Verkeersveiligheid Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op verkeer, verkeersmaatregelen, openbare verlichting en gladheidbestrijding. Relevante beleidsnota’s Gemeentelijk verkeersveiligheidplan (GVVP). Beleidsplan Openbare verlichting 2011- 2017 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) - door het uitvoeren van verkeersmaatregelen, het aantal letselongevallen verder terugdringen; - de doorgaande wegen en fietsroutes bij voorkomende gladheid vóór de ochtendspits gestrooid, sneeuw- en ijsvrij maken; - waarborgen van de verkeersveiligheid en sociale veiligheid. Als basis hanteren wij de NSVV-normering, zoals vastgelegd in het beleidsplan Openbare verlichting 2011-2017. Wat hebben we bereik?? Het aantal slachtoffers zit al jaren lang ruim onder de vastgestelde streefwaarde van 63 voor onze gemeente. De cijfers voor 2013 zijn nog niet beschikbaar. Daarom is de waarde voor 2012 ingevuld. De gladheidbestrijding is uitgevoerd conform het vastgesteld beleid. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De kleine verkeersveiligheid problemen van bewoners worden aangepakt. Deze worden eerst getoetst aan het nieuwe gemeentelijke verkeer- en vervoersplan (GVVP) dat in 2012 is vastgesteld. We voeren in combinatie met het wegonderhoud programma de opnieuw geformuleerde aandachtpunten uit. De scholen en schoolroutes en voorzieningen voor gehandicapten worden altijd in nauw overleg met de schooldirecties, hun verkeerswerkgroepen en belangenorganisaties aangepakt. Wat hebben we daar voor gedaan? In combinatie met het programma wegonderhoud hebben wij binnen de bestaande 60 kilometer per uurzone Den Dungen de maatregelen op de Bosscheweg uitgebreid met een verkeerssluis, met passende fietsvoorziening. Verder zijn de tijdelijke voorzieningen op de kruising met de Bramerlandstraat vervangen door een definitieve maatregel in de vorm van verhoogde kruising. Onderhandelingen hebben er bij de aanpassing van de Milrooijsebrug toe geleid, dat het zuidelijke gedeelte duurzaam en fietsvriendelijker is ingericht. Rondom de basisscholen is extra aandacht gevestigd op het halen, brengen en parkeren. Bij de Sint Lambertusschool is in combinatie met het Idop de schoolomgeving aangepast en maatregelen in het Twijnmeer genomen. In overleg met de bewoners van de Ruwenbergstraat wordt gezocht naar beter gedragen oplossingen binnen de 30 kilometer per uur-zone. Voor de gladheidbestrijding wordt jaarlijks een plan opgesteld waarin zijn opgenomen de strooiroutes, de personele en de materiele inzet. Voor het begin van het gladheidseizoen is een plan opgesteld met de strooiroutes en de personele en materiele inzet. Tijdens het seizoen is gewerkt conform dit plan. Voor wat betreft de openbare verlichting zal uitvoering gegeven worden aan het beleidsplan 2011- 2017. Dit houdt in dat de doorgaande wegen binnen en buiten de bebouwde kom gefaseerd herverlicht worden. (wit licht of LED) Binnen de herverlichting jaarschijf 2013 zijn in lijn met het beleidsplan meer wijkontsluitings-/ doorgaande wegen omgebouwd naar wit licht. Tot nu toe is 95% van de verlichting langs de doorgaande wegen omgebouwd; in 2014 kunnen we deze exercitie afronden. 2015 Zal in het teken staan van ombouw verlichting buitengebied naar LED. Ten opzichte van de in het beleidsplan opgenomen planning zijn we fors ingelopen waardoor we nu al profiteren van het lagere energieverbruik. 52 Benoemde speerpunten voor 2013 Het uitvoeringsplan voor 2012 – 2015 uit het nieuwe GVVP wordt in het derde kwartaal van 2013 benoemd. De afzonderlijke jaarschijf wordt per jaar uitgevoerd in combinatie met het wegonderhoud programma. Voor het seizoen 2012 – 2013 is weer een strategische voorraad zout aangekocht om problemen met de gladheidbestrijding door zouttekort te voorkomen. Het is niet nodig geweest om de strategische voorraad zout aan te spreken. De gemaakte afspraken hierover zijn met een seizoen verlengd. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Toename objectieve en subjectieve verkeersveiligheid aantal letselongevallen Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel In 2012 zijn er 5 slachtoffer ongevallen minder letselongevallen 380 meldingen afgehandeld binnen 24 uur. 557 Kapotte lamp of aanrijdschade-/ vandalisme. 110 meldingen binnen 1 week. 21 Verzoeken tot herof bijplaatsing. 115 meldingen langere termijn 27 Storing door kabelschade. (netbeheerder) Onder de streefwaarde Klachtenmeldingen openbare verlichting volgens Liteweb Lichtmastenbeheer Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 3.3 Verkeersveiligheid Lasten 879,4 902,8 25,0 927,8 952,5 Baten -114,9 -131,1 0,0 -131,1 -132,0 0,9 764,5 771,7 25,0 796,7 820,4 -23,7 -73,2 -104,0 0,0 -104,0 -98,1 -5,9 Saldo lasten -/- baten -24,7 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 53 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 3.3 Verkeersveiligheid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 24 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead (m.n. door gladheidsbestrijding € 34k nadelig) 44 Overige kleine verschillen: 20 Totaal 20 verklaard verschil 44 24 54 3.4 Wegbeheer Wat omvat het deelprogramma? Wegbeheer, wegonderhoud en openbaar vervoer. Relevante beleidsnota’s Gemeentelijk verkeersveiligheidplan (GVVP) Beleidsplan Openbare verlichting 2011- 2017 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wegen, staten en pleinen zijn zodanig onderhouden dat ze minimaal voldoen aan de objectieve kwalificatie ‘matig’ volgens de CROW richtlijn. Er zijn ook geen toegekende schadeclaims als gevolg van onvoldoende onderhoud. Wat hebben we bereikt? Wegen, straten en pleinen zijn zodanig onderhouden dat ze minimaal voldoen aan de objectieve kwalificatie ‘matig’ volgens de CROW richtlijn. Er zijn ook geen toegekende schadeclaims als gevolg van onvoldoende onderhoud. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Bij de uitvoering van het wegonderhoud geven we prioriteit aan fiets- en voetpaden. Wat hebben we daar voor gedaan? Binnen het uitvoeringsjaar 2013 is voornamelijk prioriteit gegeven aan het op peil houden van de asfaltverhardingen. Dit in afwijking van de reguliere prioriteitstelling. Reden voor deze afwijking betreft het onderhoudstermijn voetpaden en trottoirs als gevolg van de grootschalige aanleg van glasvezel. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Borgen dat elke weggebruiker zich op een normale manier kan verplaatsen van A naar B. Aantal gehonoreerde schadeclaims. 0 Klachtenmeldingen wegbeheer. Systeem is in 2011 opgebouwd waarbij de definities zijn opgesteld. In 2012 heeft registratie conform opgestelde definities plaatsgevonden. 140 meldingen afgehandeld binnen 24 uur 116 24 meldingen binnen 1 week 85 78 meldingen langere termijn 59 Onderhoudskwalificatie van wegen asfalt: Goed. Elementen goed asfalt: Goed. Elementen goed CROWinventarisatie Aantal lijnverbindingen 3 (plus buurtbus 3(plus buurtbus) Geen meetbaar doel aangewezen Buslijnverbindingen 55 Rekening 2013 0 Meetbaar doel Aantal schadeclaims. Aantal klachten en meldingen Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 3.4 Wegbeheer Lasten 1.615,8 1.398,5 621,7 2.020,2 1.666,6 353,6 Baten -347,9 -5,0 -640,0 -645,0 -262,6 -382,4 1.267,9 1.393,5 -18,3 1.375,2 1.404,0 -28,8 40,0 0,0 -281,0 -281,0 284,7 -565,7 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 3.4 Wegbeheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting Eenmalig beschikbaar gesteld: 29 Eenmalige afwijking op structureel budget: Extra aan degeneratievergoedingen (met name door het glasvezelnetwerk) 74 Storting in de egalisatiereserve wegbeheer 74 Uitvoering van de bestekken asfalt- en elementenverharding 42 Storting in de egalisatiereserve wegbeheer 42 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Uitvoering instandhouding asfaltverharding in woonbuurten 50 Onttrekking uit de egalisatiereserve wegbeheer 50 Bijdrage aan de provincie voor kruising Hoogstraat/Bosschebaan 400 Onttrekking uit de vrije investeringsreserve 400 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 8 Overige kleine verschillen: 8 Totaal 574 verklaard verschil 603 29 56 Programma 4. Burger, bestuur en bedrijfsvoering Het is belangrijk tijdig en in goede samenhang tussen de verschillende beleidsvelden in te spelen op maatschappelijke veranderingen en veranderde vragen en eisen van de inwoners van de gemeente. Daarnaast moeten we vorm en inhoud geven aan een integraal en gedegen risicomanagement en aan het totaal van ondersteunende processen die op effectieve en efficiënte wijze in dienst staan van de primaire processen. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 4.1 Dienstverlening burgerlijke stand en bevolking 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.1 Portefeuillehouder Mr. J.C.M. Pommer/ A.H.M. Maas E.H.J.M. Mathijssen Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer/ E.H.J.M. Mathijssen E.H.J.M. Mathijssen Mr. J.C.M. Pommer Mr. J.C.M. Pommer/ A.H.M. Maas H.T.M. van Roosmalen/ E.H.J.M. Mathijssen Bestuursorganen, -ondersteuning en representatie Bestuurlijke samenwerking Strategisch beleid (bedrijfsvoering) Risicobeheer (bedrijfsvoering) Budgetcyclus (bedrijfsvoering) Middelenbeleid Dienstverlening burgerlijke stand en bevolking Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op de basisadministratie personen en adressen (GBA). Relevante beleidsnota’s Beveiliging- en privacyhandboek GBA, reisdocumenten en rijbewijzen. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) De gemeente zal zich ontwikkelen tot een klantcontactcentrum (KCC) dat dient als frontoffice voor burgers en bedrijven met vragen aan de overheid. Het streven is om tijdens het eerste contact met de gemeente 80% van alle vragen correct te beantwoorden. Deze doelstelling moet in 2015 gerealiseerd zijn Een ander belangrijk onderdeel is de modernisering van de GBA (mGBA). Doel is het tot stand brengen van de Basisregistratie Personen en migratie van gemeenten en afnemers naar de voorzieningen van het nieuwe stelsel (BRP). In 2015 moet de aansluiting voltooid zijn. Wat hebben we bereikt? De projectgroep “Dienstverlening” is begonnen met de ontwikkeling van het KCC. Het streven om in het eerste contact met de gemeente 80% van de vragen correct te beantwoorden is door de VNG bijgesteld naar beneden. Op dit moment wordt 59% van de vragen in het eerste klantencontact direct beantwoord. Er is meer tijd nodig voor de ontwikkeling van de mGBA. De ontwikkeling hiervan zal tot eind 2016 duren en de invoering zal pas in 2018 volledig zijn afgerond. De Wet BRP is 6 januari 2014 gedeeltelijk van kracht gegaan. Daarnaast werken wij aan de gefaseerde invoering van het NUP (Nationaal uitvoerings programma). 57 Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Twee externe bureaus (Novostar en Fanos) zijn gecontracteerd om het KCC te implementeren bij de drie Plei1n gemeenten. De twee andere gemeenten zijn Sint-Oedenrode en Haaren. De komende jaren zal het KCC steeds meer gestalte krijgen. In 2015 zal het KCC operationeel zijn. Wat hebben we daar voor gedaan? Sinds kort is bekend dat Sint-Michielsgestel een ambtelijke samenwerking wil aangaan met de gemeenten Boxtel en Haaren. De samenwerking met de gemeente Sint-Oedenrode komt wellicht op termijn te vervallen. Besluitvorming hierover volgt in 2014. De bedrijven Novostar en Fanos ondersteunen ons niet langer, het dienstverleningsconcept en overige voorstellen voor zaakgericht werken, midoffice en de website zijn opgeleverd. De verdere Implementatie zal gaan plaatsvinden in de voorgenomen Meierijsamenwerking. Het draaiboek “Invoering BRP” is bekend. 2015 duurt nog even maar de VNG verwacht dat nu al stappen worden ondernomen. Het is daarom belangrijk dat op korte termijn een projectleider wordt aangesteld om dit project te begeleiden. Ook dit project wordt samen met de twee andere Ple1n gemeenten opgepakt. Als duidelijk is wat de bedrijfsdoelstellingen zijn van dit samenwerkingsverband kunnen we verder met de concrete ontwikkeling van het KCC. Vanaf 6 januari 2014 werken we volgens de regels van deze nieuwe wet BRP. De opleidingen starten in de loop van 2014. Op dit moment is geen projectleider aangesteld. Benoemde speerpunten voor 2013 Voor het KCC wordt een plan van aanpak gemaakt. In 2012 wordt gestart met de uitvoering van dit plan. In 2013 wordt de uitwerking verder doorgevoerd. Voor het aansluiten van de BRP is belangrijk dat op zeer korte termijn een projectleider wordt aangesteld. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Inwoners kunnen vertrouwen op juiste registratie persoons-gegevens. Fouten binnen wettelijke normen. Audit dit jaar niet verplicht Audit dit jaar niet verplicht Goedkeurende audit Tevredenheid inwoners t.a.v. burgerlijke stand. Rapportcijfer (enquête huwelijken). Rapportcijfer In 2013 is er geen enquête uitgezet. Rapportcijfer Vergelijking dienstverlening tussen 210 gemeenten Rapport cijfer Dienstverlening 19 maart 2013 7.9 Rapportcijfer Dienstverlening 19 maart 2013 7,9 Rapportcijfer moet voldoende zijn Benchmark Waar staat je gemeente.nl 8. 58 8. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 4.1 Dienstverlening, Burgerlijke stand en Bevolking Lasten 1.148,4 1.344,5 -63,9 1.280,6 1.095,9 Baten -520,8 -655,3 129,6 -525,7 -484,1 -41,6 627,7 689,2 65,7 754,9 611,8 143,1 0,0 -68,8 0,0 -68,8 -68,8 0,0 Saldo lasten -/- baten 184,7 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.1 Dienstverlening, burgerlijke stand en bevolking Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 143 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Meer afdrachten betaald voor naturalisatie 12 Minder kosten voor inburgering via Optimisd vanwege afbouw van taken 66 Minder leges ontvangen dan begroot; met name voor paspoorten Minder afdrachten aan het rijk vanwege minder inkomsten aan leges 32 11 Minder leges ontvangen voor burgerlijke stand 9 Minder salariskosten voor voltrekken huwelijk 6 Afdrachten verklaringen omtrent gedrag 17 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead vanwege langdurig zieken 160 Verdeling doorbelasting kosten belasting WBI 30 Overige kleine verschillen: Totaal 243 verklaard verschil 143 59 100 4.2 Bestuursorganen, bestuurlijke ondersteuning en presentatie Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma heeft betrekking op de gemeentelijke bestuursorganen (raad, college en burgemeester), op de bestuurlijke communicatie en representatie en op de (elektronische) dienstverlening. Relevante beleidsnota’s Protocollenboek representatie. Beleid informatievoorziening 30-05-2006. Intentieverklaring Raad in ontwikkeling 20-05-2010 Communicatiebeleid 2012 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wij willen een gemeente zijn die goed communiceert en interactief handelt. Communicatie is tweerichtingsverkeer. Hieronder verstaan we enerzijds dat we inwoners duidelijk informeren over de keuzes die we maken en waarom we dat doen. Anderzijds betekent het ook dat we naar hen luisteren en kijken of en zo ja hoe we ideeën, gedachten, voorstellen en wensen van inwoners kunnen inpassen in ons beleid. We betrekken inwoners bij beleidsvorming en – uitvoering. We richten ons dus steeds meer op burgerparticipatie en werken doelgroepgericht. Wat hebben we bereikt? Voor diverse projecten en voorbereiding van besluiten zijn inwoners, instellingen en bedrijven betrokken en geïnformeerd. Dit door middel van informatieavonden, brieven, publicaties en keukentafelgesprekken. De uitkomsten hiervan zijn meegenomen in het beleid. De gemeenteraad heeft de ambitie zijn werkwijze voortdurend te ontwikkelen. De werkgroep Raad in ontwikkeling die daarvoor is opgericht blijft in 2013 voortbestaan. In 2013 is de werkgroep meerdere malen bij elkaar geweest en zijn er adviezen voorbereid voor de gemeenteraad. Via onze social media kanalen kunnen inwoners op een laagdrempelige manier in contact komen met de gemeente en zo een vraag stellen, mening geven of een idee aandragen. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? We volgen het communicatiebeleid zoals dit in 2012 is vastgesteld door het college. Dit beleid stoelt op de doelen zoals hierboven beschreven. Wat hebben we daar voor gedaan? Lancering van nieuwe taakgerichte website. Intensievere inzet van social mediakanalen, start facebook. Fietstochten college van B&W in de dorpen. Introductie jeugdlintje. Tegen het einde van dat jaar zal deze werkgroep, zoals aan het einde van elke raadsperiode, een evaluatie houden van het functioneren van de raad en verbeterpunten voorstellen ter overdracht aan de nieuwe gemeenteraad in 2014. Voor de gemeenteraad gaat ook actueel worden de intergemeentelijke samenwerking. De rol van de gemeenteraad daarbij zal in 2013 nader vormgegeven worden. De werkgroep Raad in ontwikkeling is vooral actief geweest in de tweede helft van 2013 om de raadsperiode te evalueren en verbeterpunten aan te dragen voor de nieuwe raad. De raad is meerdere malen betrokken geweest bij de intergemeentelijke samenwerking. Er zijn daadwerkelijk besluiten genomen om te komen tot een samenwerking en er is o.a. met de fractievoorzitters gesproken van de deelnemende gemeenten. Benoemde speerpunten voor 2013 Rol bepalen voor de raad bij de intergemeentelijke samenwerking In het bedrijfsplan ambtelijke samenwerking zal aandacht worden besteed aan de rol van de gemeenteraad in de nieuwe constructie. Effecten & Indicatoren Er zijn geen meetbare doelen benoemd. 60 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 4.2 Bestuursorganen, bestuurlijke Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief ondersteuning en representatie Lasten Baten Saldo lasten -/- baten 2.273,6 2.587,6 684,9 3.272,5 3.125,7 146,8 -182,9 -258,3 -678,0 -936,3 -947,4 11,1 2.090,7 2.329,3 6,9 2.336,2 2.178,3 157,9 -95,5 -162,7 -678,0 -840,7 -834,2 -6,5 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.2 Bestuursorganen, bestuurlijke ondersteuning en presentatie Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 158 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Hogere acoountantskosten door aanvullende werkzaamheden voor jaarrekening 2012 en Ple1n Lagere kosten voor commissies 19 10 Onderschrijding budget "dualisme" 8 Niet aangewende NUP-gelden 12 Niet aangewende gelden programma Dienstverlening 23 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Vertraging in het programma Dienstverlening 12 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 17 Minder uren besteed aan bestuurlijke ondersteuning door directie en stafafdeling (o.a. als gevolg van ziekteverzuim) 93 Minder uren besteed aan communicatie (o.a. door ziekteverzuim) 81 Hogere kapitaallasten door extra afschrijving hardware in verband met aanschaf nieuw systeem Overige kleine verschillen: 46 1 Totaal 240 verklaard verschil 158 61 82 4.3 Bestuurlijke samenwerking Wat omvat het deelprogramma? Inventarisatie van bestaande intergemeentelijke samenwerking en uitgangspunten voor de toetsing van nieuwe intergemeentelijke samenwerking. Relevante beleidsnota’s Rekenkameronderzoek Sturing en controle op gemeenschappelijke regelingen (2007). Kadernota’s en begrotingsvoorstellen gemeenschappelijke regelingen (2008). Adoptieregeling toetsing jaarstukken gemeenschappelijke regeling. Nota Verbonden Partijen (2008). Visiedocument Loslaten en Vertrouwen Rekenkameronderzoek Uitvoering op afstand: sturing of stuurloos? Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Met samenwerking tussen gemeenten willen we bereiken: vermindering van kwetsbaarheid professionalisering door schaalvergroting spreiding van risico’s kennisdeling verbeterde service aan de klant Hierin zullen kostenreductie, kwaliteit en kwetsbaarheid (de zogenaamde 3 k’s) centraal gesteld worden. Hiervoor is een visie op samenwerkingsontwikkeling opgesteld. De landelijke ontwikkelingen zijn bij de visieontwikkeling betrokken. Met samenwerking tussen gemeenten en met andere partners zoals waterschappen willen we bereiken dat de regio sterk op de kaart komt te staan zonder daarvoor al te veel bestuurlijke drukte (geen formele gemeenschappelijke regeling) te maken. Wat hebben we bereikt? De raad heeft in de vergadering van 13 juni 2013 besloten om in te stemmen met een verder onderzoek naar de samenwerking tussen Boxtel, Haaren en SintMichielsgestel. Ook de gemeenten Schijndel en SintOedenrode zijn bij dit proces betrokken geweest. Later in het jaar hebben deze beide raden besloten om samen met Veghel een onderzoek op te starten naar gemeentelijke herindeling. Daarnaast bestaat, tot 1-1-2018 , de bestaande ambtelijke samenwerking van Ple1n-gemeenten. In deelprogramma 4.7 wordt de Ple1n-samenwerking nader toegelicht. De visie op samenwerking is door de raad overgenomen. Bij de uitvoering van projecten wordt waar mogelijk de samenwerking gezocht met andere partners. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De visie op samenwerkingsontwikkeling delen met mogelijke samenwerkingspartners, bij voorkeur binnen de Meierij. Nieuwe terreinen voor samenwerking ontdekken en ontwikkelen. Hierbij is ook denkbaar de samenwerking met andere partners zoals provincie en waterschappen. Wat hebben we daar voor gedaan? De gemeenten binnen de Meierij hebben de visie op samenwerkingsontwikkeling aangenomen. Bestaande samenwerkingsverbanden worden positief/kritisch gevolgd, met name op het gebied van de ontwikkeling van de zogenaamde 3 K’s. Door de Rekenkamer Commissie is een onderzoek ingesteld naar stuurbaarheid van gemeenschappelijke regelingen. Dit rapport is door de raad vastgesteld en het college heeft de aanbevelingen overgenomen. Visie is opgesteld. 62 Benoemde speerpunten voor 2013 Verkenning van mogelijke terreinen van samenwerking en de ontwikkeling van juiste samenwerkingsverbanden. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Vermindering van de kwetsbaarheid, uitvoering taken, het garanderen van een acceptabel kostenniveau met een hoog kwaliteitsniveau van de door de gemeente te leveren producten. Ontwikkeling hoogte van de bijdrage per inwoner van de verschillende samenwerkingsverbanden ook in overeenstemming met kostenontwikkeling gemeente. Begroting 2013 Kosten gelijke tred met ontwikkeling gemeente Rekening 2013 Kosten gelijk aan de begroting van de gemeente. Meetbaar doel Kostenontwikkeling maximaal gelijk aan kostenontwikkeling binnen gemeentelijke begroting, voor 2013 vastgesteld op 1%. Opm. Veiligheidsregio Brabant Noord BHIC + 2,57 % + 6,74 % GGD -1,2% RAV 0% OptimIsd (excl. programma’s) WSD -2% Door onzekere ontwikkelingen (Lenteakkoord) is dit nog niet bekend. Stadsgewest Nog niet bekend 0% 63 Harmonisatie tarieven Taakstellende bezuiniging Vanaf 2011 geen gemeentelijke bijdrage Afbouw Vlagheide Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 4.3 Bestuurlijke samenwerking Lasten 62,8 237,1 -141,1 96,0 98,1 -2,1 Baten -15,8 0,0 0,0 0,0 -51,9 51,9 47,0 237,1 -141,1 96,0 46,2 49,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.3 Bestuurlijke samenwerking Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 50 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead: verschuiving uren bestuurlijke samenwerking naar bestuurlijke ondersteuning 42 Overige kleine verschillen: 8 Totaal 50 verklaard verschil 50 64 0 4.4 Strategisch beleid Wat omvat het deelprogramma? Strategisch beleid. Relevante beleidsnota’s Zieners 2025. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Door het ontwikkelen van een toekomstvisie spelen we, tijdig en in goede samenhang met de diverse beleidsvelden, in op maatschappelijke veranderingen en veranderende vragen en eisen van inwoners. Wat hebben we bereikt? Meerdere malen is gesproken over het actualiseren van de nota Zieners 2025. Uiteindelijk is in samenspraak met het Presidium besloten om met de nieuwe raad een evaluatie van Zieners 2025 te houden. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? In eerste kwartaal van 2013 evalueren en actualiseren we de visie Zieners van 2025 Wat hebben we daar voor gedaan? Met instemming van het Presidium is gekozen voor een andere route. Met de nieuwe raad zal een evaluatie worden gehouden van Zieners 2025. Benoemde speerpunten voor 2013 Actualisatie van de visie Zieners van 2025. In overleg met de raad wordt de actualisatie in 2014 opgepakt. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Aan de hand van een visie tijdig inspelen op maatschappelijke veranderingen. Integrale vastgestelde beleidsvisie. Geactualiseerde visie beschikbaar Geactualiseerde visie is beschikbaar Actuele strategische visie. 65 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 4.4 Strategisch beleid Lasten 26,7 2,5 0,0 2,5 14,8 -12,3 Baten 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 26,7 2,5 0,0 2,5 14,8 -12,3 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.4 Strategisch beleid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 12 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 12 Overige kleine verschillen: Totaal 0 verklaard verschil 12 12 66 4.5 (bedrijfsvoering) Risicobeheer Wat omvat het deelprogramma? Risicomanagement en het beheersbaar maken van de risico’s. Relevante beleidsnota’s Nota weerstandsvermogen 2005/2006. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wij waarborgen de continuïteit van de bedrijfsvoering binnen de gemeente. Calamiteiten voorkomen wij en maken deze zo nodig op voorhand beheersbaar. De vermogenspositie van de gemeente is goed en wordt beschermd. Daar waar risico’s zijn, worden ze tijdig herkend, beschreven en beoordeeld en waar noodzakelijk afdoende verzekerd. Wat hebben we bereikt? De continuïteit van de bedrijfsvoering is in 2013 gewaarborgd. Dit blijkt onder meer uit het rapport van de accountant naar aanleiding van de interim-controle 2013. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De risicoanalyse is gericht op de nieuwe zaken en ontwikkelingen binnen de gemeente. De risico’s van de grondexploitatie hebben bijzondere aandacht. Elke 2 jaar voeren wij een organisatie brede risicoinventarisatie uit. Wat hebben we daar voor gedaan? Regelmatig vinden er risicoanalyses plaats. In het kader van de verbijzonderde interne controle vinden deze continue plaats. Ten aanzien van de risico’s van de grondexploitaties wordt de raad 2 maal per jaar hierover geinformeerd. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Een gemeente met een betrouwbaar imago die geen onverwachte financiële tegenvallers presenteert. Verhouding tussen omvang van de geïnventariseerde risico’s tot het beschikbare primaire weerstandsvermogen. Begroting 2013 126% 67 Rekening 2013 97,25% Meetbaar doel 100% dekking Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 4.5 Risicobeheer (bedrijfsvoering) Lasten 79,5 63,0 0,0 63,0 84,0 Baten 0,0 0,0 -32,7 -32,7 -32,8 0,1 79,5 63,0 -32,7 30,3 51,2 -20,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten -21,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.5 (bedrijfsvoering) Risicobeheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 21 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 21 Overige kleine verschillen: Totaal 0 verklaard verschil 21 21 68 4.6 (bedrijfsvoering) Budgetcyclus Wat omvat het deelprogramma? Budgetcyclus. Relevante beleidsnota’s Verordeningen op basis van de artikelen 212 en 213a van de gemeentewet. De betreffende nota’s zijn actueel. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Er is een gemeentebegroting en –rekening die voldoen aan de wettelijke eisen en aan de uitgangspunten van Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden (SMART). Hierdoor fungeert de begroting daadwerkelijk als kaderstellende nota en de jaarrekening als middel voor verantwoording en controle. We bouwen op een goede en evenwichtige wijze de instrumenten op binnen de budgetcyclus, zodat de raad en college tijdig, volledig en juist over zowel beleidsinhoudelijke als bedrijfsmatige informatie beschikken om de gemeente op hoofdlijnen te kunnen besturen. Als blijkt dat er aanpassingen noodzakelijk zijn zullen die door tussenkomst van een nieuw te vormen Werkgroep Ombouw Begroting dan wel de Controlecommissie worden doorgevoerd. Wat hebben we bereikt? Onze begroting en rekening voldoen aan de eisen zoals die zijn verwoord in de BBV (besluit begroten en verantwoorden). Een daarvan is de SMARTformulering. In samenspraak met de raad wordt voortdurend kritisch gekeken naar de instrumenten uit de p&ccyclus. In 2013 zijn geen nieuwe veranderingen aangebracht. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Met de raad is de afspraak gemaakt om in deze raadsperiode geen verandering meer aan de instrumenten uit de p&c cyclus door te voeren. Na de raadsverkiezingen in 2014 wordt dat opnieuw beoordeeld. Wat hebben we daar voor gedaan? In 2013 zijn er geen veranderingen aan de instrumenten aangebracht. Uit de managementrapportage en controlerapport van de controlerende accountant blijkt dat de instrumenten uit de P&C-cyclus goed zijn opgezet. Voor 2013 hanteren we de volgende instrumenten: * voorjaarsnota 2013 mei 2013 * jaarrekening 2012 mei 2013 * begroting 2014 oktober 2013 Voorjaarsnota 2013: vastgesteld op 16 mei 2013 Jaarrekening 2012: vastgesteld op 16 mei 2013 Begroting 2014: vastgesteld op 24 oktober 2013. De informatie over het verloop van 2013 zal mondeling ten tijde van de vaststelling van de begroting 2014 worden verstrekt. Door middel van een presentatie is de raad op 3 oktober 2013 geïnformeerd over het verloop van 2013. 69 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Heldere kaders voor de uitvoering van beleid door het college. Begroting die voldoet aan eisen SMART 90% doelstellingen SMART geformuleerd Rekening 2013 90% doelstellingen SMART geformuleerd Meetbaar doel P&Cyclus die tot tevredenheid functioneert van het controlerende orgaan. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 4.6 Budgetcyclus (bedrijfsvoering) Lasten 117,9 Baten Saldo lasten -/- baten 124,7 0,0 124,7 118,1 6,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 117,9 124,7 0,0 124,7 118,1 6,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.6 (bedrijfsvoering) Budgetcyclus Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 7 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 7 Overige kleine verschillen: Totaal 7 verklaard verschil 7 70 0 4.7 (bedrijfsvoering) Middelenbeleid Wat omvat het deelprogramma? Personeel en organisatie, informatievoorziening en automatisering, facilitaire zaken en huisvesting. Relevante beleidsnota’s Visiedocument Geen groei zonder verandering. P & O beleidsplan 2010 - 2014 Kadernota Elektronische dienstverlening. Inrichtingsplan werkeenheid I & A PLE1N Begroting werkeenheid I & A PLE1N Inrichtingsplan werkeenheid P & O PLE1N Begroting werkeenheid P & O PLE1N Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) We streven naar een effectief en efficiënt functionerende gemeentelijke organisatie die • vraaggericht is en weet wat de klant wil; • de verantwoordelijkheden en bevoegdheden laag in de organisatie heeft gelegd; • zoveel mogelijk “klaar terwijl u wacht” producten levert; • flexibel is en kan inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen, trends en ICT-ontwikkelingen. Kortom, het doel van de ambtelijke organisatie is het verlenen van een kwalitatief optimale dienstverlening aan de burgers en het professioneel ondersteunen van de gemeentelijke bestuursorganen. De onderdelen Personeel en organisatie, informatievoorziening en automatisering, facilitaire zaken en huisvesting staan direct of indirect ten diensten van de dienstverlening aan de burger. Wat hebben we bereikt? In 2013 kwam binnen PLE1N een dienstverleningsconcept tot stand, dat betrokken gaat worden in het onderzoek naar ambtelijke fusie tussen onze gemeente, Boxtel en Haaren. De zorgloketten gaan uit van dezelfde filosofie te weten: het stellen van de vraag achter de vraag en compensatie op maat. De dienstverlening is voorts uitgebreid met smsservice. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Personeel en organisatie • Uitvoeren strategische personeelsplanning, ombuigingen op de formatie incluis; • Harmoniseren binnen PLE1N van arbeidsvoorwaarden; • Beleid ontwikkelen en uitvoeren op thema’s, zoals vergrijzen, binden, mobiliteit en Het Nieuwe werken; Wat hebben we daar voor gedaan? Het strategisch personeelsplan 2011 t/m 2018 is v.w.b. de jaarschijf 2013 uitgevoerd. De gemeenteraad is ook in 2013 voortschrijdend geïnformeerd omtrent de voortgang van het realiseren van de ombuigingstaakstellingen op personeel. Ten gevolge van de wijziging van de omstandigheden i.c. de voorgenomen bestuurlijke fusie tussen SintOedenrode, Schijndel en Veghel en het onderzoek naar een ambtelijke fusie tussen Sint-Michielsgestel, Boxtel en Haaren, is het van een algehele harmonisatie van arbeidsvoorwaarden binnen PLE1N in 2013 niet gekomen. Binnen PLE1N is afgesproken om – voor zover aan de orde - het streven naar harmonisatie meer themagericht te gaan bepalen. Voor wat betreft het onderzoek naar ambtelijke fusie tussen onze gemeente, Boxtel en Haaren, is uiteraard een algehele harmonisatie van arbeidsvoorwaarden uitgangspunt. In 2013 is weliswaar PLE1N-breed geen beleid ontwikkeld op thema’s, zoals vergrijzen, binden, mobiliteit en Het Nieuwe Werken, de onderwerpen waren uiteraard wel regelmatig punt van aandacht. 71 • Samen stellen van een beleidsplan P & O voor de periode vanaf 2014; Facilitaire aangelegenheden • Uitvoering geven aan de vastgestelde ombuigingen; • Ontwikkeling inkoopfunctie centraal, decentraal en intergemeentelijk Juridische aangelegenheden • Afhankelijk van draagvlak, het vorm en inhoud geven aan intergemeentelijke samenwerking op dit terrein. I&A * Werkeenheid I&A voor de PLE1N-gemeenten verder ontwikkelen en de dienstverlening aan de gemeenten optimaliseren; * Gebruik en inrichten van applicaties standaardiseren; * Ondersteunen en faciliteren van de dienstverlening aan de burgers. De speerpunten van beleid worden opgenomen in de kadernota’s van PLE1N P & O. Een beleidsplan P & O voor de periode vanaf 2014, is niet samengesteld. Ook wat dat aangaat komt de focus naar verwachting meer en meer te liggen op de Meierijsamenwerking. De voorgenomen ombuigingen voor 2013 op facilitair werden volgens planning gerealiseerd door aanpassing van programma’s van eisen en opnieuw aanbesteden. De voorgenomen beëindiging per 1-12014 van de catering van het bedrijfsrestaurant door WSD, is niet doorgegaan, omdat we er in zijn geslaagd om een alternatief pakket aan ombuigingen te implementeren. Ook in 2013 werd de inkoopfunctie verder geprofessionaliseerd, enerzijds met behulp van actueel inkoopbeleid, procedures en tools en anderzijds door doorontwikkeling van het inkoopplatform Noordoost Brabant (INOB). Uitgangspunt is: Regionaal inkopen als het kan. In afwachting van fusie, bestond de samenwerking op juridisch terrein uit kennis maken, kennis delen en verkenning. Het jaar 2013 stond in het teken van het implementeren van één geautomatiseerd systeem t.b.v. onze gemeente, Haaren en Sint-Oedenrode. Benoemde speerpunten voor 2013 Personeel en organisatie Harmoniseren van arbeidsvoorwaarden voor de drie PLE1N-gemeenten Op vorige pagina is aangegeven, dat harmonisatie van arbeidsvoorwaarden, het logische gevolg zal zijn van de in onderzoek zijnde ambtelijke fusie tussen onze gemeente en Boxtel en Haaren Opstellen van een nieuw functieboek voor de drie PLE1N-gemeenten. Hiervoor geldt hetzelfde. Facilitaire aangelegenheden Ontwikkeling inkoopfunctie, centraal, decentraal en intergemeentelijk. Ook in 2013 werd de inkoopfunctie verder geprofessionaliseerd, enerzijds met behulp van actueel inkoopbeleid, procedures en tools en anderzijds door doorontwikkeling van het inkoopplatform Noordoost Brabant (INOB). Uitgangspunt is: Regionaal inkopen als het kan. Juridische aangelegenheden Afhankelijk van draagvlak, de vorm en inhoud geven aan intergemeentelijke samenwerking op dit terrein. In afwachting van fusie, bestond de samenwerking op juridisch terrein uit kennis maken, kennis delen en verkenning. I&A Standaardiseren van werkprocessen, applicaties en systemen. In 2013 is de standaardisatie van systemen voor de PLE1N-gemeenten gerealiseerd voor Gestel en Haaren. e Afronding Sint-Oedenrode vindt plaats in het 1 kwartaal 2014. Standaardisatie van werkprocessen en applicaties betreft fase 3 van het inrichtingsplan I & A en zal starten na migratie van de systemen, medio 2014. De snelheid waarmee dit gebeurt, is afhankelijk van mogelijke ontvlechting van Sint-Oedenrode en voorgenomen samenwerking met Boxtel. 72 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Bench 200 fpl Een organisatie die kwalitatief en kwantitatief in staat is goede diensten te leveren. Organisatie Facilitaire zaken Formatie. 153 153 Ondersteunende formatie 43 42 Verhouding formatie/ondersteunende formatie. 28,1 % 27,5 Leidinggeven. 6,5 6,5 Span of control. 23 23 Niet lager dan 20 fpl Werkplekdeling gemeentehuis 90% 90% 90% Gecentraliseerd facilitair beheer en beleid. Maximaal 30% T.b.v. alle locaties 4 4 Huisvesting. Kwaliteit huisvesting Gemeentehuis Gemeentehuis Nieuwbouw Staat onderhoud 2007 goed 2007 goed < 20 jaar goed Gemeentewerf Gemeentewerf Nieuwbouw Staat onderhoud 1997 goed 1997 goed < 20 jaar goed Brnd.w.kaz. Berl. Brnd.w.kaz. Berl. Nieuwbouw Staat onderhoud 2001 goed 2001 goed < 20 jaar goed Brnd.w kaz SMG Brnd.w.kaz SMG Nieuwbouw Staat onderhoud 2011 goed 2011 goed < 20 jaar goed 73 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening Restant 2013 budget definitief 4.7 Middelenbeleid (bedrijfsvoering) Lasten 3.339,1 2.023,6 -15,2 2.008,4 2.454,4 -446,0 Baten -1.076,8 -1.127,2 -43,3 -1.170,5 -875,3 -295,2 2.262,3 896,4 -58,5 837,9 1.579,1 -741,2 -1.030,4 -827,2 -43,3 -870,5 -858,2 -12,3 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 4.7 (bedrijfsvoering) Middelenbeleid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 741 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Hogere kosten facilitaire ondersteuning 27 Lagere studiekosten 22 Hogere vergoedingen voor reis- en verblijfkosten en hogere onkostenvergoedingen 27 Hogere brandstofkosten tractiemiddelen 15 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead - negatief effect veroorzaakt door overhead (geen raming,maar wel toerekening overhead) - meer uren geschreven dan geraamd voor de verdere ontwikkeling van de website en VINDproductencatalogus op de website 134 78 - neer uren geschreven door de Ondernemingsraad 24 - overige afwijkingen 22 Kapitaallasten 13 Lagere bijdrage Ple1n P&O 83 Lagere bijdrage Ple1n I&A 64 Lagere bijdrage Ple1n WBI 20 Stelpost inzet menskracht op kostendekkende activiteiten wordt op programmaniveau toegelicht. 300 Verschil op saldi kostenplaatsen door toerekening overhead aan de programma's 273 Overige kleine verschillen: 17 Totaal 189 verklaard verschil 930 741 74 Programma 5. Educatie, cultuur en welzijn We willen bijdragen aan het welbevinden van inwoners door activiteiten op gebied van zorg, educatie en recreatie te bevorderen. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 5.1 Huisvesting onderwijs 5.2 Lokaal Onderwijsbeleid 5.3 Kinderopvang 5.4 Sociaal Cultureel Werk 5.5 Bibliotheekvoorziening 5.6 Vormings- en ontwikkelingswerk 5.7 Sportvoorzieningen 5.8 Kunst, Cultuur en Oudheid 5.1 Portefeuillehouder A.H.M. Maas A.H.M. Maas A.H.M. Maas A.H.M. Maas A.H.M. Maas A.H.M. Maas / Mr. J.C.M. Pommer A.H.M. Maas A.H.M. Maas Huisvesting onderwijs Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op huisvesting basisonderwijs, speciaal onderwijs en voortgezet onderwijs. Relevante beleidsnota’s Integraal huisvestingsplan 2010 – 2014 Accommodatieplan Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Dat kinderen en jongeren in de leeftijd van 0-18 jaar in een adequate huisvesting hun ontwikkelingsperiode in een doorgaande lijn kunnen doorbrengen. Voor de leeftijd van 0-12 jaar in accommodaties waarin meerdere partners via gezamenlijk gebruik hun activiteiten uitvoeren. Voor de scholen voortgezet en speciaal onderwijs in daarvoor geschikte functionele ruimten en voorzieningen. Wat hebben we bereikt? Samenwerking tussen partners van de educatieve clusters bevorderen, door ze gezamenlijk onder 1 dak te huisvesten. De doorgaande lijn wordt daarmee geborgd. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? In 2012 de realisering van het educatief cluster Schoolstraat in Berlicum. In 2012 de start van de bouw van het educatief cluster Sint-Michielsgestel Oost en in 2013 de start van het educatief cluster Den Dungen. Uitvoering geven aan het IHP 2010. Wat hebben we daar voor gedaan? In 2012 is de Parel, het educatief cluster in Berlicum in gebruik genomen. In augustus 2013 is de Elips (educatief cluster SintMichielsgestel Oost) opgeleverd en in gebruik genomen. In april 2013 is de bouw gestart van het educatief cluster Den Dungen. Benoemde speerpunten voor 2013 Het in gebruik nemen van het educatieve cluster Schoolstraat. De start van de realisatie educatief cluster Sint-Michielsgestel Oost. Een vervolg geven aan de ontwikkeling van het educatief cluster Den Dungen. Zie hierboven bij wat hebben we daar voor gedaan. 75 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Een ononderbroken ontwikkeling voor kinderen van 0 t/m 12 jaar. Aantal educatieve clusters Begroting 2013 Rekening 2013 3 2 Meetbaar doel Realiseren van 3 educatieve clusters. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.1 Huisvesting onderwijs Lasten 3.542,5 2.654,0 563,4 3.217,4 3.046,2 171,2 Baten -1.125,3 -10,5 -723,9 -734,4 -640,8 -93,6 2.417,2 2.643,5 -160,5 2.483,0 2.405,4 77,6 576,6 -10,5 -723,9 -734,4 -619,5 -114,9 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 76 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.1 Huisvesting onderwijs Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 78 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Bijdrage tijdelijke huisvesting de Touwladder en de Fonkel 194 Dekking via reserve tijdelijke huisvesting educatief cluster Lagere vergoeding doordecentralisatie bijzonder onderwijs 194 80 Lagere huurkosten Theresiaschool en De Parel 21 Huurinkomsten Speelband, de Bolderburen en Beertjeshuis 16 Kosten voor het verwijderen en opslaan van de noodlokalen van het Elde College 7 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Ten behoeve van de buitenruimte van het educatief cluster Sint-Michielsgestel is een budget beschikbaar van € 667.500. Hiervan is € 398.670 uitgegeven in 2013. Het restant dient overgeheveld te worden naar 2014. 269 Dekking via de vrije investeringsreserve 269 Ten behoeve van de inrichting van het openbaar gebied educatief cluster Den Dungen is een budget 40 beschikbaar van € 40.000 dit is nog niet besteed in 2013 en dient te worden overgeheveld naar 2014. Dekking via de vrije investeringsreserve 40 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 44 Kapitaallasten 20 Overige kleine verschillen: 8 Totaal 640 verklaard verschil 78 77 562 5.2 Lokaal Onderwijsbeleid Wat omvat het deelprogramma? Lokaal onderwijsbeleid ( zie paragraaf Jeugd) en leerlingenvervoer. Relevante beleidsnota’s Nota Samen werken aan groei 2011-2014 Verordening leerlingenvervoer 2012. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Het onderdeel “lokaal onderwijsbeleid “ wordt weergegeven in paragraaf 5.4 Doel van participatie, meer specifiek volwasseneneducatie, is het bieden van mogelijkheden tot een actieve en volwaardige deelname in de samenleving (sociaal en economisch) voor mensen in een achterstandssituatie zoals inburgeraars, baanlozen en autochtone volwassenen met een taal- of leerachterstand. Volwasseneneducatie kan enerzijds zijn basiscursussen voor volwassenen en anderzijds ‘tweede kans-’onderwijs voor voortijdig schoolverlaters (Vavo). Leerlingenvervoer: veilig en doelmatig vervoer bieden aan leerlingen die niet zelfstandig van en naar school kunnen volgens de criteria van de Verordening leerlingenvervoer. Wat hebben we bereikt? Volwasseneneducatie: het budget voor Vavo is per 1 januari 2013 toegekend aan het ROC. De gemeente heeft daarmee dus geen bemoeienis meer. Leerlingenvervoer: Aantal beschikkingen: 149 Soort voorziening: 3 fiets 3 fiets met begeleiding 28 eigen vervoer speciaal basisonderwijs 12 openbaar vervoer speciaal onderwijs (art 15) 3 openbaar vervoer met begeleiding SO 14 eigen vervoer speciaal onderwijs 2 weekendvervoer speciaal onderwijs (internaat) 1 gehandicapt kind reguliere school (taxi) 3 hardheidsclausule 74 taxivervoer Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Leerlingenvervoer: op basis van de verordening leerlingenvervoer toetsen we aanvragen om bekostiging van vervoerskosten. Waar nodig, regelen we taxivervoer. Waar mogelijk, betalen we de kosten van fiets- en autovervoer en openbaar vervoer. Wat hebben we daar voor gedaan? We hebben 149 beschikkingen afgegeven, met een verdeling conform bovenstaande tabel. Het taxivervoer is opnieuw aanbesteed voor de jaren 2013-2017. Het college heeft opstapplaatsen ingesteld. Volwasseneneducatie: we hebben contracten met het Koning Willem 1 College en de Leijgraaf om mensen zodanig op te leiden dat zij kunnen deelnemen aan de maatschappij. We zetten in op laaggeletterdheid en schenken aandacht aan MOE-landers. Volwasseneneducatie: 153 trajecten ingekocht op basis van contacturen. Benoemde speerpunten voor 2013 Leerlingenvervoer: de verordening leerlingenvervoer 2012 en de daarmee verband houdende beleidsregels zullen strikt worden uitgevoerd. Volwasseneneducatie: het leerpunt dat in 2012 in samenwerking met Partis is opgestart zal worden gecontinueerd. 78 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Zelfstandig economisch en /of maatschappelijk functioneren Aantal afgeronde opleidingen in relatie tot aantal cursisten Leerlingenvervoer: Ononderbroken leerweg voor leerlingen in het regulier en speciaal (basis-)onderwijs, meer verantwoordelijkheid voor ouders en meer zelfstandigheid voor de leerling Aantal toekenningen: -Fietsvergoeding -Kosten openbaar vervoer -Vergoeding eigen auto -Toekenning taxivervoer 90 % 135 Rekening 2013 Meetbaar doel Nog niet bekend 90% afgeronde opleidingen Aantal toegekende vervoersvoorzieningen 149 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.2 Lokaal onderwijsbeleid Lasten 729,8 823,8 -181,2 Baten -148,7 -202,9 136,2 581,1 620,9 -45,0 0,0 0,0 -30,0 -30,0 Saldo lasten -/- baten 642,6 574,6 68,0 -66,7 -56,2 -10,5 575,9 518,5 57,4 -30,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 79 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.2 Lokaal onderwijsbeleid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 57 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Lagere kosten leerlingenvoervoer vanwege nieuw beleid en nieuwe aanbesteding taxivervoer 76 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 3 Kapitaallasten 17 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 77 verklaard verschil 57 80 20 5.3 Kinderopvang Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma heeft betrekking op peuterspeelzalen, kinderopvang en buitenschoolse opvang. Relevante beleidsnota’s Handhavingsbeleid Kinderopvang en buitenschoolse opvang. Nota jeugd- en onderwijsbeleid ‘Samen werken aan groei’ 2011-2014 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Voor de jeugd van 0-12 jaar zijn er voldoende en kwalitatief goede opvangmogelijkheden. Er is een goede onderlinge samenwerking die de doorgaande ontwikkelingslijn stimuleert. Wat hebben we bereikt? Het aantal locaties kinderopvang is in 2013 uitgebreid bij Educatieve Clusters. Er zijn tijdelijke maatregelen getroffen voor Stichting Speelband gezien hun financiële situatie. Inmiddels is de kwaliteit van kinderdagverblijven op het gebied van VVE verbeterd. Daarom hebben zij aangegeven daar graag nieuwe beleidsafspraken voor te maken. Dit wordt meegenomen in de nieuwe ontwikkelingen rondom de harmonisatie. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Voldoen aan onze wettelijke taak op het gebied van toezicht en handhaving. Daarnaast kinderopvang betrekken in Educatieve Clustervorming. Wat hebben we daar voor gedaan? Door personele problemen bij de GGD zijn niet alle kinderdagverblijven in 2013 geïnspecteerd. Die zijn begin 2014 opgepakt. De directeur van de basisschool is spil in de Educatieve Clusters en betrekt de partners daarbij. Er zijn in 2013 9 gezamenlijke pedagogische visies opgesteld. Het tekort van Speelband in 2013 is opgevangen met de incidentele middelen voor educatieve clustervorming (eerder al gemeld middels een raadsinformatiebrief). Benoemde speerpunten voor 2013 Speerpunt voor 2013 is het creëren van peuterarrangementen bij Educatieve Clusters (groepen combineren met een leidster van de peuterspeelzaal en een pedagogisch medewerker van de kinderopvang). Het ontwikkelen van formele peuterarrangementen tussen kinderopvang en peuterspeelzaal is niet gelukt door strenge wet- en regelgeving. Maar op sommige locaties wordt praktisch wel samengewerkt. 81 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Een ononderbroken ontwikkeling voor kinderen 012 jr. % kinderdagverblijven en peuterspeelzalen dat zorgt voor warme overdracht naar de basisschool 100% Kwaliteit kinderopvang is gewaarborgd. % inspectierapporten van de GGD die niet verontrustend zijn 85% Rekening 2013 100% (1 school tijdelijk geen contactpersoon, maar is opgelost) 87,5% Meetbaar doel Controleren of voor elk kind het overdrachtsformulier wordt besproken. Handhavingsacties die nodig zijn n.a.v. inspectierapporten van de GGD. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.3 Kinderopvang Lasten 287,1 301,7 -0,5 301,2 311,0 -9,8 Baten -92,3 -21,1 -55,7 -76,8 -76,6 -0,2 Saldo lasten -/- baten 194,8 280,6 -56,2 224,4 234,4 -10,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 82 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.3 kinderopvang Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 10 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 7 Overige kleine verschillen: 3 Totaal 0 verklaard verschil 10 10 83 5.4 Sociaal-cultureel werk Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma heeft betrekking op sociaalculturele activiteiten en het jeugd- en jongerenwerk. Relevante beleidsnota’s Subsidieprogramma 2013-2016. Nota Jeugd en Onderwijsbeleid 2011-2014 “Samen werken aan groei”. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Een samenhangend geheel aan voorzieningen en activiteiten voor de jeugd (0-23 jaar) en hun opvoeders. Wat hebben we bereikt? Er is ook een jongereninloop gecreëerd in Berlicum en na het IDOP zijn vrijwilligers gezocht voor meidenwerk in Gemonde. In Sint-Michielsgestel is de jongereninloop terug verhuisd naar de Van de Kerkhoffstraat om de binding met de wijk te herstellen. Er zijn nieuwe afspraken gemaakt voor zorgteam overleg 0-4 jarigen tussen jeugdgezondheidszorg en kinderdagverblijven en peuterspeelzalen. Voor de plannen van passend onderwijs heeft WSNS ook de voorscholen betrokken en de zorgstructuur afgestemd. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Achter de schermen werkt het CJG samen met Vught en Haaren, maar ook steeds meer in Meierij verband. Daardoor zijn er voor ouders meer mogelijkheden voor informatie en advies. Daarnaast bereiden we ons voor op de transitie jeugdzorg. Wat hebben we daar voor gedaan? Er is een gezamenlijke CJG site en er vindt op Meierij niveau en in Noordoost Brabant coördinatoren overleg plaats. Er is een scholingsplan ontwikkeld voor deskundigheidsbevordering van CJG teams. Hiervoor hadden we nog provinciale middelen, evenals voor de pilots uit het Regionale Actie Programma. Daarom zijn er middelen van 2013 vrij gevallen en wordt er voor 2014 een nieuw voorstel gedaan, omdat die activiteiten dan voor onze eigen rekening komen en de meeste voorbereidingen voor de transitie plaats moeten vinden. Bovendien duurt de procedure voor het realiseren van een jongeren hangplek in Berlicum langer, waarvoor in 2014 nog middelen nodig zijn. Het Functioneel Ontwerp voor de Transitie Jeugdzorg is opgesteld i.s.m. relevante partijen. De invoeringsmiddelen worden verzocht over te hevelen naar 2014 omdat dan de basisteams jeugd en gezin opgetuigd moeten worden en de kartrekkende gemeenten nog betaald moeten worden. Benoemde speerpunten voor 2013 Het CJG ‘transitieproof’ maken. We zullen vooral de nul en eerste lijn versterken en een eenvoudige werkwijze voor inzet tweede lijn (dus meer gespecialiseerde zorg) ontwikkelen. De gehele zorgstructuur optimaliseren. Er is gewerkt met klantplannen om samen met het gezin doelen op te stellen en zonder indicatie van Bureau Jeugdzorg enkelvoudig ambulante jeugdzorg in te zetten. En er kon gebruik gemaakt worden van een vrijwilliger van Humanitas als maatje voor het gezin. Er is een scholingsprogramma opgesteld met Pro Education (uitvoering in 2014). 84 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Opvoeders en kinderen zijn beter geïnformeerd over het ondersteuningsaanbod. Op laagdrempelige wijze informatie en adviesfunctie vormgeven en licht pedagogische ondersteuning bieden + 10% t.o.v. 2012 Leerlingen VO maatschappelijk bewuster maken Aantal vervulde maatschappelijke stages (per schooljaar) Goed afgestemde zorg voor kinderen. Signaalgevers en de zorgcoördinatie zijn op elkaar afgestemd Rekening 2013 Meetbaar doel + 30% Telefonische en digitale vragen afgehandeld en / of doorverwezen 240 275 (waarvan 124 bemiddeld door Partis) Wettelijke verplichte leerlingen Gelijk aan 2012 -4% Aantal ketenregistraties in ‘Zorg voor Jeugd’ Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.4 Sociaal Cultureel werk Lasten 188,5 135,5 79,4 214,9 162,6 52,3 Baten -67,8 -7,4 0,0 -7,4 -7,4 0,0 Saldo lasten -/- baten 120,7 128,1 79,4 207,5 155,2 52,3 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 85 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.4 Sociaal cultureel werk Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 52 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Voor de transitie jeugdzorg waren incidentele invoeringsmiddelen beschikbaar van € 79.400; hiervoor is in 2013 € 2.200 uitgegeven. Het restant dient overgeheveld te worden naar 2014. 77 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 26 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 78 verklaard verschil 52 86 26 5.5 Bibliotheekvoorziening Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat de bibliotheken Relevante beleidsnota’s Subsidieprogramma 2013 t/m 2016 (Stimulans tot Meedoen) Accommodatieplan Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Onze bibliotheken zijn bedoeld voor informatievoorziening en als ontmoetingsplek voor onze inwoners. Ook het bieden van ontspanning behoort tot de basisdoelen van de bibliotheek. Wat hebben we bereikt? Bibliotheken doen dienst als ontmoetingsplek. In die zin zorgen zij ook voor aanloop overdag in het gemeenschapshuis waar zij gevestigd zijn of worden. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Daarvoor gaan wij de bibliotheken als basisvoorziening handhaven. Zij worden ondergebracht in de gemeenschapshuizen nieuwe stijl (Kulturhus). Wat hebben we daar voor gedaan? Na de bibliotheek in Berlicum wordt ook de parochiële bibliotheek in Den Dungen in een kulturhus ondergebracht. 2013 Was hiervoor het voorbereidingsjaar. De mogelijkheden voor gebruikers nemen toe omdat de bibliotheken, door selfservice, veel langer open kunnen zijn. Die positieve ervaring is in 2013 opgedaan in Den Durpsherd te Berlicum. Benoemde speerpunten voor 2013 Het handhaven van de bibliotheekvestigingen in onze gemeente in de vorm van kleinere multifunctionele voorzieningen die een plaats krijgen in het Kulturhus. De bibliotheken veranderen van karakter en worden flexibeler door uitbreiding van het aantal (onbemande) openingsuren. Door gebruik te maken van digitale voorzieningen als beveiliging/registratie poortjes is hiervoor geen personeelsuitbreiding nodig. In 2013 gaat bibliotheek Den Dungen zich voorbereiden op verhuizing naar de Litserborg Wat is gerealiseerd? De bibliotheek in Berlicum heeft het voorzieningenniveau uit weten te breiden. Het is mogelijk geworden om binnen de openingsuren van Den Durpsherd materiaal te lenen, ook als er geen personeel is. Dit maakt het voor de gebruiker een stuk gemakkelijker. In 2013 hebben de vrijwilligers van de parochiële bibliotheek in Den Dungen training gekregen om in de Litserborg op dezelfde manier te gaan werken. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator De bibliotheek is een ontmoetingspunt. Aantal bezoekers van de openbare bibliotheek Begroting 2013 130.000 87 Rekening 2013 Meetbaar doel is opgevraagd; wordt in week 10 bekend gemaakt Groei van het aantal bezoekers tot 150.000 na realisatie van het kulturhusconcept Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.5 Bibliotheekvoorziening Lasten 558,4 539,5 114,6 654,1 564,5 89,6 Baten -13,3 -13,1 -115,0 -128,1 -35,9 -92,2 Saldo lasten -/- baten 545,1 526,4 -0,4 526,0 528,6 -2,6 0,0 0,0 -115,0 -115,0 -12,1 -102,9 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.5 Bibliotheekvoorziening Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 3 Eenmalig beschikbaar gesteld: Lagere kosten ICT bibliotheek Gemonde 3 Dekking via reserve cultuurzaken 3 Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: In verband met de verhuizing van de bibliotheek in Sint-Michielsgestel was een incidenteel budget beschikbaar van € 100.000; de verhuizing is echter vertraagd waardoor het budget dient te worden overgeheveld naar 2014. 100 Dekking via de reserve realisatie Kulturhusconcept gebouw. 100 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 5 Overige kleine verschillen: 2 Totaal 105 verklaard verschil 108 3 88 5.6 Vormings- en ontwikkelingswerk Wat omvat het deelprogramma? Kunstzinnige vorming, beheer en exploitatie van gemeenschapshuizen en vrijwilligerswerk. Relevante beleidsnota’s Subsidieprogramma 2013 t/m 2016. Raadsbesluit met betrekking tot Kulturhussen september 2009. Accommodatieplan Nota WMO Met elkaar en voor elkaar 2008-2011. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Kulturhusen (gemeenschapshuizen) dienen de ontmoeting plekken te worden in onze dorpen. Door middel van het samenwerkingsconcept (gezamenlijk gebruik van ruimten en organiseren van activiteiten) wordt de betrokkenheid tussen de gebruikers onderling maar ook voor de bezoekers / inwoners verder versterkt. Dit draagt bij aan de leefbaarheid van de dorpen. Wat hebben we bereikt? We zijn met alle gemeenschapshuizen in overleg om te onderzoeken wat zij kunnen bijdragen in de transities. De samenwerking tussen de gebruikers van de kulturhusen en het ontwikkelen van nieuwe activiteiten is minder dan verwacht. Daar zijn afspraken over gemaakt hoe daar verder aan gewerkt gaat worden. Wij stellen burgers in de gelegenheid zich op een breed terrein te ontwikkelen via het aanbod bij de Meierijse instelling Kunsteducatie (MiK) en Partis, de brede welzijnsinstelling, en ook via amateurverenigingen. Toch zal hierin het accent verschuiven naar participatie, om ervoor te zorgen dat burgers voor wie dit niet vanzelfsprekend is ook mee kunnen doen. Voor de gemiddelde inwoner verwachten we dat vormings- en ontwikkelingswerk steeds meer tot eigen verantwoordelijkheid behoort. Het culturele aanbod van MiK en Partis is in 2013 gehandhaafd. Bij MiK ligt de nadruk op de jeugd waarvoor de inzet van subsidie ook bestemd is. Partis heeft een groot cursusaanbod voor volwassenen zowel op creatief als educatief gebied. De cursusprijzen zijn verder verhoogd maar dit heeft niet geleid tot een daling van het aantal cursisten. De vestiging van Partis in Berlicum (langs sporthal) trekt steeds meer bezoekers maar verhoudingsgewijs blijft het aantal cursisten nog achter bij de voorzieningen in Sint-Michielsgestel. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De ontwikkeling van drie kulturhusen in de dorpen Berlicum, Den Dungen en Sint-Michielsgestel uitvoeren. In Berlicum betreft het een aanpassingen en uitbreiding van het bestaande gebouw. Voor het kulturhus in Den Dungen is gekozen voor een huurconstructie in Litserborg. Eigenaar van dit nieuwe zorgcentrum is Brabant Wonen en wordt mede gehuurd door zorginstelling Vivent. De in gebruik name van het nieuwe kulturhus De Huif in Sint-Michielsgestel Is gepland voor beging 2016. Wat hebben we daar voor gedaan? Den Durpsherd in Berlicum is in september 2012 in gebruik genomen. De Litserborg in Den Dungen is in december 2013 opgeleverd, waarna de inrichting start. Begin 2014 wordt het in gebruik genomen. Besluitvorming over de locatie van het kulturhus in Sint-Michielsgestel wordt begin 2014 verwacht. Partis ontwikkelt zich steeds meer als een echte Brede Welzijnsinstelling en pakt haar rol in de maatschappelijke ondersteuning, maar zal daarnaast een breed scala aan cursussen blijven bieden (op termijn in de Kulturhusen). Partis heeft voorbereidingen in Kulturhus de Litserborg getroffen en heeft afgelopen seizoen wederom een breed cursus aanbod ontwikkeld. Daarnaast heeft Partis gepoogd tot nauwere samenwerking met andere welzijns- en zorgorganisaties te komen. Ze hebben een pilot ontwikkeld voor de boodschappendienst en wijkgericht werken. Daarnaast worden vrijwilligers geworven voor verschillende activiteiten. 89 Benoemde speerpunten voor 2013 Oplevering nieuwe kulturhus Den Durpsherd in Berlicum. - Realisatie nieuwbouw Litserborg, oplevering 1e kwartaal 2014. In samenwerking met Vivent oprichten van beheersstichting Listerborg Den Dungen. Vervolg ontwerptraject kulturhus De Huif, afronding DO eind 2012. - Zie hierboven bij wat hebben we daar voor gedaan. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Ontwikkeling en ontspanning inwoners Aantal cursisten MiK Aantal cursisten Partis Burgers gelegenheid bieden tot ontmoeting, ontspanning en deelname aan activiteiten en cursussen. Rekening 2013 720 Bezettingsgraad ruimten Meetbaar doel 388 Stabilisering aantal cursisten 751 Stabilisering aantal cursisten Niet bekend Minimaal 55% na realisatie Kulturhussen Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.6 Vormings- en ontwikkelingswerk Lasten 2.015,2 1.515,8 27,0 1.542,8 1.367,8 175,0 Baten -754,2 -206,1 -81,9 -288,0 -310,1 22,1 1.261,0 1.309,7 -54,9 1.254,8 1.057,8 197,0 -19,6 -156,0 -81,9 -237,9 -235,7 -2,2 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 90 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.6 Vormings- en ontwikkelingswerk Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 197 Eenmalig beschikbaar gesteld: Voorbereidingskosten gemeenschapshuizen Kulturhusontwikkeling Dekking via reserve realisatie Kulturhusconcept gebouw. 74 74 Eenmalige afwijking op structureel budget: Minder stimuleringssubsidies en activiteitensubsidies 18 Dekking via reserve gemeentelijke subsidies 18 De stelpost realisatie Den Durpsherd is niet aangewend 104 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: De bijdrage in de exploitatie voor Den Durpsherd is een jaar opgeschoven; er was in 2013 € 58.200 beschikbaar; dit dient te worden overgeheveld naar 2014. 58 Dekking via reserve realisatie Kulturhusconcept gebouw. 58 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 92 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 347 verklaard verschil 197 91 150 5.7 Sportvoorzieningen Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma heeft betrekking op ontwikkeling van sportvoorzieningen en stimulering van sportactiviteiten in de gemeente. Relevante beleidsnota’s Accommodatieplan. Privatisering binnen- en buitensportaccommodaties. Subsidieprogramma. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Via een aanbod van sportaccommodaties en activiteiten voor jong en oud de mogelijkheid bieden om georganiseerd of ongeorganiseerd aan sport te doen. Wat hebben we bereikt? Sjors Sportief opgestart. Dit houdt in dat op alle basisscholen boekjes met daarin het aanbod van de verenigingen zijn uitgedeeld. Er is veel animo vanuit de kinderen en enthousiasme bij de ouders en scholen. Het haalbaarheidsonderzoek buurtsportcoaches is uitgevoerd en heeft geleid tot een advies om te starten in 2014. Verenigingen via subsidies stimuleren om jeugdsport te organiseren Door de stimuleringssubsidie zijn er twee nieuwe verenigingen met jeugdsport. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Kwantitatieve en kwalitatieve instandhouding van het gemeentelijke accommodatiebestand. Wat hebben we daar voor gedaan? Onderhoudsinventarisatie gemaakt van alle sportparken, dit wordt in 2014 verder uitgewerkt. Samenwerking tussen de verenigingen gestimuleerd. Besluit omtrent kunstgrasvelden voor de voetbalverenigingen Rkvv Sint-Michielsgestel en SCI. Vanaf 2013 wordt een nieuw subsidiebeleid van kracht, met andere inhoudelijke uitgangspunten en lagere subsidiebedragen onder invloed van de bezuinigingen. We hebben alle verenigingen de kans gegeven om door middel van stimuleringssubsidie extra activiteiten naast het bestaande aanbod te laten organiseren. Benoemde speerpunten voor 2013 Realisering nieuw sportpark Den Dungen voor voetbal, korfbal, manege en gilde. Definitieve besluitvorming over voortbestaan, beheer exploitatie van zwembad Zegenwerp. Eventueel uitbreiden van gebruikscapaciteit voetbalvelden via herindeling op sportparken. 92 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Gemeentelijke en private accommodaties bieden mogelijkheid tot gezonde sport en ontspanning Aantal binnensportaccommodaties 3 3 Adequaat beheren van de binnen- en buitensport accommodaties. Aantal buitensport accommodaties 10 10 idem Aantal private sportaccommodaties 17 17 Toezicht houden op kwaliteit van private sportaccommodaties Georganiseerde jeugdsport in verenigingsverband 4.100 4.100 (schatting) Bevorderen van sociale en maatschappelijke vaardigheden Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel 36 clubs en ruim 4100 jeugdleden Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.7 Sportvoorzieningen Lasten Baten Saldo lasten -/- baten 1.414,3 1.285,7 144,6 1.430,3 1.512,7 -82,4 -263,8 -305,4 123,8 -181,6 -194,7 13,1 1.150,5 980,3 268,4 1.248,7 1.317,9 -69,2 -55,8 -70,7 13,4 -57,3 -44,0 -13,3 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 93 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.7 Sportvoorzieningen Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 69 Eenmalig beschikbaar gesteld: Dakveiligheid sporthallen: meegenomen met geplande dakrenovaties volgens gebouwenonderhoud 43 Eenmalige afwijking op structureel budget: Extra inkomsten huur zegenwerp uit 2011 en 2012 16 Minder uitgaven impuls brede scholen 18 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 38 Kapitaallasten: de overschrijding wordt veroorzaakt door extra afschrijving van de boekwaarden 110 van het oude complex Jacobskamp. Overige kleine verschillen: 2 Totaal 79 verklaard verschil 148 69 94 5.8 Kunst, cultuur en oudheid Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma heeft betrekking op kunst, cultuur, monumenten en archeologie. Relevante beleidsnota’s Subsidieprogramma 2013 t/m 2016 (Stimulans tot Meedoen) Notitie kunst en cultuur. Gemeentelijk archeologiebeleid en waardenkaarten 2010. Subsidieverordening gemeentelijke monumenten gemeente Sint-Michielsgestel 2008. Erfgoedverordening gemeente Sint-Michielsgestel 2010. Rijksmonumentenlijst. Gemeentelijke monumentenlijst. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Door middel van cultuureducatie willen wij leerlingen van de basisscholen al in een vroeg stadium in contact brengen met meerdere vormen van cultuur. Kunst willen wij zichtbaar en toegankelijk maken voor al onze inwoners. Wat hebben we bereikt? Door deelname aan de regeling Cultuureducatie met Kwaliteit (CmK) heeft cultuur op 3 zogenoemde voorloperscholen, extra aandacht gekregen. Dit zal verder worden uitgerold in het basisonderwijs. Behoud van cultuurhistorisch waardevolle waarden in de gemeente Sint-Michielsgestel. De aanwezige cultuurhistorische waarden zijn zo veel mogelijk gewaarborgd. Gezien de economische ontwikkelingen is besloten om vanaf medio 2013 geen nieuwe gemeentelijke monumenten aan te wijzen. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Hiervoor gaan wij de marktplaats cultuureducatie (Plaza Cultura) ondersteunen samen met het (primair) onderwijsveld (50% - 50%). Activiteiten binnen de amateurkunst willen wij stimuleren vanuit het fonds kunst en cultuur. Wat hebben we daar voor gedaan? Met ingang van 2013 hebben de onderwijsstichtingen een bijdrage van 50% geleverd in de kosten van de marktplaats Plaza Cultura. Meerdere activiteiten op het gebied van kunst en cultuur zijn financieel ondersteund. Het groene kunstproject ‘theater la Damoiselle’ is in 2013 gestart. Realisering is voorzien in 2014. Hiervoor dient nog budget te worden overgeheveld Door middel van het verstrekken van informatie en deskundige adviezen de eigenaren van monumenten ondersteunen bij het behoud hiervan, en initiatiefnemers ondersteunen bij de uitvoering van plannen en projecten. Door middel van het verankeren van cultuurhistorie in bestemmingsplannen waardoor cultureel erfgoed een goede bescherming krijgt. Vanaf 2013 wordt er geen financiële ondersteuning meer verleend in de kosten van onderhoud en restauratie van gemeentelijke monumenten. Wel worden eigenaars nog geadviseerd door de Monumentenwacht. Cultuurhistorische waarden krijgen een bescherming door bij het opstellen van bestemmingsplannen goed rekening te houden met de opgestelde cultuurhistorische waardenkaarten. 95 Benoemde speerpunten voor 2013 Gezien de financiële ontwikkelingen wordt er, wat betreft kunst en cultuur, geen speerpunt benoemd. De aandacht is er vooral op gericht om het voorzieningenniveau op peil te houden. Gezien de financiële ontwikkelingen wordt er, voor wat betreft Monumentenzorg & Archeologie, geen speerpunt genoemd. Doel is het huidige zorgniveau voor cultureel erfgoed te handhaven. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Genieten van kunst. Aantal openbaar toegankelijke activiteiten. Begroting 2013 Rekening 2013 5 Aantal kunstwerken. Gemeentelijke monumenten blijven in stand. Aantal gemeentelijke monumenten. 130 Goed advies voor eigenaren van cultuurhistorisch waardevolle objecten. Aantal uitgevoerde restauraties/ verbouwingen. Zo min mogelijk verstoringen op het gebied van archeologie. Aantal uitgevoerde archeologische onderzoeken. Meetbaar doel 4 Aantal activiteiten. 1 Aantal kunstwerken. 132 Behouden van het aantal gemeentelijke monumenten. 13 Aantal adviezen voor eigenaren van cultuurhistorische objecten. Zorgen voor uitvoering van archeologische onderzoeken. 9 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 5.8 Kunst, Cultuur en Oudheid Lasten 297,8 Baten Saldo lasten -/- baten 444,1 92,4 536,5 388,6 147,9 -120,8 -82,7 -203,2 -285,9 -296,4 10,5 177,0 361,4 -110,8 250,6 92,3 158,3 -22,1 -17,5 -100,7 -118,2 -85,5 -32,7 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 96 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 5.8 Kunst, cultuur en oudheid Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 158 Eenmalig beschikbaar gesteld: Minder kosten kunstproject Kunst bij de Gemeentegrenzen 5 Lagere beschikking over de reserve cultuurzaken 5 Eenmalige afwijking op structureel budget: Minder kleinde kunstprojecten dan begroot 8 Lagere beschikking over de reserve cultuurzaken 8 Bijdrageregeling monumenten niet volledig aangesproken 40 Geen onttrekking reserve monumentenzorg in verband met kosten Laan van Seldensate 19 Hogere energielasten kermissen 18 Minder inspectiekosten monumenten 25 Extra ontvangsten voor cultuureducatie 6 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Er is voor het groene kunstproject "theater la Damoiselle" in 2013 een budget van € 102.500 beschikbaar via subsidie van de provincie. Hierop is € 10.330 uitgegeven in 2013; € 61.000 is al overgeheveld bij de najaarsnota, maar ook het restant dient te worden overgeheveld naar 2014. 31 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 92 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 208 verklaard verschil 158 97 50 Programma 6. Zorg en maatschappelijke dienstverlening Zorg voor inwoners die niet zonder ondersteuning kunnen voorzien in hun eigen levensbehoefte, in het bijzonder gericht op werk, inkomen en zorg. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 6.1 Bijstandverlening 6.2 Uitstroombevordering 6.3 Maatschappelijk werk en zorg 6.1 Portefeuillehouder E.H.J.M. Mathijssen E.H.J.M. Mathijssen A.H.M. Maas / E.H.J.M. Mathijssen Bijstandsverlening Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma omvat Bijstand levensonderhoud, in het kader van de WWB, IOAW, IOAZ, Bijstand besluit zelfstandigen (BBZ) en minimabeleid. Per 1 januari 2010 is de wet Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen in werking getreden, waarmee de financieringssystematiek van de IOAW/Z en BBZ is gewijzigd van een declaratiesysteem naar een outputfinanciering systeem. Relevante beleidsnota’s Regeling schoolkosten, de regeling pc-kosten, regeling chronisch zieken, gehandicapten en ouderen, de regeling maatschappelijke participatie Nota minimabeleid 2008. Toeslagenverordening WWB Maatregelenverordening WWB Toeslagenverordening WIJ Maatregelenverordening WIJ Verordening langdurigheid toeslag 2009 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Het klantgericht, effectief en efficiënt verstrekken van uitkeringen voor levensonderhoud. Verder richten we ons op het bieden van inkomensgarantie en overige inkomensondersteunende regelingen aan hen die tijdelijk niet of niet volledig in eigen levensonderhoud kunnen voorzien. Wat hebben we bereikt? We hebben aan 195 personen een WWB-uitkering verstrekt en aan 16 personen een IOAW/IOAZuitkering. We hebben aan 382 personen een bijdrage in het kader van het minimabeleid verstrekt. Dit is 62% van het aantal huishoudens met een inkomen tot 110% van het minimum. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? We verstrekken uitkeringen aan hen die daarop recht hebben. We bieden inkomensondersteunende regelingen en schuldhulp aan degenen die tijdelijk niet of niet volledig in eigen onderhoud kunnen voorzien. Wat hebben we daar voor gedaan? Het beleid voor de verschillende regelingen WWB, Bbz, IOAW en IOAZ is ook in 2013 onverkort voortgezet. Om de kosten beheersbaar te houden is het beleid in zijn algemeenheid blijvend gericht op: beperking van de instroom door een stevige poortwachterfunctie, het snel aanbieden van werk aan degenen die aan het werk kunnen, verhoging van de inkomsten uit debiteurenbeheer en vergroting van de uitstroom van klanten. In 2013 is een conferentie t.b.v. “sociale ambassadeurs” gehouden. D.m.v. deze vrijwilligers hopen wij medio 2014 meer minima te gaan bereiken. 98 Benoemde speerpunten voor 2013 Voorbereiding Participatiewet (invoering per 1-1-2015). Hiertoe hebben wij deelgenomen in regionale projectgroepen / themabijeenkomsten bezocht ter voorbereiding op de invoering Participatiewet. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Terug dringen armoede via minimabeleid Aantal aanvragen minimaregelingen +18% Zie tabel 1 hieronder. Er is 9% meer tbv minima bereikt. Om dit verder te verhogen is eind 2013 ingezet op sociale ambassadeurs (vrijwilligers in de dorpen) 18 % meer bereik minima Mensen kunnen zelfstandig in hun levensonderhoud voorzien Aantal uitkeringen WWB 172 195 Aantal uitkeringen WWB Tabel 1 (toelichting) Inw .Inkomen tot Bereik 110% WML 70% per 31 -12 % Sint-Michielsgestel 613 429 382 62% Totaal Optimisd 3.168 2.233 2052 65% 99 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 6.1 Bijstandsverlening (excl. handhaving) Lasten 3.827,1 3.576,9 625,0 4.201,9 4.225,8 -23,9 Baten -2.460,3 -2.386,7 -117,6 -2.504,3 -2.790,1 285,8 1.366,7 1.190,2 507,4 1.697,6 1.435,7 261,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 6.1 Bijstandsverlening Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 262 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Bijstandsverlening WWB 169 IOAW / IOAZ / BBZ 24 Bijzondere bijstand algemeen 44 Extra bijdrage uit algemene uitkering 9 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 23 Overige kleine verschillen: 7 Totaal 269 verklaard verschil 262 100 7 6.2 Uitstroombevordering Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op uitstroombevordering, sociale werkvoorziening en inburgering. Relevante beleidsnota’s Re-integratie verordening Wet Werk en Bijstand (WWB). Re-integratie nota. Maatregelenverordening Handhaving WWB. Beleidsregel reiskosten re-integratie. Verordening Wet inburgering. Participatienota ‘Samen de ladder op!’ Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Het beleid van OptimIsd is erop gericht dat iedere burger in staat is zelfstandig te voorzien in zijn eigen behoeften en naar vermogen te participeren in de arbeidsmarkt en de Nederlandse samenleving. OptimIsd ondersteunt mensen bij werk, activering, inburgering en educatie. Uitgangspunt hierbij is dat eenieder werkt naar vermogen. Het beleid zoals dat geformuleerd is in de betreffende nota’s en verordeningen is uitgevoerd. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Investeren In een effectieve en Integrale werkgeversbenadering; • Investeren in een goed bemenste front offlce waar mensen uit de doelgroep terecht kunnen voor Informatie, intake/diagnose en doorverwijzing; • Mensen met een gedeeltelijk arbeidsvermogen op basis van hun verdiencapaciteit zo snel mogelijk bemiddelen naar regulier werk; • Mensen met een volledig arbeidsvermogen zo snel mogelijk en zoveel mogelijk gebruik makend van hun eigen kwaliteiten en inzet, bemiddelen naar duurzame arbeid; • Investeren in en verduurzamen van een speciale aanpak van de doelgroep jongeren. • Waar mogelijk, gebruik maken van social return Wat hebben we daar voor gedaan? 47% van de eigen vacatures wordt ingevuld Alle 116 jongeren tot 27 jaar hebben in 2013 een diagnose vanuit Competensys gekregen. Dit om hun arbeidsperspectief en scholingsmogelijkheden in beeld te brengen. Voor hen is een re-integratieadvies opgesteld gericht op het verkrijgen van werk en/of gaan volgen van een scholing. 105% van de klanten (doelstelling) is bemiddeld naar werk en scholing. Benoemde speerpunten voor 2013 Doelstellingen programma Participatie • Invoering van een digitale werkmap voor klanten; • 80% van de vacatures die wij uit de markt halen, wordt ingevuld; • 6 x per jaar is er een werkgevers thema-avond op Werkplein Frisselstein; • Jongeren tot 27 jaar blijven ondersteund worden richting het behalen van een startkwalificatie, een werkleeraanbod of werk (in deze volgorde van prioriteit); • 125 klanten stromen uit naar reguliere arbeid; • 75 klanten worden met loondispensatie geplaatst bij een werkgever • Zorgdragen voor een praktische afbouw van uitvoeringsactiviteiten van de Wet inburgering • Zorgdragen voor uitvoering van het overgangsrecht van bepaalde inburgeringsplichtigen Zie hierboven bij wat hebben we daar voor gedaan. 101 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Meer mensen zijn zichtbaar aan het werk of bezig met scholing Aantal reintegratietrajecten 80% Rekening 2013 Meetbaar doel 132 trajecten 80% van klanten met arbeidsplicht volgt werktraject, 40% van klanten zonder arbeidsplicht volgt sociale activering 57 trajecten 80% van de inburgeraars volgt een inburgeringstraject 40% Allochtonen zijn beter ingeburgerd Aantal inburgeraars P.M. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening Restant 2013 budget definitief 6.2 Uitstroombevordering Lasten 5.408,1 5.302,6 -42,0 5.260,6 5.456,9 -196,3 Baten -5.315,9 -5.251,5 -9,7 -5.261,2 -5.351,6 90,4 92,3 51,1 -51,7 -0,6 105,3 -105,9 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 102 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 6.2 Uitstroombevordering Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 106 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Werk en re-integratie 86 Bijdrage uitstroombevordering, kinderopvang via Optimisd 10 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 10 Overige kleine verschillen: Totaal 0 verklaard verschil 106 106 103 6.3 Maatschappelijk werk en zorg Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op algemeen maatschappelijk werk (AMW), school maatschappelijk werk (SMW), ouderenzorg en maatschappelijke ondersteuning. Relevante beleidsnota’s Beleidsplan maatschappelijke ondersteuning “Samen verantwoordelijk voor samen leven” 2012-2015 Woonvisie Subsidieprogramma 2013-2016. Beleidsnota ”Kantelen vanuit een visie en bezuinigen met beleid” (Wmo-individuele voorzieningen) en Wmo-verordening (fin.besluit) 2013 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) We willen bereiken dat alle inwoners van onze gemeente zelfredzaam zijn en volwaardig deel kunnen nemen aan de samenleving. Inwoners hebben in de eerste plaats zelf de verantwoordelijkheid om dit te organiseren. Kwetsbare burgers die de deelname niet zelf kunnen organiseren worden hierin door de gemeente ondersteund. We ondersteunen door het aanbieden van algemene en individuele voorzieningen. Wat hebben we bereikt? Door “De Kanteling” en door meer aandacht voor oplossingsgericht handelen (i.p.v. claimgericht denken) is de zelfredzaamheid verder bevorderd. Dit kantelingsproces verliep naar tevredenheid en is een continue proces. Dit zal de komende jaren (met de transities) nog verder uitgerold gaan worden. Op basis van maatwerk en weging van zelfredzaamheid zijn door loket WegWijs individuele voorzieningen gerealiseerd zoals; hulp bij het huishouden, woonvoorzieningen, rolstoelen/ hulpmiddelen, vervoersvoorzieningen en gehandicaptenparkeerkaarten. Wij hebben een sociaal sober doch humaan beleid weten te borgen en de juridische grenzen van de compensatieplicht (art.4.Wmo) opgezocht. “Het Gesprek” en “De Kanteling” waren daarin de twee belangrijkste instrumenten om, in combinatie met de intensivering van huisbezoeken, maatwerk te kunnen blijven leveren. Het niveau van de (Wmo) zorg (compensatie) is op een acceptabel (sober doch humaan) peil gebleven en is betaalbaar gehouden, Wij zijn dicht bij de 0-lijn gebleven en is (vooralsnog) toekomstbestendig geborgd. De participatie door ouderen is bereikt door de dienstverlening (o.a. advies, cliëntondersteuning, personenalarmering, maaltijdservice, activiteiten-groepen) door SWO SintMichielsgestel. Algemene voorzieningen zijn het algemeen maatschappelijk werk (AMW), school maatschappelijk werk (SMW), het Steunpunt Mantelzorg en welzijnswerk voor ouderen. Het maatschappelijk werk dient als vangnet voor en biedt ondersteuning aan inwoners die de controle over de zelfstandige deelname aan het maatschappelijke leven hebben verloren of dreigen te verliezen, met als doel het herstellen van die controle. Op de scholen voor basis- en voortgezet onderwijs is schoolmaatschappelijk werk aangeboden. Uit cijfers van het AMW blijkt dat SMW goed is geworteld in onze gemeente en er is sprake van een uitstekende samenwerking tussen de intern begeleiders en de schoolmaatschappelijk werker. Door het aanbieden van maatschappelijk werk en bemoeizorg hebben we gezorgd voor een vangnet voor en ondersteuning aan inwoners die de controle over de zelfstandige deelname aan het maatschappelijke leven hebben verloren of dreigden te verliezen. Mede hierdoor wordt voorkomen dat problemen gaan cumuleren en dat een enkelvoudig probleem zich ontwikkelt tot een multiprobleem situatie. De individuele Wmo-voorzieningen (de huishoudelijke hulp, vervoermiddelen, woonvoorzieningen, rolstoelen en hulpmiddelen) vormen een vangnet om burgers te compenseren en volwaardig te kunnen laten deelnemen aan de samenleving. Via loket WegWijs is er een laag- drempelige toegang voor informatie en adviezen op de gebieden van zorg / welzijn / (aangepast) wonen en inkomen. Maar ook een toegang voor collectieve voorzieningen en individuele (Wmo) verstrekkingen. In 2013 is De “Kanteling” en “Het Gesprek” verder doorgepakt. De nadruk is op een “arrangement” (zelfredzaamheid 104 versus oplossing) komen liggen. D.w.z. dat niet de wens van de burger of het aanbod voor alle (individuele) soorten voorzieningen centraal staan, maar het op o.b.v. maatwerk oplossen van (participatie) problemen. Compensatie “op maat” staat steeds centraal. De WegWijs-consulenten nemen de regierol (sturing-aan-de-voordeur) om de kwaliteit van dienstverlening en de Wmo-bekostiging te borgen. Onze doelstelling een zo passend mogelijk arrangement aanbieden om te kunnen blijven participeren in de samenleving. In 2013 is het aantal huisbezoeken en heronderzoeken (m.n. het eigen auto-budget) geïntensiveerd. De 2 WegWijsdependances werden eerder gesloten (kostenaspect). Het werken op afspraak en op huislocatie komen hebben meer aandacht gekregen. Voor zowel de burgers als onze organisatie betekend dit een meerwaarde en inverdieneffecten (kostenbesparing bij gelijkblijvende tevredenheid/dienstverlening) . Door intensivering van de thuisgesprekken liep het aantal gespreksmomenten op, maar daar staat tegenover dat het aantal daadwerkelijke aanvragen voor een Wmo-voorziening afnam (ons streven). Dit ondanks de vergrijzing/extramuralisering bleven de Wmo-kosten 2013 hierdoor dicht bij de 0-lijn (betaalbaarheid). De gehandicaptenparkeerkaarten (GPK’s) en de gehandicaptenplaatsen (GPP)’s zijn aanvullende individuele vervoersondersteuningsmiddelen. Op basis van medische noodzaak werden t.b.v. gehandicapten, hun bestuurders of instelling GPK’s verstrekt. Als er geen wijzigingen in de medische situatie te verwachten waren zijn bij een herindicatie (na 5 jaar) geen kosten voor een medische keuring doorberekend (zelfindicatieWegWijs). 105 Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Het algemeen maatschappelijk werk zorgt in opdracht van de gemeente voor eerstelijns psychosociale hulp. De dienstverlening van het algemeen maatschappelijk werk omvat onder meer: 24-uurs crisisdienst, bemoeizorg, internethulpverlening, cursussen, slachtofferhulp, schoolmaatschappelijk werk, het jeugdpreventieprogramma en de aanpak huiselijk geweld. Wat hebben we daar voor gedaan? In onze gemeente is laagdrempelig algemeen maatschappelijk werk beschikbaar voor burgers die (tijdelijk) problemen hebben op gebieden zoals relaties, rouwverwerking, sociale vaardigheden, geld, school, werken en wonen. Specifiek maatschappelijk werk is beschikbaar in geval van acute crises, voor jongeren via het schoolmaatschappelijke werk en het Jeugd Preventie Programma. Door subsidiëring van ketenpartners biedt de gemeente ouderen en mantelzorgers maatschappelijke ondersteuning. De dienstverlening van het Steunpunt Mantelzorg aan mantelzorgers omvat: informatie en advies, preventie van overbelasting, respijtzorg, buurtnetwerk voor de ondersteuning aan dementerende en het ondersteunen van zwaarbelaste mantelzorgers. De dienstverlening van het Steunpunt Mantelzorg is beschikbaar voor alle mantelzorgers die daar behoefte aan hebben. De volgende diensten en activiteiten zijn uitgevoerd: informatie, advies, doorverwijzing, preventie van overbelasting en uitval, respijtzorg, voorlichtingsbijeenkomsten. De dienstverlening van de Stichting Welzijn Ouderen omvat: informatie en advies, activerend huisbezoek, senioren Tref- en Ontmoetingspunten, signalering, personenalarmering, maaltijdenservice, telefooncirkels, activiteitengroepen, bezoekgroep, zondagsoos (i.s.m. andere partijen). De dienstverlening van de SWO is beschikbaar voor alle inwoners van 55 jaar en ouder. De volgende diensten en activiteiten zijn uitgevoerd: informatie en advies, activerend huisbezoek, bemensing van het senioren Tref- en Ontmoetings-punten (STOP), signalering door deelname aan het Sociaal Netwerk Overleg, personenalarmering, maaltijdenservice en telefooncirkels, activiteitengroepen, bezoekgroep, zondagsoos. De gemeente Sint-Michielsgestel neemt in de dienstverlening haar regierol. We bieden een passend pakket individuele Wmo-voorzieningen aan onze burgers. Het loket WegWijs verstrekt, naast het geven van professionele informatie- en advies, deze voorzieningen. Er wordt ondersteuning gegeven en bemiddeling geboden op de gebieden van wonen, welzijn, zorg en maatschappelijke ondersteuning. De afgelopen jaren is de Wmo-dienstverlening conform “De Kanteling” (en “Het Gesprek”) van “claimgericht” naar “oplossingsgericht” verschoven. Dichter naar onze burgers en/of de (professionele) organisaties maar wel resultaatgericht. Dit om de kwaliteit en betaalbaarheid van de Wmo naar de toekomst te borgen. Met de transitie AWBZ op het netvlies is vroegtijdig zowel in kennis als de personele capaciteit bij WegWijs geïnvesteerd. Door de opschorting van de invoeringsdatum AWBZ-Wmo naar 1-1-2015 is het scholingstraject voor de WegWijsmedewerkers van 2013 naar 2014 doorgeschoven. Wij namen in 2013 deel aan de Regionale projectgroep transitie AWBZ. Dit zullen wij in 2014 continueren. Door verdere kennistoename binnen WegWijs is het aantal zelfindicaties toegenomen en is aantal externe (MOzaak) adviezen afgenomen. Een Wmo-kostenreductie en versnelling qua afwikkelingstijden van aanvragen. Benoemde speerpunten voor 2013 Dit jaar gaan we verder met de doorontwikkeling van De Kanteling in loket WegWijs. Dit wil zeggen oplossingsgericht werken door het gesprek met de cliënt aan te gaan. Verder uitbouwen van het vangnet van maatschappelijk werk door: o inzet van maatschappelijk werkers in de wijken o integrale diensverlening aan de cliënt: o.a. door uitvoering van het principe “één gezin, één plan”. o meer outreachend werken o Versterking en intensivering van de samenwerking tussen lokale (en-of regionale) ketenpartners. 106 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Door psychosociale begeleiding en ondersteuning kunnen inwoners weer zelfstandig deelnemen aan het maatschappelijke verkeer. Aantal gerealiseerde dossiers AMW Aantal netto uren bemoeizorg per jaar Aantal dossiers multiprobleem huishoudens Door schoolmaatschappelijk werk (SMW) op scholen in te zetten wordt zwaardere problematiek voorkomen. Door ondersteuning kunnen mantelzorgers hun zorgtaken beter uitvoeren Wmo-vangnet bieden als alle eigen mogelijkheden (zelfredzaamheid) zijn uitgeput. Wmo-klanttevredenheid individuele voorzieningen waarborgen d.m.v. jaar-lijkse/ tweejaarlijkse KTO’s. Begroting 2013 142 Rekening 2013 169 142 228 328 228 15 41 15 % dossiers succesvol afgerond 75% 69% 75% % dossiers zonder wachttijd 74% 94% 74% Totaal aantal uren SMW per schooljaar voor alle basisscholen. 713 716 713 Totaal aantal uren SMW per schooljaar voor het voortgezet onderwijs. Aantal huisbezoeken 400 398 400 113 84 n.v.t. Telefonische en digitale dienstverlening Afspraken Aantal individuele verstrekkingen en collectieve voorzieningen. Bezwaarschriften Klanttevredenheidsonderzoeken (KTO’s) HH: 1X per 2 jaar Hulpm: jaarlijks Vervoer: jaarlijks Woonvoorz: na oplevering/ maatwerk 283 419 n.v.t. 60 1.895 170 1557 n.v.t. Bezwaarschriften Wmo gegrond<1,5% Gegrond: 2 De uitkomst van de kto’s van Wmo-aanbieders moet steeds voldoende zijn. 6 HV 2 Welzorg 2 PZN 1 Chambers 10 6 HV 2 Welzorg 1 Regiotaxi 1 PZN Bij klachten: een tevreden klachtenafwikkeling Klachten minimaal houden Kwaliteitsonderzoek Stichting Vraagwijzer ‘waar staat het Wmo loket/-beleid en dienstverlening” (TOP-100 van Wmo loketten) Jaarlijkse graadmeter onder 481 gemeenten 107 Deelname in 2013 met doel in de top 100 blijven Meetbaar doel In 2013 heeft Vraagwijzer geen Wmoonderzoek gehouden Meetbaar aan plaats in Top100 van de andere 481 gemeenten Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 6.3 Maatschappelijk werk en -zorg (incl. WMO) Lasten 5.080,0 5.351,1 62,0 5.413,1 5.438,1 -25,0 Baten -572,7 -485,8 68,1 -417,7 -548,4 130,7 4.507,3 4.865,3 130,1 4.995,4 4.889,7 105,7 24,1 0,0 0,0 0,0 104,0 -104,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 6.3 Maatschappelijk werk en zorg (inclusief Wmo) Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 105 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Meer uitgaven aan huishoudelijke verzorging (HV) deels door extra-muralisering en lokale vergrijzing bevolking 311 Meer inkomsten CAK aan eigen bijdrage HV / woonvoorzieningen / scootmobielen 220 Meer uitgaven in verband met de voorbereiding op de transities 14 Storting in de reserve Wmo als gevolg van de egalisatie van lasten en baten Minder uitgaven voor vervoersvoorzieningen als gevolg van heronderzoeken en maatwerk 104 217 Meer uitgaven aan woonvoorzieningen als gevolg van extramuralisering en enkele dure woningaanpassingen 60 Lager advieskosten als gevolg van meer zelfindicatie door consulenten 50 Lagere bijdrage inburgering 37 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 138 Overige kleine verschillen: 6 Totaal 631 verklaard verschil 105 108 526 Programma 7. Volksgezondheid en milieu Een gezonde en veilige woon-, werk- en leefomgeving waarin mens, dier en plant optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 7.1 Gezondheidszorg 7.2 Afvalverwerking en –verwijdering 7.3 Rioolbeheer 7.4 Milieu 7.1 Portefeuillehouder A.H.M. Maas E.H.J.M. Mathijssen A.H.M. Maas E.H.J.M. Mathijssen/H.T.M. van Roosmalen Gezondheidszorg Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op algemene gezondheidszorg, jeugdgezondheidszorg en verslavingszorg. Relevante beleidsnota’s Beleidsnota maatschappelijke ondersteuning “Samen verantwoordelijk voor samen leven” 2012-2015 Subsidieprogramma 2013-2016. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wij streven naar het voorkómen en het vroegtijdig opsporen van gezondheidsproblemen onder de bevolking en naar bescherming en bevordering van het lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden van de bevolking. Wat hebben we bereikt? Door de continue uitvoering van taken op het terrein van o.a. gezondheidsonderzoek, jeugdgezondheidszorg, publieksvoorlichting, Bevolkingsonderzoeken, tuberculosebestrijding, reizigerszorg en technische hygiënezorg worden gezondheidsrisico’s geminimaliseerd en vermeden. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Op basis van de Wet Publieke Gezondheid worden met het oog op de collectieve preventie van gezondheidsproblemen ieder jaar, dus ook in 2013, de volgende taken uitgevoerd: Medische milieukunde Technische hygiënezorg Infectieziektebestrijding Epidemiologie Gezondheidsbevordering Bevolkingsonderzoeken Monitoren en jaarlijkse verslaglegging m.b.t. de resultaten van het regionale gezondheidsbeleid. Binnen het gezondheidsbeleid is er speciale aandacht voor jeugd van 0 tot 19 jaar. In het kader van de Jeugdgezondheidszorg voeren we jaarlijks activiteiten uit op de terreinen: monitoring en signalering, gezondheidsvoorlichting, vaccinatie, screening en onderkenning van gezondheidsbedreigende factoren in sociale en fysieke omgeving. Wat hebben we daar voor gedaan? In overleg met onze ketenpartners en de uitvoerders zoals de GGD Hart voor Brabant hebben wij diensten en producten afgenomen gericht op het voorkomen en vroegtijdig opsporen van gezondheidsproblemen bij al onze inwoners. De artsen, verpleegkundigen en hygiënisten hebben infectieziekten bestreden, zoals seksueel overdraagbare aandoeningen, legionella en tuberculose door onderzoek, voorlichting, advies en vaccinaties. Jeugdartsen, verpleegkundigen, logopedisten en psychologen zetten zich in voor de jeugd van 0 tot 19 jaar. Het belangrijkste doel is ‘risicokinderen’ tijdig op te sporen. Ook hebben de GGD en Vivent kinderen ingeënt tegen de meest voorkomende ziekten, zoals difterie, tetanus, de mazelen en polio. De GGD heeft ouders, kinderen en scholen geadviseerd bij hun problemen en vragen over opvoeding, gezondheid en ontwikkeling. Binnen CJG heeft vooral voorbereiding op transitie jeugdzorg plaatsgevonden. De samenwerking met Vught en Haaren blijft zijn vruchten afwerpen. 109 Benoemde speerpunten voor 2013 De belangrijkste ketenpartner bij de uitvoering van gezondheidsbeleid is de GGD Hart voor Brabant. In samenspraak met de andere deelnemers in deze gemeenschappelijke regeling zijn o.a. de volgende speerpunten benoemd: Gelijke kansen op gezondheid door aandacht voor kwetsbaren en laagopgeleiden. Dit gebeurt onder andere via wijkgericht gezondheidswerk en door risicogericht werken in de jeugdgezondheidszorg. Aandacht voor gezondheid bij de inrichting van de fysieke en sociale omgeving. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Bescherming en bevordering van lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden volwassenen 19 - 64 jaar Ervaart eigen gezondheid als goed 89% 85% n.v.t. Voelt zich psychisch gezond 86% 85% n.v.t. Bescherming en bevordering van lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden volwassenen 65 jaar en ouder Ervaart eigen gezondheid als goed 73% 63% n.v.t. Bescherming en bevordering van lichamelijk, geestelijk en sociaal welbevinden jongeren 0 – 18 jaar Gezondheid kind (011 jaar) (heel) goed (oordeel ouder) 96% 99% n.v.t. Gezondheid jongere (12-18) (heel) goed n.v.t. 88% n.v.t. 110 Rekening 2013 Meetbaar doel Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting Begrotings- Begroting 2013 wijzigingen 2013 primitief Rekening 2013 Restant budget definitief 7.1 Gezondheidszorg Lasten 911,1 1.014,5 34,7 1.049,2 982,0 67,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 911,1 1.014,5 34,7 1.049,2 982,0 67,2 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Baten Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 7.1 Gezondheidszorg Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 67 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Minder uitgaven CJG doordat in 2013 het plan voor deskundigheidsbevordering is opgesteld, maar 73 de uitvoering is doorgeschoven naar 2014. Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 5 Overige kleine verschillen: 1 Totaal 73 verklaard verschil 67 111 6 7.2 Afvalverwerking en -verwijdering Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma omvat afvalverwijdering en de daarbij horende kostendekking. Relevante beleidsnota’s Afvalstoffenverordening Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening 2013 Verordening Afvalstoffenheffing 2004 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Huishoudelijk afval doelmatig en duurzaam inzamelen en verwerken tegen zo laag mogelijke kosten en volgens het principe ‘de vervuiler betaalt’ met een 100% kostendekkendheid van de exploitatie. Wat hebben we bereikt? In 2013 zijn de bestaande contracten voor het inzamelen en verwerken van het afval voorgezet. Er zijn geen nieuwe contracten afgesloten. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Het aangaan dan wel behouden van goede contracten door middel van het voortzetten ervan of het opnieuw aanbesteden van een opdracht. Wat hebben we daar voor gedaan? Contracten voortgezet met inzamelaars en verwerkers. Benoemde speerpunten voor 2013 - Kwaliteitservice op de milieustations optimaliseren: Inzameling van de aparte afvalstroom welke kunnen worden ingeleverd op de milieustations onder de loep nemen, waarbij extra aandacht wordt besteed aan de stromen piepschuim, drankenkartons en vlak glas. Onlangs kan er – naast blik – eveneens oud-ijzer en andere metalen ingeleverd worden op de eigen milieustations. Piepschuim kunnen de burgers vanaf medio a april 2013 gratis op de eigen milieustations (Berlicum en SintMichielsgestel) apart inzamelen Burgers kunnen gratis drankenkarton wegbrengen op de eigen milieustations waar dit apart wordt ingezameld. Enkele gemeenten hebben een pilot drankenkartons gehouden. De ene zamelde drankenkartons in bij het plastic verpakkingsafval, de andere tezamen met het papier. De VNG beraadt zich over het gescheiden inzameling en recycling van drankenkartons. Wij volgen de ontwikkelingen op de voet, maar blijven thans de drankenkartons apart inzamelen. Vlak glas kan enkel worden ingeleverd op het milieustation Schijndel. Na onderzoek blijkt het complexer te zijn dan gedacht om vlak glas in te zamelen op de eigen milieustations. Er dient voldaan te worden aan enkele eisen en voorwaarden om dit te kunnen inzamelen op de milieustations en bovendien is er geen ruimte op de eigen milieustations die we willen creëren voor het inzamelen hiervan. 112 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Milieuverantwoorde verwerking. Het hergebruik gesplitst in afvalstromen afgezet tegen wettelijke taakstelling. Door een goed functionerend inzamelsysteem voorkomen we stank, overlast, verontreiniging e.d. Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Conform wettelijke voorschriften Conform wettelijke voorschriften Wettelijk regime Bij alle aansluitingen het huishoudelijk afval inzamelen 100% 100% Klachtenregistratie: minder dan twee klachten/ meldingen per kwartaal Het plastic verpakkingsafval in toenemende mate in te zamelen (breng- en haalsysteem) en te hergebruiken Toenemende daling van het aantal ledigingen van de restcontainers 2% gestegen tov ingezamelde hoeveelheid in 2012 3% gedaald tov ingezamelde hoeveelheid in 2012. Maar eveneens is het restafval gedaald met 3% tov ingezamelde hoeveelheid in 2012. Registratie-systeem: stijging van 2% ingezameld verpakkings-afval in de eerste twee jaar Het aantal ledigingen ieder jaar laten afnemen Duidelijke tendens van afname van het aanbieden van restcontainers 2% gestegen tov ingezamelde hoeveelheid in 2012 Totale afname van 2,4% over de totale ledigingen tov 2012. (Waarvan 6% tbv gftafval en 1% tbv rest). Registratie-systeem: daling van 2% van de totale ledigingen in de eerste twee jaar 113 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 7.2 Afvalverwerking en - verwijdering Lasten 2.309,1 2.258,0 124,6 2.382,6 2.074,8 307,8 Baten -2.309,1 -2.258,0 -124,6 -2.382,6 -2.074,8 -307,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 96,1 1,4 -354,0 -352,6 -241,1 -111,5 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 7.2 Afvalverwerking en -verwijdering Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 0 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Minder opbrengsten: bijdragen van Nedvang (verpakkingenconvenant) overlappen dienstjaar en laatste termijnen zullen hierdoor in 2014 uitgekeerd worden Effecten BCF: dit heeft betrekking op de BTW-component voor gesloten exploitaties 108 48 Minder inkomsten aan afvalstoffenheffing door o.a. aanpassing tarievenbeleid in 2013 111 Lagere onttrekking uit de egalisatiereserve afvalverwerking (100% kostendekkendheid) 111 Structurele afwijking op structureel budget: Kosten voor huis-aan-huisinzamelingen (restafval, gft, papier en plastic) en bijbehorende stortkosten lager dan begroot (deze ramingen zijn in de begroting 2014 reeds aangepast) 59 Kosten op de eigen milieustraten lager dan begroot, vooral de stortkosten (in begroting 2014 zijn de ramingen bijgesteld) 97 Extra inkomsten op de milieustraten 26 Kosten voor milieustraat gemeente Schijndel m.n. door variabel deel lager 15 Minder kwijtscheldingen (aangepast (strenger) beleid) 35 Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 11 Overige kleine verschillen: 61 Totaal 341 verklaard verschil 0 114 341 7.3 Rioolbeheer Wat omvat het deelprogramma? Dit deelprogramma omvat het totale rioolbeheer en de daarbij behorende kostendekking. Relevante beleidsnota’s Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 2010- 2014 (vastgesteld 20 mei 2010) Gemeentelijk Waterplan (vastleggen visie waterbeleid lange termijn). Water beheersplan (waterschappen). Provinciaal Water huishouding plan. Lozingenbesluit WVO huishoudelijk afvalwater. Lozingenbesluit Bodembescherming. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) De aanleg, het beheer en het onderhoud van het rioolstelsel voldoet aan de normen van het Rijk en de wettelijke verplichtingen. Wat hebben we bereikt? Het rioolstelsel van de gemeente Sint-Michielsgestel voldoet qua functionele werking en milieubelasting volledig aan de gestelde normen en eisen van het Rijk en de wettelijke verplichtingen. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 20102014 is leidend voor het gemeentelijke beleid. In 2015 zal het VGRP worden herzien. In dit document zullen regionale afspraken worden opgenomen omtrent samenwerking binnen De Meierij en maatregelen voor doelmatig water en rioolbeheer op het gebied van kosten, kwetsbaarheid en kwaliteit. Wat hebben we daar voor gedaan? Het Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan 20102014 is leidend voor het gemeentelijke beleid. In 2015 zal het VGRP worden herzien. In dit document zullen regionale afspraken worden opgenomen omtrent samenwerking binnen De Meierij en maatregelen voor doelmatig water en rioolbeheer op het gebied van kosten, kwetsbaarheid en kwaliteit. De riolering en de daarbij behorende installaties zijn planmatig geïnspecteerd en onderhouden. De in het VGRP opgenomen activiteiten voor 2013 zijn uitgevoerd. Benoemde speerpunten voor 2013 In dit jaar zijn de regionale afspraken vastgelegd om op het gebied van kosten, kwaliteit en kwetsbaarheid omtrent riool- en waterbeheer te komen tot een hogere doelmatigheid. Een en ander conform de uitgangspunten vanuit de samenwerking Doelmatig Waterbeheer De Meierij (2011) volgend uit het landelijke Bestuursakkoord Water. 115 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Door een goed functionerend rioolstelsel voorkomen we stank, wateroverlast, verspreiding van besmettelijke ziekten en water- en bodemverontreiniging. Alle panden zijn aangesloten op de riolering of lozen hun afvalwater via een wettelijk voorgeschreven IBA systeem. 100% 100% 260 binnen 24 uur 251 Verstopping riool en drukrioolstoring 8 binnen 1 week 19 Controle functionele werking riool, verstopte straatkolk 6 binnen 1 maand 42 Controle functionele werking riool Afgekoppeld hemelwater 9% 9% Aantal afgekoppelde panden t.o.v. aanwezige panden Rekening Begroting Klachtmeldingen rioolbeheer. Systeem is in 2011 opgebouwd waarbij de definities zijn opgesteld. In 2012 heeft registratie conform opgestelde definities plaatsgevonden. Rekening 2013 Meetbaar doel Percentage aangesloten panden. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 2012 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 7.3 Rioolbeheer Lasten 1.740,8 1.767,0 0,0 1.767,0 1.718,4 48,6 Baten -1.740,8 -1.767,0 0,0 -1.767,0 -1.718,4 -48,6 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 517,3 489,6 -71,6 418,0 554,2 -136,2 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 116 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 7.3 Rioolbeheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 0 Eenmalig beschikbaar gesteld: Werkzaamheden overstortriolen Beekkant en Beekvliet en vuilafvoerstructuur Theereheide zijn niet uitgevoerd 71 Dekking via egalisatiereserve riolering 71 Eenmalige afwijking op structureel budget: Effecten BCF: dit heeft betrekking op de btw-component voor gesloten exploitaties Lagere opbrengst aan rioolrecht Hogere storting in de egalisatiereserve riolering (100% kostendekkendheid) Minder kwijtscheldingen (strenger beleid) 24 40 50 7 Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Werkzaamheden afkoppelen riolering Halder 15 Dekking via egalisatiereserve riolering 15 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 30 Overige kleine verschillen: 29 Totaal 176 verklaard verschil 0 117 176 7.4 Milieubeleid Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat het uitvoeren van algemeen milieubeleid en het uitvoeren en ontwikkelen van lokaal milieubeleid met betrekking tot externe veiligheid, bodem, water, lucht, geluid en duurzame ontwikkeling (klimaatbeleid). Vergunningverlening Wabo Onderdeel milieu en milieumeldingen Relevante beleidsnota’s Projectenboek duurzaamheidsbeleid 2013 - 2014 Nota Bodembeheer en bodemkwaliteit kaart Beleid en realisatie Wat wilden we bereiken? Optimale Wabo Vergunningverlening (onderdeel milieu) Wat hebben we bereikt? Binnen het Wabo vergunningenproces zijn de (deel-) processen Wabo milieu en milieumeldingen optimaal uitgevoerd Kwalitatief goede uitvoering van milieutaken Adequate uitvoering van taken die voortvloeien uit de kadernota milieu, de milieuwetgeving en de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht. Dit om een veilige en gezonde woon- en leefomgeving in stand te houden, waarbij veiligheid, het behoud van een goede milieu kwaliteit en -in algemene zin - duurzaamheid als leidend principe gehanteerd wordt. Binnen de personele mogelijkheden en op basis van het bestaande beleid en wet- en regelgeving en de operationele vertaling daarvan in het afdelingsplan zijn de taken adequaat en kwalitatief goed uitgevoerd. Minder geluidhinder Sanering conform Wet geluidhinder De taakuitvoering van het verplicht over te dragen basistakenpakket milieu is feitelijk gestart vanaf 1 oktober 2013 en formeel (personeelsoverdracht) vanaf 1 januari 2014. Vanaf 1 oktober 2013 voeren wij regie over en houden wij toezicht op een adequate taakuitvoering door de ODBN. Activiteiten Wat zouden we daarvoor doen? Integratie landbouwactiviteiten in Activiteitenbesluit en voorbereiding op Wet omgevingsrecht Wat hebben we daar voor gedaan? Per 1-1-2013 is het besluit landbouw geïntegreerd in het Activiteitenbesluit. Van het merendeel van de vergunningplichtige bedrijven vervalt de vergunningplicht en vallen zij nu onder het Activiteitenbesluit, waardoor meer het accent is komen te liggen op toezicht en handhaving. Het merendeel van de betreffende bedrijven behoort tot het basistaken-pakket milieutaken, dat door de ODBN wordt uitgevoerd. Uitvoering verplichte milieutaken binnen de Regionale Uitvoerings Diensten (RUD) en oriëntatie op de uitvoering van de overblijvende milieutaken (PLE1N samenwerking) Gedurende een groot deel van 2013 zijn – i.v.m. de vertraagde oprichting van de Omgevingsdienst – de milieutaken volgens programma zelfstandig uitgevoerd. De Ple1n samenwerking is in 2013 doorontwikkeld naar een Meierijsamenwerking. De focus daarbij is niet komen te liggen op uitvoering van overblijvende milieutaken, maar op het brede VTH takenpakket vanuit het perspectief van het door het Rijk verplicht gesteld Kwaliteitsonderzoek, dat zich richt op • Kritieke massa • Proceskwaliteit • Inhoud en prioriteiten Streven naar een integratie van bouwen en milieu binnen de uitvoering van Wabo Binnen de vastgestelde beleidskaders (ISVTH) zijn in operationele zin - zoveel mogelijk combinaties gemaakt en is samengewerkt tussen genoemde beleidsvelden 118 Uitvoering programma Sanering Wet geluidhinder (verplichting om A-lijst woningen te saneren) Maatregelen sanering verkeerslawaai zijn gefaseerd uitgevoerd en is de aanvraag van een voorbereidingskrediet voorbereid, waarmee geluidsisolerende maatregelen voor de rest van de gemelde woningen uitgewerkt kunnen worden. Benoemde speerpunten voor 2013 • • Operationeel maken van / taakoverdracht aan de RUD Brabant Noord uitvoeringsstation ’s-Hertogenbosch van het verplicht over te dragen basistakenpakket milieu: De ontwikkelingen in de vorming van de omgevingsdienst (voorheen RUD) hebben ertoe geleid, dat er in september 2013 één Omgevingsdienst Brabant Noord is opgericht. Een groot deel van 2013 is besteed aan de taakoverdracht van gemeente naar ODBN. Per 1 januari 2014 is één medewerker (0,9fte) in het kader van de afspraken over uitvoering van de aan de ODBN overgedragen vergunningtaken milieu, formeel in dienst getreden van de ODBN Duurzaamheidsbeleid vaststellen en uitvoeren (onderdeel van programma 1.1 Groene Gemeente): Duurzaamheidsbeleid is in 2013 opgesteld en toegelicht in een raadsinformatie-avond. Vervolgens is het Projectenboek Duurzaamheidbeleid vastgesteld door gemeenteraad in september 2013 en is het amendement en zijn moties naar aanleiding van de vaststelling beantwoord en uitgewerkt. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Duurzame ontwikkeling Klimaatbeleid Verminderen CO2uitstoot, percentage duurzame energie opgewekt in gemeente. Bedrijfsvoering bij inrichtingen in overeenstemming met Wet milieubeheer en Wabo Afwikkeling aanvragen en meldingen Wet milieubeheer en Wabo. Bodembeheer. (Historische) bodemsaneringen. Begroting 2013 Rekening 2013 2 1* 50 75 1 1 Meetbaar doel Een nieuw duurzaamheidsprogramma vaststellen en uitvoeren. *)Vastgesteld. Gestart met uitvoering Aantal ingediende aanvragen of meldingen (inclusief meldingen Besluit bodemkwaliteit) **) Aantal gevallen van bodemverontreiniging, waarbij bodemsanering noodzakelijk is. * Betreft verontreiniging zinkassen particuliere erven en gemeentelijke wegen. ** Betreft het aantal milieumeldingen en milieuvergunningaanvragen, dat in 2013 is ingediend. 4 aanvragen omgevingsvergunning activiteit milieu, 50 meldingen Activiteitenbesluit, 20 meldingen Besluit bodemkwaliteit en 1 melding Besluit mobiel puinbreken. Toename is het gevolg van het feit dat er meer inrichtingen onder het Activiteitenbesluit zijn komen te vallen en het indienen van een melding een indieningsvereiste is voor het verkrijgen van een Omgevingsvergunning, activiteit Bouwen. Het grote aantal meldingen Besluit bodemkwaliteit zijn met name het gevolg van infrastructurele werken rondom ZuidWillemsvaart. 119 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening Begroting Begrotings- Begroting 2013 wijzigingen 2013 2012 primitief Rekening 2013 Restant budget definitief 7.4 Milieu Lasten 784,2 424,1 26,8 450,9 558,3 -107,4 Baten -425,5 -1,7 -9,0 -10,7 -94,3 83,6 358,6 422,4 17,8 440,2 464,0 -23,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 7.4 Milieu Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 24 Eenmalig beschikbaar gesteld: Uitgaven voortvloeiend uit subsidie ISV-2 en sanering geluid A-lijst wegverkeerslawaai waren niet geraamd 46 Als dekking voor de ze kosten vrijval vanuit de reeds ontvangen en gereserveerde subsidie voor ISV wegverkeerslawaai van de provincie 46 Eenmalige afwijking op structureel budget: Project Vlagheidefonds: gemeente voert de administratie voor dit regionale project Storting op de streekrekening van het Vlagheidefonds 194 194 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead (overgang naar omgevingsdienst uitgesteld) Overige kleine verschillen: 25 1 Totaal 241 verklaard verschil 265 24 120 Programma 8. Ruimtelijke ordening, volkshuisvesting en economische ontwikkeling Een zorgvuldige inrichting van het grondgebied van de gemeente, waarin mens, dier, plant en duurzaamheid optimaal tot ontwikkeling kunnen komen. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 8.1 Ruimtelijke ontwikkeling 8.2 Volkshuisvesting 8.3 Economische zaken 8.4 Grondexploitatie 8.5 Grondbeheer 8.1 Portefeuillehouder H.T.M. van Roosmalen E.H.J.M. Mathijssen/ A.H.M. Maas A.H.M. Maas / H.T.M. van Roosmalen H.T.M. van Roosmalen A.H.M. Maas Ruimtelijke ontwikkeling Wat omvat het deelprogramma? Het vaststellen van een nieuwe structuurvisie, nieuwe gedigitaliseerde bestemmingsplannen en overige ruimtelijke plannen, actualiseren en digitaliseren van bestemmingsplannen en coördinatie van ruimtelijke ontwikkelingen met een zo hoog mogelijk maatschappelijk rendement. Daarnaast omvat het programma ook de omgevingsvergunning onderdeel bouwen en slopen. Relevante beleidsnota’s Structuurvisie Sint-Michielsgestel 2025; Structuurvisie Buitengebied (2010); Woonvisie 2011-2025; Nota Grondbeleid (2011); Beleidslijn uitgangspunten toepassing afwijkingen van het bestemmingsplan ex art. 2.12 lid 1a sub 3 Wabo (2011); Beleidslijn planologische kruimelgevallen gemeente Sint-Michielsgestel (2011). Welstandsnota (2009) Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Ruimtelijke en maatschappelijke ontwikkelingen mogelijk maken. Ruimtelijke plannen ontwikkelen voor een zo groot mogelijk gebied met een logische en stedenbouwkundige samenhang en een zo ruim mogelijke flexibiliteit die kunnen voldoen aan zich wijzigende maatschappelijke omstandigheden. Ruimtelijke plannen ontwikkelen die digitaal uitwisselbaar en (intern en extern (burgers)) raadpleegbaar zijn. Wat hebben we bereikt? De actualisatie van de ruimtelijke plannen voor de bebouwde kom is vertraagd vanwege de uitwerking van de motie Woningbouwprogramma. De voorbereiding is inmiddels gestart. Omdat de opdrachtverstrekking in 2014 plaatsvindt, wordt voorgesteld het daarvoor in 2013 gereserveerde bedrag van € 75.000 door te schuiven met één jaar. Er is gekozen voor beheersverordeningen die een zo groot mogelijk gebied omvatten, bij voorkeur één verordening per kern. Alle bestemmingsplannen en de vast te stellen beheersverordeningen voldoen aan de eisen van flexibiliteit en digitale uitwisselbaarheid. Optimale Wabo Vergunningverlening (onderdeel bouwen) Wabo: De optimalisering van het Wabo vergunningenproces is verder ontwikkeld om binnenkort de aanvragen geheel digitaal te verwerken. Welstandsnota: De actualisatie van de welstandsnota is afgelopen jaar afgewikkeld. Leges: De terugloop van leges is in eerdere rapportages gemeld. De terugloop is een gevolg van de deregulering van de bouwregelgeving en vooral ook een gevolg van de economische crisis. 121 Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? • Actualisatie van 5 bestemmingsplannen die ouder zijn dan 10 jaar in de vorm van een bestemmingsplan of beheersverordening. • Bestemmingsplannen voldoen aan de digitale standaarden voor ruimtelijke plannen 2012. • Samenvoegen van bestemmingsplannen tot uiteindelijk één per kern. • Beschikbaar stellen van ruimtelijke plannen op de landelijke voorziening www.ruimtelijkeplannen.nl. • Implementatie van de nieuwe omgevingswet. Versterken van de samenwerking met andere gemeenten (PLE1N+) , waarbij primair wordt ingezet op beleidsafstemming (gezamenlijk bouwbeleidsplan ) en toetsingsprotocol en verdere uniformering van werkprocessen. Wat hebben we daar voor gedaan? • De beheersverordening voor de bebouwde kom van Den Dungen is in voorbereiding. • • • Alle recente en nog vast te stellen ruimtelijke plannen voldoen aan de digitale standaarden. Bij de in uitvoering zijnde actualisatie van de ruimtelijke plannen voor de bebouwde komgebieden is gekozen voor de aanpak dat de beheersverordening voor de kern Den Dungen successievelijk wordt aangevuld met de komgebieden van Gemonde en Berlicum/Middelrode. Voor het centrum van Berlicum wordt aan de hand van een nog uit te voeren DPO bekeken of moet worden gekozen voor opname in de beheersverordening of een afzonderlijk bestemmingsplan. Alle recente en nog vast te stellen ruimtelijke plannen zijn digitaal raadpleegbaar op www.ruimtelijkeplannen.nl. De nieuwe omgevingswet is geïmplementeerd. Op basis van de uitkomsten van een door het Rijk verplicht onderzoek naar de uitvoeringskwaliteit van VTH taken zijn de gemeenten (Vught) Haaren, Boxtel en Sint-Michielsgestel medio 2013 gestart met een verkenning naar samenwerkingspotentie. De verkenning moet in de pas lopen met het breed onderzoek om te komen tot een bedrijfsplan voor een ambtelijk gefuseerde organisatie in de Meierij. Door het landelijk verplichte Kwaliteitsonderzoek naar VTH taken is de focus verlegd van beleidsafstemming en uniformering naar de 3 hoofdelementen van de Kwaliteitsmeting: • Kritieke massa • Proceskwaliteit • Inhoud en prioriteiten Beleidsafstemming is later in het ontwikkelingsproces van de samenwerking aan de orde. Er is geen gezamenlijk toetsingsprotocol opgesteld maar wel door onze gemeente. Deze is in werking. Benoemde speerpunten voor 2013 • Actualisatie bestemmingsplan Buitengebied. • Start actualisatie bestemmingsplannen bebouwde kom. • Vaststelling bestemmingsplan Beekveld Berlicum. Stand van zaken: • Voor bestemmingsplan Buitengebied zie programma 1 Groene Gemeente. • Met de voorbereiding van de beheersverordening voor Den Dungen is gestart. • Het bestemmingsplan Beekveld is in procedure en de vaststelling is gepland medio 2014. 122 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Minder administratieve lasten voor bedrijven en burgers. Verbetering van dienstverlening. Aantal afgegeven (geïntegreerde) Omgevingsvergunningen (bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu) Wabovergunningen totaal 445 Wabo vergunningen totaal 388 stuks Activiteiten: Bouwen 325 Activiteiten: Lopende voorbereid. plannen 23 Bouwen 174 Sloop(melding): 100 Afwijking best. plan 22. Monumenten 8 Kap/Aanleg 42 Brandveiligh. 6 Gebruikswijz. 7 Reclame 6 Aantal verwerkte aanvragen omgevingsvergunning conform de wettelijke voorschriften. Slopen 60 Afwijking best. plan 20 Monum. 10 Kap/Aanleg 25 Brandveil 5 Ruimtelijke kaders waarbinnen de plaatselijke samenleving zich zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen. Actuele structuurvisies Vastgestelde bestemmingsplannen < 10 jaar 2 2 Actuele ruimtelijke structuurvisie. 100% 80% Alle vigerende bestemmingsplannen zijn gedigitaliseerd en < 10 jaar. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening Restant 2013 budget definitief 8.1 Ruimtelijke ontwikkeling Lasten 1.711,5 1.654,4 -328,7 1.325,7 2.194,2 -868,5 Baten -1.241,8 -964,5 -40,5 -1.005,0 -1.792,7 787,7 469,8 689,9 -369,2 320,7 401,5 -80,8 41,4 0,0 -538,0 -538,0 95,5 -633,5 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 123 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 8.1 Ruimtelijke ordening Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 81 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Onderschrijding budget bestemmingsplanprocedures 21 Hogere opbrengsten leges bouwvergunningen 78 Dit wordt geëgaliseerd via de reserve bouwvergunningen 78 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: De actualisatie van de komplannen is uitgesteld door gebrek aan capaciteit ten gevolge van uitwerking motie Woningbouwprogramma. 75 Deze kosten zouden gedekt worden uit de vermogensreserve 75 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead, dit betreft voornamelijk uren van de afdeling Uitvoering voor bestemmingsen facilitaire plannen 109 Uren inclusief overhead ten behoeve van IDOP Gemonde, deze zijn in beginsel subsidiabel 21 Kosten t.b.v. IDOP Gemonde 122 Subsidie IDOP Gemonde 100 Opbrengsten facilitaire overeenkomsten (excl. Kosten uren inclusief overhead) Overige kleine verschillen: 46 4 Totaal 324 verklaard verschil 405 81 124 8.2 Volkshuisvesting Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op het volkshuisvestingsbeleid. Relevante beleidsnota’s Woonvisie 2011-2025; Verdiepingsslag op de Woonvisie (woningbouwen toetsingskader voor de dorpen, 12 april 2012); Structuurvisie 2011-2025. Ontwikkelkader Wonen-Welzijn en Zorg in SintMichielsgestel Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Doel is een gedifferentieerd woningaanbod in de gemeente Sint-Michielsgestel dat voldoet aan de wensen en eisen van deze tijd. Vraaggericht bouwen in plaats van aanbod gericht, met extra aandacht voor de verschillende doelgroepen zoals starters, huishoudens met een beperkt inkomen en senioren. Wat hebben we bereikt? Bij nieuwbouwprojecten wordt doorlopend gestreefd naar een gedifferentieerd woningbouwprogramma. Het afgelopen jaar zijn in het project Jacobskamp in Den Dungen ruim 70 woningen in aanbouw genomen. De oplevering daarvan wordt in 2014 verwacht. Verder zijn in Den Dungen binnen het project Hoptuinen in Den Dungen in totaal 8 woningen in aanbouw genomen of opgeleverd. De precieze cijfers zijn te vinden in de tabel onder “effecten en indicatoren”. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? In april 2012 is de Verdiepingsslag op de Woonvisie vastgesteld, inclusief een Woningbouw- en toetsingskader en Uitvoeringsnota voor de korte en lange termijn. Hierin is de behoefte aan (type) woningen per dorp vastgesteld. De komende periode worden hierop (indien mogelijk) bestaande plannen aangepast en nieuwe plannen getoetst. Verder: communicatie met de markt verder uitbouwen; onze positie in de regio versterken (samenwerking met regiogemeenten); sterk inzetten op de koppeling wonen, zorg en welzijn i.v.m. de toekomstige vergrijzing. Wat hebben we daarvoor gedaan? Naar aanleiding van de aangenomen motie van 25 oktober 2012 inzake woningbouw en grondexploitaties, is op 16 mei 2013 de uitwerking hiervan vastgesteld. Hierin zijn onder andere alle woningbouwplannen inhoudelijk en financieel uitgewerkt, en zijn mogelijke scenario’s voorgelegd aan de gemeenteraad; Er is veel energie gestoken in de relatie met de provincie inzake de woningbouwprogrammering; In verband met de prioriteit die wordt gegeven aan het thema Wonen, welzijn en zorg, is aansluiting gezocht bij de regionale werkgroep die is geïnitieerd vanuit de provincie; Met de woningcorporaties Huis & Erf, Kleine Meierij en Brabant Wonen is op 15 januari 2014 de Samenwerkingsovereenkomst 2014-2018 gesloten, om de samenwerking te verduurzamen en afspraken voor de toekomst vast te leggen; We maken ook dit jaar weer deel uit van de behoeftemonitor die is opgesteld door de gemeente ’s-Hertogenbosch; Eind dit jaar is een project opgestart om de kennis over de woningmarkt in onze gemeente verder te versterken. Elk half jaar wordt de stand van zaken van de woningmarkt per dorp in beeld gebracht. 125 Benoemde speerpunten voor 2013 In het voorjaar van 2013 worden de volgende rapporten (ter kennisgeving) aangeboden aan de raad: Een verdere verdieping op het gebied van wonen, zorg en welzijn en de behoefte daaraan per dorp. Dit wordt samen met de kernpartners op dit gebied (zorginstellingen, woningcorporaties e.d.) in het najaar van 2012 opgepakt; De Uitvoeringsnota 2013. Hierin wordt de stand van zaken m.b.t. het woningbouwprogramma omschreven en worden de speerpunten voor het aankomend jaar bepaald. Aanvullend op de Verdiepingsslag van de Woonvisie is op 17 december het Ontwikkelkader Wonen-WelzijnZorg door het college vastgesteld. Het Ontwikkelkader wordt in het voorjaar van 2014 ter kennisname aan de raad gestuurd. De Uitvoeringsnota wordt in 2014 geüpdatet. Effecten & Indicatoren Hoe gaan we dit meten? Onderstaande tabel brengt de woningbouwplanning en realisatie in 2013 in beeld. Deze cijfers zijn exclusief particuliere sloop en nieuwbouw. In totaal staan er, op basis van de gegevens in de Uitvoeringsnota 2013, tot 2025 nog 1277 woningen op de planning, waarvan 827 harde (groene) plannen, 285 (oranje) plannen met een principebesluit tot medewerking, en 109 zachte (rode) plannen. Jaarlijks wordt gemonitord welke plannen daadwerkelijk zijn gerealiseerd en welke niet (en waarom niet). Dit wordt uitgewerkt in de jaarlijkse Uitvoeringsnota’s voor de woningbouw. Segment Gerealiseerd 2013 Begroting 2013 huur sociaal EGZ (<665) sociaal MGZ (<665) vrije sector EGZ (>665) vrije sector MGZ (>665) koop 44 95 goedkoop EGZ (<215k) goedkoop MGZ (<215k) Middelduur EGZ (215k-350k) Middelduur MGZ (215k-350k) Duur EGZ (>350k) Duur MGZ (>350k) 6 6 11 21 - 24 36 35 - TOTAAL 44 95 Gereedgekomen projecten 2013: Sint-Michielsgestel, Parkhagen: 7 woningen Sint-Michielsgestel, Nieuwstraat: 6 woningen Berlicum, Schuurkerkpad: 2: woningen Berlicum, diverse projecten: 2 woningen Den Dungen, Hoptuinen: 4 woningen Den Dungen, Jacobskamp: 18 woningen Den Dungen, Hooidonk: 3 woningen Buitengebied: 2 woningen Totaal 44 woningen In 2013 gestarte projecten; nog niet gerealiseerd: Sint-Michielsgestel, Parkhagen: 7 woningen Berlicum: 3 woningen Den Dungen, Jacobskamp: 43 woningen Den Dungen, Hooidonk: 3 woningen Gemonde, ‘t Hof: 5 woningen Totaal 61 woningen 126 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 8.2 Volkshuisvesting Lasten 336,9 351,4 -19,0 332,4 338,6 Baten -303,9 -292,0 -9,0 -301,0 -305,5 4,5 33,1 59,4 -28,0 31,4 33,1 -1,7 -75,4 -75,4 0,0 -75,4 -75,4 0,0 Saldo lasten -/- baten -6,2 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 8.2 Volkshuisvesting Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 2 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 6 Overige kleine verschillen: 4 Totaal 4 verklaard verschil 6 2 127 8.3 Economische Zaken Wat omvat het deelprogramma? Markten en Standplaatsen en Economische aangelegenheden. Relevante beleidsnota’s Standplaatsenbeleid. Marktverordening. Nota detailhandel en horeca kern Sint-Michielsgestel. Horecabeleidsplan. Ruimtelijke plannen. Toeristisch-recreatief ontwikkelingsplan. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Een goed ondernemersklimaat waarbij de relatie tussen ondernemers en de gemeente wordt versterkt en meer bereidheid tot samenwerking ontstaat. Op deze manier wordt er een belangrijke bijdrage geleverd aan de lokale werkgelegenheid en het welzijn van de bevolking. Wat hebben we bereikt? De relatie tussen ondernemers en gemeente is versterkt. Er wordt structureel samen opgetrokken in de uitwerking van visies, plannen, verordeningen, regelingen en er worden beter onderlinge afspraken gemaakt zodat beslissingen kunnen rekenen op groter draagvlak bij ondernemers en beter aansluiten bij de praktijk. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Het zorgdragen voor een goede bezetting van de weekmarkten met instandhouding van een gevarieerde branchering. Wat hebben we daar voor gedaan? De weekmarkten zijn conform het gemeentelijk beleid in stand gehouden met behoud van een gevarieerde branchering. - Verbeteren van de gemeentelijke dienstverlening naar ondernemers; inrichting diensten en bedrijvenloket via de website. Het ondernemersloket is ingericht via de nieuwe gemeentelijke website. Deze blijft in ontwikkeling zodat diverse processen en trajecten waar ondernemers mee te maken krijgen beter en sneller worden doorlopen. - Bewustwording van ondernemersbelangen binnen de gemeentelijke organisatie verhogen, zodat beslissingen op groter draagvlak bij ondernemers kunnen rekenen. Belangrijke beslissingen voor ondernemers zijn mede in het ondernemersplatform en andere overlegstructuren met ondernemers genomen. Ondernemers konden vrijuit vragen, meedenken, meedoen en mee beslissingen nemen. Er wordt door de gemeente al meer vanuit de ondernemer gedacht met een ‘Ja mits’- houding. - Verdere versterking van de organisatiegraad van ondernemers per branche (o.a. starters, ZZP’ers, winkeliers, bouwbedrijven) of geografisch (centrum, bedrijventerrein) zodat er een goed klankbord ontstaat voor economische ontwikkelingen binnen de gemeente. - Er is een speciale startersavond georganiseerd. - Door fysieke netwerkbijeenkomsten is het ledenaantal van de ondernemersverenigingen verder toegenomen in 2013. - Het bestuur van Ondernemers Vereniging Berlicum heeft branchespecifieke contactpersonen aangewezen voor winkeliers, starters/ ZZp’ers, bedrijventerreinen etc. - In het proces van de totstandkoming van het economisch actieplan is besloten dat het ondernemersplatform uitgebreid wordt met contactpersonen van de bedrijventerreinen, het onderwijs en intermediaire organisaties. Hiermee is de organisatiegraad nog meer versterkt. 128 Benoemde speerpunten voor 2013 Het ondernemersgedeelte van de gemeentelijke website is volledig en actueel zodat ondernemers altijd gebruik kunnen maken van de dienstverlening en informatievoorziening van de gemeente. Bereikte organisatiegraad in het centrumgebied. Bereikte organisatiegraad op bedrijventerrein. Avond(en) organiseren voor startende ondernemers. Stimuleren van lokale werkgelegenheid bij bedrijven. Bovengenoemde speerpunten 2013 zijn opgenomen in het op 14 november 2013 vastgestelde economisch actieplan 2013 -2018 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Een goed ondernemersklimaat waarbij ondernemers de gemeente als partner ervaren waardoor er een aanzienlijke bijdrage wordt geleverd aan de lokale werkgelegenheid en welzijn van de bevolking. Een proactieve accountmanager bedrijven, die regisseert, faciliteert en ondernemers ondersteunt. Deelname in het ondernemersplatform Sterkere ondernemersverenigingen. Rekening 2013 1 1 9 9 400 Inrichten diensten en bedrijvenloket via de gemeentelijke website Meetbaar doel Structurele inzet van de accountmanager bedrijven Dekkingsgraad aantal ondernemersorganis aties in het platform. Aantal ondernemers lid van een ondernemersverenig ing 415 1 Actuele en volledige informatie op de website 1 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 8.3 Economische Zaken Lasten 151,2 175,9 14,0 189,9 211,1 Baten -41,8 -48,3 0,0 -48,3 -40,7 -21,2 -7,6 Saldo lasten -/- baten 109,4 127,6 14,0 141,6 170,4 -28,8 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 129 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 8.3 Economische zaken Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 29 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 31 Overige kleine verschillen: 2 Totaal 2 verklaard verschil 31 29 130 8.4 Grondexploitatie Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma omvat (strategische) grondverwerving en grondexploitatie. Relevante beleidsnota’s Nota Grondbeleid. Rapportage grondexploitaties. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Door middel van ruimtelijke ontwikkelingen en grondexploitaties verwezenlijken wij gemeentelijke doelstellingen op het gebied van volkshuisvesting (woningdifferentiatie en voldoende betaalbare woningen), economie (groei werkgelegenheid), recreatieve voorzieningen en het veiligstellen van natuurgebieden. Verder kan de gemeente winstgevende projecten verevenen met onrendabele projecten in bestaand stedelijk gebied. Dit past bij onze ambitie om als initiator en katalysator op te treden bij ontwikkelingen die vanuit de markt niet of nauwelijks tot stand komen, bijvoorbeeld bij een forse herontwikkel opgave of de aanleg van sportvoorzieningen. Wat hebben we bereikt? De doelstellingen op het gebied van wonen, werken en recreatie worden verwezenlijkt door het ruimtelijke ordeningsbeleid en volkshuisvestingsbeleid. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? De gemeente voert conform de Nota Grondbeleid voornamelijk een passieve grondpolitiek. De gemeente verhaalt alle exploitatiekosten (kostenverhaal). Naast de exploitatiekosten vraagt de gemeente aan de initiatiefnemer een financiële bijdrage voor ruimtelijke ontwikkelingen (groen- en cultuurfonds). Evalueren en actualiseren van het vastgestelde prijzenbeleid. Wat hebben we daar voor gedaan? De gemeente voert een passieve grondpolitiek. Anterieure overeenkomsten zijn gesloten waarin afspraken zijn gemaakt over planning, kwaliteit, woningdifferentiatie, kosten en financiële bijdragen. Voor de lopende grondexploitaties voert de gemeente een actieve grondpolitiek. Het betreft de volgende plannen: Centrumplan Sint-Michielsgestel, GrinselTriestpad, Milrooijseweg, De Zeelder, Schoolstraat en Jacobskamp. Het prijzenbeleid is ongewijzigd vastgesteld. Benoemde speerpunten voor 2013 In het bijzonder uitvoering geven aan de plannen Jacobskamp en Centrumplan. Uitvoering is gegeven aan de actieve en facilitaire plannen. In het bijzonder de projecten Centrumplan SintMichielsgestel, Schoolstraat, Jacobskamp en Beekveld. 131 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Ruimtelijke ontwikkelingen met een zo hoog mogelijk maatschappelijk rendement. Aantal te verwerven gronden (per locatie) 0 0 Verwerven van gronden op tenminste twee locaties t.b.v. nieuwe ontwikkelingen. Ruimtelijke ontwikkelingen met een zo hoog mogelijk maatschappelijk rendement. Aantal grondexploitaties 6 6 Actief werken met exploitatieopzetten bij gebiedsontwikkelingen. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 8.4 Grondexploitatie Lasten 5.754,7 17.706,5 -13.460,7 4.245,8 3.822,6 423,2 Baten -5.597,4 -17.493,7 13.463,8 -4.029,9 -3.790,2 -239,7 157,4 212,8 3,1 215,9 32,4 183,5 2.753,1 1.991,9 -2.763,9 -772,0 -772,8 0,8 Saldo lasten -/- baten Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 132 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 8.4 Grondexploitatie Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 183 De analyse van de grondexploitaties betreft verschillen tussen de werkelijke bedragen 2013 en begrote bedragen 2013 op basis van de vastgestelde grondexploitaties van 24 oktober 2013. Eenmalig beschikbaar gesteld: Centrumplan: Minder advieskosten als gevolg van de ontstane vertraging ten aanzien van het Albert Heijn blok. 36 De afrondende werkzaamheden aan de Schijndelseweg worden pas uitgevoerd na realisatie van het Albert Heijn blok. 100 Grinsel Triestpad: Doorgeschoven werkzaamheden in kader van het woonrijpmaken. 42 Milrooijseweg: De Zeelder: Tot en met 2014 is monitoring van de verontreiniging aan de Sassenheimseweg 10 ivm de sanering ter plaatse noodzakelijk. In de grondexploitatie De Zeelder is een budget opgenomen voor eventuele aanvullende saneringskosten. In 2013 is dit niet aan de orde geweest op basis van deze monitoring. 15 Schoolstraat: De sloopkosten van de oude Norbertusschool worden conform overeenkomst op een later tijdstip 20 door de ontwikkelaar vergoed. Jacobskamp: Advieskosten: als gevolg van discussies met ontwikkelaars is een hogere inzet van adviseurs noodzakelijk geweest. 34 De eerste gronden van fase 2 zijn eerder dan verwacht getransporteerd (eind 2013 ipv begin 2014). 423 Inbreng boekwaarde oud sportpark is afhankelijk van de sloop. Dit staat nu gepland voor 2014. 155 Verhuizing schuttersgilde in 2014: daarmee verschuift ook de bijdrage naar 2014. 87 Het notarieel transport van een grondtransactie voortvloeiend uit één van de koopovereenkomsten was gepland eind 2013, wordt begin 2014. 390 De financiële bijdrage in de realisering van het nieuwe sportcomplex Jacobskamp zal gebeuren bij het afsluiten van het betreffende krediet. 416 De eerste woningen van fase 1 zijn pas in november 2013 opgeleverd. Het woonrijp maken van het gebied is zodoende pas gestart in december 2013. 602 Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead als gevolg van de vertragingen in de diverse grondexploitaties. Voordelige rente als gevolg van eerdere realisatie van grondopbrengsten en het doorschuiven van 186 57 budgetten naar 2014 en later. Voorraadmutaties (in verband met sluitende exploitatie). 2.278 Overige kleine verschillen: 6 Totaal 2.515 verklaard verschil 183 133 2.332 8.5 Grondbeheer Wat omvat het deelprogramma? Het deelprogramma heeft betrekking op het beheer van gemeentelijke eigendommen. Relevante beleidsnota’s Nota Grondbeleid. Beleidsnotitie Reststroken. Rapportage pachtzaken. Rapportage onrechtmatig grondgebruik. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Gemeentelijke eigendommen verhuren of verpachten als daarmee een publiek belang is gediend. Dit doen we op verantwoorde wijze en tegen een marktconforme prijs. Eigendommen waarmee geen publiekbelang is gediend, verkopen we. Wat hebben we bereikt? Gemeentelijke gronden zijn verpacht, verkocht en verhuurd tegen marktconforme prijzen. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Reststroken, waarmee geen publiek belang is gediend, aanbieden aan de aangrenzende eigenaar. Tegen wederrechtelijk gebruik van gemeentegrond treden we op. Wat hebben we daar voor gedaan? Pachtgronden Landbouwgronden in eigendom van de gemeente zijn verpacht aan agrariërs. Reststroken Een aantal reststroken en/of groenstroken zijn verhuurd of verkocht. Onrechtmatig grondgebruik Net als voorgaande jaren zijn weer een aantal personen die onrechtmatig grond in gebruik hadden aangeschreven. Om het onrechtmatig grondgebruik te beëindigen zijn de gronde ontruimd, verhuurd of verkocht. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Agrariërs kunnen gronden pachten tegen vergoeding. Aantal verpachte gronden Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel 14 14 Eenjarige pachtovereenkomst en aangaan met agrariërs. 9 8 Zesjarige pachtovereenkomst en aangaan. Burgers beschikken over extra tuinoppervlak. Aantal verkochte reststroken 5 2 Verzoeken om reststroken te kopen, honoreren. Burgers realiseren een woning op eigen kavel Aantal verkochte bouwkavels 0 0 Bouwkavels verkopen aan inwoners. 134 Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 8.5 Grondbeheer Lasten 284,7 180,7 42,9 223,6 170,0 Baten -238,1 -96,8 -45,0 -141,8 -143,2 1,4 46,7 83,9 -2,1 81,8 26,7 55,1 139,9 0,0 45,0 45,0 55,7 -10,7 Saldo lasten -/- baten 53,6 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 8.5 Grondbeheer Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 55 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead door verschuiving naar andere deelprogramma's 61 Overige kleine verschillen: 6 Totaal 61 verklaard verschil 55 135 6 Programma 9. Financiën Een solide en reëel meerjarige exploitatie- en vermogenspositie in relatie tot een evenwichtige ontwikkeling op alle gemeentelijke beleidsterreinen. Wat omvat het programma? Deelprogramma’s 9.1 Budgettaire positie 9.2 Vermogenspositie 9.1 Portefeuillehouder E.H.J.M. Mathijssen/ A.H.M. Maas E.H.J.M. Mathijssen Budgettaire positie Wat omvat het deelprogramma? Relevante beleidsnota’s Het deelprogramma heeft betrekking op de budgettaire positie, de risico’s en het weerstandsvermogen, de lokale heffingen en treasury. Financiële verordening gemeente Sint-Michielsgestel (raadsbesluit november 2011) en geformuleerde beleidskaders Kadernota 2012. In 2013 worden uitvoeringsnota’s vastgesteld. Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wat hebben we bereikt? Evenwichtige begroting in relatie tot alle gemeentelijke beleidsvelden. Het jaar 2013 wordt afgesloten met een nader te bestemmen resultaat van € 965.277 positief. Bij de primitieve begroting werd uitgegaan van een resultaat van € 928.700 negatief. Het negatieve resultaat volgens begroting 2013 is als gevolg van diverse bezuinigingen omgebogen naar een begroot resultaat van € 363.900 positief na wijziging. Een analyse van het resultaat van jaarrekening 2013 ten opzichte van begroting 2013 na wijziging is opgenomen in hoofdstuk 3 van het jaarverslag onder ‘analyse op hoofdlijnen’. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Wat hebben we daar voor gedaan? Jaarlijks worden in de Kadernota (mei van elk jaar) de beleidskaders vastgesteld. Hierbij wordt een integrale afweging gemaakt tussen de (beleids-)wensen en de financiële positie van onze gemeente. De gemeenteraad heeft met de vaststelling van de kadernota 2012 de uitgangspunten en kaders voor de (meerjaren) begroting 2013 vastgesteld. In de P&Ccyclus is uw raad periodiek geïnformeerd over de financiële positie en voortgang van te realiseren ombuigingen en bezuinigingen. Daarnaast is 2013 een raadsinformatieronde en raadsinformatieavond georganiseerd, specifiek gericht op toekomstige ombuigingen op de gemeentelijke begroting. 136 Benoemde speerpunten voor 2013 Met het vaststellen van de Financiële verordening van de gemeente Sint-Michielsgestel en de Kadernota 2012 en afzonderlijke nota’s (Grondbeleid en grondexploitatie, Subsidies, Verbonden partijen, Inkoop en aanbesteding) zijn de beleidskaders geformuleerd en vastgesteld. De beleidskaders hebben betrekking op: Waarderen en afschrijven, Rente, Reserves, Voorzieningen, Weerstandsvermogen, Lokale heffingen, Financiering en treasury, Grondbeleid en grondexploitatie, Subsidies, Verbonden partijen, Inkoop en aanbesteding en Misbruik en oneigenlijk gebruik. Waar het noodzakelijk is, worden uiterlijk in 2013 uitvoeringsregels vastgesteld. In 2013 zijn door het college van burgemeester en wethouders uitvoeringsregels vastgesteld voor waardering & afschrijving van activa en is door het college de geactualiseerde nota inkoop- en aanbestedingen vastgesteld. Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Evenwichtige begroting in relatie tot alle gemeentelijke beleidsvelden. Een positief begrotingsbeeld. Tekort: € 928.700 (primitieve begroting) Rekening 2013 Overschot € 965.300 Meetbaar doel Positief exploitatieresultaat. Overschot: € 363.900 (begroting na wijziging) Geformuleerde autonome ontwikkelingen en eigen beleid zijn in de begroting ingebed. Terughoudend toezicht provincie. Gemiddelde belasting in onze provincie per woonruimte. Alles ingebed Ja Alles ingebed. Ja Ja Ja Gemeente: € 578 (werkelijk € 568 Minder dan € 671. € 1.400.000 Geen taakstellingen jaarrekening 2012) Provincie N-Br: € 671 (werkelijk 2012) Omvang taakstellingen structureel. Dekkingspercentage door primaire en secundaire risicoreserves Rente risiconorm € 1.200.000 Per 2018 obv Najaarsnota 2013 126% 97,25% 2,4% (dit is 12,1% van de risiconorm 3,0% Ofwel:15,2% van de norm 137 Minimaal 100% <20% Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening Begroting 2012 2013 Begrotings- Begroting wijzigingen primitief 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 9.1 Budgettaire positie Lasten 664,8 2.843,8 -1.148,1 1.695,7 1.564,3 131,4 Baten -28.075,1 -29.633,0 270,5 -29.362,5 -29.167,2 -195,3 Saldo lasten -/- baten -27.410,3 -26.789,2 -877,6 -27.666,8 -27.602,9 -63,9 -41,0 -737,5 576,5 -161,0 -132,0 -29,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 9.1 Budgettaire positie Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 64 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Hogere opbrengst grafrechten 11 Hogere opbrengst toeristenbelasting 2012 (is opgelegd in 2013) 20 Voor 2013 wordt rekening gehouden met een hogere opbrengst van de toeristenbelasting Hogere opbrengst o.z.b. 7 11 Financieringsresultaat op rente kortlopende geldleningen 108 Financieringsresultaat op rente langlopende geldleningen 18 Financieringsresultaat op doorbelasting kapitaallasten activa 95 Algemene uitkering gemeentefonds: Nagekomen effecten afrekening Rijk algemene uitkering voorgaande jaren 3 Saldo BCF-effect exploitatie en reservemutatie van gesloten exploitaties afval en riolering 72 Geen onttrekking egalisatiereserve BCF tbv dekking investeringen kostendekkende activiteit riolering Geen storting in egalisatiereserve BCF voor investeringen in kostendekkende activiteit riolering 60 31 Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead, voornamelijk veroorzaakt doordat de belastingen meer aandacht vergden dan aangenomen was na het ontstaan van Ple1n 39 Overige kleine verschillen: Overige kleine verschillen product Algemene uitkering 3 Overige kleine verschillen 10 Totaal 212 verklaard verschil 276 64 138 9.2 Vermogenspositie Wat omvat het deelprogramma? Relevante beleidsnota’s Dit deelprogramma omvat de vermogenspositie. Financiële verordening gemeente Sint-Michielsgestel (op basis van art. 212 gemeentewet) Vastgestelde beleidskaders bij Kadernota 2012 Nota weerstandsvermogen/risicomanagement 2005 Beleid en realisatie Wat willen we bereiken? (doeltreffendheid) Wat hebben we bereikt? Wij streven naar voldoende vermogen om onze maatschappelijke doelstellingen te realiseren, inclusief een solide financiële positie. Bij de vaststelling van kadernota 2012, waarin opgenomen de uitgangspunten voor de op te stellen (meerjaren) begroting 2013, heeft de gemeenteraad de afweging gemaakt voor welke maatschappelijke doelstellingen de reserves ingezet worden. Per deelprogramma komt dit tot uiting in het onderdeel resultaatbestemming. Activiteiten Wat zouden we daar voor doen? Wat hebben we daar voor gedaan? Rekening houdende met de verder verslechterde financiële positie zien wij geen mogelijkheden onze vermogenspositie te versterken. In de primitieve begroting 2013 was sprake van een aanzienlijk tekort. Besluitvorming over terugdringen van dit tekort heeft voor begroting 2013 geleid tot: • aanvullende bezuinigingen en: • inzet van vermogen ter dekking van het tekort Het resultaat van 2013 laat het volgende verloop zien bij (bedragen x € 1.000) : • de primitieve begroting: € 928,7 tekort • de begroting na wijziging: € 363,9 positief • de jaarrekening € 965,3 positief De inzet van de vermogenspositie voor dekking van het verwacht e begrotingstekort laat dan het volgende verloop zien (bedragen x € 1.000): • de primitieve begroting: € 456 storting • begroting na wijziging: € 5.657 onttrekking • jaarrekening werkelijk: € 2.865 onttrekking (excl. storting resultaat jaarrekening 2012) Wij willen wel vasthouden aan het geformuleerde beleid om eventuele (positieve) resultaten op basis van het vastgestelde beleidskader voor 50% te storten in de Vrije investeringsreserve ter versterking van onze vermogenspositie. Op basis van bestaand beleid wordt bij de jaarrekening een positief nader te bestemmen resultaat gestort in de Vrije investeringsreserve. Benoemde speerpunten voor 2013 De vermogens benchmark wordt niet gezien als doel op zich maar meer als een indicatie hoe wij ervoor staan in vergelijking met de vermogenspositie van andere gemeenten. Beoordeling en voorkomen van negatieve reserves in de planperiode. De indicatie van het vermogen per inwoner is opgenomen in de tabel effecten & indicatoren. Beoordeling van eventuele negatieve reserves heeft voor boekjaar 2013 plaatsgevonden bij het opstellen van de jaarrekening. Per einde 2013 zijn geen negatieve reserves aanwezig. 139 Verloop van de reservepositie In onderstaande tabel is het verloop van de reservepositie opgenomen. De tabel geeft informatie over het verloop van de reservepositie en een vergelijking met de benchmark ‘vermogen per inwoner’. Voor het jaar 2013 wordt een norm van € 1.285 per inwoner gehanteerd. Per einde 2013 wordt een vermogen van € 1.153 gerealiseerd. Dit is lager dan het gemiddelde vermogen van € 1.285 per inwoner van gemeenten in de grootteklasse 20-50.000 inwoners. Verloop van de reservepositie Stand per 31 december Bedragen in € 1.000 Rekening Rekening 2012 2013 2014* 2015* 2016* 2017* 2018* Risicoreserve (primair) Vermogensreserve (sec.) Totaal risicoreserves 4.410 6.346 10.756 4.410 3.950 8.361 4.410 3.438 7.849 4.410 4.480 8.890 4.410 4.205 8.615 4.477 4.005 8.481 4.611 3.805 8.415 Vrije investeringsreserve Overige reserves Rekeningresultaat 1.713 21.078 756 2.935 20.142 965 3.553 18.634 3.106 18.071 2.000 15.857 1.126 15.286 800 15.076 Totaal vermogenspositie 34.302 32.403 30.035 30.067 26.472 24.893 24.291 # inwoners 28.040 28.111 28.141 28.171 28.201 28.231 28.261 1.223 1.501 82% 1.153 1.285 90% 1.067 1.285 83% 1.067 1.285 83% 939 1.286 73% 882 1.286 69% 860 1.277 67% Vermogen per inwoner: Benchmark: %-age t.o.v. benchmark * Voorlopige berekening ten behoeve van de Kadernota 2014 bijgewerkt tot versie d.d. 21 februari 2014 Reservepositie per einde boekjaar Jaarrekening 2013 wordt afgesloten met een nader te bestemmen resultaat van € 965.300 positief. Vanuit begroting 2013 (en nadien verwerkte begrotingswijzigingen) heeft in jaarrekening 2013 al voor een deel van de resultaatbestemming plaatsgevonden: de mutaties in de reserves. In jaarrekening 2013 bestaat de verwerkte resultaatbestemming uit: Storting in de reserves: Storting rekeningresultaat 2012 in de reserves: Onttrekking uit reserves: Saldo mutatie reservepositie: € 2.808.911 (ten laste van de exploitatie) € 756.581 € -5.674.058 (ten gunste van de exploitatie) € -2.108.566 Afname Dit betekent per einde boekjaar per saldo een afname van de reservepositie ten gunste van de exploitatie. Voor een nadere toelichting over de resultaatbestemming verwijzen wij u naar het onderdeel jaarrekening 2013 waarin opgenomen een toelichting op het verloop van de reserves en de resultaatbestemming bij de (deel)programma’s in het onderdeel jaarverslag. 140 Vermogensbenchmark In het beleidskader voor reserves & voorzieningen is de doelstelling opgenomen voor de beoordeling van de vermogenspositie. Het realiseren van vermogen is daarbij niet tot een specifieke doelstelling benoemd. Uitgangspunt in het beleidskader is om, zoveel als mogelijk, een vergelijkbare vermogensontwikkeling met gemeenten uit dezelfde grootteklasse te realiseren. De vermogensbenchmark is daarbij informatief van aard. Onderstaande tabel geeft de vergelijking weer tussen het gerealiseerde vermogen per inwoner en de benchmark ‘vermogen per inwoner van grootteklasse 20-50.000 inwoners’. Vermogensvergelijking Eigen vermogen per inwoner 1.600 1.500 1.400 1.300 Bench gemeenten 20.000-50.000 inwoners 1.200 Gemeente Sint-Michielsgestel 1.100 1.000 900 800 Einde jaar Uit de grafiek valt te concluderen dat de vermogensontwikkeling van onze gemeente achterblijft bij de vermogensontwikkeling van gemeenten in de grootteklasse 20-50.000 inwoners. Hierbij dient echter te worden opgemerkt dat de benchmarkgegevens van gemeenten 20-50.000 inwoners zijn weergegeven zijn op basis van extrapolatie van gegevens uit 2012, waar het vermogen per inwoner van onze gemeente is gebaseerd op actuele inzichten van onze reservepositie volgens de meerjarenbegroting 2014 en de gegevens van kadernota 2014. 141 Effecten & Indicatoren Maatschappelijk effect Indicator Begroting 2013 Rekening 2013 Meetbaar doel Voldoende vermogen om onze maatschappelijke doelstellingen te realiseren, inclusief een solide financiële positie. Eigen vermogen per inwoner ’13: € 1.124 € 1.153 Informatief 73% 90% Vergelijking met Nederland en vergelijkbare gemeenten 2013: 87% 98,5% Maximaal 75% Redelijk*) Zwak **) Sterk Sterk Sterk Redelijk*) Zwak **) Sterk Sterk Sterk Sterk Sterk Sterk Sterk Sterk Jaarschijfpercentage ten opzichte van de benchmark Structurele inzet bespaarde rente ten gunste van de exploitatie Functies van de reserves: Risicofunctie Bestedingsfunctie Financieringsfunctie Inkomensfunctie Egalisatiefunctie *De omvang van de algemene risicoreserve (de primaire risicoreserve) is niet afdoende om de geïnventariseerde risico’s volledig af te dekken. De primaire en secundaire risicoreserves samen zorgen voor een dekking van 97,25% van het risicobeslag. Een uitgebreide toelichting is opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen. **Op basis van actuele gegevens over de benchmark en reserves zoals opgenomen in de tabel reservepositie. Wat heeft het gekost? Bedragen x € 1.000 Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting 2013 Rekening 2013 Restant budget definitief 9.2 Reserve positie Lasten Baten Saldo lasten -/- baten 232,5 235,6 -201,9 33,7 32,4 1,3 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 232,5 235,6 -201,9 33,7 32,4 1,3 231,8 233,4 -201,9 31,5 31,5 0,0 Waarvan resultaatbestemming: Storting (+) /onttrekking (-) reserves Saldo: 142 Financiële toelichting en analyse op hoofdlijnen 9.2 Vermogenspositie Alle bedragen x 1.000 euro. Voordelig Nadelig Redenering rekening ten opzichte van de begroting Saldo ten opzichte van de begroting 1 Eenmalig beschikbaar gesteld: Eenmalige afwijking op structureel budget: Structurele afwijking op structureel budget: Afwijking door overheveling incidenteel budget naar volgende dienstjaar: Overige afwijkingen: Uren inclusief overhead 1 Overige kleine verschillen: Totaal 1 verklaard verschil 1 143 0 144 7. De paragrafen A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen en risicobeheersing C. Onderhoud kapitaalgoederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondbeleid 145 Paragraaf A. Lokale heffingen De paragraaf lokale heffingen biedt een overzicht van het beleid voor de lokale lasten. Rekening houdend met de geldende voorschriften ingevolge het Besluit begroting en verantwoording gemeenten en provincies (BBV) komen achtereenvolgens de volgende aspecten aan de orde. 1. Geraamde inkomsten 2. Beleid voor de lokale heffingen 3. Overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen 4. Lokale lastendruk 5. Kwijtscheldingsbeleid Algemeen De gemeente draagt een maatschappelijke verantwoordelijkheid om te voorkomen dat de gemeentelijke belastingdruk als geheel en/of de jaarlijkse stijgingen afzonderlijk de als zodanig aanvaardbare normen overschrijden en leiden tot negatieve beeldvorming. De normen als zodanig worden bepaald door het tijdsbeeld. Samenwerking Per 1 januari 2012 is de samenwerking PLE1N-belastingen operationeel. Deze werkeenheid is ondergebracht bij de gemeente Sint-Oedenrode. De aanslagoplegging en invordering van de volgende belastingen zijn ondergebracht in de werkeenheid: • Onroerende zaakbelastingen • Hondenbelasting • Toeristenbelasting • Rioolheffing • Afvalstoffenheffing De voorgenomen harmonisatie van aanslagoplegging, invorderingsregels en kwijtscheldingsregels heeft niet plaatsgevonden. De overgang naar één heffingenpakket om een geïntegreerde aanslagoplegging te realiseren is in 2013 niet gerealiseerd. Hiernaast is in 2013 besloten om de invordering van de afvalstoffen en het rioolrecht tot nadere besluitvorming te handhaven door deze te beleggen bij Brabant Water en niet mee te laten lopen bij de aanslagoplegging zoals deze door Ple1n belastingen wordt opgelegd. De overgang naar een een-aanslagoplegging zal hierdoor voorlopig niet gerealiseerd worden. 1. Inkomsten Omschrijving In € Gerealiseerde Geraamde inkomsten Inkomsten *) 2013 Onroerende zaakbelastingen Hondenbelasting Toeristenbelasting Toeristenbel.afwikkeling ’12 Afvalstoffenheffing Rioolheffing Bouwleges Secretarieleges Marktgelden 4.336.639 103.781 69.800 20.544 1.479.779 1.703.531 544.522 375.536 40.667 4.356.500 105.000 62.600 Totaal 8.674.799 8.788.200 *) na wijzigingen 146 1.591.000 1.743.800 467.000 416.400 45.900 2. Beleid voor de lokale heffingen Op 10 november 2011 heeft de gemeenteraad de “Financiële verordening gemeente SintMichielsgestel” vastgesteld. Hierin is vastgesteld dat de gemeenteraad in het eerste jaar na aanvang van een nieuwe raadsperiode - of zo spoedig mogelijk daarna - in de kadernota de (bijgestelde) beleidskaders en regels vaststelt, als bedoeld in artikel 212 van de gemeentewet. Deze beleidskaders zijn voor de eerste keer in de Kadernota 2012 opgenomen en vastgesteld. Ten aanzien van de verschillende belastingen zijn de volgende kaders gesteld en van toepassing voor de Begroting 2013: De tarieven Onroerende zaakbelastingen worden gebaseerd op een opbrengstentaakstelling. De opbrengst werd voor 2013 met 3,5% verhoogd. Door waardedalingen stegen de tarieven procentueel meer om de taakstellende opbrengst te kunnen realiseren. De feitelijke tariefsverhoging bedroeg voor woningen 11,3% en voor niet-woningen 18.5%: Macronorm Op basis van regelgeving mag de macro-opbrengststijging voor de OZB voor het jaar 2013 3% (bron: meicirculaire 2013) bedragen. De feitelijke opbrengststijging bedroeg 5,65%. Deze afwijking wordt voornamelijk veroorzaakt door effecten van areaaluitbreiding, verschuivingen tussen woningen en niet-woningen en effecten uit gemengd gebruik van objecten. De tarieven Hondenbelasting zijn met 2% verhoogd en passen binnen/sluiten aan op het landelijke beeld. Het tarief Toeristenbelasting was gebaseerd op het gemiddelde tarief Toeristenbelasting in Nederland. In 2013 is het tarief echter op landelijk niveau met 10% gestegen. Deze stijging is niet in het tarief 2013 opgenomen. Een nader onderzoek wordt opgestart. De tarieven Afvalstoffenheffing zijn gebaseerd op het bijgestelde tarievenbeleid en is van toepassing voor de jaren 2013-2023. Het tarief Rioolheffing is verhoogd met het inflatiepercentage van 2% en gebaseerd op het in mei 2012 vastgestelde GRP. De grondslagen die voortvloeien uit toepassing van de legesverordening zijn maximaal kostendekkend. De leges bouwvergunningen (omgevingsvergunningen) worden geëgaliseerd ten opzichte van de hiervoor begrote bedragen. Begrotingstechnisch is de raming voor het jaar 2013 bijgesteld. 147 3. Overzicht op hoofdlijnen diverse heffingen Hieronder wordt een overzicht gegeven van het verloop van de tarieven en de basis van de in de Begroting 2013 verwerkte opbrengsten. Alle tarieven in € Belasting Besluit tarieven 2013 Hondenbelasting Voor de eerste hond Voor elke tweede en volgende hond Per kennel voor geregistreerde honden bij de raad van beheer op kynologisch gebied in Nederland Raad 25-12-2012 Toeristenbelasting per persoon Per overnachting Groepen > 10 personen 12-18 jaar Groepen > 10 personen 0-12 jaar Raad 25-12-2012 Afvalstoffenheffing: - basisbedrag - incidentele korting basisbedrag - per lediging 60 liter container - per lediging 140 liter container - per lediging 240 liter container - appartementencomplex Raad 25-12-2012 Rioolrecht: - basisbedrag - bedrag per m3 verbruikt water Raad 25-12-2012 Onroerende zaakbelastingen als percentage van de WOZ-waarde: tarief gebruiker niet-woningen tarief eigenaar woningen tarief eigenaar niet-woningen 2013 46,20 67,92 227,40 1,38 0,21 0,12 131,72 50,001,45 3,38 5,80 99,12 113,28 0,33 Raad 9-2-2013 0,07810 0,10794 0,12485 148 4. Lokale lastendruk Bij de beoordeling van de gemiddelde belastingdruk worden de Afvalstoffenheffing, de Rioolheffing onderdeel woningen en de Onroerendezaakbelasting woning betrokken. Het gemiddelde wordt gebaseerd op het aantal woonruimten in de gemeente. Tenzij bij afzonderlijk raadsbesluit hiervan wordt afgeweken, mag de lokale lastendruk niet meer bedragen dan het gemiddelde in de provincie Noord-Brabant. Belastingdruk 2013: De belastingdruk voor Noord-Brabant bedroeg : Laatst bekende gegevens Coelo 2011: € 681 (er zijn (nog) geen cijfers bekend over de jaren 2012 en 2013). De belastingdruk voor onze gemeente bedroeg in 2013: € 568 per woonruimte Grondslag: 11.839 woonruimten (bron: CBS juni 2013) en opbrengst woningen € 6.732.555. e In Nederland staat onze gemeente op basis van alle vergeleken belastingen op de 149 plaats (bron: Coelo digitale atlas 2013). Hierbij is plaats 1 de gemeente met de laagste lokale lasten. 5. Kwijtscheldingsbeleid Het gemeentelijke kwijtscheldingbeleid is vastgelegd in de Leidraad Invordering gemeentelijke heffingen 2010. Vanaf het belastingjaar 2011 is er sprake van geautomatiseerd verleende kwijtschelding. Dat wil zeggen dat diegenen, die in 2012 kwijtschelding kregen, voor de belastingjaren 2011 en 2012 óók automatisch kwijtschelding krijgen voor 2013. Dit echter onder het voorbehoud dat in periode 01-01-2013 tot en met 31-12-2015 een herbeoordeling kan plaatsvinden indien: in deze periode een inkomen boven bijstandsniveau is verkregen of de financiële situatie is verbeterd; de gezinssamenstelling wijzigt; men binnen een jaarlijkse, steekproefsgewijze controle valt. e In de 1 twee gevallen is men verplicht dit te melden. Mede door een bijstelling van de wettelijke maxima (norm maximaal 110% in plaats van 120% van het bijstandsniveau) zijn er minder aanvragen gehonoreerd in 2013. Voor 2013 bedroeg het aantal kwijtscheldingen 86 waarvan ook 6 voor de hondenbelasting (geraamd op 130, waarvan +/- 15 ook voor de hondenbelasting) . De kwijtscheldingsbedragen 2013: Belastingsoort Werkelijk Geraamd Hondenbelasting: Afvalstoffenheffing: Rioolheffing: € 231 € 13.529 € 12.193 € 700,€ 48.600,€ 19.000,- 149 Paragraaf B. Weerstandsvermogen en risicobeheersing Het beleid Op 10 november 2011 heeft de gemeenteraad de “Financiële verordening gemeente SintMichielsgestel” vastgesteld. Hierin is opgenomen dat de gemeenteraad in het eerste jaar na aanvang van een nieuwe raadsperiode – of zo spoedig mogelijk daarna – in de kadernota de (bijgestelde) beleidskaders en regels vaststelt, als bedoeld in artikel 212 van de gemeentewet. Op basis van die vastgestelde beleidskaders en regels draagt het college zorg voor de uitvoering. Uitvoeringsnota’s worden ter kennisname aan de gemeenteraad gebracht. Wat is een risico In de literatuur en in de praktijk zijn er verschillende opvattingen over wat een risico is. Het is dan ook noodzakelijk om een eenduidige definitie te geven. Voor de risicoanalyse wordt er vanuit gegaan dat een risico bestaat uit drie elementen: • • • Gebeurtenis: activiteit of gegeven met (financiële) gevolgen Kans: de inschatting of deze gebeurtenis zich zal voordoen Effect: de consequentie(s) van het optreden van het risico Risico: Het verschil tussen uitgangspunten en de afwijking op die uitgangspunten dat zich, gegeven een bepaald reëel scenario, op termijn kan voordoen. Het risicomanagement Met betrekking tot het risicomanagement zijn de volgende doelstellingen geformuleerd: a. de continuïteit van de bedrijfsvoering binnen de gemeente waarborgen; b. het voorkomen en beheersbaar maken van calamiteiten; c. bescherming van de vermogenspositie van de gemeente; d. de verzekerbaarheid van de gemeente garanderen en/of vergroten en e. het beschermen van het imago van de gemeente. Inmiddels zijn stappen gezet voor de verdere ontwikkeling van het risicomanagement. De stappen die eerder geformuleerd zijn, bestaan uit de volgende fasen: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. risico-inventarisatie opstellen; analyseren en beoordelen van risico’s; risicoprofiel van de gemeente opstellen; verdieping op specifieke risicogebieden; risicobeheer uitvoeren met gekozen maatregelen; verzekeringsbeleid bepalen; invullen van het organisatorische kader en implementatie. Al bij de presentatie van de nota “weerstandsvermogen en risicomanagement 2005” is een aanzet gemaakt om de bekende risico’s weer te geven en te beheersen. Ook in 2013 wordt invulling gegeven aan de realisering van de verschillende fasen, te weten: Periodiek worden de risico’s geïnventariseerd en in een risicomatrix opgenomen en bewaakt. Deze matrix ziet er als volgt uit: Beoordeling gebied Omschrijving voorval Gevolgen Frequentie Verantwoordelijke Maatregel Op basis van de geformuleerde uitgangspunten zijn de risico’s gekwantificeerd en gekwalificeerd. Het weerstandsvermogen is in relatie gebracht met de omvang van de risico’s. 150 Het weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen wordt omschreven als het vermogen om financiële risico’s op te kunnen vangen om zo het structurele takenpakket (het bestaande beleid, de normale bedrijfsvoering) van de gemeente te kunnen voortzetten. Het gaat hierbij om de waarborgen van de continuïteit. De gevolgen van nieuw beleid vallen hier niet onder. Het minimale weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen weerstandscapaciteit en de risico’s waarvoor geen voorzieningen of bestemmingsreserves zijn gevormd. Het minimale of gewenste weerstandsvermogen is vaak een politieke keuze. Beleidskader Voor het percentage risicodekking wordt in meerjarig perspectief naar een dekking van minimaal 100% gestreefd. Het primaire weerstandsvermogen: De Algemene (risico)reserve. Het secundaire weerstandsvermogen: De Vermogensreserve. Beleidskader Het streven is om het risicobeslag te kunnen dekken door het primaire weerstandsvermogen. Omdat dit nog niet mogelijk is, kan/mag gebruik gemaakt worden van het secundaire weerstandsvermogen. Weerstandscapaciteit. De weerstandscapaciteit bestaat uit de incidentele en structurele weerstandscapaciteit. Bij de incidentele capaciteit gaat het om de mogelijkheid tot opvangen van calamiteiten en eenmalige tegenvallers zonder dat het invloed heeft op voortzetting van taken op het vastgestelde niveau. Met de structurele capaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen zonder dat dit ten koste gaat van uitvoering van de bestaande taken. De volgende middelen worden tot de weerstandscapaciteit gerekend: * Incidenteel: post onvoorzien, algemene (risico) reserve en stille reserves * Structureel: eventuele begrotingsruimte en onbenutte belastingcapaciteit. Post Onvoorzien Een eventueel exploitatieresultaat wordt in overeenstemming met bestaand beleid gestort in de Vrije Investeringsreserve. Stille reserves In theorie behoren de stille reserves tot de weerstandscapaciteit. Met vaststelling van de vorige nota’s reserves & voorzieningen is besloten om de stille reserves niet langer tot de weerstandscapaciteit te rekenen om o.a. de volgende redenen: De waardering van de stille reserves is vaak discutabel en op basis van schattingen Stille reserves zijn vaak niet op korte termijn in geld om te zetten. Deze argumenten zijn nog steeds van toepassing. Om deze reden wordt in deze herziening van het beleidskader geadviseerd om dit beleidskader ongewijzigd voort te zetten. Onbenutte belastingcapaciteit Toen de gemeente Sint-Michielsgestel een bovengemiddelde belastingheffer was, was als doelstelling geformuleerd: een gemiddelde belastingheffer te zijn in Noord-Brabant. Nu Sint-Michielsgestel onder dat gemiddelde is beland wil de gemeente dit niveau vasthouden en/maar zeker niet hoger uitkomen dan het Brabants gemiddelde. Tot het Brabantse gemiddelde is er een belastingcapaciteit van ongeveer € 500.000,00. Deze wordt achter de hand gehouden ten behoeve van eventuele crisismaatregelen. Daarmee wordt, voor de weerstandscapaciteit, de ruimte van de onbenutte belastingcapaciteit eigenlijk teruggebracht tot nul. Beoordeling weerstandsvermogen Het primaire weerstandsvermogen bedroeg per 31 december 2013: € 4.410.000,00. Het secundaire weerstandsvermogen bedroeg per 31 december 2013: € 3.950.000,00 De benoemde risico’s zijn gekwantificeerd en gekwalificeerd. De risico-omvang wordt becijferd op € 8.596.000,00. 151 Conclusie De benoemde risico’s kunnen niet in zijn geheel opgevangen worden door het primaire en secundaire weerstandsvermogen. Het totaal benoemde weerstandsvermogen is niet op niveau. Door de gemeenteraad is de Algemene reserve aangemerkt als primair weerstandsvermogen. De Vermogensreserve is aangemerkt als secundair weerstandsvermogen. Het dekkingspercentage bedraagt 97,25. Het uitgangspunt is 100% dekking. Dit wordt veroorzaakt door de afname van de Vermogensreserve. € 1.000.000,00 is overgeheveld naar de Vrije Investeringsreserve. De winsten op de grondexploitatie zijn lager dan in eerdere instantie werd aangenomen. Bij de kadernota 2013 is € 1.000.000,00 onttrokken in verband met de bevriezing in tranche 5 en 6. Om weer op het gewenste niveau van 100% te komen verdient de versterking van de Vermogenspositie in de komende jaren extra aandacht. Weerstandsvermogen telkens per 1 januari van het jaar: Bedragen in € 1.000 % van % van het het risico risico 2013 2014 Risicoreserve 4.410 52,34 4.410 44,57 Vermogensreserve 6.346 75,31 3.950 39,92 10.756 127,65 Totaal 97,25 8.360 % van het risico 2015 4.410 3.438 44,57 34,75 7.848 91,30 % van het risico 2016 4.410 4.480 44,57 44,28 8.890 103,42 Een overzicht van het verloop van alle reserves en voorzieningen –inclusief toelichting- is opgenomen in het ter inzage liggende bijlagenboek. Kwalificering en kwantificering van de risico’s Zoals in de nota “weerstandsvermogen en risicomanagement 2005” is beschreven, hebben de volgende uitgangspunten aan de kwalificering en kwantificering ten grondslag gelegen: * Kwalificatie van de risico’s volgens een laag/midden en hoog risicoprofiel; Om tot een kwalificatie te kunnen komen worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: Hoog risicoprofiel: Het risico heeft zich vanaf 2003 tot heden meer dan 2 keer voorgedaan en er zijn verwachtingen/prognoses dat het risico zich ook na 2013 zal voordoen . Midden risicoprofiel: Het risico heeft zich vanaf 2003 tot heden wel voorgedaan. Er zijn geen concrete verwachtingen dat het risico zich na 2013 zal voordoen. Laag risicoprofiel: 1. 2. 3. Het risico heeft zich van vanaf 2003 niet voorgedaan maar kan niet worden uitgesloten. Gelet op het ontbreken van voldoende structurele middelen worden de risico’s financieel vertaald in incidentele omvang; Risico’s met een structureel karakter nominaal baseren op een periode van 6 jaren en hierbij uitgaan van de stelling dat na die periode structurele dekkingsmiddelen beschikbaar zullen zijn; Het noodzakelijke weerstandsvermogen baseren op de kwantificering van de risico’s rekening houdende met de kwalificatie en weging van die risico’s (laag 25%, midden 50% en hoog 75%). Het totale gekwantificeerde noodzakelijke weerstandsvermogen wordt becijferd op ongeveer € 8,6 miljoen. Dit geeft een dekkingspercentage van 97%. Dit kan als volgt worden onderbouwd: 152 Benoeming en bepaling omvang van de risico’s: Op grond van de in de nota “weerstandsvermogen en risicomanagement 2005” geformuleerde uitgangspunten zijn risico’s geïnventariseerd, gekwalificeerd en gekwantificeerd. Risico kwantificering en kwalificatie jaarrekening 2013 Programma Deelprogramma Laag Midden 3.400.000 1.500.000 Hoog Product Algemeen Taakstellingen Burger, bestuur en bedrijfsvoering 4 4.2 1 Wisseling bestuur 4 4.4 1 Ontwikkelingen strategisch beleid 4 4.5 1 Algemene prijsontwikkeling 4 4.7 1 Ziekterisico's 4 4.7 2 Civiele procedures 4 4.7 3 Aansprakelijkheid eigenaar 4 4.7 4 Onderhoud gebouwen 4 4.7 5 Onderhoud- en beheersplannen 4 4.7 6 Eerder realiseren investeringen div. p.m. p.m. 1.200.000 700.000 p.m. 100.000 1.126.000 1.000.000 Educatie, cultuur en welzijn 5 5.1 1 Huisvesting onderwijs 606.000 RO, VHV en economische aangelegenheden 8 8.1 1 Planschade claims 211 601 881 622 625 625 627 651 661 307 p.m. 501 Financiën 9 9 9.1 1 Algemene uitkering 9.1 2 Garanties instellingen/verenigingen Div. Div. Gemeenschappelijke regelingen 2.500.000 750.000 650.000 600.000 Omvang benoemde risico's Div. 6.932.000 4.000.000 Wegingsfactoren risico’s 25% 50% Gewogen risico-omvang 1.733.000 2.000.000 8.4 2 Grondexploitatie 3.200.000 75% 2.400.000 2.463.000 Totaal 8.596.000 153 870 883 771 Taakstellingen: De door de raad vastgestelde ombuigingsoperatie is ter uitwerking in handen gesteld van het college. De taakstellingen dienen gerealiseerd te worden op de navolgende onderdelen: • Personeel • Reguliere budgetten • Bestaand beleid • Saneren subsidies • Overig Risicoprofiel: laag/midden Omvang van het risico € 4.900.000,00 (2013 – 2018) Programma Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering 4.2 01: Wisseling van bestuur en nabestaandenverplichtingen Wisselingen van het bestuur kunnen leiden tot wachtgeldverplichtingen. Voor de lopende verplichtingen zijn financiële middelen beschikbaar. Voor nieuwe gevallen is geen budget beschikbaar. Risicoprofiel: laag. Omvang van het risico p.m. 4.4 01: Ontwikkeling strategisch beleid Een nieuwe visienota 2025 wordt samengesteld. Nieuw beleid wordt niet als risicofactor aangemerkt.. Risicoprofiel: laag. Omvang van het risico p.m. 4.5 01 Beheersing van de prijsontwikkelingen Het gemiddelde inflatiepercentage van de afgelopen jaren bedraagt 2,3%. In de meerjarenbegroting 2013 is rekening gehouden met een percentage van 0. De afwijking ten opzichte van de raming van 2,3 % geeft een structureel effect van € 200.000,00. Het risico bedraagt 6 x € 200.000,00 De vigerende CAO heeft een looptijd tot 1-1-2013. Onderhandelingen zijn gaande. De uitkomsten kunnen wij op dit moment niet inschatten. Daarom ramen wij dit risico pro memorie. Risicoprofiel: hoog. Omvang van het risico € 1.200.000,00 4.7 01 Ziekterisico's De gemeente kent als werkgever het zogenaamde eigen risico bij ziekte, dat wil zeggen dat bij langdurige ziekte van personeel de doorbetaling van salaris voor rekening van de gemeente komt. Normaal ziekteverzuim (± 4%) is binnen de planning van de werkzaamheden opgevangen. Bovenmatig ziekteverzuim ± 1% (met gedeeltelijke vervanging) wordt opgevangen binnen het budget incidentele loonruimte. Voor de eventuele vervanging van langdurig ziek personeel zijn geen middelen gereserveerd. Mede door een aangescherpt ziekteverzuimbeleid wordt het risico kleiner. Het totale ziekteverzuim wordt geschat op 6-7% In 2013 bedroeg het ziekteverzuimpercentage 6,52% (2012: 6,92%). Hierdoor is 1,0 -2,0% niet gedekt. Ofwel 154 fte a € 55.000 * 1, 375% * 6 jaren. Risicoprofiel: hoog. Omvang van het risico € 700.000,00 4.7 02: Civiele procedures Naar verwachting zijn er op jaarbasis 10-15 claims. Het risico wordt p.m. geraamd Er waren in 2013 geen claims in behandeling. De 2 jaren daarvoor ook niet. Risicoprofiel: midden Omvang van het risico p.m. 154 4.7 03: ·Aansprakelijkheid als eigenaar Gelet op de maatschappelijke ontwikkelingen moeten we er van uitgaan, dat de gemeentelijke overheid als eigenaar, onderhoudsplichtige en dergelijke steeds vaker geconfronteerd wordt met aansprakelijkstellingen. De gemeente heeft een verzekering afgesloten tegen Wettelijke Aansprakelijkheid. In 2013 zijn wij 34 (2012: 39) maal aansprakelijk gesteld. Risicoprofiel: hoog. Omvang van het risico € 100.000,00 4.7 04 Onderhoud gebouwen Op basis van de nieuwe meerjarenplanning (eind 2009) zijn de voorzieningen op niveau. Periodiek zal beoordeeld moeten en blijven worden of het onderhoud bekostigd kan worden uit de voorziening en de stortingen. Nieuwe wetgeving kan leiden tot onderhoudsbijstellingen. De visie op het onderhoud is gebaseerd op het uitvoeren van het onderhoudsniveau zoals eerder vastgesteld. Nieuwe ontwikkelingen kunnen van invloed zijn op het onderhoudsniveau. Om een goed inzicht te kunnen verkrijgen of de voorziening voldoende is en blijft zou er een meerjarig (30/40 jaar) onderhoudsplan opgesteld moeten worden. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat de voorziening niet structureel toereikend is. Deze bedraagt per 01-01-2013 € 1.126.554,00 Risicoprofiel: laag. Omvang van het risico € 1.126.000,00 4.7 05 Opstellen/operationaliseren/afstemmen/integreren van onderhouds-/beheersplannen Voor de belangrijkste taakvelden zoals beheer van riolering, onderhoud van wegen, onderhoud van gebouwen en groenonderhoud zijn beheers/-onderhoudsplannen in voorbereiding dan wel opgesteld. Met de komst en verplichting van de Basisregistratie heeft de implementatie grotendeels plaatsgevonden. Het risico vervalt. Afgevoerd 4.7 06 Voorgenomen investeringen en achterblijven realisatie Alle voorgenomen investeringen zijn doorgeschoven naar 2016. Door de gemeenteraad is uitgesproken dat de oorspronkelijke planning toch zoveel als mogelijk gerealiseerd moet worden. Dit kan leiden tot incidentele tekorten in de komende jaren (periode 2013 t/m 2015). De restant kredietlijst per 31-12-2013 bedroeg ongeveer € 333.000,00 Risicoprofiel: hoog. Omvang van het risico € 1.000.000,00 (gecumuleerd effect) Programma Educatie, cultuur en welzijn 5,1 01 Integraal huisvestingsplan onderwijs Het Integrale Huisvestingsplan Onderwijs is laatstelijk in 2011 vastgesteld. De onderhoudsprognose voor het primair onderwijs is geactualiseerd voor deze planperiode. Nieuw beleid wordt niet als risicofactor aangemerkt Om een goed inzicht te kunnen verkrijgen of de voorziening voldoende is en blijft zou er een meerjarig (30/40 jaar) onderhoudsplan opgesteld moeten worden. Vooralsnog wordt er vanuit gegaan dat de voorziening niet structureel toereikend is. De stand van de voorziening per 31-12-2013 bedroeg € 605.600,00 Risicoprofiel: laag Omvang van het risico € 606.000,00 155 Programma RO, VHV en economische aangelegenheden 8.1 01 Claims waardevermindering als gevolg van wijziging bestemmingsplannen Een groeiend aantal claims planschade worden ingediend. Bureaus die als bemiddelaar optreden, op basis van het no-cure-no-pay principe, zijn daar mede debet aan. Getracht wordt eventuele claims af te wentelen op de aanvragers van de wijziging van bestemmingsplannen. De risico’s zijn beperkt. In 2013 zijn 11 planschades uitbetaald. Totaal bedrag € 116.000,00 Risicoprofiel: laag. Omvang van het risico p.m. 8.4 02 Grondexploitatie In het Meerjarenprogramma Grondbedrijf functie (MPG) zijn de risico’s geïnventariseerd. De uitgevoerde risicoanalyse heeft geleid tot een totaal gewogen risicobeslag van 2.463.000,00. Voor de onderbouwing van dit bedrag wordt verwezen naar de risicoanalyse MPG van maart 2014. Risicoprofiel: gewogen Omvang van het risico € 3.761.000,00 Programma Financiën 9.1 01 Algemene Uitkering De mutaties in de Algemene Uitkering worden steeds omvangrijker. De risico’s nemen hiermee toe. De gevolgen van de economische situatie blijken een steeds grotere invloed te hebben op de omvang van het gemeentefonds. In de berekening zijn de gevolgen van de meicirculaire 2013 verwerkt. Binnen de Algemene Uitkering staat de verdeling steeds meer onder druk. In het bijzonder wordt gewezen op: • Herverdeling van het gemeentefonds op basis van gewijzigde kosten oriëntatie (verwachting in 2014) • Herverdeling als gevolg van de wijziging van de omschrijving woongebouw (verwacht in 2014) • Discussie over het opheffen/wijzigen van het BTW compensatiefonds • Rijksbezuinigingen en de effecten hiervan op gemeentelijk niveau • De effecten van de Wet HOF 9 (Houdbaarheid overheidsfinanciën ; zie de paragraaf Financiering onderdeel 1.2.2) • De drie doordecentralisaties Wijzigingen in verdelingen of overheveling leveren in principe maximaal een effect op van € 15,00 e per inwoner per jaar. Oplopend naar € 30,00 in het 2 jaar en € 45,00 in het derde jaar en daarna volledig op te vangen in de eigen begroting. Dit is een totaal risicobeslag van € 2.500.000,00 met een profiel midden. Daarnaast is de winstwaarschuwing voor het accres 2014 van dien aard dat we een risico willen opnemen van € 750.000,00 met een hoog risicoprofiel. Risicoprofiel: midden. hoog Omvang van het risico € 2.500.000,00 € 750.000,00 9.1 02 Garanties instellingen/verenigingen De gemeente heeft zich in het verleden garant gesteld voor de betaling van rente en aflossingen van door instellingen en verenigingen afgesloten geldleningen. Weliswaar wordt het risico door de gemeente geminimaliseerd door de jaarlijkse toetsing van de jaarstukken, maar het is een toetsing achteraf. Een reserve/voorziening voor eventuele verliezen is niet gevormd. De totale garantiestelling bedraagt ongeveer € 13.000.000,00. Het risico wordt becijferd op 5% van de totale garanties. Risicoprofiel: hoog.Omvang van het risico € 650.000,00 Div. 0.1 Gemeenschappelijke regelingen Voor de Veiligheidsregio wordt een risico opgenomen van € 100.000,00 De taakstelling is hierboven verwerkt. Risicoprofiel: laag Omvang van het risico € 600.000,00 156 Paragraaf C. Onderhoud Kapitaalgoederen 1. De paragraaf betreffende het onderhoud van kapitaalgoederen bevat tenminste de volgende kapitaalgoederen: a. wegen; b. riolering; c. water; d. groen; e. gebouwen. 2. Van de kapitaalgoederen, bedoeld onder 1 worden aangegeven: a. het beleidskader b. de uit het beleidskader voortvloeiende financiële consequenties; c. de vertaling van de financiële consequenties in de begroting. Onze gemeente heeft een groot buitengebied. Ook zijn er in het binnengebied veel gemeentelijke voorzieningen te vinden die van belang zijn bij de wijze waarop mensen hun woon- en werkomgeving of hun omgeving om te recreëren beleven. De kwaliteit van de kapitaalgoederen zoals gebouwen, wegen, riolering, openbare verlichting en groen worden mede bepaald door de wijze waarop deze worden beheerd en onderhouden. Het beleid van onze gemeente op dit terrein is vastgelegd in diverse beleid- en beheerplannen. Wegen Het jaarlijks onderhoud van wegen is gekoppeld aan een periodieke controle van het wegenbestand. De bedragen zoals die in de begroting waren opgenomen waren voldoende om de kwaliteit te handhaven. De lasten voor het deelprogramma wegbeheer bedroegen in 2013 € 1.090.804 (inclusief inzet uren en kapitaallasten) Openbare verlichting Het beleid en beheer op het gebied van openbare verlichting is verwoord in het herverlichtingsplan. De lasten die hieruit voortkomen zijn opgenomen in de exploitatie. Het beheer van de openbare verlichting is vertaald in een bestek. De uitvoering van het bestek is door derden verricht. Voor 2013 waren bij het deelprogramma verkeersveiligheid onder het product openbare verlichting de totale netto lasten € 303.271,- (inclusief eigen uren en kapitaalslasten). Riolering Het beleid en beheer van de riolering is vertaald in het Gemeentelijk Riolering Plan (GRP). Dit plan is vastgesteld in de raadsvergadering van 20 mei 2010 en dient als basis voor de bepaling van de hoogte van het riool afvoerrecht. Het totaal van de lasten gekoppeld aan de riolering bedroegen in 2013 € 1.164.242,-. Daar staat tegenover dat de opbrengst van het rioolafvoerrecht in principe een gelijk bedrag is. Ten behoeve van een eventueel saldo (positief dan wel negatief) is een egalisatiereserve in het leven geroepen, waarin in 2013 een bedrag van € 554.208,- is gestort. De in 2013 geplande investering voortkomend uit het GRP is uitgevoerd; aanleg van een riool in ’t Hof in Gemonde. Openbaar groen Het Groenbeleidsplan, dat is vastgesteld op 23 december 1999 en een periode omvat van 2000 – 2015, geeft op beleidsmatige wijze inhoud aan de inzichten die er op het terrein bestaan. Verder wordt er inzicht geboden in het beheer van de groenvoorzieningen. In totaliteit rekenen we met een oppervlakte van circa 47 hectare. De reguliere uitgaven voor het beheer zijn jaarlijks in de begroting geraamd gebaseerd op bestekken. De uitvoering van deze bestekken is uitbesteed. Daar waar sprake is van renovatie zijn de investeringen opgenomen in het meerjaren investeringsplan. Voor het reguliere onderhoud en beheer is in de productgroep ‘openbaar groen’ als onderdeel van het programma groene gemeente voor 2013 een bedrag uitgegeven van € 1.471.664,- (inclusief inzet eigen uren en kapitaallasten). 157 Gebouwen Voor het beheer van de gemeentelijke gebouwen (behalve woningen) is een onderhoudsplan opgesteld. Jaarlijks vindt er een storting in de onderhoudsvoorziening plaats die is gebaseerd op het onderhoudsplan. De hoogte van de storting is toereikend. De stortingen bedragen over het jaar 2013: - Gebouwen € 562.700,- Schoolgebouwen € 116.500,- 158 Paragraaf D. Financiering De paragraaf betreffende de financiering bevat in ieder geval de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer en de financieringsportefeuille. 1. Inleiding Met ingang van 1 januari 2001 en laatstelijk gewijzigd 1 januari 2009) is de Wet Financiering Decentrale Overheden (Wet FIDO) in werking getreden. In het besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten is de gemeente verplicht om een zogenaamde treasury paragraaf op te nemen. 1.1 Treasury Treasury, het beheren van geld- en kapitaalstromen, neemt bij de decentrale overheden een belangrijke plaats in. De Ceteco-affaire maar ook de financiële crisis eind 2008/begin 2009 (zoals de IJslandaffaire en DSB-Bank) hebben het belang benadrukt dat het bestuur heeft bij een verantwoorde uitvoering van de treasuryfunctie. De Wet FIDO stelt regels voor het beheer van de treasury. Deze wet bevat normen voor het beheersen van risico’s op kort- en langlopende geldleningen, de kasgeldlimiet en de rente risiconorm. Voorts worden de decentrale overheden verplicht een treasurystatuut op te stellen en moet een treasuryparagraaf in de begroting en het jaarverslag opgenomen worden. Hiermee wordt het belang van de treasuryfunctie door de wetgever bevestigd. In de Financiële verordening van de gemeente Sint-Michielsgestel is bepaald dat er kaders gesteld moeten worden in het kader van de treasury. In de Kadernota 2012 zijn deze benoemd. Het college zal een uitwerkingsnota vaststellen. 1.1.1 Ontwikkelingen Naar aanleiding van de Wet op het Verplicht Schatkistbankieren, is er een wijziging van de Wet Fido, de Wet Hof en de Uitvoeringregeling financiering decentrale overheden, aangenomen op 11 december 2013. Deze zijn van kracht met ingang van 1 januari 2014. 1.1.2 Overzicht bankrekeningen Gemeente Sint-Michielsgestel Wij bezitten drie lopende bankrekeningen bij de Bank Nederlandse Gemeenten, een voor het algemene betalingsverkeer, een voor de te ontvangen belastingen en een voor de mutatie in verband met het verplicht schatkistbankieren/-beleggen. Ook zijn wij nog in het bezit van een bankrekening voor het algemene betalingsverkeer bij de Rabobank. De spaarrekening voor het Vlagheidefonds is in 2013 opgeheven. De Ing-rekening (voorheen girorekening) is in 2010 opgezegd en vervangen door een soort van “tussenrekening” met de Bank Nederlandse Gemeenten t.b.v. pin-betalingen. In verband met een het schatkistbankieren/-beleggen is een rekening geopend bij de ’s Rijks schatkist. 2. Financieringspositie Het geïnvesteerde vermogen, de boekwaarden van alle geactiveerde investeringen, bedroeg per 31 december 2013 € 44,5 miljoen waarvan voorraad grondexploitatie 11 mln euro en strategische gronden € 1 mln.( 31 december 2012 € 45,5 miljoen). Het schuldrestant van de van derden aangetrokken langlopende geldleningen bedroeg per 31 december 2013 € 10,4 miljoen (31 december 2012 € 12 miljoen). Het schuldrestant van de aan derden verstrekte langlopende geldleningen bedroeg per 31 december 2012 € 5 miljoen.(31 december 2012 € 2,7 miljoen) 3. Risicobeheer In de Wet FIDO wordt gestreefd naar het beheersen van risico’s. Onder risico’s worden verstaan koersrisico’s en valutarisico’s, kredietrisico’s, liquiditeitsrisico’s en renterisico’s. 3.1 Koers- en valutarisico’s Koers- en valutarisico’s speelden in 2013 en spelen in onze gemeente geen enkele rol. Transacties in vreemde valuta hebben zich niet voorgedaan. Wij namen deel in het aandelenvermogen van de Bank Nederlandse Gemeenten en NV Brabant Water. Dit aandelenbezit is niet gebaseerd op winstoogmerk. 159 De risico’s op deze aandelen vinden wij te verwaarlozen. De aandelen zijn gewaardeerd tegen de historische kostprijs. 3.2 Vorderingenpositie De risico’s die voortvloeien uit een mogelijke waardedaling van de vorderingenpositie door het (niet) tijdig na kunnen komen van de verplichtingen door de tegenpartij (kredietrisico) zijn beperkt. In het treasurystatuut is bepaald dat alleen gelden uitgezet mogen worden bij financiële instellingen die minimaal een zogenaamde dubbele A-rating (+AA) hebben. In 2013 zijn geen gelden uitgezet. 3.3 Garantstellingen Aan diverse verenigingen en instellingen zijn garantstellingen en waarborgen afgegeven voor betalingsverplichtingen die voortvloeien uit geldleningen. Ook in 2013 zijn de exploitaties en balansen van de instellingen beoordeeld. Per 31 december 2013 bedroeg het totaal aan gewaarborgde geldleningen ruim € 12,4 miljoen euro. In 2013 zijn de geen nieuwe garanties verstrekt. Hiernaast hebben wij achtervang overeenkomsten afgesloten met de Stichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW). Deze borgstellingen hebben betrekking op het aantrekken van vaste langlopende geldleningen door woningstichtingen in het kader van (her)financiering van bestaande gewaarborgde geldleningen. Nieuwe kapitaaluitbreidingen worden door de corporaties aangetrokken met een borgstelling in de vorm van een achtervang overeenkomst tussen de gemeente en het WSW. Het totaal aan gewaarborgde geldleningen bedroeg per 31 december 2013 ongeveer € 24 miljoen. Ook worden en zijn gemeentegaranties door het Hypotheekfonds Nederlandse Gemeente (HNG) verstrekt voor hypotheken aan particulieren. Met dit fonds zijn achtervang overeenkomsten afgesloten. e De gemeente is bij deze garanties 2 borgsteller. Wij zijn in 2013 niet aangesproken op onze borgstellingen. Het rijk neemt de garanties over. Hiervoor is in 2010 de overgang geregeld. 3.4. Debiteurenbeheer Wij hebben in 2013 een actief debiteurenbeheer gevoerd op grond van een gestructureerd invorderingsproces. Voor wat betreft de publieke vorderingen is in 2006 een leidraad invordering gemeentelijke belastingen vastgesteld. Hiermee wordt de rechtszekerheid van de belastingbetaler geborgd omdat er sprake is van een transparant en eenduidig beleid. Deze leidraad wordt jaarlijks geactualiseerd. Voor wat betreft de civiele vorderingen is op 16 november 2004 een reglement invordering openstaande civiele vorderingen vastgesteld. Jaarlijks wordt de omvang van de voorziening dubieuze debiteuren bepaald. De omvang van de oninbare debiteuren en de voorziening is beperkt van omvang. De voorziening bedroeg per 31 december 2013 ongeveer € 93.000 (31 december 2012 ongeveer € 85.000). De voorzieningen debiteuren ISD OptimIsd bedroeg € 330.000 (€298.000). 4. Kasgeldlimiet Voor het beheersen van de renterisico’s op korte termijn moet de gemeente de uitgangspunten van de kasgeldlimiet hanteren. De kasgeldlimiet is het bedrag dat de gemeente maximaal als gemiddeld netto schuld over een periode van 3 maanden mag hebben. Deze bedraagt maximaal 8,5% van de jaarbegroting. De jaarbegroting, na wijziging, bedroeg in 2013 € 56,4 miljoen. Op basis hiervan mocht de kasgeldlimiet ongeveer € 4,8 miljoen bedragen. Ten einde aan onze betalingsverplichtingen te kunnen blijven voldoen, hebben wij in 2013 drie maal een korte geldlening afgesloten (€ 3 miljoen tegen 0,01 %, € 5 miljoen tegen 0,02 % en € 2 miljoen tegen 0,25%) 5. Renteontwikkelingen De rentes op de kapitaalmarkt van Eurozone zijn in 2013 gestegen. Korte kapitaalmarktrente en geldmarktrente zijn minder gestegen. De rentecurve is steiler geworden. In 2013 is de kans op een goede afloop van de Europese schuldencrisis verder toegenomen. De renteverschillen van de landen uit de periferie van de Eurozone t.o.v. Duitsland, dat in de markt als het meest veilige land wordt gezien, zijn afgelopen jaar sterk afgenomen. Er was positief nieuws over diverse perifere landen. 160 In de Eurozone was sprake van economisch herstel, na een lange periode van negatieve groei. In het derde kwartaal 2013 is Nederland heel voorzichtig uit de recessie gekomen. In mei en november verlaagde de ECB haar belangrijkste rentetarief, de zgn. refi-rente, naar 0,25%. De Centrale Bank gaat uit van een verdere verbetering van de economie, maar de voorzitter vertelde dat de ECB zo lang als nodig is een ruim monetair beleid zal voeren en bereid is nadere actie te ondernemen als de economische omstandigheden mochten verslechteren. De inflatie bedroeg 2,5% op jaarbasis. Men verwacht dat de ECB haar rentetarieven voor korte en lange rentevaste periodes in 2014 in maart voor het eerst zal verhogen. Deze stap is nodig om de inflatie tegen te gaan. 6. Rente risiconorm De rente risiconorm heeft als doel om het renterisico bij herfinanciering te beheersen. De rente risiconorm is gerelateerd aan het budgettaire risico. De (nieuwe) rente risiconorm houdt in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal. Per saldo bedroeg onze netto aflossingsverplichting afgerond positief € 1.651.000 (aflossingsverplichting per 31 december 2013 opgenomen geldleningen € 1.553.000 en aflossingsrechten verstrekte geldleningen € 98.000). Het exploitatietotaal bedroeg ruim € 54,3 miljoen (primitief begroot € 53,8 miljoen). Wij bleven binnen de vastgestelde norm. In het ter inzage liggende bijlagenboek is een overzicht opgenomen van de langlopende opgenomen en langlopende verstrekte geldleningen. Berekening rente risiconorm Bedragen * 1.000 euro 1 2 3 4 Renteherzieningen Aflossingen Renterisico (1+2) Rente risiconorm 5a Ruimte onder rente risiconorm (4>3) 5b Overschrijding rente risiconorm (4<3) 2013 0 1.651 1.651 10.860 9.209 4a Rekening totaal 4b Percentage regeling 54.300 20% 4 Rente risiconorm (4a*4b/100 10.860 Renterisico uitgedrukt in een percentage van de norm: 12,8 % 7. EMU-saldo In 2013 bedroeg het Emu-saldo € 328.000 positief (2012:€ 1,4 miljoen positief (overschot). 8. Liquiditeitspositie In het begrotingsproces wordt begrotingsruimte geclaimd en het is in het belang van een solide begroting deze lasten op te nemen. Door omstandigheden (procedures, personele capaciteit, economische omstandigheden e.d.) vertragen voorgenomen plannen regelmatig, waardoor een afwijkend financieringsbeeld ontstaat. 161 Paragraaf E. Bedrijfsvoering De bedrijfsvoering heeft betrekking op zowel het ambtelijk als ook het bestuurlijk deel van onze gemeentelijke organisatie. De bedrijfsvoering is een ondersteunende activiteit voor de uitvoering van de overige programma’s. Een belangrijk onderdeel is een meer bedrijfsmatige benadering van de ondersteuning. Hierdoor is het mogelijk om op een efficiënte wijze met de door het bestuur beschikbaar gestelde hulpmiddelen om te gaan. Het inrichten en bewaken van een doelmatig management planning en control systeem is hier onmisbaar. Relatie met het Programma Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering. Onder het programma Burger, Bestuur en Bedrijfsvoering begroten we de specifieke kosten van bedrijfsvoering. Dit is nodig omdat het niet mogelijk is in een paragraaf. Het onderscheid tussen het programma en deze paragraaf is: • het programma beantwoordt de vraag of op de diverse deelterreinen de kwantitatieve en kwalitatieve inzet van middelen door het college is gewaarborgd. • De paragraaf vermeldt de speerpunten van inhoudelijk beleid met betrekking tot de bedrijfsvoering en is daardoor breder, gedetailleerder en beschouwelijker van opzet dan het programma. 1. Personeel en organisatie. Ook in 2013 is een update gemaakt van het personeelsplan. Dit was noodzakelijk omdat als gevolg van de bezuinigingen ook op dit vlak ombuigingen noodzakelijk waren. De taakstelling op het personeel wordt nauwlettend in de gaten gehouden en waar mogelijk wordt snel gehandeld om die taakstelling ook te effectueren. Einde 2013 is besloten tot het aangaan van een gentlemen’s agreement met de gemeenten Boxtel en Haaren. Dit betekent onder meer dat er geen vacatures meer worden ingevuld voordat er binnen de drie gemeenten naar passende oplossingen is gezocht. 2. Informatisering en automatisering. In 2013 is vanuit PLE1N-ict een begin gemaakt met het vernieuwen van de infrastructuur bij de drie gemeenten. Voor onze gemeente is de migratie in het najaar uitgevoerd en heeft nagenoeg tot geen problemen geleid. Voor onze gemeente is in 2013 een ict-audit uitgevoerd door onze accountant. Hieruit is gebleken dat we de zaak goed op orde hebben. Voor de andere gemeenten wordt de audit in 2014 uitgevoerd nadat de migratie naar het nieuwe systeem is uitgevoerd. 3. Financieel beheer: administratieve organisatie en interne controle. Het bewaken van de administratieve organisatie is een continu proces. Tijdens de controle door de accountant wordt ook hier voortdurend aandacht aan besteed. Ook voor 2013 kunnen we concluderen dat we beheersmatig de zaak op orde hadden. De opzet van de interne controle wordt ieder jaar aangepast aan de steeds veranderende eisen van de accountant. Dit betekent dat we ieder jaar op basis van voortschrijdend inzicht het proces aanscherpen. 4. Processen. Onder meer door de intensivering van de interne controle worden ook periodiek diverse processen beoordeeld. Daarnaast is het zo dat in het kader van de vergaande digitalisering processen ook steeds onderhevig zijn aan veranderingen. 5. Benchmark: Waarstaatjegemeente.nl. Eind 2012 hebben we deelgenomen aan dit onderzoek. De uitkomst is hiervan in 2013 bekend gemaakt. De conclusie was dat we boven het gemiddelde scoren van onze groep gemeenten. 6. Interne beheersing. Onze inzet is erop gericht om de interne beheersing op orde te hebben. Zoals gemeld onder 3 is onze accountant van mening dat we daar ook aan voldoen. Wel hebben we geconstateerd dat door de samenwerking in PLE1n-verband het noodzakelijk is om goede afspraken te maken en deze ook na te komen. Doordat we nu ook zijn gestart met de samenwerking in Meierij-verband wordt de druk op de interne beheersing nog groter. 162 Paragraaf F. Verbonden partijen Een verbonden partij is een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Bestuurlijk belang betekent zeggenschap, hetzij uit hoofde van vertegenwoordiging in het bestuur hetzij uit hoofde van stemrecht. Onder deelneming verstaan wij een participatie in een besloten of naamloze vennootschap, waarin de gemeente aandelen heeft. Van een financieel belang is sprake als bij een faillissement van de verbonden partij het ter beschikking gestelde bedrag niet verhaalbaar is en als er aansprakelijkheid bestaat tot een bepaald bedrag als de verbonden partij zijn verplichtingen niet nakomt. In de paragraaf F. verbonden partijen bij de begroting 2013 is ingegaan op: • nieuwe verbonden partijen • het beëindigen van verbonden partijen • het wijzigen van verbonden partijen • eventuele problemen bij bestaande verbonden partijen. Nieuwe verbonden partijen De intergemeentelijke samenwerking Ple1n ontwikkelde zich in 2013 niet verder. Duidelijk is geworden dat de samenwerking uiterlijk tot 2018 voortduurt. De drie werkeenheden, elk georganiseerd door één van de deelnemende gemeenten, zullen naar verwachting in 2018 samen met de gemeente Veghel opgaan in een nieuwe vorm. Immers, de gemeenten Schijndel, Veghel en Sint-Oedenrode streven een gemeentelijke fusie na per die datum. De gemeenten Boxtel, Haaren en Sint-Michielsgestel onderzoeken intensief of de samenwerking kan leiden tot een ambtelijke fusie, waarvan ook de gemeente Vught gebruik kan maken. Het jaar 2014 zal in het teken staan van onderzoek en implementatie van een nieuw te vormen ambtelijke organisatie. Tot 2018 blijven de werkeenheden hun diensten aanbieden aan de andere gemeenten in Ple1n op basis van Dienstverleningsovereenkomsten. Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van intergemeentelijke samenwerking zijn verkend. Daarbij zijn verschillende niveau’s te onderscheiden: Op regionaal niveau is met name de samenwerking in de Regionale Uitvoerings Dienst geformaliseerd in een gemeenschappelijke regeling: Omgevingsdienst Brabant Noord. Op regionaal niveau valt verder te melden dat de samenwerking binnen het Inkoopbureau Noordoost Brabant een ontwikkeling op het gebied van professionalisering doormaakt. De samenwerking met de Meierijgemeenten Boxtel, Haaren en Vught heeft in 2013 meer gestalte gekregen door besluiten van raden en college’s. Het opstellen van een bedrijfsplan is opgestart en aan de nieuwe raden zal een besluit tot verdergaande samenwerking worden gevraagd. De samenwerking met de Ple1n-gemeenten blijft ongewijzigd voortgezet worden tot 2018. Intergemeentelijke samenwerking is een dynamisch proces. In de loop van 2013 hebben wij de raad regelmatig geïnformeerd over actuele ontwikkelingen. Uitgangspunt was, is en blijft dat samenwerking geen doel op zich is, maar een middel om met name op bedrijfseconomische schaal voordeel te behalen. Met name op de onderdelen: kwaliteitsverbetering, kostenreductie en continuïteitsgarantie. Beëindiging bestaande verbonden partijen Stadsgewest ’s-Hertogenbosch In paragraaf F. bij de begroting 2013 gaven wij aan, dat het Stadsgewest nog slechts één beheertaak heeft en dat deze taak in aanmerking komt voor overname. Het is in 2013 niet gelukt om de overname te realiseren. Gewijzigde Gemeenschappelijke Regelingen In 2013 is de Gemeenschappelijke Regeling Regionaal Bureau Leerplichtzaken opnieuw voor twee jaren verlengd, tot 31 december 2015 163 Problemen bij verbonden partijen Er hebben zich in de loop van 2013 geen problemen met verbonden partijen aangediend. In de loop van 2013 heeft een rekenkameronderzoek plaatsgevonden naar de mate van invloed en sturing welke de raad heeft op verbonden partijen. Het rekenkameronderzoek is in december 2013 aan de raad aangeboden en de raad heeft hierover kunnen debatteren. De raad heeft besloten de aanbevelingen uit het rapport ‘Uitvoering op afstand: sturing of stuurloos?’ van de rekenkamercommissie over te nemen en aan het college de opdracht te geven om de aanbevelingen uit te voeren en na een jaar te evalueren op welke wijze deze in de praktijk zijn gebracht. Het college heeft inmiddels enkele aanbevelingen in uitvoering genomen. Overzicht Verbonden partijen Per verbonden partij geven wij een kort inzicht in ontwikkelingen BNG Visie: De gemeente neemt deel in en bankiert bij voorkeur bij een financiële instelling die bekend is met het lokale openbaar bestuur en die als zodanig van financiële soliditeit getuigt in de vorm van een triple A-rating. Wijziging: Er was geen voornemen tot wijziging van het belang in BNG. Wijziging: De Triple A-rating is, in lijn met de ontwikkeling van de rating voor Nederland, enigszins verlaagd naar AA+ (overigens allen bij Standard en Poor) Voor de overige ratingbureaus behield BNG de Triple A-status Brabant Water Visie: Deelneming in een instelling die het tot zijn kerndoel rekent te voorzien in een van de meest essentiële levensbehoeften, namelijk water, dient het openbaar belang. Wijziging: Er was geen voornemen om de deelneming van de gemeente Sint-Michielsgestel in het bedrijf te wijzigen. Brabants Historisch Informatie Centrum Visie: De samenwerking in de regeling Brabants Historisch Centrum levert een schaalvoordeel, waardoor het realiseren van efficiencyvoordeel, verbetering van de doeltreffendheid en de vermindering van het risico duidelijk aanwezig zijn. De samenwerking levert meerwaarde op door het beter benutten van kennis en expertise. Wijziging: de deelneming is ongewijzigd voortgezet. RAV Brabant Middel, West en Noord Visie: Het verlenen van spoedeisende ambulancezorg is een openbaar belang. Wijziging: De huidige samenwerking op het gebied van spoedeisende ambulancezorg is voortgezet. Regionaal Bureau Leerplicht Visie: De samenwerking op het gebied van Leerplichtwet en de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie bevordert de kwaliteit en de mate van dienstverlening. Door samenwerking wordt ook een eenduidige handhaving strategie gevolgd in het samenwerkingsgebied. Wijziging: De huidige lichte vorm van samenwerking, waarbij de gemeente Sint-Michielsgestel optreedt als centrumgemeente is gecontinueerd. De gemeenschappelijke regeling liep af per 31 december 2013. In overleg met de deelnemende gemeenten is besloten om de regeling te verlengen met 2 jaren. 164 GGD Hart voor Brabant Visie: De samenwerking levert een schaalvoordeel, waardoor het realiseren van efficiencyvoordeel, verbetering van de doeltreffendheid en de vermindering van heet risico duidelijk aanwezig zijn. De samenwerking levert meerwaarde op door het beter benutten van kennis en expertise. Met de samenwerking vermindert de kwetsbaarheid van het openbaar belang dat ermee gediend is In de gekozen vorm van samenwerking bestaat een mate van differentiatie door het aanbieden van keuzepakketten. Hierdoor wordt heel specifiek ingespeeld op de eigen behoefte van de deelnemende gemeenten. Wijziging: De huidige vorm van samenwerking binnen deze Gemeenschappelijke Regeling is gecontinueerd. Stadsgewest ’s-Hertogenbosch Visie: De samenwerking met gemeenten in de regeling Stadsgewest is eindig. De gemeenten streven gezamenlijk naar een zo spoedig mogelijk overdracht van de nog resterende beheertaken. Wijziging: het is helaas in 2013 niet gelukt om de beheertaak over te dragen. In de bestuurlijke relatie is een geringe wijziging gekomen in 2013: de burgemeester van SintMichielsgestel is secretaris van het Dagelijks Bestuur van het Stadsgewest ’s-Hertogenbosch geworden. Veiligheidsregio Brabant Noord Visie: De samenwerking levert een schaalvoordeel, waardoor het realiseren van efficiencyvoordeel, verbetering van de doeltreffendheid en de vermindering van het risico duidelijk aanwezig zijn. De samenwerking levert meerwaarde op door het beter benutten van kennis en expertise. Met de samenwerking vermindert de kwetsbaarheid van het openbaar belang dat ermee gediend is. De samenwerking vloeit deels voort uit een opgelegde verplichting. Wijziging: De huidige vorm van samenleving binnen de Veiligheidsregio Brabant Noord is gecontinueerd. Intergemeentelijke Sociale Dienst Optimisd Visie: De samenwerking levert een schaalvoordeel, waardoor het realiseren van efficiencyvoordeel, verbetering van de doeltreffendheid en de vermindering van het risico duidelijk aanwezig zijn. De samenwerking levert meerwaarde op door het beter benutten van kennis en expertise. Met de samenwerking vermindert de kwetsbaarheid van het openbaar belang dat ermee gediend is. Met de samenwerking wordt een intergemeentelijke rechtsgelijkheid gerealiseerd. Wijziging: De samenwerking op het gebied van uitvoering sociale wetgeving binnen het huidige samenwerkingsverband is gecontinueerd. WSD Boxtel Visie: De uitvoering van Sociale Werkvoorziening en andere vormen van gesubsidieerde arbeid dient een openbaar belang. Samenwerking levert voordelen op gebied van professionalisering, risicospreiding, continuïteit, rechtsgelijkheid in het deelnemersgebied. Wijziging: De huidige samenwerking met gemeenten op het gebied van sociale werkvoorziening is ongewijzigd voortgezet. Op het moment van het opstellen van deze paragraaf bij de jaarrekening 2013 waren de effecten van het Rijksbeleid ten aanzien van sociale werkvoorziening (transities sociaal domein) nog onvoldoende bekend. Omgevingsdienst Brabant Noord Visie: met samenwerking kan deskundigheid worden gebundeld en eenduidige uitvoering worden gegeven aan toezicht en handhavingstaken. Wijziging: De Omgevingsdienst is in 2013 opgericht als regionale uitvoeringsdienst handhavingstaken. Aan de regeling wordt deelgenomen door de Provincie Noord-Brabant, de gemeenten in Noord-oost Brabant en enkele waterschappen. 165 Paragraaf G. Grondbeleid De paragraaf grondbeleid geeft nadere informatie over de grondexploitatie, grondbeleid en de uitgangspunten voor winst- en verliesneming op grondexploitaties. Drie fasen in exploitatie Conform de Nota Grondbeleid gaan we uit van drie fasen voor de ontwikkeling van gronden. Gronden niet in exploitatie • Er bestaat nog geen duidelijk beeld van de feitelijke ontwikkelingen. • De gemaakte kosten in de fase gaan rechtstreeks ten laste van de exploitatie in hetzelfde jaar. • De kosten/opbrengsten worden niet geactiveerd op de balans. In 2013 zijn er geen gronden ‘niet in exploitatie’. Gronden nog niet in exploitatie • Binnen de planperiode (periode van de gemeentelijke begroting) zal zowel een exploitatieopzet als een bestemmingsplan gerealiseerd worden. • De gronden zullen op korte termijn naar de volgende fase ‘gronden in exploitatie’ overgaan. • De kosten/opbrengsten worden geactiveerd op de balans. In 2013 zijn de volgende gronden onderdeel van de balanspost NIEGG (gronden nog niet in exploitatie): - Grienselhof - Dommeloevers - De Brand Gronden in exploitatie • Er ligt een exploitatieopzet en een bestemmingsplan aan ten grondslag. • De kosten/opbrengsten worden geactiveerd op de balans. In 2013 waren de complexen in onderstaande tabel in exploitatie: Com plexen Laatst vast- Reeds geteld door geboekte reeds Verliezen Verliezen Winsten Verw acht de raad w insten in 2013 in 2013 gedekt Verw achte resultaat einddatum per com plex voor 2013 o.b.v. eindw aarde Grinsel Triestpad 2e fase Jaarrek 2007 373.000 Grinsel Triestpad 3e fase okt-13 Milrooijsew eg okt-13 De Zeelder okt-13 Centrumplan okt-13 Schoolstraat okt-13 1.342.000 2015 Jacobskamp okt-13 153.000 2020 1.290.300 2015 87.800 2015 0 2019 11.300 6.413.500 2013 Grinsel Triestpad Het bestemmingsplan is onherroepelijk. Het plangebied is bouwrijp. Alle uitgeefbare gronden zijn overgedragen aan de ontwikkelaar. De bouw van de woningen is nagenoeg afgerond. Het complex wordt in 2015 afgesloten. Risico’s De mogelijkheid bestaat nog dat er planschadeverzoeken ingediend worden. 166 Milrooijseweg Besloten is om het project op de lange termijn (na 2022) tot uitvoering te brengen. Het complex is afgesloten. Risico’s Er zijn geen risico’s. De Zeelder De voorbereidende werkzaamheden voor de verkoop van de woning zijn opgestart. Het complex wordt in 2015 afgesloten. Risico’s Vertraging in de verkoop van de kavel als gevolg van de situatie op de woningmarkt. Centrumplan Het bestemmingsplan is onherroepelijk. Met de (mede)grondeigenaar binnen het bouwblok ‘Albert Heijn’ is een intentieovereenkomst gesloten om de ontwikkeling van het blok gezamenlijk op te pakken, waarbij een corporatie is betrokken voor de afname van een deel van de woningen. Het complex wordt in 2019 afgesloten. Risico’s - Leegstand van het voormalig gemeentehuis en van de winkels in het Hoefijzer. - De effecten van de economische crisis en de situatie op de woningmarkt. - Onduidelijkheid over de programmatische invulling op de plaats van de huidige brandweerkazerne. Schoolstraat Met de ontwikkelende partij is een overeenkomst ondertekend op basis van het aangepast woningbouwprogramma. De oude Norbertusschool is gesloopt. Het complex wordt in 2015 afgesloten. Risico’s Er zijn geen risico’s. Jacobskamp Het bestemmingsplan is onherroepelijk. Het sportcomplex is in 2013 door de sportverenigingen in gebruik genomen. De gronden ten oosten van het tennispad zijn bouwrijp gemaakt. Bouwrijpe gronden zijn door de ontwikkelende partijen afgenomen waarop is gestart met de bouw van woningen. De eerste woningen zijn reeds eind 2013 opgeleverd. Het complex wordt in 2020 afgesloten. Risico’s - Hoogte opbrengsten als gevolg van residuele grondwaardeberekening. - De effecten van de economische crisis en de situatie op de woningmarkt. - Gezien de omvang van het project wordt er planschade geclaimd. Samenvattend Er zijn zes exploitatieopzetten. Het complex Milrooijseweg is afgesloten en kent een positief resultaat. De complexen Jacobskamp, Grinsel Triestpad, De Zeelder en Schoolstraat hebben naar verwachting positieve resultaten. Het complex Centrumplan heeft naar verwachting een negatief resultaat (vanwege verliezen uit het verleden die reed gedekt zijn uit diverse reserves). Nota Grondbeleid Volgens de actuele Nota Grondbeleid voert de gemeente een passieve grondpolitiek. De doelstellingen op het gebied van wonen, werken en recreatie worden verwezenlijkt door het ruimtelijke ordeningsbeleid en volkshuisvestingsbeleid. Afspraken over de planning, kwaliteit, woningdifferentiatie, kosten en de financiële bijdrage, worden in een anterieure overeenkomst opgenomen. Voor de lopende actieve projecten voert de gemeente een actieve grondpolitiek. 167 Structuurvisie Op basis van de structuurvisie kan er naast een exploitatiebijdrage ook een financiële bijdrage worden verhaald. De gemeente int bij de initiatiefnemers van ruimtelijke projecten een financiële bijdrage. De hoogte van de financiële bijdrage (groen- en cultuurfonds) is in het grondprijzenbeleid opgenomen en door burgemeester en wethouders vastgesteld. Winst- en verliesneming Voor het nemen van winst in die gevallen waarbij zekerheid bestaat dat de opbrengsten zijn gegarandeerd, houdt de gemeente Sint-Michielsgestel de volgende criteria aan: 1. Winstneming kan slechts plaatsvinden per individueel complex indien een vastgesteld (onherroepelijke) bestemmingsplan voor de betreffende exploitatieopzet beschikbaar is. 2. Winstneming kan slechts plaatsvinden indien geen of beperkt afzetrisico aanwezig is, indien meer dan 70% van de verkopen van het betreffende complex gerealiseerd zijn, en/of als gerealiseerd aangemerkt kan worden (voldaan aan contractuele verplichtingen). 3. Van de nog te maken en de gemaakte kosten per complex moet een goede en degelijke kostenraming beschikbaar zijn. 4. Verliezen worden direct genomen in het dienstjaar wanneer zij voorzienbaar zijn. Bij de beoordeling van tussentijdse winstneming wordt rekening gehouden met in het verleden genomen verliezen op het betreffende complex. 5. Bij de samenstelling van de jaarrekening wordt de te nemen winst bepaald/genomen. Bij de begroting geldt als uitgangspunt dat geen winsten genomen kunnen worden, er wordt wel rekening gehouden met reeds genomen winsten zoals bij de jaarrekening is bepaald. Winsten en verliezen in relatie met reserves/voorzieningen Een eventueel batig saldo van de grondexploitatie wordt toegevoegd aan de Vrije Investerings Reserve. Verliezen worden direct (wettelijk verplicht) genomen in het dienstjaar wanneer zij voorzienbaar zijn. Grondprijzen Afhankelijk van de situatie en de ligging van het plangebied kiest de gemeente voor een taxatiemethode om de marktconforme waarde van de grond te bepalen. In 2013 zijn de vaste grondprijzen en fondsbijdragen ongewijzigd ten opzichte van 2012 vastgesteld. Pachtgronden Alle aan pacht gerelateerde zaken zijn uitbesteed aan een derde. Alle niet te ontwikkelen agrarische gronden, in eigendom van de gemeente Sint-Michielsgestel, zijn verpacht. 168 8. Ondertekening bestuur Wij, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Sint-Michielsgestel, erkennen onze verantwoordelijkheid voor de getrouwheid van het jaarverslag en de jaarrekening, in overeenstemming met de wettelijke bepalingen betreffende het jaarverslag en de jaarrekening zoals opgenomen in de Gemeentewet en het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Wij hebben het jaarverslag en de jaarrekening conform deze vereisten opgemaakt. Met betrekking tot de (totstandkoming van) in het jaarverslag en jaarrekening opgenomen lasten en baten alsmede de balansmutaties erkennen wij onze verantwoordelijkheid voor de naleving van de wet- en regelgeving. In dit kader zijn wij verantwoordelijk voor de implementatie en de werking van de interne beheersingssystemen en maatregelen die zijn ontworpen en getroffen om de naleving van wet- en regelgeving (waaronder provinciale en door de raad vastgestelde verordeningen) en daarmee de rechtmatigheid van het financiële beheer te waarborgen. Naar onze mening zijn de lasten, baten en balansmutaties rechtmatig. Wij, het college van burgemeester en wethouders, hebben dit jaarverslag- en jaarrekening 2013 in onze vergadering van 22 april 2014 opgemaakt en vastgesteld. Vervolgens bieden wij de gemeenteraad het jaarverslag- en jaarrekening 2013 ter vaststelling aan. Hoogachtend, College van burgemeester en wethouders van Sint-Michielsgestel, Origineel getekend door: de secretaris, de burgemeester, Mevrouw Drs. D. van Deurzen – van der Schrier mr. J.C.M. Pommer 169 170 Jaarrekening 2013 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. Financieel overzicht van baten en lasten in de jaarrekening Resultaat en resultaatbestemming Overzicht van gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen Btw-compensatiefonds Grondslagen van waardering en resultaatbepaling De balans en toelichting op de balans Overige gegevens Bijlage SiSa 171 9. Financieel overzicht van baten en lasten in de jaarrekening In de onderstaande tabel is de programmarekening van 2013 opgenomen. Per programma wordt eerst het totaal van de lasten en baten weergegeven exclusief mutaties in de reserves. Vervolgens wordt per programma een overzicht gegeven van de mutaties in de reserves. Tot slot wordt als resultante hiervan het gerealiseerde resultaat (het nader te bestemmen resultaat) weergegeven. Totalen programma's exploitatie: exclusief mutaties in de reserves Programma Rekening Begroting 2012 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting Rekening Restant 2013 2013 budget definitief Lasten 1. Groene gemeente 3.215,1 2.665,2 817,7 3.482,9 2.671,3 811,6 2. Handhaving 1.003,7 1.090,4 9,0 1.099,4 1.043,7 55,7 3. Integrale veiligh. en bereikbaarheid 4.272,0 4.293,5 452,6 4.746,1 6.472,7 -1.726,6 4. Burger, bestuur en bedrijfsvoering 6.938,4 6.288,0 464,7 6.752,7 6.895,9 -143,2 5. Educatie, cultuur en welzijn 8.155,1 7.700,1 839,7 8.539,8 7.928,1 611,7 14.291,1 14.230,6 645,0 14.875,6 15.016,8 -141,2 7. Volksgezondheid en milieu 5.131,8 4.974,0 257,7 5.231,7 4.779,3 452,4 8. RO, Volkshuisvesting, en 6.942,7 17.745,6 -11.473,2 6.272,4 6.122,3 150,1 628,8 1.815,0 -1.148,1 666,9 565,2 101,7 50.578,5 60.802,4 -9.134,9 51.667,5 51.495,3 172,2 72,4 6. Zorg en maatsch. dienstverlening Economische ontwikkeling 9. Financiën Baten 1. Groene gemeente -1.208,1 -19,2 -234,5 -253,7 -326,1 2. Handhaving -385,5 -282,0 -38,3 -320,3 -390,5 70,2 3. Integrale veiligh. en bereikbaarheid -397,9 -41,8 -190,0 -231,8 -2.619,4 2.387,6 4. Burger, bestuur en bedrijfsvoering -560,7 -887,1 96,9 -790,2 -535,2 -255,0 115,2 5. Educatie, cultuur en welzijn -2.186,8 -594,5 118,4 -476,1 -591,3 6. Zorg en maatsch. dienstverlening -8.348,9 -8.124,0 -59,2 -8.183,2 -8.690,1 506,9 7. Volksgezondheid en milieu -4.475,5 -4.028,1 220,4 -3.807,7 -3.646,4 -161,3 8. RO, Volkshuisvesting, en -8.985,4 -18.488,5 14.347,9 -4.140,6 -4.761,1 620,5 -27.997,3 -27.864,5 -306,0 -28.170,5 -28.035,2 -135,3 -54.545,9 -60.329,7 13.955,6 -46.374,1 -49.595,4 3.221,3 -3.967,4 472,7 4.820,7 5.293,4 1.899,9 3.393,5 Economische ontwikkeling 9. Financiën Saldo lasten -/- baten: Resultaat voor bestemming 172 In onderstaande overzicht worden per programma de stortingen in de reserves en onttrekkingen aan de reserves (de reeds bestemde resultaten) weergegeven: Programma Rekening 2012 Begroting 2013 Begrotingswijzigingen primitief Begroting Rekening Restant 2013 2013 budget definitief Mutatie reserves: Storting in reserves: 1. Groene gemeente 418,4 0,0 0,0 0,0 125,3 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 3. Integrale veiligh. en bereikbaarheid 46,1 0,0 169,0 169,0 284,7 -115,7 4. Burger, bestuur en bedrijfsvoering 109,6 95,0 0,0 95,0 95,0 0,0 5. Educatie, cultuur en welzijn 878,5 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 24,1 0,0 0,0 0,0 104,0 -104,0 2. Handhaving 6. Zorg en maatsch. dienstverlening 7. Volksgezondheid en milieu 8. RO, Volkshuisvesting, en -125,3 613,4 489,6 -71,6 418,0 554,2 -136,2 1.296,5 2.323,3 -2.278,3 45,0 614,1 -569,1 268,6 1.264,4 -201,9 1.062,5 1.031,5 31,0 3.655,1 4.172,3 -2.382,8 1.789,5 2.808,9 -1.019,4 -786,5 Economische ontwikkeling 9. Financiën Beschikking over reserves: 1. Groene gemeente -183,8 -30,0 -765,0 -795,0 -8,5 2. Handhaving -31,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 3. Integrale veiligh. en bereikbaarheid -79,3 -104,0 -450,0 -554,0 -98,1 -455,9 -1.235,5 -1.153,7 -721,3 -1.875,0 -1.856,2 -18,8 -399,4 -254,7 -1.038,1 -1.292,8 -1.026,8 -266,0 6. Zorg en maatsch. dienstverlening 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 0,0 7. Volksgezondheid en milieu 0,0 1,4 -354,0 -352,6 -241,1 -111,5 1.562,5 -406,8 -978,6 -1.385,4 -1.311,2 -74,2 4. Burger, bestuur en bedrijfsvoering 5. Educatie, cultuur en welzijn 8. RO, Volkshuisvesting, en Economische ontwikkeling 9. Financiën Saldo mutatie reserves/ -77,8 -1.768,5 576,5 -1.192,0 -1.132,0 -60,0 -444,3 -3.716,3 -3.730,5 -7.446,8 -5.674,1 -1.772,7 3.210,8 456,0 -6.113,3 -5.657,3 -2.865,2 -2.792,1 -756,6 928,7 -1.292,6 -363,9 -965,3 601,4 positief positief mutatie positief positief resultaat resultaatbestemming Saldo programma na resultaatbestemming/ gerealiseerde resultaat incl. mutatie reserves 173 10. Resultaat en resultaatbestemming (mutatie reserves) In het onderstaande overzicht worden in de jaarrekening verwerkte mutaties in de reserves toegelicht. Deelprogramma Onttrekking Storting Reserve 1.1 Groenontwikkeling, -beleid en -beheer Reconstructiedoelen 8.542 Vrije investeringsreserve 125.309 Reserve groenfonds Project groene gemeente (saldo projectkosten) 3.3 Verkeersveiligheid Gemeentelijk verkeersveiligheidsplan 55.651 Vrije investeringsreserve Herverlichtingsplan 42.483 Vrije investeringsreserve 3.4 Wegbeheer Egalisatie kosten wegbeheer 284.726 Reserve wegbeheer 4.1 Dienstverlening, burgerlijke stand en bevolking Inzet reserve t.b.v samenwerking 68.800 Reserve WOZ 4.2 Bestuursorganen, -ondersteuning en representatie Jaarlijkse onttrekking pensioenverplichtingen bestuurders 94.432 Jaarlijkse storting ten laste van exploitatie Storting in voorziening wachtgeldverplichtingen uitkering vanaf 2014 Res. pensioenverpl. bestuurders 45.000 Res. pensioenverpl. bestuurders 678.000 Onttrekking i.v.m. uitgaven wachtgelden bestuurders 2013 81.777 Egalisatie automatisering 75.000 Vermogensreserve Res. wachtgeldverpl. bestuurders 50.000 Reserve automatisering 4.7 Middelenbeleid Aanwending budget economische crisis dekkingsplan 2010 450.000 Wachtgelduitkeringen 2013 19.323 Afschrijvingslast nieuwbouw gemeentehuis 239.600 Uitrol verseon (van 2012 naar 2013) 29.300 Egalisatie kostendekkende activiteiten 120.000 Reserve economische crisis Res. wachtgeldverpl. personeel Reserve afschrijvingen Vrije investeringsreserve Reserve personeel en organisatie 5.1 Huisvesting onderwijs Uitvoering jeugd- en jongerenbeleid 2011-2014 30.000 Reserve onderwijs Afschrijvingslasten noodunits Eldecollege 26.900 Reserve afschrijvingen Realisatie EC SMG-Oost openbare ruimte 398.670 Vrije investeringsreserve Realisatie EC SMG-Oost en Den Dungen 193.948 Educatieve clusters gebouwelijk 5.5 Bibliotheekvoorziening Bijdrage ICT Bibliotheek Den Dungen 12.075 Reserve cultuurzaken Egalisatie functie exploitatie gemeentelijke subsidies 94.500 Reserve gemeentelijke subsidies Dekking resultaat 2013 (ivm onderuitputting gem. subs.) 25.000 Reserve gemeentelijke subsidies 5.6 Vormings- en ontwikkelingswerk Afschrijvingslast De Moerkoal t/m 2024 5.000 Reserve afschrijvingen Aanwending reserve realisatie (voorbereidingsbudget) 74.152 Kulturhusconcept gebouwelijk Oplossing knelpunten De Huif 37.000 Reserve gemeentelijke subsidies 174 Deelprogramma Onttrekking Storting Reserve (vervolg) 5.7 Sportvoorzieningen Afschrijvingslast verplaatsing Jong Nd./Dupke t/m 2029 15.700 Reserve afschrijvingen Afschrijvingslast verplaatsing GEKO t/m 2034 28.300 Reserve afschrijvingen 24.500 Reserve cultuurzaken 4.300 Reserve cultuurzaken 5.8 Kunst, cultuur en oudheidkunde Kunstproject 2012 Kleine kunstprojecten Subsidieverordening egalisatie 11.292 Dekking afschrijvingslast renovatie toren SMG 5.000 Vrijval reserve monumentenzorg/dorpvernieuwing 40.455 Mon.zorg/dorpsvernieuwing Reserve afschrijvingen Mon.zorg/dorpsvernieuwing 6.3 Maatschappelijk werk en zorg Egalisatie exploitatie WMO 104.026 Reserve WMO/WVG 7.2 Afvalverwerking en -verwijdering Egalisatie saldo exploitatie afval 2012 241.118 Res. afvalverwijdering/-verwerking 7.3 Rioolbeheer Egalisatie saldo exploitatie riolering 2012 554.208 Reserve rioolbeheer 8.1 Ruimtelijke ontwikkeling Bijdragen anterieure overeenkomsten 480.945 Reserve groenfonds Dekking resultaat 2013 200.000 Res. inkomsten bouwvergunningen Egalisatie inkomsten bouwvergunningen t.o.v. begroting 263.000 77.522 Res. inkomsten bouwvergunningen 8.2 Volkshuisvesting Rente/aflossing 2010 75.404 Reserve HNG 8.4 Grondexploitatie Afwaardering strategische grondaankopen 772.836 Vermogensreserve 8.5 Grondbeheer Saldering lasten/baten verkoop gronden algemeen 55.675 Vermogensreserve 175 Deelprogramma Onttrekking Storting Reserve (vervolg) 9.2 Reservepositie Overheveling naar Vrije investeringsreserve van vermogensreserve Overheveling naar Vrije investeringsreserve van vermogensreserve 1.000.000 Vrije investeringsreserve 1.000.000 Vermogensreserve Dekking resultaat 2013 41.000 Reserve WOZ Dekking resultaat 2013 50.000 Reserve automatisering Inzet stelpost renovatie toren SMG 27.000 Reserve afschrijvingen Inzet subsidie fietspad Hoogstraat dekkingsmaatregel 14.000 Storting inflatie/budgetcompensatie Reserve afschrijvingen 31.500 Div. Totalen 5.674.057 Saldo resultaatbestemming boekjaar 2013: 2.865.146 Resultaat jaarrekening 2013 vóór bestemming -1.899.869 2.808.911 Baat exploitatie Tekort 965.277 Overschot, nader te bestemmen Resultaat jaarrekening 2013 na bestemming resultaat jaarrekening 2013 Saldo mutaties reserves in exploitatie 2013 2.865.146 Storting rekeningresultaat 2012 Baat exploitatie 756.581 Vrije investeringsreserve 2.108.565 Saldo mutatie reservepositie per 31-12-2013 0 Afname reservepositie t.o.v. 31-12-2012 176 11. Overzicht van gerealiseerde algemene dekkingsmiddelen In het onderstaande overzicht is het overzicht van algemene dekkingsmiddelen opgenomen van de inkomsten en de lokale heffingen waarvan de besteding niet gebonden is aan specifieke regelgeving. Onvoorzien en algemene dekkingsmiddelen bedragen x € 1.000 Jaarrekening Begroting Feitelijk resultaat 2013 (na reeds bestemde resultaten) Onvoorzien Opbrengsten onroerende zaakbelastingen Opbrengsten Toeristenbelasting Opbrengsten Hondenbelasting Algemene uitkering Gemeentefonds Dividend BCF aan kostendekkende activiteiten Saldo financieringsfunctie 965,0 0,0 4.336,6 90,3 103,8 21.048,2 32,7 390,7 - 0,0 363,9 4.356,7 62,6 105,0 21.044,9 32,7 463,0 - Totaal onvoorzien en algemene dekkingsmiddelen 26.967,3 26.428,8 Lokale heffingen Onder de lokale heffingen vallen de onroerdende zaakbelastingen, toeristenbelasting en de hondenbelasting. Onroerende zaakbelastingen De totale opbrengst OZB is gebaseerd op de vastgestelde WOZ-waarden van alle panden per 1 januari van het belastingjaar en de vastgestelde tarieven voor dit belastingjaar. Op basis van belsuitvorming bij de Kadernota 2013 wordt een jaarlijkse stijging van 3,5% van de opbrengst voorzien. Toeristenbelasting Vanaf 2005 wordt toeristenbelasting geheven. Hondenbelasting Vanaf 2006 wordt hondenbelasting geheven Voor een meer uitgebreide toelichting over de lokale heffingen verwijzen wij u naar de ‘Paragraaf lokale heffingen’. Algemene uitkering Gemeentefonds De opbrengsten van de algemene uitkering gemeentefonds zijn verantwoord op basis van laatst bekende gegevens met betrekking tot het jaar 2013. Dividend Deze opbrengsten betreffen dividend van Bank Nederlandse Gemeenten en NV Brabant Water. BCF aan kostendekkende activiteiten Voor een toelichting op het Btw-compensatiefonds verwijzen wij u naar navolgende hoofdstuk 12. 177 Saldo financieringsfunctie Zowel tet financieringsresultaat als de toevoeging van compensatie aan reserves wordt via de programma’s verantwoord. Onvoorzien Het aanwezige tekort of overschot na reeds bestemde resultaten maakt onderdeel uit van het programma Financiën. De post onvoorzien is in de begroting niet onderverdeeld per programma. Er heeft in werkelijkheid geen aanwending van de post onvoorzien plaatsgevonden. Afwijkingen van de realisatie ten opzichte van de begroting na wijziging zijn verantwoord bij de diverse programma’s. 178 12. BTW-compensatiefonds 1. Algemeen De werking van het BTW-compensatiefonds is geen nieuw fenomeen meer. Op basis van de ervaringscijfers 2003, 2004 en 2005 zijn de percentages over de zogenaamde gemengde activiteiten aangepast. Voor die activiteiten was de BTW voor 84% compensabel en 3% verrekenbaar. Per 1 januari 2006 zijn de percentages respectievelijk 94% en 1%. De belastingdienst heeft hiermee ingestemd. Deze percentages zijn niet gewijzigd in 2013. Samenwerking Binnen de gemeente Sint-Michielsgestel is PLE1N I&A ondergebracht. Hiervoor zijn wij ondernemer geworden in de zin van de Wet omzetbelasting. Voor de deelnemers Sint-Oedenrode en Haaren leveren wij belaste prestaties. Met de Belastingdienst is overeengekomen dat de BTW op gezamenlijk uit te voeren activiteiten 60% (verdeelsleutel 2012 en 2013) aangemerkt wordt als ondernemers-BTW en dat de overige activiteiten de hiervoor gemengde percentages gelden. In verband met de huidige samenwerking (Ple1n) zal na 2013 een nieuwe berekening opgesteld worden voor de gemengde percentages. Tarieven afvalstoffenheffing en rioolrecht De tarieven afvalstoffenheffing en rioolrecht zijn inclusief compensabele BTW vastgesteld. In 2013 is gecompenseerd: Afvalstoffenheffing exploitatie: € 311.700,- (2012: € 301.300,-) Rioolrecht exploitatie: € 74.500,- (2012: € 81.800,-) Afvalstoffenheffing investeringen: € 0,- (2012: € 22.800 -) Rioolrecht investeringen: € 4.300,- (2012: € 14.000,-) 2. De fiscale effecten voor het jaar 2013 Per saldo is voor ruim € 2,3 miljoen (2012: ruim € 2,3 miljoen) aangemerkt als compensabele BTW. 3. Het budgettaire effect Bij de diverse bestuursrapportages is het BCF onderwerp van bespreking geweest. De BCF op afval en riolering wordt ten laste gebracht van die producten en komt ten gunste van de algemene exploitatie. Daarmee wordt voldaan aan het uitgangspunt om de tarieven inclusief compensabele BTW vast te laten stellen. In overeenstemming met de besluitvorming wordt: • het BCF-resultaat op investeringen riolering en afvalstoffenheffing gestort in de BCF reserve. • ter compensatie jaarlijks een bedrag onttrokken aan de BCF-reserve. In verband met de omvang van de reserve en de storting 2013 heeft geen storting en onttrekking plaatsgevonden. 4. Nieuwe ontwikkelingen De werking van het BTW-compensatiefonds blijft gehandhaafd. Het fonds wijzigt van een open einde regeling naar een gelimiteerd fonds. Het maximum bedrag wordt vooraf bepaald. Daarbij geldt het niveau van 2014 als norm dat vervolgens jaarlijks wordt geïndexeerd met het accrespercentage volgens de normeringsmethodiek (samen de trap op, samen de trap af) in het gemeentefonds. Afwijkingen van het plafond worden verrekend met de uitkering uit het gemeentefonds en provinciefonds, dus zowel de onderschrijding als de overschrijding. 179 13. Grondslagen van waardering en resultaatbepaling Inleiding Onderstaande samenvatting van de grondslagen, waarop de financiële verslaglegging is gebaseerd, is bedoeld als leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De uitgangspunten die bij het opstellen de jaarrekening gehanteerd zijn hebben betrekking op: • wettelijke bepalingen jaarverslaggeving in o.a. het Besluit begroting en verantwoording; • waarderingsgrondslagen; • grondslagen ter bepaling van het saldo van de rekening van baten en lasten. Waarderingsgrondslagen balans ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa De materiële vaste activa worden gewaardeerd op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten. Rentekosten ten behoeve van vervaardiging van het actief worden niet geactiveerd. Vaste activa worden voor het bedrag van de investering geactiveerd. Daarnaast wordt bij de waardering van materiële vaste activa rekening gehouden met verminderingen in de vorm van ontvangen subsidies en bijdragen van derden, en onder aftrek van de afschrijvingen, en voor investeringen van voor 2003 onder aftrek van compensabele BTW zoals opgenomen in de beleidsnotitie invoering Wet BCF. Investeringen vanaf 2004 zijn opgenomen exclusief compensabele BTW. Bij de materiële vaste activa wordt ten aanzien van activering en toegepaste afschrijvingen onderscheid gemaakt in investeringen met een economisch nut en investeringen in openbare ruimte met maatschappelijk nut. Investeringen met een economisch nut worden jaarlijks afgeschreven op basis van de verwachte gebruiksduur. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut worden afgeschreven op basis van verwachte nuttigheidsduur en de afschrijvingstermijn hiervan wordt -indien mogelijk- zo kort mogelijk gehouden. Afschrijvingen en naar verwachting duurzame waardeverminderingen van vaste activa vinden plaats onafhankelijk van het resultaat van het boekjaar. Voor de financiële verwerking van activa, het beleid van activeren en afschrijven, zijn in boekjaar 2012 bij het vaststellen van de Kadernota 2012 de financiële beleidskaders herzien op basis van de in 2011 herziene financiële verordening (op basis van artikel 212 Gemeentewet). Dit heeft in beperkte mate geleid tot wijzingen ten opzichte van het financiële beleid in voorgaande jaren. Financiële vaste activa De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Het bedrag verantwoord onder verstrekte geldleningen betreft het langlopende deel van de verstrekte leningen, conform de indeling naar rentetypische looptijd volgens de Wet Fido. Voor het overige verwijzen wij u naar de toelichting op de balans van de financiële vaste activa. Een gedetailleerd overzicht van alle vaste activa is opgenomen in het bijlagenboek jaarrekening 2013, onderdeel Staat van Investeringen. Vlottende activa Voorraden De in exploitatie genomen gronden en de onderhanden werken van de grondexploitatie zijn opgenomen tegen de historische aankoopprijs vermeerderd met de vervaardigingkosten inclusief bijgeschreven rente en overige exploitatiekosten en daarna verminderd met de opbrengst wegens gerealiseerde verkopen. De voorraden (Nog) niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) zijn gewaardeerd tegen historische aankoopprijs of verkrijgingprijs, eventueel inclusief bijkomende kosten. De overige voorraden zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs. 180 Winsten en verliezen grondexploitatie Er zijn geen specifieke reserves of voorzieningen met betrekking tot de grondexploitatie. De winsten worden conform de Nota grondbeleid tussentijds genomen. De gemeente neemt winst nadat de opbrengsten zijn gegarandeerd. Indien wij verliezen verwachten, nemen wij deze direct. Er wordt pas winst genomen indien aan onderstaande criteria wordt voldaan: 1. Winstneming kan slechts plaatsvinden per individueel complex indien een vastgesteld (onherroepelijk) bestemmingsplan voor de betreffende exploitatieopzet beschikbaar is; 2. Winstneming kan slechts plaatsvinden indien geen of beperkt afzetrisico aanwezig is, indien meer dan 70% van de verkopen van het betreffende complex gerealiseerd zijn, en/of als gerealiseerd aangemerkt kan worden (voldaan aan contractuele verplichtingen); 3. Van de nog te maken en gemaakte kosten per complex moet een goede en degelijke kostenraming beschikbaar zijn; 4. Verliezen worden direct genomen in het dienstjaar wanneer zij voorzienbaar zijn. Bij beoordeling van tussentijdse winstneming wordt rekening gehouden met in het verleden genomen verliezen op het betreffende complex; 5. Bij samenstelling van de jaarrekening worden te nemen winsten/verliezen genomen. Bij de begroting geldt als uitgangspunt dat geen winsten genomen kunnen worden, wel wordt rekening gehouden met in de jaarrekening verrekenende winsten. Uitzettingen, liquide middelen en overlopende activa De vorderingen, liquide middelen en overlopende activa worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Debiteurenvorderingen worden gewaardeerd onder aftrek van een voorziening voor dubieuze debiteuren. De liquide middelen zijn vrij beschikbaar, tenzij uit de balans en toelichting op de balans anders blijkt. PASSIVA Vaste passiva Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserves (zonder bepaalde bestemmingen), de bestemmingsreserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Voor de indeling in algemene- en bestemmingsreserves zijn de uitgangspunten gevolgd conform in 2012 vastgestelde beleidskaders Reserves en voorzieningen en voorschriften opgenomen in het BBV. Voorzieningen 1. De voorzieningen worden gevormd wegens: a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten; b. op balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren zijn gevormd ter gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren. 2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen ontvangen van Europese en Nederlandse overheidslichamen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren en waarop bij niet-besteding een terugbetalingsverplichting rust; 3. Er worden geen voorzieningen gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Ten aanzien van voorzieningen worden de uitgangspunten gevolgd conform in 2012 herziene financiële beleidskaders opgenomen in Kadernota 2012. De voorzieningen zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Conform artikel 44 lid 2 van het BBV worden (voorschot)bedragen met een specifiek bestedingsdoel ontvangen van Europese en Nederlandse overheidslichamen, en waarop een terugbetalingsverplichting rust, verantwoord onder de overlopende passiva. Overige ontvangen middelen van derden die niet aan deze criteria voldoen, blijven verantwoord onder de voorzieningen ontvangen middelen van derden ter specifieke besteding. 181 Vaste schulden De vaste schulden zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Tot jaarrekening 2011 zijn de aflossingsverplichtingen op opgenomen langlopende geldleningen van het boekjaar volgende op het verslagjaar opgenomen als aflossingsverplichting onder de kortlopende schulden. Vanaf boekjaar 2012 wordt voor de presentatie aangesloten bij de rentetypische looptijd volgend uit de Wet Fido en het BBV. Het bedrag verantwoord onder de vaste schulden betreft dan het langlopende deel van opgenomen geldleningen. Als gevolg van gewijzigde regelgeving ten aanzien van de langlopende verplichting spaarcontracten worden per 2006 niet langer gespaarde uren van deelnemers toegevoegd aan de verplichting, opgebouwde rechten tot 1 april 2006 blijven bestaan. Wel wordt deze langlopende verplichting jaarlijks herzien ten aanzien van de waardering van gespaarde verlofuren op basis van actuele loonsom van de deelnemers. Vlottende passiva Netto vlottende schulden en Overlopende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Conform artikel 44 lid 2 van het BBV worden (voorschot)bedragen met een specifiek bestedingsdoel ontvangen van Europese en Nederlandse overheidslichamen, en waarop een terugbetalingsverplichting rust, verantwoord onder de overlopende passiva. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen en activa - Borg- en garantstellingen Buiten de balanstelling is, onder de niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen en activa, het bedrag genoemd waarvoor de gemeente borg- of garantstellingen heeft afgegeven voor door derden op te nemen langlopende geldleningen. - Leaseverplichtingen Per 1 januari 2012 worden door de gemeente Sint-Michielsgestel, binnen het samenwerkingsverband Ple1n, de taken op het gebied van ICT verzorgd voor de deelnemende gemeenten Haaren, SintOedenrode en Sint-Michielsgestel. Voor de uitvoering van deze dienstverlening zijn met de deelnemende gemeenten dienstverleningsovereenkomsten afgesloten. Bij de start van de samenwerking per 1 januari 2012 zijn in het verleden afgesloten leaseovereenkomsten voor ICT-middelen overgenomen van de deelnemende gemeente Sint-Oedenrode. Grondslagen ter bepaling van het saldo van de rekening van baten en lasten De lasten en baten worden tegen nominale waarde zoveel mogelijk toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben (matching principe). De lasten in de programmarekening zijn opgenomen op basis van historische kosten. Verliezen zijn verantwoord op het moment dat deze voorzienbaar zijn. Winsten worden eerst verantwoord nadat deze daadwerkelijk gerealiseerd zijn (voorzichtigheidsbeginsel). De afschrijvingen worden conform de afschrijvingstermijnen berekend zoals geformuleerd in de financiële beleidskaders, vastgesteld bij de Kadernota 2012. De rentelasten over de vaste activa worden berekend over de actuele boekwaarde. De rentelasten worden ten laste van de rekening van baten en lasten gebracht. Als rentepercentage is 4,0 aangehouden. Het verschil met het renteomslag percentage is verantwoord op het programma Financiën. De reserves zijn, op basis van besluitvorming over diverse bezuinigingsvoorstellen, per 1 januari 2013 niet verhoogd met een percentage voor inflatie. Uitzonderingen hierop is de reserve hypotheekfonds H.N.G. waaraan 7% is toegevoegd. Transitorische rente over leningen is opgenomen onder de nog te betalen bedragen. De verdeling van overheadkosten (o.a. apparaatskosten) van de kostenplaatsen over de diverse deelprogramma’s vindt plaats via kosten verdeelsleutels. Deze verdeelsleutels zijn op consistente wijze bepaald en worden nader toegelicht bij de diverse kostenplaatsen. 182 Toelichting jaarrekening OptimIsd Gemeenschappelijke regeling OptimIsd Per 1 januari 2007 vormt de gemeenschappelijke regeling OptimIsd op grond van wetswijziging niet langer één-entiteit voor de uitvoering van de regelingen WWB, IOAW, IOAZ en Bbz 2004. Dit betekent dat het Rijk de budgetten voor deze regelingen rechtstreeks aan de deelnemende gemeenten verstrekt. De verantwoording van de budgetten en daarmee samenhangende balansposten vindt plaats in de gemeentelijke jaarrekening door consolidatie van delen van de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling OptimIsd. Het saldo van de onderlinge vorderingen en schulden is verantwoord in de balans in het onderdeel rekening-courantverhouding niet-financiële instellingen, als onderdeel van de balanspost uitzettingen en de overige schulden, onderdeel van de netto-vlottende schulden. Voor de regelingen Win, Kinderopvang, Tijdelijke stimuleringsregeling Klantmanagement en Roa, voor zover voor de gemeente van toepassing, gold de één-entiteit methodiek en de genoemde wijze van financiering niet. De door het Rijk hiervoor beschikbaar gestelde budgetten worden per deelnemende ISD-gemeente verstrekt. OptimIsd heeft met de deelnemende gemeenten de afspraak gemaakt dat de geoormerkte budgetten voor deze regelingen aan OptimIsd worden overgemaakt. Met ingang van 2007 is de WI ingevoerd. Hiervoor is door de deelnemende gemeenten een gezamenlijk budget aangevraagd en worden de deelnemende gemeenten voor de financiering als één-entiteit beschouwd. Vanaf 1 januari 2009 is de WI echter onderdeel geworden van de financiering in het kader van de Wet Participatiebudget. Dit heeft tot gevolg dat financiering en verantwoording per 1 januari 2009 weer per gemeente plaatsvindt. OptimIsd heeft in 2011 als één-entiteit verantwoording afgelegd over de WI-middelen over de jaren 2007 – 2009. Met de uitvoering door OptimIsd van de bovengenoemde regelingen zijn de volgende hiermee samenhangende posten door consolidatie van gegevens in de jaarrekening van OptimIsd opgenomen in de balans: - Overlopende passiva: Voormalige voorziening WWB-werkdeel - Debiteuren en voorziening periode voor 1-1-2005 (juridisch/economisch eigendom van de gemeente) - Debiteuren en voorziening periode na 1-1-2005 (economisch eigendom gemeente) - Nog te ontvangen en nog te betalen bedragen van/aan het Rijk (afrekeningen regelingen) Alle mutaties met betrekking tot deze balansposten zijn in de jaarrekening van OptimIsd via haar exploitatie verwerkt. De overige vlottende activa en vlottende passiva zijn in de balans geconsolideerd, waarbij te verrekenen bedragen en het resterende saldo van de vlottende activa en vlottende passiva zijn verwerkt via de balanspost rekening-courant gemeenschappelijke regeling OptimIsd. 183 184 14. Balans en toelichting op de balans 185 GEMEENTE SINT-MICHIELSGESTEL ACTIVA 31-12-2013 31-12-2012 31.365.208 640.232 32.005.440 30.937.058 717.303 31.654.361 55.146 2.289.772 2.427.381 249.676 673.715 55.044 5.750.734 55.146 0 2.525.823 257.829 450.258 63.348 3.352.404 37.756.174 35.006.765 319.737 11.033.339 10.424 11.363.500 1.092.573 12.136.301 5.545 13.234.419 2.981.356 1.825.970 4.807.326 2.674.812 1.530.579 4.205.391 22.090 903.402 981.123 981.589 Totaal vlottende activa 17.174.039 19.324.801 TOTAAL GENERAAL 54.930.213 54.331.566 VASTE ACTIVA Materiële vaste activa Investeringen met een economisch nut Investeringen in openbare ruimte met maatschappelijk nut Totaal materiële vaste activa Financiële vaste activa a.1. Kapitaalverstrekking aan deelnemingen 2. Kapitaalverstrekking aan gem. regelingen b. Leningen aan woningbouwcorporaties c. Overige langlopende geldleningen d. Overige uitzettingen met rentetypische looptijd >1 jaar e. Bijdragen aan activa in eigendom van derden Totaal financiële vaste activa Totaal vaste activa VLOTTENDE ACTIVA Voorraden (Nog) Niet in exploitatie genomen gronden Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie Voorraden gereed product en handelsvoorraden Totaal voorraden Uitzettingen Vorderingen op openbare lichamen Overige vorderingen Totaal uitzettingen Liquide middelen Overlopende activa 186 BALANS PER 31 DECEMBER 2013 in euro PASSIVA 31-12-2013 31-12-2012 A. Reserves 1. Algemene reserves 2. Bestemmingsreserves Totaal reserves 4.410.378 27.027.440 31.437.818 4.410.378 29.136.005 33.546.383 B. Resultaat Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Reeds bestemd saldo van baten en lasten Gerealiseerd resultaat: -1.899.869 2.865.146 965.277 3.967.405 -3.210.824 756.581 Totaal eigen vermogen 32.403.095 34.302.964 2.581.948 1.883.595 VASTE SCHULDEN Onderhandse leningen van binnenlandse banken Onderhandse leningen van overige binnenlandse sectoren Totaal vaste schulden: 10.434.773 96.289 10.531.062 11.987.416 180.841 12.168.257 Totaal vaste passiva 45.516.105 48.354.816 Netto vlottende schulden Banksaldi Overige schulden Totaal netto-vlottende schulden 4.164.538 2.922.389 7.086.927 0 2.501.052 2.501.052 Overlopende passiva 2.327.181 3.475.698 Totaal vlottende passiva 9.414.108 5.976.750 54.930.213 54.331.566 Niet in de balans opgenomen rechten & verplichtingen en activa -Gewaarborgde geldleningen: 12.422.846 Gemeentegarantie 38.817.000 Garantie Waarborgfonds Sociale Woningbouw -Leaseverplichtingen 179.939 12.817.665 39.831.000 368.144 VASTE PASSIVA EIGEN VERMOGEN VOORZIENINGEN VLOTTENDE PASSIVA TOTAAL GENERAAL 187 TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2013 in euro ACTIVA VASTE ACTIVA Verloop boekwaarde vaste activa Materiële vaste activa Aanschafwaarde per 31 december 2012 Cumulatieve afschrijving/aflossing per 31 december 2012 Boekwaarde per 31 december 2012 Investeringen boekjaar Afschrijving/aflossing/afwaardering boekjaar Aanschafwaarde desinvesteringen boekjaar Cumulatieve afschrijving desinvesteringen boekjaar Aanschafwaarde per 31 december 2013 Cumulatieve afschrijving / aflossing per 31 december 2013 Boekwaarde per 31 december 2013 Financiële vaste activa Totaal vaste activa 67.544.330 -35.889.969 31.654.361 4.758.880 -1.406.476 3.352.404 72.303.209 -37.296.445 35.006.765 4.310.855 -3.959.776 -2.808.478 2.808.478 351.079 2.513.873 -115.543 -2.599 2.599 2.398.330 6.824.728 -4.075.319 -2.811.077 2.811.077 2.749.409 69.046.707 -37.041.267 32.005.440 7.270.154 -1.519.420 5.750.734 76.316.860 -38.560.687 37.756.174 Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Met de invoering van voorschriften opgenomen in het Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) bestaat voor investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut de mogelijkheid tot activeren. Voor de geactiveerde investeringen in openbare ruimte met maatschappelijk nut zijn indien noodzakelijk ter dekking van afschrijving de volgende reserves beschikbaar: - de vrije investeringsreserve - reserve groenfonds - reserve cultuurzaken - egalisatiereserve afschrijvingen De investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut worden gedurende de resterende economische levensduur lineair afgeschreven. Voor een uitgebreide specificatie van de individuele activa verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen Staat van Investeringen. Stille reserves materiële vaste activa Volgens voorschriften opgenomen in het Besluit begroting en verantwoording dienen stille reserves te worden toegelicht. De stille reserves bestaan aan het einde van het rekeningjaar uit een positief verschil op de boekwaarde van de voorraad woningen in eigendom. De stille reserve woningen is ontstaan doordat de woningen administratief volledig afgeschreven zijn en dus een boekwaarde hebben van € 0,00. Indien deze activa op voorzichtige wijze op marktwaarde gewaardeerd worden, geeft dit een indicatie van de aard en omvang van de stille reserves. Voor de waardering wordt de Woz-waarde gehanteerd, onder aftrek van een geschat bedrag voor bewoonde staat en verlies van toekomstige gekapitaliseerde huuropbrengsten. 188 De stille reserves worden per 31 december 2013 als volgt toegelicht: Woningen in verhuurde staat Vermoedelijke marktwaarde (woz-waarde 1-1-2013) Aftrek wegens verkoop in bewoonde staat (25%) Aftrek verlies toekomstige gekapitaliseerde huuropbrengsten (25%) Stille reserves voorraad woningen per het einde van het rekeningjaar: 2.335.000 -583.750 -583.750 1.167.500 1.167.500 Totaal stille reserves per het einde van het boekjaar 2013: Specificatie vaste activa De volgende specificaties kunnen gegeven worden van de vaste activa per 31 december: Materiële vaste activa 31-12-2013 31-12-2012 2.265.769 20.572.596 6.051.021 399.714 940.049 1.136.059 31.365.208 2.794.086 22.166.559 4.475.025 221.614 165.652 1.114.122 30.937.058 31-12-2013 31-12-2012 87.126 92.112 263.828 197.166 640.232 87.126 97.112 311.128 221.937 717.303 32.005.440 31.654.361 a. Investeringen met een economisch nut Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Vervoermiddelen Machines, apparaten en installaties Overige materiële vaste activa Totaal b. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Gronden en terreinen Bedrijfsgebouwen Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Overige materiële vaste activa Totaal Totaal materiële vaste activa: 189 Toelichting mutaties materiële vaste activa a. Investeringen met een economisch nut Gronden en terreinen Aanschafwaarde per 1 januari: Cumulatieve afschrijving per 1 januari: Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar *: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december: Boekwaarde per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 3.139.430 -345.344 2.794.086 3.139.430 -344.301 2.795.129 0 0 -528.316 -528.347 528.347 -528.316 0 -1.044 0 0 0 -1.044 2.611.083 -345.313 2.265.769 3.139.430 -345.344 2.794.086 * In de post desinvesteringen is begrepen een post van € 389.232 voor ondergronden van de brandweerkazerne in de kern Sint-Michielsgestel. Per 31 december 2013 heeft overdracht tegen boekwaarden plaatsgevonden van de brandweerkazerne Sint-Michielsgestel aan de Veiligheidsregio Brabant-Noord. Voor de financiering hiervan door de Veiligheidsregio, is gelijktijdig een langlopende geldlening verstrekt aan gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord. De verstrekte langlopende geldlening is opgenomen onder de financiële vaste activa. Bedrijfsgebouwen 31-12-2013 31-12-2012 Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari 38.244.628 -16.078.069 22.166.559 38.002.052 -16.282.053 21.719.999 1.206.951 -820.076 -1.980.838 -2.147.716 2.147.716 -1.593.963 1.648.872 -838.561 -363.750 -1.406.295 1.406.295 446.561 37.303.863 -16.731.267 20.572.596 38.244.628 -16.078.069 22.166.559 Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar *: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: * In de post desinvesteringen is begrepen een post van € 1.980.838 voor het casco, de inrichting- en installaties van de brandweerkazerne in de kern Sint-Michielsgestel. Per 31 december 2013 heeft overdracht tegen boekwaarden plaatsgevonden van de brandweerkazerne in de kern Sint-Michielsgestel aan de Veiligheidsregio Brabant-Noord. Voor de financiering hiervan door de Veiligheidsregio, is gelijktijdig een langlopende geldlening verstrekt aan gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord. De verstrekte langlopende geldlening is opgenomen onder de financiële vaste activa. 190 Grond-, weg- en waterbouwkundige werken 31-12-2013 31-12-2012 Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari 12.451.059 -7.976.034 4.475.025 12.377.314 -7.699.301 4.678.013 1.852.821 -274.125 -2.700 -17.351 17.351 1.575.996 73.745 -276.733 0 0 0 -202.988 Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: 14.286.529 -8.235.508 6.051.021 12.451.059 -7.976.034 4.475.025 Vervoermiddelen 31-12-2013 31-12-2012 504.718 -283.104 221.614 436.761 -277.313 159.448 221.320 -43.220 0 0 0 178.100 102.466 -40.300 0 -34.509 34.509 62.166 726.038 -326.324 399.714 504.718 -283.104 221.614 Machines, apparaten en installaties 31-12-2013 31-12-2012 Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari 1.864.074 -1.698.422 165.652 1.864.074 -1.667.845 196.229 857.635 -17.668 -65.571 -109.971 109.971 774.396 0 -30.577 0 0 0 -30.577 2.611.738 -1.671.690 940.049 1.864.074 -1.698.422 165.652 Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: 191 Overige materiële vaste activa Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Desinvesteringen boekjaar: Afschrijving m.b.t. desinvesteringen boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 2.679.747 -1.565.625 1.114.122 2.336.039 -1.431.006 905.033 172.128 -145.098 -5.093 -5.093 5.093 21.937 343.707 -134.619 0 0 0 209.089 2.846.782 -1.710.723 1.136.059 2.679.747 -1.565.625 1.114.122 31-12-2013 31-12-2012 87.158 -32 87.126 87.158 -32 87.126 0 0 0 0 0 0 87.158 -32 87.126 87.158 -32 87.126 31-12-2013 31-12-2012 121.598 -24.486 97.112 24.486 -24.486 0 0 -5.000 -5.000 97.112 0 97.112 121.598 -29.486 92.112 121.598 -24.486 97.112 b. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut Gronden en terreinen Aanschafwaarde per 1 januari: Cumulatieve afschrijving per 1 januari: Boekwaarde per 1 januari: Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: Bedrijfsgebouwen Aanschafwaarde per 1 januari: Cumulatieve afschrijving per 1 januari: Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: 192 Grond-, weg- en waterbouwkundige werken Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: Overige materiële vaste activa Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Boekwaarde per 1 januari Investeringen boekjaar: Afschrijving boekjaar: Afwaardering/duurzame waardevermindering boekjaar: Aanschafwaarde per 31 december: Cumulatieve afschrijving per 31 december Boekwaarde per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 7.324.812 -7.013.684 311.128 7.447.419 -7.009.617 437.802 0 -47.300 0 -47.300 -122.607 -4.067 0 -126.674 7.324.812 -7.060.984 263.828 7.324.812 -7.013.684 311.128 31-12-2013 31-12-2012 1.127.107 -905.170 221.937 1.127.107 -880.399 246.708 0 -24.771 0 -24.771 0 -24.771 0 -24.771 1.127.107 -929.941 197.166 1.127.107 -905.170 221.937 Financiële vaste activa Waardering De financiële vaste activa bestaan uit: - Kapitaalverstrekking aan deelnemingen - Kapitaalverstrekking aan gemeenschappelijke regelingen - Verstrekte leningen aan woningbouwcorporaties - Overige verstrekte langlopende geldleningen - Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd > 1 jaar - Bijdragen in activa van derden De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. De verstrekte leningen aan woningbouwcorporaties zijn gewaarborgd door het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. In 2013 zijn geen afwaarderingen of duurzame waardeverminderingen van financiële vaste activa ten laste van het resultaat gebracht. Rentebaten verstrekte geldleningen Uit verstrekte leningen aan woningbouwcorporaties voorvloeiende rentebaten bedragen voor boekjaar 2013 € 120.647 en voor boekjaar 2012 € 125.321. Voor begrotingsjaar 2014 bedragen de verwachte rentebaten € 115.835 Tegenover de verstrekte geldleningen aan woningbouwcorporaties staan in zelfde verhouding opgenomen langlopende geldleningen verantwoord onder de langlopende schulden met daaruit voortvloeiend een gelijke rentelast als de bovengenoemde rentebaten. 193 Voor een meer uitgebreide specificatie van de financiële vaste activa verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen Staat van Investeringen en Staat van Geldleningen. Specificatie financiële vaste activa: A. Kapitaalverstrekking: 1. aan deelnemingen Aandelen BNG Overige 31-12-2013 31-12-2012 52.650 2.496 55.146 52.650 2.496 55.146 2.289.772 0 2. aan gemeenschappelijke regelingen Veiligheidsregio Brabant-Noord Per 31 december 2013 heeft overdracht plaatsgevonden van de brandweerkazerne in de kern Sint-Michielsgestel aan de Veiligheidsregio Brabant-Noord. De overdracht heeft plaatsgevonden tegen de resterende boekwaarde van de ondergronden, installaties en casco van het gebouw. Voor de financiering van de overdracht door de Veiligheidsregio, is gelijktijdig een langlopende geldlening verstrekt aan gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord. Betaling van rente en aflossing vindt plaats volgens een aflossingsschema, op basis van de resterende afschrijvingstermijnen van betreffende installaties en casco van het gebouw, met een minimum looptijd van 10 jaar. B. Leningen aan woningbouwcorporaties 31-12-2013 31-12-2012 Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve aflossing per 1 januari Saldo boekwaarde langlopend deel 1 januari 3.598.478 -1.072.655 2.525.823 3.598.478 -977.159 2.621.319 0 -98.442 0 0 0 -98.442 0 -95.496 0 0 0 -95.496 3.598.478 -1.171.097 2.427.381 3.598.478 -1.072.655 2.525.823 Kapitaalverstekking in het dienstjaar Aflossingen in het dienstjaar Vervroegde aflossingen in het dienstjaar Desinvesteringen in het dienstjaar Aflossingen desinvesteringen in het dienstjaar Saldo mutaties Aanschafwaarde per 31 december Cumulatieve aflossing per 31 december Saldo langlopend deel geldleningen per 31 december 194 C. Overige langlopende geldleningen 31-12-2013 31-12-2012 432.645 -174.816 257.829 438.669 -89.984 348.685 645 -8.797 -2.599 2.599 -8.152 2.130 -92.986 -8.154 8.154 -90.856 430.691 -181.014 249.676 432.645 -174.816 257.829 31-12-2013 31-12-2012 Aanschafwaarde per 1 januari Vrijval in het boekjaar Saldo aanschafwaarde per 31 december 450.258 -43.885 406.373 491.273 -41.015 450.258 Vooruitbetaald meerjarig onderhoud Ple1n-I&A 267.342 0 Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve aflossing per 1 januari Boekwaarde per 1 januari Kapitaalverstekking in het dienstjaar: Aflossingen in het dienstjaar Desinvesteringen in het dienstjaar Aflossingen desinvesteringen in het dienstjaar Saldo mutaties Aanschafwaarde per 31 december Cumulatieve aflossing per 31 december Saldo boekwaarde per 31 december D. Overige uitzettingen met een rentetypische looptijd > 1 jaar Verkoopsom HNG Betreft een onderhoudscontract afgesloten in 2013 voor de periode van 4 jaren. Jaarlijks vindt vrijval ten laste van exploitatie plaats. Totaal van de overige uitzettingen E. Bijdragen aan activa in eigendom van derden 673.715 450.258 31-12-2013 31-12-2012 222.352 -159.004 63.348 222.352 -150.700 71.652 0 -8.304 0 0 -8.304 0 -8.304 0 0 -8.304 222.352 -167.308 55.044 222.352 -159.004 63.348 5.750.735 3.352.404 Verstrekte investeringsbijdragen aan derden Aanschafwaarde per 1 januari Cumulatieve afschrijving per 1 januari Kapitaalverstekking in het dienstjaar Afschrijving in het dienstjaar Desinvesteringen in het dienstjaar Afschrijving m.b.t.desinvesteringen in het dienstjaar Saldo mutaties Aanschafwaarde per 31 december Cumulatieve afschrijving per 31 december Saldo boekwaarde per 31 december Totaal Financiële vaste activa: 195 VLOTTENDE ACTIVA VOORRADEN 31-12-2013 31-12-2012 (Nog) Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) Onderhanden werk inzake grondexploitatie Voorraden gereed product en handelsgoederen 319.737 11.033.339 10.424 11.363.500 1.092.573 12.136.301 5.545 13.234.419 Totaal (Nog) Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) In het BBV zijn o.a. in artikel 38 en 63 de voorwaarden voor het activeren van grond opgenomen. Door de commissie BBV is in februari 2008 de Notitie grondexploitatie gepubliceerd. Hierin zijn o.a. opgenomen een aantal aanbevelingen en stellige uitspraken ten aanzien van de financiële verwerking van grondaankopen en grondexploitatie in de jaarverslaggeving. Dit ter verduidelijking van de wetgeving opgenomen in het BBV. Met ingang van boekjaar 2008 worden aankochte gronden waarvoor nog geen exploitatieopzet is vastgesteld, maar waarvoor in de toekomst een voornemen bestaat tot bebouwing (en daarmee onderdeel gaan vormen van de grondexploitatie), geactiveerd op de balans onder de post voorraden- (nog) niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG) . Het betreft o.a. de verwerving van strategische grondaankopen. Over inzet in de toekomst van deze verworven gronden heeft in 2013 besluitvorming plaatsgevonden. De balanspost voorraden - NIEGG wordt als volgt toegelicht: Balans per 1 januari Afwaardering strategische grondaankopen Saldo mutaties Balans per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 1.092.573 1.092.573 -772.836 -772.836 0 0 319.737 1.092.573 In 2013 heeft afwaardering van strategische grondaankopen Dommeloevers en Grienselhof plaatsgevonden, als gevolg van besluitvorming in de gemeenteraad van mei 2013 over de motie strategische grondaankopen, en om deze gronden voorlopig niet te gaan ontwikkelen. Met de Najaarsnota 2013 is de gemeenteraad geïnformeerd over de financiële gevolgen van de besluitvorming. Tot en met boekjaar 2012 waren deze gronden gewaardeerd tegen aanschafwaarde. Na financiële verwerking van de afwaardering, bedraagt de boekwaarde NIEGG per einde 2013 gemiddeld € 11,29 per m2. Per einde 2012 was de boekwaarde NIEGG gemiddeld € 38,58 per m2. Onderhanden werk inzake grondexploitatie De boekwaarde per 31 december 2013 is ten opzichte van 31 december 2012 afgenomen met € 1.102.962. Een nadere specificatie van de grondexploitatie per complex is opgenomen in het bijlagenboek onder Staat van in exploitatie zijnde gronden. 196 Het verloop van onderhanden werk grondexploitatie is (in totalen) als volgt te specificeren: 2013 Boekwaarde per 31 december 2012 12.136.301 Kosten grondverwerving Grondwerk, verharding en riolering Sloopkosten Groenvoorziening Verlichting Kosten voorbereiding en toezicht Diversen Opslag groenfonds Opslag cultuurfonds Niet verrekenbare btw Rente Apparaatskosten Advieskosten Overige kosten 0 396.837 20.000 3.405 23.155 4.620 7.749 0 0 0 459.889 395.617 256.385 31.468 1.599.125 Schadeclaims Afboeking negatief resultaat/(tussentijdse) winstneming Overige bijdragen 51.198 11.287 -173.433 -110.948 Grondverkopen Overige opbrengsten -2.591.139 0 -2.591.139 Boekwaarde per 31 december 2013 11.033.339 (Tussentijdse) winst- en verliesneming Conform de nota grondbeleid kan onder bepaalde voorwaarden (tussentijds) winst- of verlies genomen worden. De resultaten in een boekjaar van afgesloten grondexploitaties of tussentijdse winst- of verliesneming, komen conform de bestendige gedragslijn ten gunste/laste van de vrije investeringsreserve. In jaarrekening 2013 zijn voor de volgende complexen tussentijdse winsten genomen of negatieve resultaten afgeboekt: Resultaat na afsluiting complex Milrooijseweg Totaal resultaat: 11.287 11.287 positief Voorraden gereed product en handelsgoederen Eigen verklaringen Totaal 197 31-12-2013 31-12-2012 10.424 10.424 5.545 5.545 UITZETTINGEN De uitzettingen worden als volgt gespecificeerd: Vorderingen op openbare lichamen Debiteuren openbare lichamen Debiteuren openbare lichamen ISD OptimIsd Nog te ontvangen wegens BCF Overige vorderingen Debiteuren overige Voorziening dubieuze debiteuren overige Debiteuren Sociale Zaken (vorderingen voor 1-1-2005) Voorziening dubieuze debiteuren Sociale Zaken (voor 1-1-2005) Debiteuren ISD OptimIsd (vorderingen na 1-1-2005) Voorziening dubieuze debiteuren ISD OptimIsd (na 1-1-2005) Overige vorderingen 31-12-2013 31-12-2012 600.920 74.179 2.306.257 2.981.356 340.009 6.901 2.327.902 2.674.812 31-12-2013 31-12-2012 1.305.567 -92.662 205.048 -50.949 734.240 -279.333 4.059 1.825.970 1.186.385 -85.546 213.045 -56.215 525.505 -256.654 4.059 1.530.579 4.807.326 4.205.391 31-12-2013 31-12-2012 11.282 0 8.326 2.068 0 414 22.090 13.557 139.460 -3 2.039 748.349 0 903.402 Een specificatie van de uitzettingen is op de administratie aanwezig. Totaal van de uitzettingen: LIQUIDE MIDDELEN Het totaal van de liquide middelen is als volgt te specificeren: Kas B.N.G. 28.50.07.769 B.N.G. 28.50.40.472 Rabo 13.36.92.000 Rabo streekrekening .918 Kruisposten Vanwege de Wet Houdbare Overheidsfinanciën (Wet HOF) en daarmee samenhangende verplichting tot schatkistbankieren, is per einde 2013 de Rabo streekrekening .918 opgeheven. Het saldo van de streekrekening is toegevoegd aan de BNG rekening. 198 OVERLOPENDE ACTIVA Volgens artikel 40a van het BBV bestaan de overlopende activa bestaan uit: a. de van Nederlandse en Europese overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel; b. overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen. Het totaal van de overlopende activa is als volgt te specificeren: b. Overige nog te ontvangen en vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Vooruitbetaalde bedragen Een specificatie van de overlopende activa is op de administratie aanwezig. 199 31-12-2013 31-12-2012 623.854 357.269 981.123 981.649 -60 981.589 TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2013 in euro PASSIVA EIGEN VERMOGEN Op grond van het Besluit Begroting en Verantwoording bestaat het eigen vermogen uit de reserves en het resultaat na bestemming volgend uit de programmarekening. Het resultaat na bestemming in de programmarekening is het resterende resultaat na de reeds bestemde mutaties in de reserves en wordt ook wel het (nog) nader te bestemmen resultaat genoemd. Het eigen vermogen wordt als volgt gespecificeerd: 31-12-2013 31-12-2012 a. Reserves Algemene reserves 4.410.378 4.410.378 Bestemmingsreserves 27.027.440 29.136.005 31.437.818 33.546.383 b. Resultaat na bestemming Gerealiseerde totaal van saldo van baten en lasten Reeds bestemd saldo van baten en lasten Gerealiseerd resultaat (nader te bestemmen resultaat): -1.899.869 2.865.146 965.277 3.967.405 -3.210.824 756.581 Totaal eigen vermogen: 32.403.095 34.302.964 Voor een nadere toelichting op de samenstelling en analyse van het rekeningresultaat verwijzen wij u naar het onderdeel 'Verklaring op hoofdlijnen van het saldo van de rekening van baten en lasten 2013'. Voor een uitgebreide specificatie van de reserves verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen Staat van reserves en Toelichting mutaties in de reserves. Gezien de omvang van het aantal reserves en mutaties in de reserves, wordt hierna volstaan met een korte samenvatting van het verloop van de reserves. Met de vaststelling van Kadernota 2012 zijn de financiële kaders voor o.a. het beleid rondom reserves & voorzieningen door gemeenteraad vastgesteld. Van het verloop van de reserves kan het volgende totaaloverzicht gegeven worden: 200 Algemene reserves In boekjaar 2013 bestaat de algemene reserve uit de Algemene risicoreserve: 31-12-2013 31-12-2012 Stand per 1 januari: Bij: Toevoeging inflatiecorrectie: Toevoeging door resultaatbestemming ten laste van exploitatie: Subtotaal toevoegingen: Af: Onttrekking door resultaatbestemming ten gunste van exploitatie: Onttrekking ten gunste van andere reserves: Subtotaal onttrekkingen: 4.410.378 4.281.878 0 128.500 0 128.500 0 0 0 0 0 0 Stand per 31 december: 4.410.378 4.410.378 31-12-2013 31-12-2012 Openingsbalans per 1 januari: Bij: Toevoeging door bestemming van het rekeningsaldo van het vorige jaar: Toevoeging inflatiecorrectie: Toevoeging door resultaatbestemming ten laste van exploitatie: Toevoeging ten laste van andere reserves: Subtotaal toevoegingen: Af: Onttrekking door resultaatbestemming ten gunste van exploitatie: Onttrekking ten gunste van andere reserves: Subtotaal onttrekkingen: 29.136.005 25.618.990 756.581 31.500 1.777.411 1.000.000 3.565.492 434.691 103.300 5.113.364 0 5.651.355 -4.674.058 -1.000.000 -5.674.058 -2.134.340 0 -2.134.340 Stand per 31 december: 27.027.440 29.136.005 Bestemmingsreserves Het verloop van de bestemmingsreserves wordt als volgt toegelicht: 201 VOORZIENINGEN Voor een uitgebreide specificatie van de voorzieningen verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen staat van voorzieningen en de hierna opgenomen toelichting. Het verloop van de voorzieningen wordt als volgt toegelicht: 31-12-2013 31-12-2012 Openingsbalans per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie Subtotaal toevoegingen: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Subtotaal verminderingen: 1.883.595 2.119.107 1.388.200 1.388.200 812.400 812.400 -9.000 -680.847 -689.847 -14.903 -1.033.009 -1.047.912 Stand per 31 december: 2.581.948 1.883.595 De mutaties in de voorzieningen worden als volgt per voorziening toegelicht: Voorziening pensioenverplichtingen bestuurders (Appa) Het BBV geeft aan dat voor arbeidsgerelateerde verplichtingen van jaarlijks niet-gelijkblijvend volume een voorziening gevormd dient te worden. Vanaf jaarrekening 2013 is daartoe een voorziening gevormd. De voorziening wordt jaarlijks opnieuw beoordeeld. Waardering van de voorziening vindt plaats op basis van actuariële waarde berekening, rekening houdend met de sterftekansen. De mutaties in de voorziening worden als volgt toegelicht: 31-12-2013 Stand per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie: Subtotaal: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Stand per 31 december: 0 678.000 678.000 0 0 678.000 Voorziening Onderhoud gebouwen (geen scholen) Ter egalisatie van kosten wegens (groot)onderhoud gebouwen is een onderhoudsvoorziening gevormd. Conform begroting en meerjaren onderhoudsplan vinden stortingen in de voorziening plaats ten laste van de exploitatie. Onttrekkingen vinden plaats op basis van het onderhoudsplan. Per einde 2013 is de toereikendheid van de voorziening opnieuw beoordeeld door actualisering van het onderhoudsplan. De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde. 202 De mutaties in de voorziening worden als volgt toegelicht: Stand per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie: Subtotaal: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Stand per 31 december: 31-12-2013 1.126.554 31-12-2012 1.126.554 562.700 1.689.254 0 1.126.554 -444.186 1.245.068 0 0 1.126.554 Voorziening Onderhoud schoolgebouwen Ter egalisatie van kosten (groot)onderhoud en functie verbeterende aanpassingen van schoolgebouwen is een onderhoudsvoorziening gevormd. Conform begroting en meerjaren onderhoudsraming vinden stortingen in de voorziening plaats ten laste van de exploitatie. Per einde 2013 is de toereikendheid van de voorziening beoordeeld. Daarbij is rekening gehouden met nieuwe regelgeving over overdracht groot onderhoud van gemeente naar de schoolbesturen van het primair onderwijs. De voorziening is gewaardeerde tegen nominale waarde. De mutaties in de voorziening worden als volgt toegelicht: Stand per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie: Subtotaal: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Stand per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 605.610 605.610 116.500 722.110 0 605.610 -211.007 511.103 0 0 605.610 Voorziening Renovatie sportvelden/-banen Ter egalisatie van kosten wegens (groot)onderhoud en renovatie van sportvelden en sporthallen/-zalen is een onderhoudsvoorziening gevormd. Op basis van verwachte toekomstige uitgaven voor onderhoud en renovatie vinden conform begroting stortingen in de voorziening plaats ten laste van de exploitatie. Per einde 2013 is de toereikendheid van de voorziening beoordeeld door actualisering van het onderhoudsplan. De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde. De mutaties in de voorziening worden als volgt toegelicht: Stand per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie: Subtotaal: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Stand per 31 december: 203 31-12-2013 31-12-2012 126.951 101.995 31.000 157.951 31.000 132.995 0 -25.654 132.297 0 -6.044 126.951 Voorziening Bodemsanering Sassenheimseweg Voor de kosten van bodemsanering Sassenheimseweg is in boekjaar 2000 een voorziening gevormd. Per einde 2013 is de toereikendheid van de voorziening opnieuw beoordeeld. De voorziening is gewaardeerd tegen nominale waarde. De mutaties in de voorziening worden als volgt toegelicht: 31-12-2013 31-12-2012 24.480 24.480 0 24.480 0 24.480 -9.000 0 15.480 0 0 24.480 31-12-2013 31-12-2012 Saldo langlopende leningen per 1 januari: 11.987.416 13.537.113 Kapitaalopname in het dienstjaar: Aflossingen in het boekjaar: Desinvesteringen in het dienstjaar Aflossingen desinvesteringen in het dienstjaar Saldo mutaties: 0 -1.552.643 0 0 -1.552.643 0 -1.549.697 0 0 -1.549.697 Saldo langlopende leningen per 31 december: 10.434.773 11.987.416 Stand per 1 januari: Bij: Toevoegingen ten laste van exploitatie: Subtotaal: Af: Ten gunste van exploitatie vrijgevallen bedragen Verminderingen wegens aanwendingen: Stand per 31 december: LANGLOPENDE SCHULDEN Leningen o/g - Rentelasten opgenomen geldleningen De rentelasten van de opgenomen langlopende leningen bedragen voor boekjaar 2013 € 349.284 en voor boekjaar 2012 € 412.988. Voor begrotingsjaar 2014 bedragen de verwachte rentelasten € 323.070. Een aantal opgenomen geldleningen wordt in dezelfde verhouding doorgeleend aan woningbouwcorporaties waardoor de rentelasten voor een deel budgettair neutraal verlopen. De uitgeleende geldleningen aan woningbouwcorporaties zijn verantwoord onder de financiële vaste activa. Voor een meer uitgebreide specificatie van de opgenomen geldleningen verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen Staat van geldleningen. 204 Langlopende verplichting spaarcontracten Met een aantal medewerkers zijn in het verleden spaarcontracten afgesloten en als langlopende schuld in de balans opgenomen voor een bedrag van € 96.289 in 2013 en € 180.841 in 2012. Door wijziging in regelgeving ten aanzien van de langlopende verplichting spaarcontracten worden per 1 april 2006 niet langer gespaarde uren van deelnemers toegevoegd aan de verplichting. Opgebouwde rechten tot 1 april 2006 blijven bestaan. De verplichting wordt jaarlijks herzien ten aanzien van waardering van gespaarde verlofuren tot en met 1 april 2006 op basis van actuele loonsom van de deelnemers. In 2013 heeft door een medewerker opname van het tegoed plaatsgevonden. Een nadere specificatie van deze bedragen is op de administratie aanwezig. VLOTTENDE PASSIVA De vlottende passiva bestaan uit de netto-vlottende schulden en de overlopende passiva. De netto-vlottende schulden bestaan uit schulden met een rentetypische looptijd korter dan een jaar. Afzonderlijk worden hierin opgenomen de kasgeldleningen, (negatieve) bank- en girosaldi en de de overige schulden. Netto-vlottende schulden De netto-vlottende schulden worden als volgt gespecificeerd: Kasgeldleningen en/of (negatieve) banksaldi B.N.G. 28.50.07.769 Overige schulden Crediteuren Vooruitbetaalde bedragen crediteuren Waarborgsommen grondexploitatie Rekening-courantverhouding ISD OptimIsd Aan Min. van Sociale Zaken af te dragen vorderingen OptimIsd Aan Min. van Sociale Zaken af te dragen vorderingen 31-12-2013 31-12-2012 4.164.538 4.164.538 0 0 31-12-2013 31-12-2012 2.108.108 -9.661 750 684.836 120.062 18.294 2.922.389 2.299.696 -21.936 750 130.429 74.725 17.388 2.501.052 7.086.927 2.501.052 Een nadere specificatie van deze schulden is op de administratie aanwezig. Totaal van de netto-vlottende schulden: 205 Overlopende passiva In de balans worden onder de overlopende passiva afzonderlijk opgenomen: a. verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en in het volgende jaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume; b. de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren; c. overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen. Op basis van het nieuwe artikel 52a van het BBV wordt in de toelichting op de balans het verloop gedurende het jaar van ontvangen voorschotbedragen met een specifiek bestedingsdoel in een overzicht weergegeven. De overlopende passiva worden als volgt gespecificeerd: Nog te betalen bedragen Nog te betalen lonen en salarissen Nog te betalen bedragen WMO Nog af te wikkelen btw fiscus RMC-gelden bureau Leerplicht ISV-gelden provincie Noord-Brabant Vlagheidefonds WWB-Werkdeel van OptimIsd Overige ontvangen voorschotten specifieke uitkeringen Totaal 31-12-2013 31-12-2012 1.003.970 -1.498 252.107 163.132 212.050 78.103 545.691 67.268 6.358 2.327.181 1.404.779 445.362 41.928 437.721 230.980 84.353 740.107 84.110 6.358 3.475.698 Een nadere specificatie van deze schulden is op de administratie aanwezig. Het verloop van ontvangen voorschotbedragen van Nederlandse overheidslichamen met een specifiek bestedingsdoel wordt als volgt toegelicht: RMC-gelden bureau Leerplicht Het verloop van deze post wordt als volgt toegelicht: Saldo per 1 januari Toevoegingen: Vrijgevallen bedragen: Saldo per 31 december 31-12-2013 31-12-2012 230.980 0 -18.930 212.050 244.688 0 -13.708 230.980 ISV-gelden provincie Noord-Brabant In de periode 2003 - 2011 zijn voor sanering van geluidsoverlast door onze gemeente ISV-gelden ontvangen van de provincie Noord-Brabant. Voor de regeling ISV wordt de gemeente als een projectgemeente beschouwd. Het verloop van deze post wordt als volgt toegelicht: Saldo per 1 januari Toevoegingen: Vrijgevallen bedragen: Saldo per 31 december 206 31-12-2013 31-12-2012 84.353 40.000 -46.250 78.103 136.887 40.000 -92.534 84.353 Vlagheidefonds Het Vlagheidefonds bestaat uit, na opheffing in 2001 van de voormalige vuilstortplaats Vlagheide, ontvangen middelen van de deelnemende gemeenten aan dit fonds. De regeling bestaat uit het verstrekken van subsidies aan de inwoners van deelnemende gemeenten voor het aanbrengen van energiebesparende maatregelen. De administratieve afhandeling en beheer van de middelen Vlagheidefonds wordt uitgevoerd door de gemeente Sint-Michielsgestel. Het verloop van deze post wordt als volgt toegelicht: Openingsbalans per 1 januari Toevoegingen: Vrijgevallen bedragen: Saldo per 31 december 31-12-2013 31-12-2012 740.107 35.320 -229.736 545.691 827.782 51.891 -139.566 740.107 WWB-Werkdeel van OptimIsd Als gevolg van opheffing van de een-entiteit per 1 januari 2007 van de gemeenschappelijke regeling OptimIsd worden jaarlijks de balansposten voor het deel van de gemeente Sint-Michielsgestel, opgenomen in de jaarrekening van de gemeenschappelijke regeling OptimIsd, geconsolideerd in de jaarrekening van de gemeente. Het verloop van deze post wordt als volgt toegelicht: Openingsbalans per 1 januari Toevoegingen: Vrijgevallen bedragen: Saldo per 31 december 31-12-2013 31-12-2012 84.110 0 -16.842 67.268 95.811 0 -11.701 84.110 Overige ontvangen voorschotten specifieke uitkeringen Betreft diverse ontvangen voorschotten voor specifieke uitkeringen met een terugbetalingsverplichting aan het Rijk. Per einde 2013 betreft het enkel nog afwikkeling van BOS-impuls van voorgaande jaren. Het verloop van deze post wordt als volgt toegelicht: Saldo per 1 januari: Toevoegingen: Vrijgevallen bedragen: Saldo per 31 december 207 31-12-2013 31-12-2012 6.358 0 0 6.358 97.039 0 -90.681 6.358 NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGEN EN ACTIVA Gewaarborgde geldleningen Aan diverse instellingen en verenigingen zijn garantstellingen en waarborgen afgegeven voor betalingsverplichtingen voortvloeiend uit opgenomen langlopende leningen door instellingen en verenigingen. Deze langlopende leningen zijn gewaarborgd in het kader van het maatschappelijke belang van de investeringen die hiermee door derden verricht zijn. Jaarlijks neemt het totale bedrag van gewaarborgde geldleningen af met door derden gedane aflossingen. Er zijn in 2013 geen betalingen gedaan aan derden op afgegeven waarborgen. Het bedrag aan gewaarborgde geldleningen op basis van schuldrestant per einde boekjaar bedraagt : Saldo gewaarborgd per 1 januari: Nieuw verstrekte waarborgen Vervallen waarborgen Door derden gedane aflossingen in het boekjaar: Saldo gewaarborgd per 31 december: 31-12-2013 31-12-2012 12.817.665 0 0 -394.819 12.422.846 5.350.071 7.837.588 -45.127 -324.867 12.817.665 Voor een meer uitgebreide specificatie van de gewaarborgde geldleningen verwijzen wij u naar de in het bijlagenboek 2013 opgenomen Staat van gewaarborgde geldleningen. Gewaarborgde geldleningen via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw Onderstaande geldleningen zijn gewaarborgd met een achtervangconstructie via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Toetsing en bewaking van verstrekte achtervangposities en financiële positie van de betreffende aanvragers vindt plaats door het waarborgfonds. De risico's ten aanzien van het aangaan van achtervangovereenkomsten voor waarborgen van geldleningen zijn bij een Wsw-garantie beperkt. Indien een aanvrager niet langer aan zijn verplichtingen kan voldoen is het financiële vangnet als volgt: 1. Het eigen vermogen van alle bij het Wsw aangesloten woningbouwverenigingen- en corporaties; 2. Het risicodragende vermogen van het Wsw; 3. Verstrekte gemeentegarantie door achtervangovereenkomst tussen gemeente en Wsw. Er zijn in 2013 geen betalingen aan derden gedaan op afgegeven waarborgen. Het bedrag aan gewaarborgde geldleningen via het waarborgfonds op basis van schuldrestant per einde boekjaar bedraagt (bedragen x € 1.000): 31-12-2013 31-12-2012 Bouwvereniging Huis en Erf Woningstichting De Kleine Meierij Woonzorg Nederland 17.249 20.493 1.075 38.817 17.518 21.210 1.103 39.831 Leaseverplichtingen Per 1 januari 2012 worden door de gemeente Sint-Michielsgestel binnen het samenwerkingsverband Ple1n de taken op het gebied van ICT verzorgd voor de deelnemende gemeenten Haaren, SintOedenrode en Sint-Michielsgestel. Voor de uitvoering van de dienstverlening zijn bij de start van de samenwerking per 1 januari 2012 de in het verleden afgesloten leaseovereenkomsten ten aanzien van ICT-middelen overgenomen van gemeente Sint-Oedenrode. Daarnaast bestaat de leaseverplichting uit een contract voor afdruksystemen voor de drie gemeenten. Totale leaseverplichting ICT contractperiode 2013 - 2016 De verplichting neemt jaarlijks af en eindigt in 2016. 208 31-12-2013 31-12-2012 179.939 368.144 15. Overige gegevens 15.1 Gebeurtenissen na balansdatum Artikel 29 en 58 van het BBV schrijven voor dat inzichten van belang voor de financiële positie dienen te worden verwerkt in de programmarekening en de balans, ook als deze inzichten zijn verkregen na 31 december van het verslagjaar, maar vóór het vaststellen van de jaarstukken. Dit betekent dat gebeurtenissen met een materiële omvang (ten opzichte van het totaal van de baten of de lasten) die plaatsvinden in het tijdspad opstellen en vaststellen van de jaarrekening en nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum, in de jaarrekening dienen te worden verwerkt als dit onontbeerlijk is voor het inzicht van de gemeenteraad bij de vaststelling van de programmarekening. Er zijn geen feiten of omstandigheden bekend, die op deze plaats vermeld zouden moeten worden. Alle bekende feiten en omstandigheden betrekking hebbende op rekeningjaar 2013 die zich hebben voorgedaan in de periode 31 december 2013 en het moment van vaststellen van het jaarverslag en jaarrekening 2013, hebben wij overeenkomstig verwerkt in het jaarverslag en jaarrekening 2013. 15.2 Wet Normering Topinkomens (WNT) Tot en met jaarrekening 2012 was de ‘Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens’ (WOPT) van toepassing. Onder de regelgeving van de WOPT is bepaald dat openbaarmaking van individuele salarissen dient plaats te vinden in het geval deze uitstijgen boven de zogenaamde ‘Balkenende-norm’ van € 193.000 (bedrag 2012 voor belastbaar loon incl. belaste vergoedingen, werkgeversdeel sociale lasten en werkgeversdeel pensioenen). Tot en met boekjaar 2012 was in de gemeente Sint-Michielsgestel géén sprake van individuele beloningen die boven de norm van € 193.000 uitstijgen. Voor boekjaar 2013 heeft wijziging van regelgeving plaatsgevonden. Vanaf 2013 is de ‘Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi publieke sector’ (WNT) van kracht. De WNT voert verder dan de WOPT. Onder de WNT dient openbaarmaking plaats te vinden van de bezoldiging (salarissen, ontslagvergoedingen e.d.) van topfunctionarissen. Volgens de WNT worden onder te vermelden topfunctionarissen in ieder geval bedoeld: • De gemeentesecretaris • De griffier De strekking van de WNT is dat openbaarmaking plaatsvindt van bezoldiging van topfunctionarissen belast met de dagelijkse leiding van de organisatie op het hoogste niveau. In geval van meerhoofdige leiding dient openbaarmaking plaats te vinden van het centrale managementteam of directie. Daarnaast wordt een maximering van de individuele bezoldiging per jaar voorgeschreven, met een terugvorderingsplicht in geval van overschrijding van de WNT-norm. Toelichting WNT-verantwoording Bij de samenstelling van de in deze paragraaf opgenomen verantwoording uit hoofde van de WNT zijn de Beleidsregels toepassing WNT d.d. 27 februari 2014, inclusief de wijziging van 12 maart 2014, van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties als uitgangspunt gehanteerd. De gemeente herkent de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties in zijn kamerbrief d.d. 27 februari 2014 onderkende uitvoeringsproblemen met betrekking tot externe niettopfunctionarissen. In lijn met paragraaf 6 van de (gewijzigde) Beleidsregels toepassing WNT legt de gemeente geen verantwoording af over externe niet-topfunctionarissen. 209 Voor 2013 is sprake van de volgende bezoldiging van topfunctionarissen in de gemeente SintMichielsgestel: WNT - overzicht jaarrekening 2013 Naam Functie periode parttime factor bezoldigings maximum jaartotaal vaste bezoldiging Belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding Voorzieningen tbv beloningen betaalbaar op termijn totaal bezoldiging boekjaar motivering overschrijding bezoldigingsmaximum D. van Deurzen - van der Schrier Gemeentesecretaris/ algemeen directeur 1/131/12 1,00 228.599 104.327 - - 104.327 - N.A. Hoogerbrug - van de Ven Griffier 1/131/12 0,67 152.399 57.847 - - 57.847 - Volgens de WNT geldt voor het jaar 2013 een maximale bezoldiging van € 228.599 voor topfunctionarissen. Voor het boekjaar 2013 wordt door de gemeente Sint-Michielsgestel aan de eisen ten aanzien van de gestelde maximering van de bezoldiging volgens de WNT. 210 16. Bijlage SiSa Met ingang van verantwoordingsjaar 2006 geldt dat voor ontvangen specifieke uitkeringen via een SiSa-bijlage verantwoording wordt afgelegd aan het rijk. Op de volgende bladzijden is, in tabelvorm, de SiSa-bijlage opgenomen voor het afleggen van verantwoording over ontvangen specifieke uitkeringen in het jaar 2013. Onderstaande nummering van specifieke uitkeringen volgt de indeling van de bijlage met in te dienen verantwoordingsinformatie: C7C D9 E27B Investering stedelijke vernieuwing (ISV) projectgemeenten SiSa tussen medeoverheden Onderwijs achterstanden beleid 2011-2014 Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverheden G1 G1A Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeentedeel 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeente + WGR-deel totaal jaar 2012 G2 G2A Gebundelde uitkering WWB Gemeentedeel 2013 Gebundelde uitkering WWB Gemeente + WGR-deel totaal jaar 2012 G3 Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Gemeentedeel 2013 Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Gemeente + WGR-deel totaal jaar 2012 G3A G5 G5A Wet Participatiebudget (WPB) Gemeentedeel 2013 Wet Participatiebudget (WPB) Gemeente + WGR-deel totaal jaar 2012 Verzameling en controle van gegevens als het jaarverslag, de jaarrekening en de SiSa-bijlage vindt namens het ministerie van Binnenlandse Zaken plaats door het CBS. Het CBS vervult voor informatieverstrekking de intermediaire rol tussen medeoverheden en departementen. In de navolgende bijlage 1 is de SiSa-verantwoording 2013 voor het ministerie van Binnenlandse Zaken opgenomen. e In bijlage 2 is, conform de SiSa-methodiek, een 2 bijlage opgenomen ten behoeve van verantwoording besteding van ontvangen gelden in het samenwerkingsverband CVV Servicepunt Regiotaxi ’s-Hertogenbosch, voor het onderdeel van de gemeente Sint-Michielsgestel. Dit betreft specifieke uitkering E27 Brede doeluitkering verkeer en vervoer. 211 Bijlage 1: SiSa-verantwoording 2013 specifieke uitkeringen ten behoeve van het Rijk Bijlage 2: SiSa-verantwoording 2013 BDU-gelden voor CVV Regiotaxi ’s-Hertogenbosch 212 Ontvanger Juridische grondslag Nummer Specifieke uitkering Departement Bijlage 1: SiSa-verantwoording 2013 gemeente Sint-Michielsgestel SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa BZK C 7 C Investering stedelijke vernieuwing (ISV) II Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen I N D I C A T O R E N Overige bestedingen (jaar Cumulatieve bestedingen T) ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Provinciale beschikking en/of verordening Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T) Toelichting afwijking Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Projectgemeenten (SiSa tussen medeoverhed en) 1 2 1 2 OCW D 9 Onderwijsacht erstandenbele id 2011-2014 (OAB) Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: C7C / 01 Indicatornummer: C7C / 02 Indicatornummer: C7C / 03 Indicatornummer: C7C / 04 Indicatornummer: C7C / 05 Indicatornummer: C7C / 06 1167656/1172122 €0 €0 € 270.500 € 871.075 sanering wegverkeerslawaai tijdvak 1 en 2 €0 €0 € 269.918 €0 Kopie beschikkingsnummer Eindverantwoording Ja/Nee Activiteiten stedelijke vernieuwing (in aantallen) Activiteiten stedelijke vernieuwing (in aantallen) Activiteiten stedelijke vernieuwing (in aantallen) Afspraak Realisatie Toelichting afwijking Alleen in te vullen na afloop project Alleen in te vullen na afloop project Alleen in te vullen na afloop project Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle D1 Aard controle D1 Aard controle n.v.t. Indicatornummer: C7C / 07 Indicatornummer: C7C / 08 Indicatornummer: C7C / 09 Indicatornummer: C7C / 10 Indicatornummer: C7C / 11 Besteding (jaar T) aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO) Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1) 1167656/1172122 Nee sanering wegverkeerslawaai tijdvak 1 en 2 Nee Besteding (jaar T) aan voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO) Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO) Gemeenten Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01 Indicatornummer: D9 / 02 Indicatornummer: D9 / 03 Indicatornummer: D9 / 04 € 54.284 €0 € 9.095 € 241 M&I E 27 B Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverhed en Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen Overige bestedingen (jaar T) Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Provinciale beschikking en/of verordening Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde overige bestedingen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Gemeenten en Gemeenschap pelijke Regelingen 1 2 3 Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: E27B / 01 Indicatornummer: E27B / 02 Indicatornummer: E27B / 03 Indicatornummer: E27B / 04 Indicatornummer: E27B / 05 H-N-189-13 € 21.474 € 5.369 H-O-190-13 €0 €0 meerdere bushaltes €0 €0 Kopie beschikkingsnummer Cumulatieve besteding ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T) Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie 1 2 3 SZW G 1 Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_ gemeente 2013 Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Toelichting Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 06 Indicatornummer: E27B / 07 Indicatornummer: E27B / 08 Indicatornummer: E27B / 09 Indicatornummer: E27B / 10 H-N-189-13 € 21.474 € 5.369 nvt Ja alleen opgevoerd, omdat eindverantwoording in 2012 op Nee stond Ja H-O-190-13 €0 €0 meerdere bushaltes € 169.319 €0 Nee Het totaal aantal geïndiceerde inwoners van uw gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (jaar T) Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of er in (jaar T) geen, enkele of alle inwoners werkzaam waren bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Wgr. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1 / 01 Indicatornummer: G1 / 02 Indicatornummer: G1 / 03 13,50 2,45 Nee 214 SZW G 1 A Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_totaal 2012 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C1) na controle door de gemeente. 1 SZW G 2 Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_ gemeente 2013 Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T-1); Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren; inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren; inclusief deel openbaar lichaam Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren; inclusief deel openbaar lichaam Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G1A / 01 Indicatornummer: G1A / 02 Indicatornummer: G1A / 03 Indicatornummer: G1A / 04 Indicatornummer: G1A / 05 0845 (Sint-Michielsgestel) 270,00 24,33 193,27 20,61 Besteding (jaar T) algemene bijstand Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) IOAW Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) IOAZ Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk) Gemeente Gemeente Gemeente Gemeente Gemeente Gemeente I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G2 / 01 Indicatornummer: G2 / 02 Indicatornummer: G2 / 03 Indicatornummer: G2 / 04 Indicatornummer: G2 / 05 Indicatornummer: G2 / 06 €0 €0 €0 €0 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk) Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee €0 Gemeente Gemeente Gemeente I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 07 Indicatornummer: G2 / 08 Indicatornummer: G2 / 09 Indicatornummer: G2 / 10 €0 €0 €0 Nee 215 €0 SZW G 2 A Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_totaal 2012 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorde n hier het totaal (jaar T1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G2B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G2C1) 1 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen SZW G 3 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) _gemeente 2013 Baten (jaar T-1) algemene bijstand (exclusief Rijk) Besteding (jaar T-1) IOAW Baten (jaar T-1) IOAW (exclusief Rijk) inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.1 Wet werk en bijstand (WWB) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 01 Indicatornummer: G2A / 02 Indicatornummer: G2A / 03 Indicatornummer: G2A / 04 Indicatornummer: G2A / 05 0845 (Sint-Michielsgestel) € 2.267.722 € 43.848 € 98.136 €0 Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij indicator G2A / 01 Besteding (jaar T-1) IOAZ Baten (jaar T-1) IOAZ (exclusief Rijk) Besteding (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Baten (jaar T-1) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen 1 Besteding (jaar T-1) algemene bijstand Baten (jaar T-1) WWIK (exclusief Rijk) inclusief geldstroom openbaar lichaam I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars (WWIK) Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2A / 06 Indicatornummer: G2A / 07 Indicatornummer: G2A / 08 Indicatornummer: G2A / 09 Indicatornummer: G2A / 10 Indicatornummer: G2A / 11 0845 (Sint-Michielsgestel) € 49.856 €0 € 22.521 € 3.599 €0 Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) Besteding (jaar T) Bob Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3 / 01 Indicatornummer: G3 / 02 Indicatornummer: G3 / 03 Indicatornummer: G3 / 04 Indicatornummer: G3 / 05 Indicatornummer: G3 / 06 €0 €0 €0 €0 216 €0 €0 of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. SZW G 3 A Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) _totaal 2012 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk) Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 07 Indicatornummer: G3 / 08 Indicatornummer: G3 / 09 €0 €0 Nee Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) Besteding (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam Baten (jaar T-1) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) inclusief geldstroom openbaar lichaam Baten (jaar T-1) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Besteding (jaar T-1) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorde n hier het totaal (jaar T1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G3B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G3C1) 1 Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3A / 01 Indicatornummer: G3A / 02 Indicatornummer: G3A / 03 Indicatornummer: G3A / 04 Indicatornummer: G3A / 05 Indicatornummer: G3A / 06 0845 (Sint-Michielsgestel) € 6.100 € 23.600 € 2.135 Hieronder verschijnt de gemeente(code) conform de keuzes gemaakt bij G3A / 01 Besteding (jaar T-1) Bob Baten (jaar T-1) Bob (exclusief Rijk) Besteding (jaar T-1) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam In de kolommen hiernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen 1 € 4.490 inclusief geldstroom openbaar lichaam Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3A / 07 Indicatornummer: G3A / 08 Indicatornummer: G3A / 09 Indicatornummer: G3A / 10 0845 (Sint-Michielsgestel) €0 €0 €0 217 € 19.469 SZW G 5 Wet participatiebudget (WPB)_ gemeente 2013 Wet participatiebudget (WPB) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/02 Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01 450 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Besteding (jaar T) participatiebudget Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/03 tot en met G5/07 Besteding (jaar T) Regelluw Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing op gemeenten die in (jaar T1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk Zie de toelichting in de invulwijzer voor hulp bij het invullen en de mogelijke consequenties van een verkeerde keuze Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G5 / 02 Indicatornummer: G5 / 03 Indicatornummer: G5 / 04 Indicatornummer: G5 / 05 Indicatornummer: G5 / 06 Indicatornummer: G5 / 07 Nee € 56.400 € 56.400 218 €0 €0 G 5 A Wet Participatiebudget (WPB)_totaal 2012 Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T-1) participatiebudget Waarvan besteding (jaar T1) van educatie bij roc's Baten (jaar T-1) (niet-Rijk) participatiebudget Waarvan baten (jaar T-1) van educatie bij roc’s Besteding (jaar T-1) Regelluw inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam inclusief geldstroom openbaar lichaam Dit onderdeel is uitsluitend van toepassing op gemeenten die in (jaar T1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk. Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten die uitvoering in (jaar T-1) geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr verantwoorden hier het totaal (jaar T1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G5B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G5C1) 1 inclusief deel openbaar lichaam Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G5A / 01 Indicatornummer: G5A / 02 Indicatornummer: G5A / 03 Indicatornummer: G5A / 04 Indicatornummer: G5A / 05 Indicatornummer: G5A / 06 0845 (Sint-Michielsgestel) € 406.251 € 85.910 219 € 11.746 €0 M&I Ontvanger Juridische grondslag Nummer Specifieke uitkering Departement Bijlage 2: SiSa-verantwoording 2013 voor CVV Regiotaxi te ’s-Hertogenbosch SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2013 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa E27 Brede doeluitkering verkeer en vervoer Eindsaldo/-reservering (jaar T-1) Rentebaten (jaar T) I N D I C A T O R E N Ontvangen BDU-bijdrage Terugbetaling door V&W (jaar T) derden vanuit BDUbijdrage verstrekte middelen in (jaar T) Besteding (jaar T) Correctie over besteding (T-1) Wet BDU Verkeer en Vervoer (art. 10) Provincies en stadsregio's (Wgr+) Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: E27 / 01 Indicatornummer: E27 / 02 Indicatornummer: E27 / 03 Indicatornummer: E27 / 04 Indicatornummer: E27 / 05 Indicatornummer: E27 / 06 €0 €0 € 22.464 Eindsaldo/-reservering (jaar T) Aard controle R Indicatornummer: E27 / 07 €0 Individuele bestedingen (jaar T) die meer dan 20% van de totaal ontvangen BDU bedragen Omschrijving Individuele bestedingen (jaar T) die meer dan 20% van de totaal ontvangen BDU bedragen Bedrag Aard controle n.v.t. Aard controle R Indicatornummer: E27 / 08 Indicatornummer: E27 / 09 1 220 €0 € 192.380 €0
© Copyright 2024 ExpyDoc