PREEK ZONDAG 26eDHJA 28 September 2014 “Ik deed

Bart van Emmerik SJ - Krijtberg
PREEK ZONDAG 26eDHJA 28 September 2014
“Ik deed alsof ik Tarzan was. Een verbazende uitspraak van Paus
Franciscus in een interview met twee Argentijnse journalisten in de tijd
dat hij nog kardinaal Bergoglio van Buenos Aires was. Hij vertelt hen
over een gebeurtenis tijdens de jaren dat hij hulpbisschop van zijn
voorganger was. Op een dag stond Bergoglio op het punt uit zijn kantoor
naast de kathedraal te vertrekken om zich naar het treinstation te
haasten. Juist op dat moment belde een jongeman aan met de vraag of
hij kon biechten. Bergoglio zag direct dat de man psychisch niet
helemaal in orde was en een verwarde indruk maakte, vermoedelijk
vanwege medicijnen die hij daarvoor slikte. Omdat hij in tijdnood zat,
antwoordde Bergoglio: “Ik moet mijn trein halen, om 16u komt er een
priester om biecht te horen.” De bisschop dacht dat de man in zijn
verwarde toestand niet zou beseffen dat hij nog lang zou moeten
wachten tot de andere priester zou komen. Eenmaal onderweg naar het
station voelde Bergoglio zich zo beschaamd over zijn weigering, dat hij
terugging en tegen de jongen zei: “De priester komt later, ik zal je biecht
horen”.
Zelfs een Paus ervaart dat de twee zonen in Jezus’ parabel in ons eigen
hart zitten. We zijn natuurlijk geneigd een stevig ‘ja’ op de vraag van de
vader te geven: “Ja, natuurlijk wil ik in uw wijngaard werken.” Spontaan
voelen we een edelmoedigheid en generositeit om ons deel bij te dragen
aan de komst van het Koninkrijk Gods. We willen meewerken met
Christus in de wereld van vandaag. We zeggen ‘ja’ en we menen dat
ook. Voor Jezus is dit genereuze en stevige ‘ja’ niet genoeg. Omdat ons
‘ja’ het gevaar loopt te zelfbewust, te veel gevuld met ons ‘ego’ en
kracht. Het ‘ja’ moet door ‘broosheid’ heengaan, door ons besef van
zondigheid of mislukking, voordat je open komt voor een andere
dimensie. Dat is: aanvaarden dat je aanvaard wordt, ondanks alles wat
je onacceptabel vindt in jezelf.
Voor die dimensie komt de eerste zoon open die aanvankelijk ‘nee’ zegt
op zijn vaders verzoek. Maar hij voelt berouw en gaat alsnog naar de
wijngaard. Misschien met lood in z’n schoenen en een zelfbeeld
geschonden door zijn botte weigering. In hem zullen de prostituees en
de tollenaars zich herkennen. Bewust van hun fragiliteit accepteren ze
Jezus’ ‘welkom’ en uitnodiging om maaltijd met hem te houden. Maar
ook Simon Petrus zal zich in het gekwetste ego van de zoon herkennen,
toen hij Jezus tot 3 maal toe verloochend had. Maar diezelfde Petrus
voelt zich verzoend in de blik van de verrezen Christus die zijn vrienden
zijn wonden toont en tegelijk hun zijn vrede geeft.
1
Bart van Emmerik SJ - Krijtberg
Ons ‘ja’ aan Christus vereist van ons een vermogen iets te ontvangen
dat niet voortkomt uit onze eigen kracht en goodwill. Natuurlijk zijn ook
onze talenten belangrijk in de navolging van de Heer. Als Jezus Petrus
en de ander vissers roept, ziet hij hun vaardigheden als visser. Maar
tegelijk zet Jezus die in een nieuw perspectief: “Ik zal jullie vissers van
mensen maken.” Tijdens hun weg met Jezus, moesten zijn vrienden ook
in verbinding komen met hun zwakheid, en zien dat zonden en
mislukking voor God geen eindpunt zijn, maar mogelijkheden voor groei.
Ons ‘ja’ op Jezus kan alleen maar sterker worden als het gerijpt wordt in
ons besef van kwetsbaarheid.
Is dat ook niet zo op menselijk vlak? Dat ons ‘ja’ op elkaar soms sterker
kan worden door de confrontatie met broosheid? Zo vertelde een
bevriend koppel hoe ze na een pijnlijke ruzie met grote woorden over
een klein voorval elkaar weer opzochten om het bij te leggen. Ze
moesten hun ‘ego’ opgeven om terug te keren naar de wijngaard van
hun huwelijk, die de Heer hen had toevertrouwd. Door dit te doen voelde
ze dat hun liefde nog aan kracht gewonnen had.
Dat was ook de ervaring van Paulus in zijn relatie met de Heer. Met zijn
sterke persoonlijkheid had Paulus de neiging om Gods liefde vooral op
eigen kracht te verdienen door een stikte navolging van de Joodse Wet
en de talrijke bijkomende regeltjes die sommige vrome Joden daar nog
bij namen. De verkondiging van de eerste Christenen dat God in
Christus redding en liefde aanbood, ondanks zijn onvolkomenheden
kwam bij hem aanvankelijk niet binnen. Maar zijn religieus systeem dat
op eigen kracht was gebaseerd, werd op z’n kop gezet in een intense
ontmoeting met Christus. In de tweede lezing deelt Paulus zijn nieuwe
houding mee, geïnspireerd door Christus die het pad van de nederigheid
koos om Zijn goddelijke rijkdom met ons te delen. Die houding zou ook
ons samenleven met elkaar moeten bepalen, schrijft Paulus aan de
Filippenzen. “Laat jullie ego’s toch los! Laat Christus je gedrag bepalen!”
Dat was ook Bergoglio’s ervaring. Terugkijkend op zijn aanvankelijk ‘nee’
op de jongeman die wilde biechten, zegt hij: “Op dat moment deed ik
alsof ik tarzan was….mijn baas, de kardinaal was op reis en als zijn
plaatsvervanger was ik verantwoordelijk voor het bisdom. … Ik was
zelfgenoegzaam, dat was mijn zonde op dat moment. Maar ik had het
niet in de gaten. Eigenlijk zei ik tegen mezelf: “Kijk hoe goed en
belangrijk ik ben en wat ik allemaal aankan.” De schaamte om zijn
weigering de biecht af te nemen confronteerde hem met zijn
onvolmaaktheid.
2
Bart van Emmerik SJ - Krijtberg
Tegelijk opende het voor hem de deur naar een diepe ervaring voor
Gods liefde, wat hem ook een toegankelijkere en mildere priester
maakte. Van Tarzan veranderde hij in een gezel van Jezus en van de
jongeman.
Een uitnodiging aan ons allemaal: om alle Tarzans en Janes los te laten
om meer gezellen van Jezus te worden, elkaar dragend in onze
imperfectie en kwetsbaarheid.
3