ronDE TafEl ‘arbEIDsmarkT In bEWEgIng’ Werken in een wereld die snel en definitief verandert 12 hét Ondernemersbelang // editie 01 • 2014 ronDE TafEl Tekst: Baart Koster // fotografie: Blinkfotografie De tijden zijn turbulent en ingrijpende veranderingen voltrekken zich op meerdere maatschappelijke niveaus en in hoog tempo. Ook de arbeidsmarkt ontkomt daar niet aan. Het Ondernemers Belang ging daarom rond de tafel met vijf arbeidsmarktspecialisten. De intermediairs die aan de Ronde Tafel deelnamen, zijn allen op hun eigen manier bezig met het verbinden van mens, arbeid en organisatie. Binnen dat krachtenveld van belangen en behoeften is de laatste jaren sprake van toenemende dynamiek. De crisis was de opmaat naar een groeiend overschot aan werkzoekenden en een krimp van het aantal vacatures. Voor welke uitdagingen zien maatschappij, bedrijfsleven, maar ook de dienstverleners aan tafel zich gesteld? Baart Koster sprak erover met vertegenwoordigers van Focus Nederland, Olympia Uitzendbureau, BD Recruitment BV, Pantar Amsterdam en het UWV Kenniscentrum. De huidige situatie van de arbeidsmarkt is vooralsnog somber. Nog steeds is er sprake van een licht klimmende werkloosheid. Hoe ervaren jullie de status quo en welke interessante ontwikkelingen constateren jullie? Pieter de Wit: Ik zie dat de werkzoekenden van verschillende opleidingsniveaus zijn, van MBO tot hoger management. Voor wat betreft middel tot hoger opgeleid zie je dat er voldoende marktbeweging is om weer aan een baan te kunnen komen. Het kost nu alleen wat meer tijd. Ook constateer ik dat er een aantal succesfactoren is dat, ongeacht het niveau van mensen, bepaalt of iemand weer een baan vindt. Die factoren zitten vooral in zaken als personal branding, jezelf kunnen vertegenwoordigen en zelfredzaamheid. In zaken zoals opleidingen of harde skills zitten ze minder. Mijn ingangen naar de arbeidsmarkt tonen zich de laatste jaren kritischer. Hoe iemand zich zelfstandig positioneert is veel belangrijker geworden. Wij als Focus spelen daar een belangrijke rol in. Enerzijds door onze netwerken actief in te zetten en anderzijds door cliënten te begeleiden om hierin steeds zelfredzamer te zijn. Marije Renema: Als je het van het individuele microniveau opschaalt naar macroniveau, dan zie je eveneens die dynamiek op de arbeidsmarkt. Aan de WWuitstroomcijfers zien wij dat meer dan de helft van de WW-gerechtigden binnen zes maanden die nieuwe baan vindt. Hoe actiever iemand na baanverlies zoekt, hoe sneller hij die baan vindt. Hieruit blijkt ook dat over de grenzen van je eigen sector kijken cruciaal is: er is steeds meer sprake van intersectorale mobiliteit. De Wit: Ook interessant zijn de verwachtingen die onze cliënten van de arbeidsmarkt hebben. Wij hebben regelmatig met cliënten te maken die uit een wat langer dienstverband komen. Hun ogen gaan open in een voor hen nieuwe en onbekende wereld. Zij denken met twee brieven in een maand wel weer in een volgende baan te zullen belanden. Maar ze ontdekken dan dat de huidige arbeidsmarkt op een soort jungle lijkt, waarin bepaalde functies niet meer blijken te bestaan, maar waar ook de manieren om aan een functie te komen sterk zijn veranderd. Je ziet daar dat macro en micro alles met elkaar te maken hebben en dat die niveaus elkaar erg raken. Steven Gudde: Natuurlijk ligt bij de individuele match waarover jullie praten een groot deel van de sleutel en zit daar inderdaad veel WW-uitstroom. Kijk je naar de getallen, dan zie je inderdaad dat er werk is. Maar de schaarstecijfers van de Amsterdamse regio stemmen toch niet vrolijk. Zeker niet als je moet solliciteren in de wetenschap dat sectoren waarvan lang is gezegd dat het de banenmotoren zijn, juist de sectoren zijn waar de komende tijd zo’n veertig procent van de mensen boventallig zal worden. Terwijl het vaak gaat om instapfuncties. Perfecte functies dus voor mensen aan de onderkant van de markt, die het primair van inzet en minder van vakkennis moeten hebben. Daar is momenteel dus een nieuw probleem aan het ontstaan, terwijl er tegelijkertijd veel werk aan de onderkant van de markt blijft bestaan. Rutger van Krimpen: De mensen die wij bij Pantar in dienst hebben, kunnen geen van allen regulier naar de arbeidsmarkt. Terwijl we tegelijkertijd in de onderkant van de markt, in sectoren als transport en logistiek, een permanente vraag zien naar kwalitatief goede oplossingen. Pantar groeit door het uitplaatsen van mensen. Bijvoorbeeld naar PostNL voor postbezorging op IJburg, omdat er onvoldoende postbodes zijn. Maar vandaag heeft men veel en morgen weer minder post. Onze opdrachtgevers zijn daarom op zoek naar flexibiliteit en dat moeten wij als leverancier van handjes zien op te lossen. Daarnaast zijn ze op zoek naar continuïteit. Dat zijn flinke uitdagingen, maar tegelijk biedt dat kansen als je daar goed op inspeelt. Eigenlijk is de onderliggende centrale vraag in de markt die naar ontzorging. Dus waar Pieter sterk op individuele basis werkt, daar zitten wij voortdurend met werkgevers om tafel, zoals PostNL, om voor hen een stuk van hun processen over te nemen, zoals de sortering en bezorging. Dat serviceconcept is met name in de onderkant van de markt sterk in opkomst. Een ontwikkeling waar wij op inspelen. Kun je zeggen dat de maatschappij en daarmee de arbeidsmarkt, zó snel verandert dat straks elk individu gedwongen is om zelfredzaam te zijn? En dus helemaal zelfstandig zijn werk moet zoeken? Gudde: Ik mag toch hopen van niet. Maar als we niet oppassen lopen we het risico dat dat het meeste geluid gaat maken en dat mensen die dat allemaal niet op eigen kracht kunnen, daar het slachtoffer van worden. Ingaand op de flexibiliteit waar Rutger het over heeft: wij zijn sterk vertegenwoordigd in de logistiek met name in distributiecentra en ook wij bieden als dienstverlener bedrijven capaciteitsflexibiliteit. Tegelijkertijd willen we onze medewerkers een mate van zekerheid bieden. Dat is de balans die je zoekt en waar wij als Olympia Uitzendbureau continu aan werken. Het kan niet zo zijn dat een organisatie flexibiliteit aan de onderkant eenzijdig afwentelt op de medewerkers. Dat vraagt om gericht capaciteitsmanagement. Als je dit niet goed doet, krijg je een probleem. Dan kan je als organisatie eigenlijk alleen flexibel zijn door dat over de zwakste schouders te doen. Die kwetsbaarsten op de arbeidsmarkt betalen dan de prijs voor flexibiliteit op een lelijke manier. Die ontwikkeling moet je niet willen. Mensen met een middelhoge of hogere opleiding kunnen, mede door de ICT-netwerken en platformen die er in toenemende mate zijn, steeds beter zelfstandig naar werk zoeken. Wordt daardoor de rol van intermediaire dienstverleners voor die groepen marginaler? Jennifer Camron: Nee, zeker niet. Het blijft namelijk mensenwerk. De beschikbare hét Ondernemersbelang // editie 01 • 2014 13 ronDE TafEl DEElnEmErs pieter de Wit van Focus is HRM professional met brede kennis van mobiliteit, arbeidsmarkt en arbeidsmarktbenadering. Specialist in de uitvoerende fase van projecten en processen op het gebied van outplacement en arbeidsmarkt. ditmer rOuWenhOrst is Business Development Manager, (management) trainer en –coach bij Focus en een deskundige op het gebied van de ontwikkeling van mens, werk en organisatie. techniek helpt werkzoekenden maar tot op zekere hoogte. Gespecialiseerde ondersteuning bij het vinden van passend werk kan voor velen nog steeds het beslissende zetje naar nieuw werk zijn. En daarin blijven intermediairs een belangrijke rol spelen. Gudde: Ik denk wel dat de rol van organisaties die enkel intermediairs zijn, wat dat betreft in belang gaat afnemen. Een van mijn studenten aan de Hogeschool van Amsterdam waar ik les geef, deed daar onderzoek naar. Zijn conclusie onderschrijf ik, namelijk dat als de uitzendsector enkel en alleen blijft kapitaliseren op zijn rol als intermediair die puur bezig is om vraag en aanbod bij elkaar te brengen, de sector hard bezig is zichzelf op te heffen. De sector moet dus in zijn toegevoegde waarde investeren om relevant te blijven. Dus in de andere arbeidsmarkt gerelateerde diensten die hij kan bieden. Renema: Bij het vinden van die baan gaat het ook om het managen van verwachtingen. Want de arbeidsmarkt is ondertussen flexibeler geworden: uitzend- en detacheringscontracten, zzp-schap, maar ook tijdelijke loondienstverbanden van een half of één jaar vallen hieronder. Eén op de drie contracten is flexibel. En deze realiteit is nog niet bij iedereen geland. UWV bereidt werkzoekenden op deze nieuwe realiteit voor in bijvoorbeeld de netwerkgroepen voor 55-plussers; de groep die vaak langdurige dienstverbanden heeft genoten. Als het om employability gaat vinden de deelnemers aan de Ronde Tafel over het algemeen dat een belangrijke verantwoordelijkheid daarvoor bij de werkgever ligt. Aan hem onder andere de taak om de ontwikkelingen en groei van werknemers te monitoren en niet alleen opleidingsmogelijkheden te bieden, maar ook signalen af te geven als duidelijk wordt dat een werknemer stagneert in zijn groei. Hoewel daar nog wel een nuancering op volgt. 14 hét Ondernemersbelang // editie 01 • 2014 rupert WiJnmalen is 21 jaar werkzaam als regiodirecteur bij Focus en hielp mee aan de bouw van deze dienstverlener die mens, werk en organisatie verbindt. Ditmer Rouwenhorst: Bij Focus zien wij de laatste jaren een vrij flinke kanteling in de markt. Een sterk groeiend aantal werkgevers is gaan vinden dat medewerkers zelf de verantwoordelijkheid voor hun eigen loopbaan moeten nemen. En dat drukken ze ook met enige pressie door. In een trainingsproject bij een financiële instelling zagen wij uit testuitslagen een honderd procent score op de loopbaanwaarde kennis en expertise bij alle deelnemers. Bij deze groep bestond de identificatie met werk dus volledig uit inhoud. Dit is uiteindelijk een rem op elke vorm van beweging. Het management had hier in het verleden wellicht baat bij, maar nu de organisatie moet krimpen moet deze groep in beweging komen wegens een plotselinge noodzaak om te bezuinigen op reorganisatiekosten. Deze mensen hebben nooit geleerd om in beweging te komen en het was in het voordeel van de werkgever om ze vast te houden. In dit geval is het een wederzijdse verantwoordelijkheid en is van belang dat de werkgever zorgvuldig faciliteert dat de wederzijdse verantwoordelijkheid voor beweging en ontwikkeling nu anders liggen dan in het verleden. Dit vraagt veel van medewerkers, maar ook van organisatie en management. Gudde: We zitten natuurlijk nog steeds veelal in een traditionele arbeidsverhouding waarbij de werkgever wel de werknemer kan afrekenen, maar de werknemer niet zijn werkgever kan afrekenen op diens verantwoordelijkheden. De werknemer kan hooguit chagrijnig vaststellen dat hij bij zijn baas geen opleiding krijgt aangeboden en eventueel opstappen. Rouwenhorst: Aan ons als intermediairs daarom de vakinhoudelijke uitdaging om bij zowel werkgevers als werknemers de extra bewustzijnslaag aan te brengen. Het bewustzijn dat het er niet alleen om gaat of je je functie goed uitoefent, maar dat het óók essentieel is om je baan in ontwikkeling te brengen. En mariJe renema is arbeidsmarktadviseur bij het UWV. Maakt het terrein van de arbeidsmarkt inzichtelijk in presentaties, workshops en gesprekken. Adviseert over arbeidsmarktontwikkelingen in cijfers en context. daar moet vervolgens ook onderling regelmatig over gecommuniceerd worden door werkgever en werknemer. Rupert Wijnmalen: Ik maak ook mee dat werkgevers formeel hun werkgeversverantwoordelijkheid op dit gebied wel ingevuld hebben. Bijvoorbeeld door binnen een organisatie of krachtens CAO-afspraken zelfs binnen een complete branche, een loopbaanscan aanbieden voor alle werknemers. Ze hebben dat volgens CAOafspraken ingericht en daar blijft het dan bij, ervan uitgaande dat werknemers daar op eigen initiatief gebruik van zullen maken. Zonder die medewerkers eerst uit te leggen waarom dit van belang is, hoe zo’n instrument gebruikt dient te worden en wat het effect ervan is. Dus die proactieve loopbaanverantwoordelijkheid wordt door werkgevers nog te vaak simpelweg bij de werknemer gelegd. Camron: Het HR-beleid binnen veel organisaties kan inderdaad beter. Bij BD Recruitment adviseren wij loopbaancoaching, waarbij ik nu even doel op BD4Women, ons project om alleenstaande moeders bij de ontwikkeling van hun loopbaan en arbeidsperspectieven te ondersteunen. Er leeft helaas toch vrij algemeen het vooroordeel dat een alleenstaande moeder een verhoogd risico meebrengt voor de werkgever. Bijvoorbeeld doordat ze sneller thuis zal blijven als haar kind ziek is en daardoor duurder is dan andere medewerkers. Terwijl een werkgever die vertrouwen geeft aan een medewerker, daarmee het gevoel geeft dat hij zijn werknemer waardeert. Met aanvullend goede loopbaancoaching, die wij als detacheerder kunnen geven, kan zo heel praktisch handen en voeten gegeven worden aan de ontwikkeling van de medewerker. Wat zijn of haar employability verhoogt. steven gudde is bij Olympia Uitzendbureau verantwoordelijk voor ontwikkewww.bedrijf.nl ling van maatwerk dienstverlening voor naam fl exibele arbeid. Daarnaast geeft hij les Omschrijving bedrijf maximaal 4 zinop de Hogeschool vaninAmsterdam. nen. rutger van krimpen is algemeen Jennifer camrOn oprichter en directeur van werk-leerbedrijf Pantar www.bedrijf.nl dat kansen in mensen verbindt met kansen op de arbeidsmarkt in de regio groot Amsterdam. eigenaar van BD Recruitment, vindt steeds de perfecte balans tussen mens en commercie en komt zo met haar team tot succesvolle en innovatieve projecten. Veranderingen zijn de enige constante in de arbeidsmarkt, zoveel is wel duidelijk. Welk slotadvies zouden intermediairs danwel werkzoekenden ter harte moeten nemen? Want het besef dat er ook wel degelijk plichten zijn, ontbreekt nogal eens. Terwijl de wereld echt definitief anders wordt en het nooit meer zo zal worden als het was voor 2008. Gudde: Als we kijken naar de arbeidsmarkt en de bijbehorende uitdagingen, dan is het alsof we meestal over één groep praten, of over hoe we denken dat die groep gaat acteren. We moeten er in alle discussies voor waken dat we dát het Leidmotief laten zijn voor het ontwikkelen van oplossingen, want dan gaat het mis. We moeten de pluriformiteit inclusief bijbehorende behoeftes scherper uit elkaar gaan houden. Renema: Dat door de dynamiek op de arbeidsmarkt functies verdwijnen, maar ook weer ontstaan. Dat functies aan de boven- en onderkant van de arbeidsmarkt blijven bestaan en wellicht toenemen - functiegebouw in vorm van zandloper – is zo’n tendens. Waarbij de rol van ICT-vaardigheden op alle functieniveaus toeneemt: van lager- tot hogeropgeleiden, iedereen zal meer en meer over ICT-vaardigheden moeten beschikken. Van Krimpen: Ik denk dat het belangrijk is dat de bewustwording tot stand komt dat participanten op de arbeidsmarkt niet alleen rechten, maar ook plichten hebben. De Wit: Voor werkzoekenden is het goed zich te realiseren dat werkgevers steeds meer een beroep op houding en vaardigheden zullen doen. En het goede nieuws is dat vaardigheden aan te leren zijn. Camron: Wat we allemaal centraal moeten houden is dat de medewerker een mens is en dat we daar zorgvuldig mee om moeten gaan. Aan werkgevers zou ik willen zeggen: wees blij met de mensen die je in huis hebt en investeer in ze zodat je zo ook in huis houdt. Rouwenhorst: Faciliteer als werkgever niet alleen je mensen om zich te ontwikkelen, maar geef ze daar ook vrije ruimte toe. Je zult zien dat dan een bottom up beweging ontstaat en werknemers zich veel sterker op eigen initiatief zullen ontwikkelen binnen een organisatie. Wijnmalen: Wat ik zou willen toevoegen is dat het absoluut noodzaak is dat we in gesprek blijven met onze opdrachtgevers, de werkgevers. We hopen ze zo inzichten en loopbaaninstrumenten aan te reiken over hoe zij hun loopbaanbeleid meer kunnen concretiseren. Zowel ten bate van de vitaliteit, ontwikkeling en continuïteit van de organisatie als van de ontwikkeling en het werkplezier van haar werknemers. « hét Ondernemersbelang // editie 01 • 2014 15
© Copyright 2024 ExpyDoc