Bij deze olieprijs staat SBM Offshore nog 20% te hoog

Eddy 埃迪 Schekman
Eddy Schekman publiceert
vanuit China als
hoofdredacteur voor
CASHcow.nl en CASH.
De Amerikaanse markten zullen vandaag een mooie herstelbeweging laten zien. In de premarket staat
de S&P op +0,29%, de Nasdaq en Dow Jones op +0,23%.
De economische groei in de eurozone is in het vierde kwartaal gedaald naar 0,1%. Dat is de conclusie
van hoofdeconoom Chris Williamson bij Markit, die vandaag bekend heeft gemaakt dat de Europese
inkoopmanagersindex in december is uitgekomen op 51,4 tegen een verwacht cijfer van 51,7. Het is
wel positief dat de locomotief van de Europese economie, Duitsland, zich goed ontwikkeld. De
uitkomst voert de druk op de ECB op om staatsobligaties op te kopen om de economie een impuls te
geven.
De dalende olieprijs kan SBM Offshore nopen het mes nog verder in de organisatie te zetten. Volgens
een raming van Moody’s zullen de winsten van vergelijkbare Amerikaanse bedrijven in 2014 met
tussen de 12% en 17% zijn gekrompen bij een gemiddelde olieprijs van 75 dollar. Bij een gemiddelde
prijs in 2015 van beneden de 60 dollar zullen de winst nog eens 25% tot 30% lager. Ook andere
sectoren zullen te maken krijgen met een druk op de resultaten. De oliemaatschappij BP heeft al
herstructureringen aangekondigd. Het International Energy Agency voorspelde eerder al dat de
investeringen in de productie van schaliegas met 10% zullen dalen in 2015 als gevolg van de daling van
de olieprijs.
De grafiek laat zien dat er een redelijke relatie bestaat tussen de koersontwikkeling van SBM en Brent.
Beleggers zouden zelfs de conclusie kunnen trekken dat SBM op 9,08 euro beneden de 7,5 euro zou
moeten staan op basis van de prijsval van Brent. Die koers past bij de prognose van Moody’s dat de
winsten in deze sector met meer dan 25% zullen dalen. SBM kan dus nog met ongeveer 20% dalen.
Een combinatie van hogere groei en lage inflatie is één van de thema’s die zich nu aandienen voor de
wereldeconomie. De olieprijs is verder gedaald dan Schroders in het eigen basisscenario voor mogelijk
hield. Over het algemeen is het zo dat de lage olieprijs bijdraagt aan een hogere groei en een lagere
inflatie. Keith Wade, econoom bij Schroders, noemt 4 mogelijke scenario’s voor 2015.
-1- Disinflationary boom: De wereldeconomie wordt gekenmerkt door een combinatie van sterke groei
en lage inflatie. De groeiverwachtingen moeten mogelijk opwaarts worden bijgesteld,
inflatieverwachtingen neerwaarts. De markten hebben een dergelijke opleving van de groei nog niet
ingeprijsd. Lage inflatie geeft de centrale banken ruimte om het beleid ruim te laten. Aandelen
profiteren door winststijgingen.
-2- Desynchronised cycle: De VS blijft voortrekker van de groei in de wereldeconomie. Het leidt tot een
sterkere dollar, zwakkere grondstofprijzen en druk op aandelen uit de opkomende markten.
-3- Japan wint de currency war: Japanse bedrijven winnen marktaandeel dankzij de daling van de yen.
Exporteurs hebben tot nu toe vooral hun winstgevendheid opgekrikt. Nu kunnen de bedrijven
agressiever pogen marktaandeel te winnen door prijzen te verlagen. Dit stuwt de export en versterkt
het herstel van de economie. Het pakt negatief uit voor de concurrentie van de Japanse bedrijven.
-4- Back to the 1990’s: De Fed wordt afgeleid door externe gebeurtenissen, daardoor blijft het beleid
ruim en vormt zich in de VS een bubbel. In de 1990’s liet de Fed zich leiden door gebeurtenissen in
Rusland. Ook nu is het buiten de VS zorgelijk, de lage inflatie kan een belangrijke rol spelen bij de
beslissingen van de Fed. Bankpresident Yellen zal terughoudend zijn om de rente te verhogen. Dat kan
leiden tot een liquiditeitsbubbel.
Ik denk dat de uitkomst wel eens zou kunnen zijn dat de strijd tegen de inflatie een nieuwe
liquiditeitsbubbel veroorzaakt, maar dat is niet erg als deze bubbel leidt tot economische groei. In alle 4
de scenario’s is dat mogelijk. De vraag is eerder: waar valt de groei.
Intel (35,95 dollar, 16,6 x de winst) kondigt
vandaag 14 nieuwe processoren aan, die op
een kleiner oppervlak (37%) meer processoren
(35%) hebben. Hierdoor kunnen computers
kleiner en lichter worden en gaat de batterij
langer mee. Alle deelmarkten hebben zo’n
technische impuls nodig, want de grote groei is
verdwenen. De koers zit aan de onderkant van
de bandbreedte. Een doorbraak door de 38 is
mogelijk.
De Nasdaq (4.652,57) heeft tot 2 keer toe een
aanval op de 4.800 afgeslagen.
Technische indicatoren als de RSI en Bollinger
Bands laten een lichte verslechtering zien. Op
dagbasis ligt de ondergrens op 4.600, op
weekbasis ligt die op 4.300 en op maandbasis
ligt deze iets beneden de 3.500.