www.vastgoedmarkt.nl februari 2014 Vastgoedmarkt 61 publiek vastgoed thema beleggingen / zorgcentra / cbre CBRE-consultant Jeroen Hermus ziet toenadering zorg- en vastgoedsector ‘Zorgvastgoed binnen tien jaar volwaardige beleggingscategorie’ De marktwerking in de zorgsector legt bloot welke zorginstellingen het goede en slechte zorgvastgoed in portefeuille hebben. Beleggers uit binnen- en buitenland lonken vooral naar nieuw Nederlands zorgvastgoed met langjarige huurcontracten. De spraakverwarring tussen vastgoed- en zorgprofessionals kan nog wel een struikelblok zijn. ‘Alleen als je de taal van beide sectoren spreekt, kun je succesvol zijn in zorgvastgoed.’ Martijn van Leeuwen CBRE stelde half januari Jeroen Hermus aan, eerder zorgvastgoedspecialist bij DTZ Zadelhoff en de Brink Groep. Daarmee wil de vastgoedadviseur anticiperen op de toenemende belangstelling van professionele vastgoedpartijen in zorgvastgoed. Een groot deel van de markt toonde lange tijd beperkte belangstelling in de als lastig te boek staande zorgsector. Maar nu rendementen elders onder druk staan en de vergrijzing toeneemt, richten steeds meer partijen hun blik op deze groeisector, constateert Hermus. ‘Nu al heeft een derde van de professionele beleggers zorgvastgoed in portefeuille. Dat zijn echter vooral woningcorporaties. Vooral particuliere en institutionele beleggers laten nu in toenemende mate hun oog vallen op dit vastgoedsegment. De honderdduizenden babyboomers die met pensioen gaan, garanderen een hoge bezettingsgraad. Goed zorgvastgoed levert dankzij de langjarige huurcontracten bovendien stabiele rendementen op. Als je een goed zorgconcept hebt met aantrekkelijk vastgoed, zit je dankzij de vergrijzing gebakken. De interesse is wel gericht op het aantrekkelijkste deel van de markt: vooral nieuwbouw, gelegen op een gewilde locatie en een goede alternatieve aanwendbaarheid. Het is daarom geen verrassing dat partijen als Achmea, Bouwinvest en Amvest zich al profileren in dit segment. Een fondsaanbieder als Annexum – die al diverse zorgvastgoed-CV’s succesvol heeft geplaatst – heeft ook slim ingespeeld op de trend.’ een pioniersrol. De interesse voor Nederland komt zowel van private equity als institutionele beleggers. Ze worden aangetrokken door de kansen in de markt en relatief hoge rendementen. Het zijn geen opportunistische investeerders. Als belegger moeten ze er voor de lange termijn inzitten, omdat de verhandelbaarheid van zorgvastgoed nog beperkt is.’ Volgens de CBRE-adviseur is er niettemin een parallel te trekken tussen zorgvastgoed en hotelvastgoed. ‘Vijftien jaar geleden vonden er nauwelijks hoteltransacties plaats op de Nederlandse markt. De laatste jaren zijn hotels echter een reguliere en aantrekkelijke beleggingscategorie geworden. Ik verwacht dat dit de komende vijf tot tien jaar ook gaat gebeuren met zorgvastgoed.’ Onzekerheden Dat laat onverlet dat de zorgsector ook te maken heeft met tal van onzekerheden. Tot 2012 werden bijvoorbeeld alle huisvestingskosten vergoed van verpleeg- en verzorgingshuizen. Sinds 2012 krijgt een zorginstelling een vergoeding per patiënt; de normatieve huisvestingscomponent. Als er leegstand heerst in een zorginstelling kost dat de zorginstelling geld: in 2014 krijgt een instelling nog 70 procent van de kapitaallasten vergoed, vanaf 2018 is ze voor honderd procent verantwoordelijk voor de huisvestingslasten. Ook kampt de zorgsector met een boekwaardeprobleem. Doordat het Buitenlandse beleggers De laatste tijd kloppen zelfs buiten landse – meest Angelsaksische – beleggers op de deur, merkt Hermus op. ‘Een aantal daarvan heb ik al verschillende malen gesproken. Het gaat om partijen die in eigen land al veel objecten hebben gekocht en de zorgsector goed kennen. Zo zijn in het Verenigd Koninkrijk vorig jaar voor miljarden aan zorgvastgoeddeals gesloten. Een van de laatste deals betrof een sale-and-leasebacktransactie van twaalf ziekenhuizen voor 700 miljoen euro. Loek Winter – de zorgondernemer die twee noodlijdende ziekenhuizen overnam – vervult in Nederland Marktwerking maakt zorgsector transparanter zorgvastgoed nu tegen marktwaarde moet worden getaxeerd, hangt de sector volgens accountants een afschrijving boven het hoofd van een kleine 2 miljard euro. Daar komt bij dat zorgbehoevenden met een lichte zorgindicatie door de invoering van Scheiden Wonen en Zorg langer thuis blijven wonen. Bureau Berenschot voorspelt dat er daardoor 800 verzorgingshuizen leeg komen te staan. De Raad voor de Leefomgeving schatte eind januari de dreigende leegstand in de zorgsector zelfs op 4 miljoen vierkante meter. Dit is echter nog steeds maar een zeer beperkt gedeelte van het totale metrage zorgvastgoed in Nederland. Nieuwe regels Hermus ontkent de risico’s niet, maar stelt daar tegenover dat veel zorgaanbieders al op de nieuwe regels anticipeerden. ‘Ruim tien jaar geleden wilde de overheid al marktwerking in de zorg invoeren. Die marktwerking was ook hard nodig. Tot 2012 kon een zorgaanbieder bij het College Bouw een stempel van goedkeuring halen en was de aanbieder vervolgens verzekerd van veertig jaar dekking van de kapitaallasten. Dat is geen prikkel om efficiënt om te gaan met de huisvesting. Ook al bood een instelling slechte zorg en slecht vastgoed aan en stond de helft van het gebouw leeg, toch werden dan alle vastgoedkosten vergoed. De zorgaanbieders die snel op de nieuwe wetgeving inspeelden, staan er nu goed voor. De aanbieders die zich alleen hebben verzet tegen de plannen en onvoldoende hebben ingespeeld op de aangekondigde marktwerking, staan op achterstand. De markt zal bepalen welk deel kansrijk en kansarm is. Statige zorglocaties in een mooie omgeving zijn te transformeren tot zorghotel of te exploiteren met particuliere woonzorgconcepten. Verouderde gebouwen met kleine kamers op een minder goede locatie zijn niet meer te verhuren. Voor dergelijke gebouwen wacht de sloophamer, maar als er behoefte is aan zorgvastgoed komt er ook weer nieuwbouw voor terug.’ Dat de financierende banken ook steeds kritischer zijn, is volgens de zorgspecialist goed uit leggen. ‘Banken willen zeker weten of Jeroen Hermus: ‘Een derde van professionele beleggers heeft zorgvastgoed in zijn portefeuille.’ er met het vastgoed een gezonde langjarige exploitatie kan worden gevoerd. Op deze manier voorkomen banken mogelijke financiële ellende in de toekomst. Goed nieuw zorgvastgoed wordt overigens nog gewoon gefinancierd. De kritische blik maakt de markt van zorgvastgoed alleen maar professioneler en transparanter. Pas dan begrijpen alle partijen de markt en kan er een echte beleggingsmarkt op gang komen. Over vijf tot tien jaar is dit een volwaardige beleggingsmarkt.’ Particuliere zorgmarkt Tot nu toe zijn het uiteenlopende partijen die actief zijn op de zorgmarkt, vertelt Hermus. ‘Beleggers trekken op met ontwikkelaars en architecten en lokale zorgondernemers. Ze richten hun pijlen onder andere op de particuliere zorgmarkt. Zo zijn er nu al 150 luxe particuliere woonzorglocaties, waarvan 65 procent de afgelopen vijf jaar is opgeleverd. Rijke ouderen betalen hier 1.500 tot 6.000 euro per maand. Ook sommige reguliere zorginstellingen bouwen een deel van hun vastgoed om dit hoogwaardige segment te bedienen. Dankzij de enorme overwaarde op hun woning zijn veel ouderen in staat een dergelijk bedrag te betalen. Dergelijke partijen hebben ook succesvolle transformaties gerealiseerd. Een kantorencomplex in Naarden dat zes jaar leegstond, is succesvol getransformeerd tot een zorgkliniek en dit is ook in Breda gebeurd voor Medinova.’ Belegger gezocht Hermus is in gesprek met ondernemende zorgprofessionals die nog een belegger zoeken. ‘Beleggers die nu durven in te stappen, zullen mogelijk de beste rendementen behalen. Dat dit nog beperkt gebeurt, wijt ik aan de gepercipieerde complexiteit van de zorgsector. Dat is de voornaamste reden dat de beleggingsmarkt tot nu toe onderontwikkeld is gebleven. De zorg- en vastgoedsector spreken bovendien elkaars taal niet. Zorginstellingen bekijken commerciële vastgoedpartijen met enig wantrouwen. Ze zijn bang dat vastgoedmensen zich te veel met de exploitatie van de instelling gaan bemoeien, terwijl die weinig tot geen zorgkennis hebben. Toch moet een belegger een beperkte mate van invloed hebben op de exploitatie. Want net zoals met hotelvastgoed bepaalt de exploitatie de waarde van het vastgoed. Hoe specifieker het vastgoed, hoe groter de gewenste rol bij de exploitatie. De zorgaanbieder heeft op zijn beurt weer minder kennis en ervaring van vastgoed. Om dat wantrouwen weg te nemen en om als vastgoedprofessional succesvol te zijn in zorgvastgoed, is het noodzakelijk dat je de taal spreekt. Of je haalt natuurlijk een goede tolk in huis’, wijst de CBRE-specialist schertsend naar zichzelf.
© Copyright 2024 ExpyDoc