Studiefiche - Studiegids

Studiefiche
Vanaf academiejaar 2014-2015
Brouwerijtechnologie (I700093)
Cursusomvang
(nominale waarden; effectieve waarden kunnen verschillen per opleiding)
Studiepunten 3.0
Studietijd 90.0 u
Contacturen
36.0 u
Aanbodsessies en werkvormen in academiejaar 2014-2015
A (semester 2)
werkcollege
hoorcollege
Lesgevers in academiejaar 2014-2015
Van Landschoot, Anita
12.0 u
24.0 u
LA15
Aangeboden in onderstaande opleidingen in 2014-2015
Master of Science in de industriële wetenschappen: biochemie
Verantwoordelijk lesgever
stptn
3
aanbodsessie
A
Onderwijstalen
Nederlands
Trefwoorden
Brouwerijtechnologie
Situering
De studenten de praktische en technologische vaardigheden bijbrengen voor
beheersing van het brouwerijproces.
Inhoud
Theorie en praktijk van de processen die leiden vanaf gerst tot mout en vanaf mout tot
bier, samen met de andere belangrijke grondstoffen zoals water, hop en ruwe granen:
- De mouterij: De kenmerken en voorbehandeling van gerst, het mouten van gerst.
- De grondstoffen: Hop en hopchemie, hopextracten; gebruik van ruwe granen;
brouwwater.
- Het brouwproces: Het verkleinen van het mout, het maischen, wortklaring/filtratie,
koken van het wort, het afscheiden van hop en warme breuk, de wortkoeling, high
gravity wort.
- De fermentatie: Technologie van de gisting, de lagering, fabricage van bieren van
hoge gisting, nagisting op fles.
- De koude filtratie: colloïdale stabiliteit.
- Bijbewerkingen: Korte bespreking van, of kennismaking met via bedrijfsbezoek,
flesreiniging, afvullen op fles en op vat, proceswaterbehandeling en CIP technieken,
CO2-recuperatie.
Praktisch: Uitvoeren van het brouwproces op semi-industriële schaal met bijhorende
analysetechnieken; mouterij- en/of brouwerijbezoek en/of andere kennismaking met
industrïële praktijk.
Begincompetenties
Met succes het opleidingsonderdeel biochemie gevolgd hebben of de erin beoogde
competenties op een andere manier verworven hebben. Minstens voor 10 studiepunten
aan ingenieurs specifieke opleidingsonderdelen gevolgd hebben: ingenieurstechnieken
en/of ingenieurswetenschappen.
Eindcompetenties
De technische brouwerijvaardigheden voor productie en kwaliteitsbewaking beheersen
en deze kunnen benutten in de onderzoekssamenwerking met brouwerijen en in een
industriële werkomgeving.
Het wetenschappelijke en technische inzicht in het brouwerijproces kunnen gebruiken
(Goedgekeurd)
1
als een model voor het uitwerken en beheersen van andere biochemische processen.
Wetenschappelijk en kritisch kunnen nadenken en communiceren over concrete
actuele technische problemen die zich kunnen aanbieden en oplossingen voor deze
problemen kunnen uitdenken.
Creditcontractvoorwaarde
Toelating tot dit opleidingsonderdeel via creditcontract is mogelijk mits gunstige beoordeling
van de competenties
Examencontractvoorwaarde
Dit opleidingsonderdeel kan niet via examencontract gevolgd worden
Didactische werkvormen
Hoorcollege, werkcollege
Leermateriaal
Cursus voor theorie met bijhorende presentaties en oefeningen beschikbaar.
Basishandboeken en tijdschriften (Brauwelt, Brauwissenschaft, Cerevisia, Journal of
the Institute of Brewing, EBC Proceedings) ter beschikking in het labo brouwerij.
Referenties
Vakinhoudelijke studiebegeleiding
Mogelijk na de les of oefeningen.
Evaluatiemomenten
periodegebonden en niet-periodegebonden evaluatie
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de eerste examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen, mondeling examen
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de tweede examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen, mondeling examen
Evaluatievormen bij niet-periodegebonden evaluatie
Vaardigheidstest
Tweede examenkans in geval van niet-periodegebonden evaluatie
Examen in de tweede examenperiode is niet mogelijk
Toelichtingen bij de evaluatievormen
Theorie (mondeling / schriftelijk examen).
Oefeningen / Labo's (permanente evaluatie).
Eindscoreberekening
Theorie : 80%
Oefeningen : 20%
De student dient deel te nemen aan alle examens/opdrachten om te kunnen slagen en
dit zowel wat betreft de periodegebonden als niet-periodegebonden evaluatie. De
beoordeling en het tot stand komen van de eindquotatie gebeurt via het wiskundige
gemiddelde volgens de toegekende coëfficiënten. Wanneer men echter minder dan
7/20 heeft voor één van de onderdelen maar waarbij het mathematisch gemiddelde
toch een cijfer van 10 op 20 of meer is, is de score niet gelijk aan het gewogen
gemiddelde van de verschillende scores. In dit geval zal de eindscore gelijk zijn aan het
hoogste niet-geslaagd cijfer.
(Goedgekeurd)
2