Programmastructuur Veiligheid In Utrecht werken we samen aan een stad waar mensen veilig zijn en zich veilig voelen. Doelstelling Subdoelstelling 1 Geregistreerde criminaliteit en onveiligheidsgevoelens nemen af. 1.1 Geregistreerde criminaliteit neemt af. 1.254 1.2 Wijkveiligheid en veiligheidgevoelens nemen toe. 3.080 1.3 Jeugdoverlast en –criminaliteit nemen af. 5.911 1.4 In Utrecht is georganiseerde criminaliteit teruggedrongen. 1.436 2 In Utrecht zijn incidenten en verstoring van de openbare orde voorkomen en bestreden. Bedragen zijn in duizenden euro's. 2.1 In Utrecht zijn incidenten en verstoring van de openbare orde voorkomen en bestreden. Kosten 31.081 1.11 Veiligheid Algemene programmadoelstelling In Utrecht werken we samen aan een stad waar mensen veilig zijn en zich veilig voelen. We werken in Utrecht samen aan een stad waar mensen veilig zijn en zich veilig voelen. Een 100% veilige samenleving bestaat niet, maar we streven naar een aanvaardbaar niveau van veiligheid en leefbaarheid. De gemeente heeft de regie op de lokale veiligheid, maar de verantwoordelijkheid dragen we samen met onze professionele veiligheidspartners van Openbaar Ministerie (OM) en politie, en met bewoners, ondernemers, instellingen en organisaties in onze stad. We hanteren daarbij de uitgangspunten dat de aanpak van veiligheidsproblematiek alleen effectief is wanneer dat integraal gebeurt en alle partners hun verantwoordelijkheid nemen, wanneer beleid en uitvoering naadloos op elkaar aansluiten en zich uitstrekken tot alle schakels in de veiligheidsketen en dat we werken met een delictgerichte, gebiedsgerichte én een persoonsgerichte aanpak. We werken aan een afname van de criminaliteit door ons te richten op delicten als inbraak in woningen, bedrijven, winkels en voertuigen, door een persoonsgerichte aanpak zoals de Top X, aanpak jeugdgroepen, ernstig overlastgevende gezinnen en nazorg van ex-gedetineerden en door het bestrijden van georganiseerde criminaliteit. Daarnaast is een integrale gebiedsgerichte aanpak het meest effectief om de veiligheid en de leefbaarheid in een bepaald gebied aan te pakken, zoals op de Amsterdamsestraatweg. Burgers zijn onze bondgenoten in de aanpak, we stimuleren daarom initiatieven en coproductie op het gebied van veiligheid. Vertrouwen van burgers in de aanpak van veiligheidsproblematiek, beleid dat aansluit op de onderwerpen die door burgers als belangrijk worden ervaren, open en transparant communiceren over (on)veiligheid dragen allemaal positief bij aan veiligheidsbeleving. Wij nemen daarom alle wijkambities op het gebied van veiligheid over. Veiligheidsproblematiek en veiligheidsbeleving vragen vaak om maatwerkoplossingen op straat- , buurt- of wijkniveau. De transformaties in het sociale domein bieden kansen om de ondersteuning van kwetsbare Utrechters meer integraal, efficiënter en dichter bij mensen te organiseren. Met de transformatie Zorg voor Jeugd neemt de gemeentelijke verantwoordelijkheid voor jeugdigen die problemen hebben en/of veroorzaken sterk toe. Door deze transformatie vergroten wij onze effectiviteit van de inzet op zorg en veiligheid (minder versnippering, dichtbij de bewoners). Er is een heldere afstemming en samenwerking gerealiseerd tussen de hoofdverantwoordelijke partijen voor de domeinen: veilige leefomgeving; veiligheid van het kind; hulp aan kind en gezin; handhaving, strafrecht. • • • • Het handhaven van de openbare orde en het voorkomen en bestrijden van incidenten en maatschappelijke onrust behoren tot onze kerntaken. We doen dat lokaal op buurt-, wijk- en stedelijk niveau, maar ook in regionaal verband. De uitvoeringsorganisatie VTH (Vergunningen, Toezicht en Handhaving) levert een belangrijke bijdrage aan vrijwel alle doelstellingen en subdoelstellingen van het programma Veiligheid. Toezicht en Handhaving Bebouwde Omgeving (THBO) speelt bijvoorbeeld een rol waar het gaat om fysieke veiligheid en brandveiligheid, bij het bestrijden van vastgoedcriminaliteit en mensenhandel en bij veiligheidsaspecten rondom horeca, kansspelen, cannabisbeleid, opiumwet en seksinrichtingen. De medewerkers van Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte (THOR) stimuleren en bewaken het gewenste gedrag in de openbare ruimte en zijn hiervoor zichtbaar en benaderbaar aanwezig. De inspanningen van THOR dragen bij aan het bestrijden van jeugdoverlast, woninginbraak, autokraak, diverse soorten van overlast en kleine ergernissen en het toezicht op evenementen in de openbare ruimte. Om deze taken op een correcte en veilige wijze uit te kunnen voeren is een goede samenwerking van de boa’s en toezichthouders met de politie essentieel. 2/17 In het Integraal Veiligheidsplan (IVP) 2015-2018 staan de doelen die de gemeente op het terrein van veiligheid nastreeft, de resultaten die daartoe binnen de looptijd van het plan worden beoogd en de inspanningen die de veiligheidspartners leveren 1. Op basis van de doelstellingen in het IVP wordt ook de inzet van VTH voor veiligheid bepaald. De afspraken daarover worden vastgelegd in het Handhavingsprogramma 2015. Meerjarige beleidsvoornemens die zijn opgenomen in beleidsnota's, -visies of –kaders: • Integraal Veiligheidsplan 2015-2018 (raadsbehandeling in december 2014) • Handhavingsprogramma 2015 (raadsbehandeling in december 2014) • Zorg voor Jeugd, Uitvoeringsplan tweede fase • Beleidskader camera’s 2014-2018 • Programmabegroting 2015 Veiligheidsregio Utrecht Subdoelstelling 1.1: Geregistreerde criminaliteit neemt af Subdoelstelling 1.1 Geregistreerde criminaliteit neemt af. Wat gaan we daarvoor doen? Wat willen we bereiken? E1.1.1 Afname van geregistreerde criminaliteit. P1.1.1 We pakken geweldsdelicten aan, voeren de aanpakken van woninginbraak en veel voorkomende criminaliteit (waaronder autokraak en winkelcriminaliteit) uit en leveren nazorg aan volwassen ex-gedetineerden. Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.1.1 Afname van geregistreerde criminaliteit. Wij willen in 2015 een daling realiseren van de totale geregistreerde criminaliteit van minimaal 13% ten opzichte van 2010. We richten onze aandacht vooral op High Impact Crimes (woninginbraak, overvallen, geweld) en daarnaast op veelvoorkomende criminaliteit als autokraak, winkeldiefstal en fietsendiefstal. Een stijging van het aantal nietgeprioriteerde delicten kan er voor zorgen dat de doelstelling van afname van de totale criminaliteit niet gehaald wordt. Een groot scala aan activiteiten die elkaar versterken, draagt bij aan de afname van de totale criminaliteit. We werken met OM, politie en het Veiligheidshuis Regio Utrecht (VHRU) nauw samen en proberen alle schakels van de veiligheidsketen zoveel mogelijk op elkaar aan te laten sluiten. In 2015 streven we naar een afname van het aantal geweldsdelicten (exclusief huiselijk geweld) van 10% ten opzichte van 2010, naar een afname van het aantal woninginbraken in Utrecht van 14% ten opzichte van 2010 en naar een afname van 23% van het aantal auto-inbraken ten opzichte van 2010. Met het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) in winkelgebieden en op bedrijventerreinen houden wij in 2015 in totaal 36 economische gebieden veilig en streven naar een verdere afname van het aantal bedrijfsinbraken. Het IVP 2015-2018 en het Handhavingsprogramma 2015 worden in december 2014 ter besluitvorming aan de gemeenteraad aangeboden. De veiligheidsdoelstellingen zoals opgenomen in dit programma, zijn daarom onder voorbehoud. 1 3/17 Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 1.1.1 We pakken geweldsdelicten aan, voeren de aanpakken van woninginbraak en veel voorkomende criminaliteit (waaronder autokraak en winkelcriminaliteit) uit en leveren nazorg aan volwassen ex-gedetineerden. Wij richten ons in 2015 op versterking van de integrale aanpak van verschillende vormen van geweld, zoals huiselijk geweld, uitgaansgeweld en geweld als gevolg van alcohol- en drugsgebruik. Bij huiselijk geweld passen wij de bestuurlijke maatregel van een tijdelijk huisverbod toe. Agressie en/of geweld tegen medewerkers in de publieke sector, waaronder boa’s en toezichthouders, hulpverleners van politie, brandweer en ambulance, accepteren we niet en pakken we aan in aansluiting op het landelijk programma Veilige Publieke Taak. De integrale aanpak van woninginbraak is één van onze prioriteiten. Met politie en OM werken wij aan het effectiever opsporen en aanpakken van inbrekers waarbij we aansluiten bij de aanpak voor jeugdgroepen en veelplegers. In 2015 zal een aantal daders van High Impact Crime (HIC)-feiten door middel van de nieuwe persoonsgerichte aanpak in het Veiligheidshuis Regio Utrecht aangepakt worden. Wij richten ons op de preventieve aanpak van (potentiële) slachtoffers en op het domein. Naast de hotspotaanpak gaat in 2015 extra aandacht uit naar kwetsbare doelgroepen zoals studenten, senioren en bewoners van slooppanden. Bij de bestrijding van auto-inbraak richten wij ons vooral op preventie door middel van gerichte voorlichting op hotspots. Ook in 2015 worden de eigenaren van de parkeergarages in de Binnenstad nauw betrokken bij de aanpak. Met behulp van het Keurmerk Veilig Ondernemen bevorderen wij, in samenwerking met ondernemers, brandweer, politie en andere veiligheidspartners, de veiligheid in winkelgebieden en op bedrijventerreinen voor werkgevers, werknemers en publiek. Agressie, geweld en overvallen krijgen specifieke aandacht. Personen die na verblijf in detentie terugkeren in de samenleving vormen een veiligheidsrisico (onderzoek wijst uit dat de recidive onder deze groep hoog is). We investeren vanuit Regionaal Coördinatiecentrum Nazorg (RCN) samen met relevante gemeentelijke afdelingen, de buurtteams én het Veiligheidshuis Regio Utrecht (VHRU) in persoonsgerichte zorg en opvang om de kans op recidive terug te dringen. Wij nemen deel aan een pilot Bestuurlijke informatie overvallen en straatroven om deze specifieke dadergroep van recidive te weerhouden. Wij zorgen voor een intensieve aanpak van ernstig overlastgevende en criminele gezinnen. De aanpak omvat inzet van drang en dwang, waarbij alle betrokken partijen per gezin één gezamenlijk plan van aanpak maken. In 2015 werken we hierbij intensief samen met de nieuwe buurtteamorganisatie(s). 4/17 Indicatoren subdoelstelling 1.1 Indicator Realisatie 2012 Realisatie 2013 Doelstelling 2015 Doelstelling 2018 30.143 30.860 29.400 29.400 2.450 2.227 2.227 2.227 5.632 4.994 4.994 4.994 2.345 2.107 2.107 2.107 564 (2010) 546 540 540 540 51% (2008) 100% 100% 100% 100% 22 22 8 8 100% 100% 100% 100% 33 33 34 35 Bron Nulmeting E1.1.1 Totaal aantal misdrijven Politie, BVH 33.624 (2010) E1.1.1 Aantal woninginbraken Politie, BVH 2.794 (2010) E1.1.1 Aantal auto inbraken Politie, BVH 7.183 (2010) Aantal geweldsdelicten E1.1.1 (exclusief huiselijk geweld) Politie, BVH 2.567 (2010) Aantal misdrijven met betrekking tot bedrijfsinbraken E1.1.1 in 33 KVO gebieden 2 Politie, BVH Nazorg: % afgehandelde meldingen vanuit het P1.1.1 gevangeniswezen gemeente (COEN) Aantal hotspotbuurten met P1.1.1 aanpak woninginbraak gemeente Effectindicatoren Prestatie indicatoren % huisverboden, waarbij binnen tien dagen na opleggen hulpverleningplan is opgesteld, contact met de betrokkenen door hulpverlening is gelegd en een eerste gezamenlijke zorgoverleg heeft P1.1.1 plaatsgevonden. gemeente 90% (2010) P1.1.1 Aantal KVO gebieden 33 (2010) gemeente Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.1.1 Leveren van nazorg aan volwassen ex-gedetineerden en uitvoering geven aan de aanpakken van veel voorkomende criminaliteit, geweld en veilig ondernemen 3.955 1.181 1.254 1.254 1.254 1.254 Totaal lasten 3.955 1.181 1.254 1.254 1.254 1.254 Lasten Het aantal KVO gebieden is in 2014 uitgebreid van 33 naar 34 gebieden. Het aantal misdrijven met betrekking tot bedrijfsinbraken blijven we echter meten in 33 gebieden zodat we het met voorgaande jaren kunnen vergelijken. 2 5/17 Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.1.1 Leveren van nazorg aan volwassen ex-gedetineerden en uitvoering geven aan de aanpakken van veel voorkomende criminaliteit, geweld en veilig ondernemen 379 112 112 112 112 112 Totaal baten 379 112 112 112 112 112 3.576 1.069 1.142 1.142 1.142 1.142 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 3.576 1.069 1.142 1.142 1.142 1.142 Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 1.1.1: Leveren van nazorg aan volwassen ex-gedetineerden en uitvoering geven aan de aanpakken van veel voorkomende criminaliteit, geweld en veilig ondernemen Vanaf de begroting 2014 zijn de lasten lager dan de realisatie 2013. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door een verlaging van de begroting met ingang van 2014 en anderzijds door incidentele lasten in 2013. Zoals toegelicht in de tweede technische wijziging 2014 dalen de lasten van deze prestatiedoelstelling structureel met 1,800 miljoen euro (in verband met het in overeenstemming brengen met het handhavingsprogramma en als gevolg van een correctie op de uitname van de overheadkosten). Daarnaast is met ingang van 2014 de regionale bijdrage voor het veiligheidshuis van 0,547 miljoen euro niet langer onder deze subdoelstelling begroot, maar onder subdoelstelling 1.4. Zoals toegelicht in de jaarstukken 2013 waren er in dat jaar incidentele lasten en baten met betrekking tot veilig ondernemen. Het ging om kosten op bedrijventerreinen en winkelcentra, die aan de beheer/exploitant (het Diensten Centrum Utrecht (DCU)) zijn doorberekend. Vanaf 2014 worden de baten structureel begroot op 0,112 miljoen euro in verband met het medegebruik van de meldkamer van toezicht en handhaving door regiogemeenten (verwerkt in de tweede technische wijziging 2014). Subdoelstelling 1.2 Wijkveiligheid en veiligheidsgevoelens nemen toe Subdoelstelling 1.2 Wijkveiligheid en veiligheidsgevoelens nemen toe. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.2.1 Toename van wijkveiligheid. P1.2.1 Uitvoeren van een gebiedsgerichte aanpak. E1.2.2 Toename van veiligheidsgevoelens. 6/17 Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.2.1 Toename van wijkveiligheid. De tien Utrechtse wijken tonen een wisselend beeld voor wat betreft criminaliteit en veiligheidsbeleving. Met een wijkgerichte en een gebiedsgerichte aanpak leveren wij lokaal maatwerk en pakken wij op een zichtbare manier de veiligheidsproblemen aan die buurtbewoners belangrijk vinden. We nemen daarom alle wijkambities op het gebied van veiligheid over. Deze aanpak heeft zowel een positieve invloed op de objectieve (feitelijke) veiligheid als op de veiligheidsbeleving. We meten deze doelstelling met behulp van het totaal aantal misdrijven, die we specificeren per wijk. 3 Effectdoelstelling 1.2.2 Toename van positieve veiligheidsbeleving Veiligheidsbeleving is afhankelijk van veel verschillende factoren waarop de gemeente geen of nauwelijks invloed kan uitoefenen, zoals leeftijd, geslacht, het al dan niet hebben van kinderen, onzekerheid over de eigen leefomstandigheden of angst om slachtoffer te worden van criminaliteit. Er zijn ook factoren waarop we als gemeente wel invloed kunnen uitoefenen, zoals de feitelijke veiligheid, de fysieke en sociale kwaliteit van de leefomgeving, zichtbaar en vertrouwenwekkend toezicht en de invloed van bewoners op beleid en aanpak. Ook de manier waarop we als professionals praten en communiceren over (on)veiligheid en onze reactie op incidenten spelen mee in de veiligheidsbeleving. Veiligheidsbeleving wordt gemeten aan onveiligheid. Het percentage inwoners dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt was in 2013 gedaald van 41% naar 39%. Het percentage inwoners dat zich vaak onveilig voelt, schommelt landelijk en in Utrecht al jaren rond de 3%. Hoewel we niet verwachten dit laatste percentage substantieel omlaag te krijgen, blijven wij er continu aan werken om de veiligheidsbeleving positief te beïnvloeden. Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 1.2.1 Uitvoeren van een gebiedsgerichte aanpak. Onder regie van de gebiedsmanagers veiligheid passen we samen met onder meer politie, OM, Veiligheidshuis Regio Utrecht, bewoners, ondernemers, welzijnsorganisaties, woningbouwcorporaties en scholen maatwerk toe om de problematiek in wijken en buurten aan te pakken. De focus ligt op de prioriteiten van de veiligheidsaanpak, maar er zijn ook projecten en activiteiten die specifiek voor een bepaalde wijk of buurt worden ingezet zoals in de Breedstraatbuurt, Amsterdamsestraatweg en Kanaalstraat en Damstraat. De gebiedsmanagers veiligheid zijn samen met de wijkagenten het eerste aanspreekpunt voor bewoners waar het gaat om veiligheid in de eigen wijk of buurt. Zij werken in hun wijk aan de prioriteiten van de veiligheidsaanpak én aan specifieke wijk- of buurtgerelateerde problematiek. In het tweewekelijkse handhavingsoverleg wordt op basis van de actualiteit de inzet van de medewerkers van THOR en de politie bepaald. In 2015 doen we dat nog meer datagestuurd. Bij incidenten die maatschappelijke onrust veroorzaken en die een snelle aanpak vragen, treden onze gebiedsmanagers veiligheid op als incidentenmanagers volgens de werkwijze van het Coördinatieteam Incidenten Management (CIM). De aanpak van de meest risicovolle incidenten wordt in de driehoek (gemeente, politie en OM) besproken. Uit onderzoek blijkt dat het gevoel van veiligheid toeneemt wanneer mensen grip hebben op hun eigen situatie. We betrekken bewoners daarom actief bij het oplossen van veiligheidsproblemen in hun directe woon- of werkomgeving met behulp van onder andere Burgernet, Waaks!, buurtbemiddeling en Veilig Ondernemen. We bieden bewoners De criminaliteitscijfers per wijk worden niet in de programmabegroting opgenomen, maar zijn onder meer beschikbaar op www.wistudata.nl. 3 7/17 handelingsperspectief met de werkwijze bewonersparticipatie buurtveiligheid die in de afgelopen jaren tientallen bewonersinitiatieven in de hele stad heeft opgeleverd en met cursussen en trainingen zoals 'omgaan met hangjongeren'. Indicatoren subdoelstelling 1.2 Indicator Bron Nulmeting Realisatie Realisatie Doelstelling Doelstelling 2012 2013 2015 2018 Effectindicatoren: E1.2.1 Totaal aantal misdrijven (gespecificeerd per wijk) Politie, BVH 33.624 (2010) E1.2.2 Onveiligheidsgevoel (% vaak) Inwonersenquête 3,1% (2010) P1.2.1 Aantal wijken waar Waaks! structureel onderdeel uitmaakt van de veiligheidsaanpak gemeente 1 (2012) P1.2.1 Aantal nieuwe initiatieven bewonersparticipatie buurtveiligheid gemeente 21 (2010) 30.111 30.680 29.400 29.400 3,2% 3,4% 3,0% 3,0% 1 9 10 10 19 14 20 20 Prestatie indicatoren: Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.2.1 Uitvoeren van een gebiedsgerichte aanpak 3.066 3.112 3.080 3.080 3.080 3.080 Totaal lasten 3.066 3.112 3.080 3.080 3.080 3.080 P1.2.1 Uitvoeren van een gebiedsgerichte aanpak 14 0 0 0 0 0 Totaal baten 14 0 0 0 0 0 3.052 3.112 3.080 3.080 3.080 3.080 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 3.052 3.112 3.080 3.080 3.080 3.080 Lasten Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. 8/17 Subdoelstelling 1.3: Jeugdoverlast en –criminaliteit nemen af Subdoelstelling 1.3 Jeugdoverlast en –criminaliteit nemen af. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.3.1 Afname van jeugdoverlast. P1.3.1 Uitvoeren van de aanpak jeugd en veiligheid. E1.3.2 Afname van jeugdcriminaliteit. Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.3.1 Afname van jeugdoverlast. De ervaren jeugdoverlast betreft het percentage bewoners dat aangeeft vaak in de buurt overlast te ervaren van jeugd. Het aantal (jongeren in) jeugdgroepen daalt al twee jaar. We zien dat de ervaren jeugdoverlast, ondanks de goede resultaten nog niet evenredig hard daalt. De ervaren overlast schommelt al vele jaren rond de 20%. De ambitieuze doelstelling van 14% bewoners die vaak overlast ervaren stellen we bij naar een daling van 19% naar 17% ten opzichte van 2010. Wij zetten ons onverminderd in om de ervaren overlast ook zo sterk te laten dalen als de aantallen jongeren die in een jeugdgroep overlast veroorzaken. Effectdoelstelling 1.3.2 Afname van jeugdcriminaliteit. We willen het huidige aandeel jeugdige verdachten ten opzichte van het totaal aantal jeugdigen in Utrecht (2,9% in 2011) handhaven of verder laten dalen. Het betreft unieke jeugdige verdachten van 12 tot en met 24 jaar, woonachtig in Utrecht en aangehouden in de regio Utrecht, ten opzichte van het totaal aantal jeugdigen in diezelfde leeftijdscategorie woonachtig in Utrecht. 4 Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 1.3.1 Uitvoeren van de aanpak jeugd en veiligheid. De aanpak jeugd en veiligheid betreft een stedelijke ketenaanpak met een wijkgerichte uitvoering waarbij het bieden van kansen centraal staat. Indien nodig treden we repressief op. We richten ons op jongeren die deel uitmaken van problematische jeugdgroepen en/of terugkeren uit detentie en op jongeren die grote risico’s lopen de stap te zetten naar het deelnemen aan een problematische jeugdgroep of naar criminaliteit. Daarnaast blijven we ons ook op hun ouders richten. We zetten in 2015 vooral in op de aanpak jeugdgroepen en het versterken van de persoonsgerichte aanpak in het veiligheidshuis waarbij de focus ligt op jeugdige daders van onder andere High Impact Crimes. We nemen maatregelen Voor de duiding van het cijfer is het van belang om naar meerdere factoren te kijken. Een stijging van het aandeel jeugdige verdachten kan namelijk ook als gunstig geïnterpreteerd worden als de heterdaadkracht van de politie is verhoogd. Gemeente, Openbaar Ministerie en politie zijn zich hiervan bewust, maar vooralsnog is er geen betere indicator. 4 9/17 gericht op dagbesteding en jeugdhulp. In 2015 zetten we de aanpak Jeugdgroepen voort, waarbij we de verbinding zoeken met de buurtteams Jeugd en Gezin. We voeren de regie op de ketenaanpak om voor álle geshortliste jeugdgroepen een aanpak 'op maat' in te zetten, waarvan de intensiteit afhankelijk is van de problemen die een groep veroorzaakt. Ouders, buurtbewoners en ondernemers worden gestructureerd bij de aanpak betrokken. Het jongerenwerk levert, vooral ook binnen de aanpak jeugdgroepen, een bijdrage aan het terugdringen van jongerenoverlast en jeugdcriminaliteit. De hoofdlijnen van de aanpak jeugdgroepen zijn: Individuele aanpak bestaande uit twee onderdelen: een aanpak gericht op zorg, hulp en begeleiding en de meer repressieve kopstukkenaanpak (waarbij de aanpak kopstukken onderdeel gaat uitmaken van de totale vernieuwde persoonsgerichte aanpak in het VHRU). Aanpak op het terrein van de groep als geheel en op de omgeving. • • Aan jongeren uit de aanpak jeugdgroepen en de overige risicojongeren bieden we interventies gericht op dagbesteding en jeugdhulp aan met als doel belemmeringen bij jongeren weg te nemen die een goede (school)loopbaan of dagbesteding in de weg staan. Door (overlast gevende)risicojongeren in de leeftijd van 16 tot 27 jaar te begeleiden naar opleiding en/of werk, en gelijktijdig een dagbesteding te bieden, voorkomen wij het veroorzaken van overlast door deze groep jongeren op straat en het afglijden naar criminele activiteiten. De uitvoering van jeugdhulp zal in 2015 grotendeels onderdeel uitmaken van de basiszorg die wordt uitgevoerd door de buurtteams. Jeugdhulp en inzet richting werk voor risicojeugd wordt deels vanuit programma Veiligheid, deels vanuit andere programma’s zoals Onderwijs, Werk en Inkomen en Jeugd gefinancierd (zie ook de overige programma's). In 2015 leren we onder andere samen met de buurtteamorganisaties, SAVE 5 en 3RO 6 wat de beste werkwijze is vanuit veiligheid in de afstemming zorg, repressie en ontwikkelen we een goede persoonsgerichte aanpak met steeds als uitgangspunt: één gezin, één plan, één regisseur. Hulp vindt zo preventief en dichtbij huis mogelijk plaats. Voor complexe ketenoverstijgende problematiek maken we, ook bij jeugdigen, in specifieke gevallen gebruik van de vernieuwde persoonsgerichte aanpak in het Veiligheidshuis. Indicatoren subdoelstelling 1.3 Bron Nulmeting Realisatie 2012 Ervaren jongerenE1.3.1 overlast (% vaak) Inwonersenquête 19% (2010) 21% 19% 17% 17% Aandeel jeugdige verdachten van het E1.3.2 totaal aantal jeugdigen Politie, BVH 2,9% (2010) 2,8% 2,7% 2,7% 2,7% Aanpak Jeugdgroepen 51% (2010) 100% 100% 100% 100% Indicator Realisatie Doelstelling Doelstelling 2013 2015 2018 Effectindicatoren: Prestatie indicatoren % groepsgerichte plannen van aanpak t.o.v. van aantal P1.3.1 groepen Wat mag dat kosten? Alle vormen van inzet op het gebied van jeugdbescherming, jeugdreclassering en (voorkoming van) kindermishandeling en huiselijk geweld vallen in Utrecht onder de noemer: Jeugdbescherming nieuwe stijl. Jeugdbescherming nieuwe stijl wordt binnen het Utrechtse model uitgevoerd vanuit generalistisch werkende SAVE teams (Samen werken aan Veiligheid). De SAVE teams kunnen door het buurtteam worden betrokken bij gezinnen waar de veiligheid in het geding is en voeren de maatregelen uit die door kinderrechters zijn uitgesproken. Daarnaast kan er jeugdreclassering ingezet worden, als er sprake is van delinquent gedrag bij kinderen en jongeren. 6 Het reclasseringswerk in Nederland wordt uitgevoerd door drie organisaties: Reclassering Nederland (RN), Stichting Verslavingszorg GGZ (SVG) en Leger des Heils Jeugdzorg en Reclassering (LdH JZ&R). 5 10/17 Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P1.3.1 Uitvoeren van de aanpak jeugd en veiligheid 5.875 6.664 5.911 5.911 5.911 5.911 Totaal lasten 5.875 6.664 5.911 5.911 5.911 5.911 P1.3.1 Uitvoeren van de aanpak jeugd en veiligheid 22 0 0 0 0 0 Totaal baten 22 0 0 0 0 0 5.853 6.664 5.911 5.911 5.911 5.911 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 5.853 6.664 5.911 5.911 5.911 5.911 Lasten Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 1.3.1: Uitvoeren van de aanpak jeugd en veiligheid Vanaf 2015 dalen de begrote lasten met 0,753 miljoen euro. Dit betreft de afbouw van de inzet van externe straatcoaches (0,350 miljoen euro). Verder zijn de overheadkosten in 2015 nog niet toegerekend (0,392 miljoen euro). Subdoelstelling 1.4: In Utrecht is georganiseerde criminaliteit teruggedrongen Subdoelstelling 1.4 In Utrecht is georganiseerde criminaliteit teruggedrongen. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E1.4.1 Terugdringing van georganiseerde criminaliteit. P1.4.1 Uitvoeren van een bestuurlijke aanpak en maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit. 11/17 Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 1.4.1 Terugdringing van georganiseerde criminaliteit. Criminelen en criminele organisaties verzwakken en/of misbruiken de (rechts)structuren in onze samenleving. Dit gebeurt door misbruik van legale 'bovenwereld' instituties (zoals financiële instellingen, vastgoedsector, maar ook gemeentelijke voorzieningen) voor illegale activiteiten. We tolereren dit niet en werpen daarom zoveel mogelijk barrières op voor het bedrijven van criminele activiteiten in Utrecht. Speerpunten in ons beleid zijn terugdringen en voorkomen van mensenhandel, drugscriminaliteit en misbruik van en fraude met vastgoed. Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 1.4.1 Uitvoeren van een bestuurlijke aanpak en maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit. Samen met onder meer de politie, het OM en de Belastingdienst zetten we ons in om georganiseerde criminaliteit te bestrijden en te voorkomen. Dat doen we door het afgestemd toepassen van strafrechtelijke, bestuurlijke en fiscale interventies, bijvoorbeeld sluitingen op basis van de Opiumwet en intrekken van vergunningen. Het Regionaal Informatie en Expertise Centrum (RIEC) speelt daarbij een ondersteunende rol. Wij willen misstanden in de prostitutiesector en overlast voor omwonenden voorkomen. In het beleid geldt daarom de combinatie van veiligheid én zorg en van streng én sociaal. De omvang van de prostitutie is beperkt en de bedrijven mogen zich alleen vestigen op de plaatsen die in bestemmingplannen zijn aangewezen. Om mensenhandel in de raamprostitutie te bestrijden is het vergunningensysteem aangescherpt. In 2015 wordt de capaciteit van VTH vooral ingezet op het bestrijden van illegale seksinrichtingen (illegale thuisprostitutie en Chinese massagesalons). Meldingen over illegale prostitutie onderzoeken we; illegale praktijken pakken we aan en mogelijke signalen van mensenhandel worden aan de politie gemeld. Daarnaast ontwikkelen we het Nieuwe Zandpad, de nieuwe raamprostitutiezone. Hiermee ontstaan nieuwe eigendoms- en exploitatieverhoudingen. Dit traject vergt een lange adem. Bij de ontwikkeling van de nieuwe prostitutiezone wordt omgevingsbeheer vormgegeven en een beheergroep ingesteld. De Wet Bibob (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) is het sluitstuk en daarmee een belangrijk instrument in de bestuurlijke aanpak van de georganiseerde criminaliteit. Het instrument kan misbruik van vergunningen, subsidies en aanbestedingen voorkomen en tegengaan. In Utrecht zetten wij de Wet Bibob vooral in de horeca, maar ook in de prostitutie- en de bouwsector. De reikwijdte van de wet is in 2014 uitgebreid naar onder andere vastgoedtransacties en de Huisvestingswet. De beleidsregels zijn op deze wetwijziging aangepast. Wij geven het beoogd aantal af te ronden zaken aan, dat wil zeggen het geschat aantal zaken waarvoor voor eind 2015 een besluit genomen zal zijn. Veel zaken zijn echter intensief en lopen door in een volgend kalenderjaar.\ Indicatoren subdoelstelling 1.4 Indicator Bron Nulmeting gemeente 27 (2009) Realisatie Realisatie 2012 2013 Doelstelling 2015 Doelstelling 2018 Prestatie indicatoren: P1.4.1 Aantal BIBOB onderzoeken P1.4.1 Aantal projecten ter bestrijding van criminaliteit in relatie tot vastgoed gemeente 1 (2009) 31 17 15 15 1 1 1 1 12/17 Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2016 Begroting 2018 P1.4.1 Uitvoeren van een bestuurlijke aanpak en maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit 1.018 1.589 1.436 1.436 1.436 1.436 Totaal lasten 1.018 1.589 1.436 1.436 1.436 1.436 P1.4.1 Uitvoeren van een bestuurlijke aanpak en maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit 49 5 5 5 5 5 Totaal baten 49 5 5 5 5 5 969 1.584 1.431 1.431 1.431 1.431 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 969 1.584 1.431 1.431 1.431 1.431 Lasten Baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 1.4.1: Uitvoeren van een bestuurlijke aanpak en maatregelen tegen georganiseerde criminaliteit De begrote lasten zijn met ingang van 2014 hoger dan de realisatie 2013. Dit komt doordat de regionale bijdrage voor het veiligheidshuis van 0,547 miljoen euro onder deze subdoelstelling wordt begroot, in plaats van onder subdoelstelling 1.1 (geregistreerde criminaliteit neemt af). 13/17 Subdoelstelling 2.1: In Utrecht zijn incidenten en verstoring van de openbare orde voorkomen en bestreden Subdoelstelling 2.1 In Utrecht zijn incidenten en verstoring van de openbare orde voorkomen en bestreden. Wat willen we bereiken? Wat gaan we daarvoor doen? E2 1.1 Voorkomen van incidenten en verstoringen van de openbare orde. P2.1.1 Uitvoeren van activiteiten gericht op het voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde. E2.1.2 Bestrijden van incidenten en verstoringen van de openbare orde. P2.1.2 Uitvoeren van activiteiten gericht op het bestrijden van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde. Wat willen we bereiken? Effectdoelstelling 2.1.1 Voorkomen van incidenten en verstoringen van de openbare orde. We voorkomen mogelijke verstoringen van de openbare orde en incidenten door vroegtijdig signaleren en treffen van maatregelen. Effectdoelstelling 2.1.2 Bestrijden van incidenten en verstoringen van de openbare orde. Bij verstoringen van de openbare orde en incidenten herstellen we de maatschappelijke rust zo snel mogelijk. De Veiligheidsregio Utrecht (VRU) bestrijdt branden en verleent hulp bij incidenten en ongevallen. Bij crises voeren we de regie op de gemeentelijke crisisbeheersingsprocessen. Wat gaan we daarvoor doen? Prestatiedoelstelling 2.1.1 Uitvoeren van activiteiten gericht op het voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde. We beperken de kans op ordeverstoringen en calamiteiten door te zorgen voor professionele voorbereiding van gebeurtenissen waaraan risico’s verbonden zijn. Zoals openbare manifestaties, evenementen, voetbalwedstrijden en bezoeken van hoogwaardigheidsbekleders. Daarbij maken we gebruik van risicoanalyses, scenario’s en draaiboeken en stellen we eisen aan de professionaliteit van de organisator/organisatie. We verwachten in 2015 ongeveer 1.000 vergunningen te verlenen voor evenementen en we bereiden ongeveer 60 openbare manifestaties, demonstraties en bezoeken van hoogwaardigheidsbekleders voor. Van de 1.000 evenementen zijn er ongeveer 30 groot en potentieel risicovol; hier zijn wij intensief bij de voorbereiding en uitvoering betrokken. Begin juli 2015 start de Tour de France in Utrecht. Een projectorganisatie is belast met de organisatie van dit grootste publieksevenement ter wereld. Alle inspanningen zijn erop gericht om hiervan een groot feest in een gastvrij Utrecht te maken, waarbij we natuurlijk ook veel aandacht besteden aan de veiligheid. 14/17 Jaarlijks sluiten we met FC Utrecht, politie en het OM het 'lokaal convenant betaald voetbal' en bijbehorend ‘lokaal actieplan voetbal en veiligheid’. Hiermee pakken we overlast, crimineel gedrag en onveiligheid rondom voetbalwedstrijden aan, maar ook reguliere werkzaamheden en verantwoordelijkheden leggen we hierin vast. We verlenen in 2015 circa 25 vergunningen voor wedstrijden betaald voetbal. In 2015 blijven wij het in 2013 ontwikkelde handelingsperspectief voor het signaleren, monitoren en opvangen van jihadistische uitreizigers en terugkeerders volgen. Dit gebeurt samen met de politie, het OM en alle noodzakelijke netwerk en hulpverleningspartners. Verder gaan we met lokale partners en sleutelfiguren uit de gemeenschap door met het tegengaan van radicalisering door preventie, signalering en ontmoediging. Wij voeren het lokale coffeeshopbeleid uit. Dit beleid blijft gericht op het evenwicht tussen vraag en (kleinschalig) aanbod, waardoor verkoop via niet-gedoogde verkooppunten wordt bestreden. We zetten cameratoezicht in ter voorkoming en bestrijding van overlast, geweld en criminaliteit in de openbare ruimte. We doen dat alleen op de plekken waar het onderdeel uitmaakt van een pakket aan maatregelen om veiligheidsproblemen aan te pakken, en halen ze weer weg wanneer deze vorm van toezicht niet meer effectief is. Wanneer de techniek en wetgeving voor het plaatsen van flexibele camera’s het toelaten, kan de aanwijzingsduur voor de wijken verkort worden naar een half jaar. Vanuit het project Bestuurlijke informatie Justitiabelen (BIJ) wordt aan de burgemeester vooraf informatie verstrekt over vrijkomende gedetineerden die ernstige gewelds- of zedendelicten hebben gepleegd. Hierdoor kunnen maatregelen genomen worden om verstoringen van de openbare orde en het ontstaan van maatschappelijke onrust te voorkomen. We bereiden ons met de VRU, politie en andere partners voor op mogelijke crises zodat wij in staat zijn snel en effectief hulp te bieden en de gevolgen voor personen, dieren, goederen en/of de economie zoveel mogelijk beperkt blijven. Dat doen we onder meer door planvorming, opleiding, training en oefening. Prestatiedoelstelling 2.1.2 Uitvoeren van activiteiten gericht op het bestrijden van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde. Het bestrijden van verstoringen van openbare orde, calamiteiten en crises is vooral een taak van politie, VRU en gemeente. Wij richten ons bij een crisis op de regie over de bestrijding en op uitvoering van de gemeentelijke crisisbeheersingsprocessen. De pikettelefoon Veiligheid wordt gemiddeld 150 keer per jaar gebeld voor onder meer bestuurlijke consultaties bij verstoringen van de openbare orde, branden, incidenten met nutsvoorzieningen, buurtproblemen, kraken, spoedsluitingen, demonstraties etcetera. Een aantal keer per jaar wordt opgeschaald naar GRIP 1 of 2. Alle bij crisisbeheersing betrokken gemeentelijke organisatieonderdelen hebben piketten en volgen opleidingen volgens een opleidings- trainings- en oefenplan. Bij langdurige en ernstige overlast van groepen en individuen kan de Wet Maatregelen Bestrijding Voetbalvandalisme en Ernstige Overlast (Overlastwet) worden ingezet. De wet is ook toepasbaar op hooligans die bij voetbalwedstrijden of andere evenementen de openbare orde verstoren. Utrecht maakt deel uit van de Veiligheidsregio Utrecht. Deze organisatie is verantwoordelijk voor crisisbeheersing en rampenbestrijding zoals wettelijk vastgelegd in de Wet op de veiligheidsregio’s. Brandweer, GHOR en de meldkamer behoren tot de verantwoordelijkheid van de VRU, evenals risico-inventarisaties, risico- en crisiscommunicatie en informatievoorziening tussen hulpdiensten. In 2014 heeft besluitvorming plaatsgevonden over een aantal majeure projecten van de Veiligheidsregio Utrecht en is gestart met de implementatie van deze projecten. 15/17 Indicatoren subdoelstelling 2.1 Indicator Bron Nulmeting P2.1.1 Aantal vergunde evenementen getoetst op veiligheidsaspecten gemeente 1.000 (2010) P2.1.2 Aantal crisisoefeningen voor bestuurders en medewerkers Veiligheid gemeente 2 (2009) Realisatie 2012 Realisatie 2013 Doelstelling 2015 Doelstelling 2018 1.000 535 1.000 1.000 2 2 2 2 Prestatie indicatoren: Wat mag dat kosten? Rekening 2013 Begroting 2014 Begroting 2015 Begroting 2016 Begroting 2017 Begroting 2018 P2.1.1 Uitvoeren van activiteiten gericht op het voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde 3.885 3.130 3.328 3.324 3.270 3.231 P2.1.2 Uitvoeren van activiteiten gericht op het bestrijden van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde 27.664 27.552 27.753 27.753 26.820 26.820 Totaal lasten 31.549 30.683 31.081 31.077 30.090 30.051 P2.1.1 Uitvoeren van activiteiten gericht op het voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde 301 312 312 312 312 312 P2.1.2 Uitvoeren van activiteiten gericht op het bestrijden van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde 55 0 0 0 0 0 356 312 312 312 312 312 31.194 30.371 30.769 30.766 29.778 29.739 Toevoeging reserves 0 0 0 0 0 0 Onttrekking reserves 0 0 0 0 0 0 31.194 30.371 30.769 30.766 29.778 29.739 Lasten Baten Totaal baten Saldo lasten en baten Mutaties reserves Saldo na mutaties reserves Bedragen zijn in duizenden euro’s. 16/17 Financiële toelichting Hieronder lichten wij de financiële ontwikkelingen per doelstelling toe. Prestatiedoelstelling 2.1.1: Uitvoeren van activiteiten gericht op het voorkomen van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde De lasten in de begroting 2014 dalen ten opzichte van de rekening 2013. De oorzaak hiervan is onder meer de overgang van het technisch beheer van het cameratoezicht in de stad naar onze gemeentelijke afdeling Automatisering (0,338 miljoen euro). Daarnaast was in 2013 sprake van incidentele hogere lasten, onder andere vanwege hogere inzet van toezicht en handhaving op bijvoorbeeld horeca- en seksinrichtingen (0,344 miljoen euro). Prestatiedoelstelling 2.1.2: Uitvoeren van activiteiten gericht op het bestrijden van calamiteiten, crises en verstoringen van de openbare orde De daling van de lasten vanaf 2017 van 0,933 miljoen euro betreft de bezuinigingsopdracht aan de Veiligheidsregio Utrecht, die in de Voorjaarsnota 2013 is verwerkt. 17/17
© Copyright 2024 ExpyDoc