20 Financieel-economische criminaliteit het Tijdschrift voor de Politie – jg.74/nr.1/12 “Financieel-economische criminaliteit: we kunnen niet zonder” Creditcardfraude, phishing, faillissementsfraude, Nigerianen scams: voorbeelden te over van financieel-economische criminaliteit. Er gaat veel geld in om – hoeveel is lastig te bepalen – en individuele burgers, bedrijven en zelfs de hele maatschappij ondervinden de gevolgen. Wat is financieel-economische criminaliteit en waarom is het zo moeilijk aan te pakken? Daarover ging de openbare les “Financieel-economische criminaliteit: we kunnen niet zonder” die Wynsen Faber, lector Financieel-economische Criminaliteit, gaf aan docenten, politie, en partners bij de bestrijding van financieel-economische criminaliteit. F inancieel-economische criminaliteit kent vele verschijningsvormen, van klein tot groot. De definitie van het lectoraat: ‘Het misleidende of onrechtmatig gebruik van een op geld waardeerbaar aspect binnen of in relatie tot een zakelijke aangelegenheid’.’ Heling is daarmee bijvoorbeeld geen financieel-economisch delict, witwassen en skimming daarentegen wel. Een mooi voorbeeld haalt Faber aan het begin van zijn les aan: een amateurwielrenner uit Oss, die in de jaren dertig zijn vinger afhakte om van het verzekeringsgeld een nieuwe koersfiets te kunnen kopen. Het voorbeeld heeft duidelijk betrekking op kleinschalige financieel-economische criminaliteit, maar alle vormen bij elkaar opgeteld - faillissementsfraude, witwassen, hypotheekfraude, skimming, etcetera – lopen in de miljarden. En dat is dan alleen nog maar het deel van de financieel-economische criminaliteit waarvan we weten dat het bestaat, aldus Faber. “Er is ook een ‘dark number’: criminaliteit die niet wordt geregistreerd en waarvan we dus niet weten dat het bestaat. Bij moord en doodslag bestaat zo’n dark number nauwelijks; er worden in Nederland zeer weinig mensen vermoord van wie de politie geen weet heeft. Maar omdat fraude zich erg onder de oppervlakte afspeelt, is daarbij wel sprake van een ‘dark number’. Het is een illusie om te denken dat we die ‘dark number’ ooit te pakken zullen krijgen; je speelt in de opsporing immers een kat-en-muisspel waarbij de daders je vaak een stapje voor zullen zijn. Ik vind echter dat er op dit moment nog onvoldoende inspanningen worden verricht om die financieel-economische criminaliteit zichtbaar te Onveiligheid bestaat niet uit wat we (af)pakken maar wat er desondanks resteert maken en werkelijk terug te dringen. Onveiligheid bestaat niet uit wat we afpakken maar wat er desondanks resteert.” Bewustzijn Het lectoraat is opgezet om die inspanningen gericht op het zichtbaar maken en aanpakken van financieel-economische criminaliteit te stimuleren en te ondersteunen. “Men is zich bij de politie niet dagelijks bewust van financieel-economische criminaliteit. Er dringen allerlei signalen door tot de politie, maar het spectrum aan criminaliteit is zo breed dat de politie vaak niet het gevoel heeft dat ze er iets mee moet. Dat is in sommige gevallen ook wel begrijpelijk, want de politie is niet de enige die met financieel-economische criminaliteit te maken heeft. Er zijn veel meer partijen bij betrokken. Neem bijvoorbeeld hypotheekfraude of faillissementsfraude. Dat zijn vormen van fraude waar de politie niet zoveel aan doet, omdat de FIOD daar aandacht aan geeft. Terwijl het erom gaat dat er samen met diverse partners wordt gekeken naar financieel-economische criminaliteit. Niet alleen naar je eigen rol kijken, maar vooral gebruik maken van de kennis en de inzichten van anderen, is van groot belang bij het bestrijden van deze vormen van criminaliteit.” Kenniskringen De noodzaak tot samenwerking zien de traditionele opsporingspartijen, zoals politie, FIOD en SIOD inmiddels wel in. “Maar de ingewikkelde manier waarop dit soort delicten vaak in elkaar zit, maakt het ook noodzakelijk om samen te werken met niet-traditionele partijen”, aldus Faber. “Vaak zijn dat private partners. Veilinghuizen die faillissementspartijen verkopen bijvoorbeeld, hebben vanuit hun werk een heel ander inzicht in faillissementen dan de politie heeft. Ook een organisatie als het Bureau Krediet Registratie in Tiel kan behulpzaam blijken te zijn. Want zij zien vaak van tevoren al aankomen waar het misgaat. Allemaal nuttige kennispartners dus, maar geen partijen waar de politie traditioneel mee samenwerkt. Daarom hebben we vanuit het lectoraat twee kenniskringen opgericht, één voor faillissementsfraude en één voor witwassen, die deze het Tijdschrift voor de Politie – jg.74/nr.1/12 21 Financieel-economische criminaliteit Door o.a. het vele illegaal downloaden van films op internet verhuren de videotheken nog maar weinig dvd’s en blu-rays, waardoor ze het hoofd niet meer boven water kunnen houden. Faber: “Financieel-economische criminaliteit, we kunnen niet zonder. We denken altijd dat een ander het doet, maar we doen er zelf ook aan mee en er is geen goed zicht op de omvang.” Foto: Hollandse Hoogte verbindingen tot stand brengen. In die kenniskringen zijn ook partijen vertegenwoordigd waarvan je het misschien niet meteen zou verwachten: in die voor witwassen zit bijvoorbeeld een journalist van het NRC Handelsblad en in die voor faillissementsfraude één van het Financieele Dagblad. Zij publiceren uiteraard niet over de vertrouwelijke informatie die wordt gedeeld, maar dragen bij van uit hun inhoudelijke kennis. Die kennis is heel waardevol.” Deze twee kenniskringen zijn slechts het begin. “Er zijn diverse kenniskringen in oprichting. Zorgfraude is bijvoorbeeld een hot item, waar we iets mee gaan doen. En ook acquisitiefraude krijgt een eigen kenniskring. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de zogenaamde ‘Nigerianenscams’. Er is al een landelijke stichting actief op dat gebied en het is natuurlijk niet de bedoeling dat we dubbel werk gaan doen. Wat we willen bereiken, is het bij elkaar brengen van kennis en ervaring en ervoor zorgen dat iedereen vanuit zijn eigen rol die gedeelde kennis gebruikt, onder het motto: ‘Iedereen een bestrijder’.” Straffen De manier waarop nu vaak gestraft wordt, is volgens Faber niet altijd even doeltreffend. “Vaak is de straf gericht op het ontnemen van hetgeen is buitgemaakt. Maar de netwerken die achter deze vorm van criminaliteit zitten, zijn vaak groot. Met het afnemen van een jetski van die ene sukkel heb je niet het hele netwerk te pakken, dat gaat op de achtergrond gewoon door. En bij witteboordencriminaliteit heeft een strafvervolging, en dus een aantasting van de maatschappelijke positie van de dader, een veel groter effect dan bijvoorbeeld een schikking of transactie. Met het lectoraat willen we graag een onderzoekslijn uitzetten waarin we kijken waarvoor een crimineel in meer of mindere mate gevoelig is. Uiteraard is het lastig om onder de daders onderzoek te doen, maar wat je zou kunnen doen, is rechercheurs een extra vragenlijst laten afnemen in de verhoorsituatie die er toch al is. Aan de hand van die gegevens kun je wellicht ook een beter beeld krijgen van de kenmerken van een hele ‘doelgroep’ van criminelen. Zo kun je, op anonieme basis, beter de vinger leggen op de ‘dark number’. Je kent je verdachten niet met naam en toenaam, maar je weet wel wat hun overwegingen zijn. Deze manier van werken komt eigenlijk uit de marketingwereld. Bij Coca-Cola kennen ze hun klanten ook niet bij naam, maar ze weten wél waarom die doelgroep Coca-Cola wil kopen.” Finecademy Financieel-economische criminaliteit krijgt nu in het politieonderwijs te weinig aandacht vindt Faber. “Maar ik denk ook dat we voor deze delicten af moeten van het politiespecifieke onderwijs. Juist omdat je met zoveel verschillende partijen te maken hebt, is het zonde om de opgedane kennis alleen in het politieonderwijs in te bedden. Daarom is het idee voor een Finecademy geboren, waarbij we in een leeromgeving niet alleen de kennis bij elkaar brengen en overdragen die hoort bij een bepaald soort delict, maar ook de medewerkers van alle partijen die nodig zijn om het delict gezamenlijk aan te pakken. Daaraan zou niet alleen de Politieacademie mee moeten doen, maar ook andere opsporingsdiensten, het OM, en bijvoorbeeld hbo-opleidingen voor Integrale Veiligheidskunde. Komend voorjaar wordt het initiatief verder uitgewerkt. We zijn nu de curricula naast elkaar aan het leggen om te kijken waar de gemeenschappelijkheid wel en juist niet zit.” « Meer info De volledige tekst van de openbare les ‘Financieel-economische criminaliteit? We kunnen niet zonder!’ is beschikbaar via PolitieKennisNet, www.politieacademie.nl/lectoraatfinec en de Mediatheek van de Politieacademie. Op www.youtube. com/politieacademie is een kort filmpje te vinden over het lectoraat.
© Copyright 2024 ExpyDoc