EEN KLARE KIJK OP ZORG ! - Basisschool De Piramide

EEN KLARE KIJK OP ZORG !
Basisschool De Piramide
schooljaar 2013-2014
Kernteam :
Noortje Mussche (directeur)
An De Vos (brugfiguur)
Fien Trybou (zorgcoördinator)
Annemie Van Den Brempt (zorgcoördinator)
Dit document werpt een licht op de wijze waarop de school via haar zorg- en
gelijke onderwijskansenbeleid werkt aan de optimale leer- en ontwikkelingskansen van al haar leeringen. Het werd opgemaakt in samenspraak met het
kernteam door Fien Trybou in januari 2011 en aangepast aan het nieuwe
pedagogische project in september 2014.
VISIE OP ZORG
We willen hand in hand bouwen aan een krachtige schoolomgeving waarin ieder
kind uit de startblokken van hun talent de nodige vaardigheden kan ontwikkelen
om de uitdagingen van de hedendaagse maatschappij met een glimlach
tegemoet te gaan.
We streven ernaar een school te zijn waarin we de totale opvoeding van het kind
niet uit het oog verliezen. We proberen alle kinderen in hun geestelijke,
intellectuele, emotionele en sociale groei voor te bereiden op weg naar
volwassenheid. We houden hierbij rekening met de interesses en de verschillen
tussen de kinderen. Zo bouwen we aan een school waar ieder kind zich geborgen
weet en zich thuis mag voelen, waar kinderen opgroeien in positieve omgang
met elkaar.
Op een handelingsgerichte wijze volgen we daarom de leerlingen op tijdens hun
volledige schoolloopbaan.
ZORG IN HET PEDAGOGISCH PROJECT
Op De Piramide zijn diversiteit en interculturaliteit een dagelijkse uitdaging. In
onze kleurrijk gevulde klassen zitten kinderen met verschillende talenten,
vaardigheden en motivatie. Hun uiteenlopende culturele, linguïstische, religieuze
en financiële achtergronden zorgen voor een rijk aanbod om van elkaar te
leren … maar brengen ook een hoop valkuilen met zich mee.
Daarom bouwen we elke dag aan een krachtige leeromgeving vanuit de
verschillende bouwstenen van ons pedagogisch project: waardebesef en
oordeelsvermogen, eigen betrokkenheid, concrete leefsituaties, leren door doen,
werkvormen en materialen en verschillen tussen leerlingen.
Het is dan ook van ontzettend groot belang dat alle leden van ons team zich elke
dag met een open blik en een respectvolle houding inzetten om samen met de
leerlingen op stap te gaan, los van oordeel over afkomst of thuissituatie. We
accepteren dat leerlingen verschillen en zijn bereid om met deze verschillen om
te gaan.
THUISTAAL
Verder steunt de volledige opbouw van onze basiszorg op twee ontzettend
belangrijke pijlers: taalvaardigheid en sociaal-emotionele groei.
Binnen de dagelijkse klas- en schoolwerking krijgen deze pijlers hun plaats in het
‘thuistaalproject’. Een goede kennis van de thuistaal draagt namelijk bij tot het
beter begrijpen en spreken van het Nederlands en tot het leren in het algemeen.
Het is dus logisch dat de thuistaal ook op school een plaats krijgt. In onze school
respecteren we de thuistaal van elk kind.
Doordat “alle talen” in De Piramide evenveel erkenning en waardering krijgen,
mag elk kind fier zijn op de bagage die het van thuis meekrijgt. Door het respect
voor de thuistaal voelen kinderen zich veilig en gewaardeerd en hebben meer
durf om Nederlands te spreken.
Deze aanpak zorgt er voor dat leerlingen vanuit hun eigen kracht en met veel
zelfvertrouwen kunnen leren. Zo kennen ze aan het einde van de lagere school
minstens twee talen, wat hen zowel thuis als in de maatschappij extra kansen
biedt.
DE ZORGWERKING
Onze zorgwerking steunt op het kader van ‘Handelingsgericht Werken’ dat Noëlle
Pameijer en Tanja van Beukering uitwerkten in 2004. Daarin zijn 7
uitgangspunten van belang:
- De onderwijsbehoeften van de leerlingen staan centraal;
“Wat heeft deze leerling, van deze ouders, in deze klas, bij deze leerkracht, op
deze school de komende periode nodig om onderwijsdoelen te bereiken?”
- Ons handelen is doelgericht;
We werken steeds doelgericht: waar willen we naartoe en wat hebben we
daarvoor nodig? Doelen zijn de eerste stap bij het formuleren van
onderwijsbehoeften zowel voor groepen als voor individuen. We formuleren onze
doelen zo SMARTI mogelijk en evalueren regelmatig. (Specifiek, meetbaar,
acceptable, realistisch, tijdgebonden en inspirerend).
- De leerkracht doet ertoe;
Leerkrachten bieden kwaliteitsvol onderwijs aan en leveren daarmee een cruciale
bijdragen aan een positeive ontwikkeling van leerlingen. Zij maken onderwijs op
maat en hebben ontzettend veel mogelijkheden tot handelen. Differentiatie door
extra aandacht, inzetten van aangepast leermateriaal en betekenisvolle taken
kan een positief effect hebben op zowel de leerprestaties als het sociaalemotioneel functioneren van leerlingen. Het volledige team werkt samen om zorg
te dragen, zowel binnen als buiten de klas.
- Positieve aspecten zijn van groot belang;
Positieve aspecten van kinderen, leerkrachten, school en ouders bieden
perspectieven: dat wat goed gaat, willen we verder uitbouwen in ons plan van
aanpak. We betrekken positieve kenmerken in het formuleren van doelen. Ook in
de dagelijkse klaspraktijk zetten we steeds de talenten van kinderen en
leerkrachten in.
- We werken constructief samen;
Samenwerking tussen kind, ouders, leerkrachten en school is noodzakelijk.
Ouders zijn ervaringsdeskundigen, leerkrachten zijn onderwijs-professionals en
leerlingen zijn mederegisseur van hun eigen leerproces. De brugfiguur is een
cruciale partner bij het betrekken en versterken van ouders en de samenwerking
met de buurt als 'brede school'.
- Het gaat om afstemming en wisselwerking;
Kinderen ontwikkelen zich steeds in interactie met hun omgeving. Vanuit de
context is er steeds sprake van wederzijdse beïnvloeding. Elke partner in het
zorgtraject stelt zich daarom de volgende vraag: “Welk effect heeft mijn aanpak
op deze leerling en hoe kan ik mijn aanpak beter afstemmen op wat deze leerling
nodig heeft?”
- De werkwijze is systematisch en transparant.
Om het voor iedereen duidelijk te maken hoe we binnen HGW werken en waarom
we zo werken, wordt er jaarlijks een infosessie geörganiseerd voor de ouders en
heeft zorg steeds een vaste stek op de personeelsvergaderingen. De systematiek
van onze werkwijze bewaken we met formulieren en checklists.
We willen in de eerste plaats proberen, door het creëren van een inspirerende
leeromgeving en een goede vakdidactische aanpak, te voorkomen dat leerlingen
veel extra zorg en begeleiding zullen nodig hebben. Dit doen we door
leerkrachten sterker te maken via overleg binnen de school, pedagogische
studiedagen, ondersteuning van de pedagogische begeleidingsdienst…
Ten tweede willen we bij leerlingen die het wat moeilijk hebben op zoek gaan
naar een passende aanpak. Dit kan door ander materiaal aan te bieden, extra
instructie te geven, te differentiëren naar tempo en niveau…
Soms is extra zorg echter noodzakelijk. Dan werken we samen met het kind, de
ouders, het schoolteam en het CLB om de passende zorg te realiseren.
Een goede zorg situeert zich dus op verschillende niveaus binnen het
schoolgebeuren en vereist een gedreven samenwerking in vertrouwen tussen
leerlingen, school, ouders en eventuele externe diensten. De opbouw van de
niveaus noemen we het zorgcontinuüm en wordt hieronder schematisch
weergegeven als een omgekeerde piramide.
De niveaus staan niet los van elkaar en kunnen elkaar overlappen.
Hoe we deze zorg concreet organiseren en realiseren, wordt gedetailleerd
beschreven in ons schooleigen zorgcontinuüm (bijlage 1 en 2).
Bijlage 1
Het zorgcontinuüm
Niveau 0: Dagelijkse klaswerking (Preventie en basiszorg)
Basiszorg op school en in de klas
Klasleerkracht
 Aandacht voor het positieve in elk kind, talenten.
 Aangepast materiaal gebruiken.
 Zorgen dat iedereen aan bod komt tijdens de les of activiteit.
 Bevorderen van zelfstandigheid.
 Klasorganisatie; zorgen voor structuur.
 Aanmoedigen en bevestigen.
 Creëren van een goede sfeer (d.m.v klasschikking / didactisch materiaal /
thuistaalproject…)
 Permanent evalueren via toetsen, dagelijkse taken, observaties en een
portfolio.
 Kindgesprekken.
 Informele contacten met de ouders.
 Aanvullen van leerlingendossiers op regelmatige tijdstippen (mn. 3 X per
jaar na elk rapport)
 Uitgebreide klassenraad in oktober en april, beknopte klassenraad in januari
en juni i.f.v. opvolging en informatieoverdracht.
 Overgangsgesprekken op einde/ begin schooljaar met leerkracht vorige +
volgende klas.
 Thuistaalproject
 Inzetten op de bouwstenen uit het pedagogisch project om een krachtige
leeromgeving uit te bouwen.
Zorgcoördinator
3.3.
Afnemen van LVS/KVS.
3.4.
Hanteren van evaluatie – en leerlingvolgsystemen (LVS + KVS /
Talk / Sibo / VLOT / DMT / AVI).
3.5.
Organiseren van zorgoverleg.
3.6.
Informeren i.v.m. nascholingen.
3.7.
Samen met leerkrachten nadenken over didactische methodieken.
3.8.
Effectiviteit van leermethodes opvolgen.
3.9.
Zoeken, introduceren van (aangepaste) materialen en
handleidingen.
3.10.
Op vraag van de klasleerkrachten extra materiaal zoeken.
3.11.
Coachen van nieuwe leerkrachten en ondersteuners.
3.12.
Zorgbeleid ontwikkelen vanuit een door het schoolteam gedragen
visie en de kwaliteit ervan bewaken.
3.13.
Bijhouden van de leerlingdossiers op telraam.
3.14.
Overleg met directie en brugfiguur op het kernteam.
3.15.
Stimuleren en bewaken van het handelingsgericht werken.
Brugfiguur
3.16.
Faciliteren en stimuleren van contact, info-uitwisseling en overleg
tussen ouders en lkr.
(aanspreekpunt tijdens breng- en afhaalmomenten, openklasdagen,
oudercontacten, (voor)leesouders, nieuwsbrief...)
3.17.
Nemen van initiatieven om drempels voor ouders te verlagen.
3.18.
Overleg met directie en zorgcoördinator op het kernteam.
3.19.
Ouders informeren over de zorgwerking van de school via een
brochure, op de openklasdagen en het infomoment.
Leerplichtbegeleiding (school-CLB)
Brugfiguur
 Ouders aanspreken bij afwezigheid van kinderen.
 Problematische afwezigheden opvolgen en bijhouden van het dossier.
Directeur
 Organisatie telraam.
 Overleg met zoco en brugfiguur tijdens het kernteam.
 Bijwonen van klassenraden.
 Een luisterend oor zijn voor alle partijen.
Ouders
Preventieve gezondheidszorg cfr. gezondheidsplan




Dagelijks meermaals verluchten van de klaslokalen.
Voldoende aanbod van water tijdens de lessen en op de speelplaats.
Regelmatig uitvoeren van luizencontrole.
…
EERSTELIJNSZORG
Niveau 1: Extra zorg op klasniveau
Klasleerkracht
 Binnenklasdifferentiatie met aandacht voor tempo en niveau.
 Materiaal aanpassen (lager of hoger niveau).
 Extra stimuleren van leerlingen met moeilijkheden.
 Hoekenwerk & contractwerk.
 Takenbord
 Individueel begeleiden
 Goede samenwerking met het kernteam, samen oplossingen zoeken.
 Analyseren gegevens LVS en KVS + interventies.
 Werken met persoonlijke doelen ( om bepaalde werkpunten even in de
kijker te zetten).
 Moeilijkheden bespreken met ouders tijdens dagelijkse informele contacten.
 Preteaching
Zorgcoördinator
 Aanspreekpunt zijn voor zorgvragen van leerlingen en leerkrachten.
 Extra materiaal aanreiken aangepast aan de noden van kinderen in overleg
met klasleerkracht / CLB.
 Goede samenwerking met leerkrachten.
 Coachen van leerkrachten.
 Zoeken en ontwikkelen van differentiatiematerialen.
 Schoolondersteunend samenwerken met CLB.
 Observaties in de klas of op de speelplaats i.f. v. de hulpvraag.
 Mogelijkheden zoeken om preventief te werken op klas- en schoolniveau.
 Kindgesprekken voeren i.v.m. Leermoeilijkheden (taal, rekenen, plannen...)
Brugfiguur
 Gesprekken met ouders plannen.
 Ouders inlichten over de zorgen van de leerkracht/school.
 Voeren van ondersteunende gesprekken met ouders bij gesignaleerde
problematische gezinssituaties.
 Voeren van ondersteunende gesprekken met kinderen rond specifieke
noden (medisch, socio-emotioneel,materieel...)
 Meewerken aan en stimuleren van hulpverlening voor kansarme gezinnen in
de buurt i.s.m. relevante partners (Boek op bezoek, Brede schoolinitiatieven...)
Directeur
 Aankoopbeleid: welke materialen heeft het team nodig om te kunnen
differentiëren.
 De haalbaarheid en draagkracht voor de school bewaken.
 Openstaan voor de inbreng van alle partijen: kind-ouder-leerkrachtzorgcoördinator, brugfiguur, …
 Kindvrije uren inzetten voor overlegmomenten.
Ouders
CLB – medewerker
Niveau 2: Schoolinterne zorg (alarmfase!)
Klasleerkracht
 Kijkwijzer/checklist als voorbereiding op het kernteam.
 Intakeformulier invullen na grondige observatie.
 Aanpassingen in de klas n.a.v. de analyse.
 Werken met een afsprakenkalender rond de noden van het kind.
 Overleg met leerkrachten, zorgcoördinator, brugfiguur, ouders en CLB.
 Kind bespreken op het kernteam (met het intakeformulier als leidraad).
 Handelingsplan opstellen.
Zorgcoördinator
 Kind bespreken op het kernteam vanuit de HGW-visie.
 Onderzoek organiseren in functie van handelen.
 Plannen, organiseren en deelnemen aan overleg met externe hulpverleners.
 Begeleiden van het opstellen en uitvoeren van een handelingsplan.
 Observaties in de klas of op de speelplaats.
 Gerichte aanpak en individuele begeleiding van het kind met moeilijkheden.
 Leerkrachten coachen door vanuit collegiaal overleg te zoeken naar
aanpakmogelijkheden voor leerlingen met specifieke zorgvragen.
 Transparante communicatie tussen verschillende partijen bewaken.
Brugfiguur
 Voeren van ondersteunende gesprekken met ouders en kinderen (cfr.
Niveau 1).
 Ouders bevragen over hun bezorgdheden en de ontwikkeling van hun kind
om samen het intakeformulier in te vullen.
 Ouders doorleiden naar de zorgcoördinator voor de verdere samenwerking
en opvolging van het traject.
Directeur
 Beslissingen nemen met het kernteam over wat nodig is en wat haalbaar is.
 Procesbewaker en indien nodig bijsturen van het proces.
 Een luisterend oor voor alle partijen.
Ouders
CLB – medewerker
TWEEDELIJNSZORG
Niveau 3: Zorg met CLB en via externe partners
(GON-revalidatie…)
Klasleerkracht
 Aanmeldingsformulier van CLB-tussenkomst invullen.
 Opzoeken van informatie over specifieke leerstoornissen.
 Kind bespreken op het zorgteam.
 Gesprekken met de ouders samen met brugfiguur.
 Samenwerking met het kernteam.
 Verder opstellen van individueel handelingsplan.
 Eventueel STICORDI maatregelen toepassen.
Zorgcoördinator
 Een netwerk uitbouwen waarmee samengewerkt kan worden en/of waar
ondersteuning kan gevonden worden.
 Info geven aan leerkracht/ouders en aanmeldingsformulier invullen voor het
inschakelen van het iCLB.
 Laten testen door CLB of extern team + stellen diagnose.
 Samen met diagnostisch team en ouders verdere handelingen bespreken en
bepalen.
 Eventueel opstarten externe therapie.
 Overlegmomenten met externe begeleiders plannen. ( 3x per jaar)
 Communicatie binnen het zorgteam steeds via mail voeren.
Brugfiguur
 Ouders ondersteunen bij het opstarten van externe therapie/revalidatie.
 Communicatie binnen het zorgteam steeds via mail voeren.
Directeur
 De visie van de school bewaken.
 De visies van de diverse externe partijen bewaken.
 De haalbaarheid voor de school en de noden van de leerlingen in kaart
brengen.
 Een luisterend oor voor de diverse partijen.
 Procesbewaking
Ouders
CLB – medewerker
Niveau 4: Zorg met CLB en via BuO
Klasleerkracht
3. Heen – en weerschrift voor buitenschoolse hulp.
4. Nauw samenwerken met externe begeleiders en GON-begeleiders.
Zorgcoördinator
5. Aanvraagformulier buitenschoolse hulp invullen met ouders.
6. Het inschakelen van buitenschoolse hulp en GON.
7. Doorverwijzen naar het buitengewoon onderwijs in samenspraak met
school, ouders en CLB.
8. Nauw samenwerken met externe begeleiders.
9. Plannen van opstart-, opvolg- en slotvergaderingen.
Brugfiguur
10. Ondersteunen van de ouders.
11. Nauw samenwerken met externe begeleiders.
Directeur
12. De haalbaarheid voor de school bewaken en hierin beslissingen nemen.
13. Een luisterend oor voor alle partijen.
14. Algemeen belang primeert.
Ouders
CLB – medewerker