Jaarverslag 2013

Jaarverslag 2013
ASN-Novib Microkredietfonds
Jaarverslag 2013
ASN-Novib Microkredietfonds
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Inhoudsopgave
Verslag van de raad van toezicht 8
1
Verslag van de beheerder 1.1 Opzet en opdracht van het fonds
1.2 Fondsontwikkelingen en kerncijfers
1.3 Marktontwikkelingen en vooruitzichten
1.4 Nieuwe leningen en deelnemingen
1.5 De projectbeheerder
1.6 Jaarvergadering van participanten
1.7Fondsdocumentatie
1.8 Fund governance en risicobeleid
1.9 Risico’s en risicobeheer
1.10Beheerkosten
13
14
14
17
17
20
22
22
22
22
22
2Jaarrekening
2.1Balans
2.2Winst-en-verliesrekening
2.3Kasstroomoverzicht
2.4 Toelichting algemeen
2.5 Toelichting op de balans
2.6 Toelichting op de winst-en-verliesrekening
25
26
27
28
29
36
43
3
49
Overige gegevens
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 53
Bijlage 1 Structuur en overige informatie
Bijlage 2Beheerteams
Bijlage 3 Adresgegevens en personalia
58
60
62
6
Belangrijke data
Participantenvergadering te Amsterdam 25 april 2014
Ex-dividend 29 april 2014
Betaalbaarstelling dividend 7 mei 2014
De missie van de ASN Bank
De ASN Bank N.V. heeft zich als onderneming een opdracht gegeven. Inzet van die opdracht is een betere wereld.
Dat vraagt volgens de ASN Bank om een samenleving waarin duurzaamheid voorop staat.
De ASN Bank is een onderneming die de duurzaamheid van de samenleving wil bevorderen. Daardoor laat zij zich in
haar economische handelen leiden. Zij ziet het bevorderen van de duurzaamheid van de samenleving als het meewerken
aan veranderingen die bedoeld zijn om een einde te maken aan processen waarvan de nadelige gevolgen worden
verschoven naar de toekomst, of worden afgewenteld op het milieu, de natuur of kwetsbare bevolkingsgroepen.
Het economische handelen duidt erop dat de ASN Bank de noodzaak erkent om op lange termijn een rendement te
behalen dat haar gezonde voortbestaan waarborgt. En dat zij de noodzaak erkent om de middelen die klanten haar
toevertrouwen, te beheren op een wijze die recht doet aan de verwachtingen van klanten hierover.
De missie van Oxfam Novib
Oxfam Novib streeft naar een rechtvaardige wereld zonder armoede. Oxfam Novib gaat uit van de kracht en mogelijkheden van mensen. Want samen kan er een verschil gemaakt worden in de levens van mensen. Oxfam Novib maakt
deel uit van een wereldwijde beweging voor rechtvaardigheid.
Oxfam Novib werkt samen met gemeenschappen en partnerorganisaties in ontwikkelingslanden. Dankzij dat werk
kunnen mensen een bestaan zonder armoede opbouwen. Oxfam Novib steunt zijn partners met geld, advies en
waardevolle netwerken en contacten.
Door steun aan partners alléén verdwijnt armoede niet uit de wereld. Ook overheden en bedrijven moeten hun
verantwoordelijkheid nemen. Daarom spoort Oxfam Novib hen aan om hierop actie te ondernemen. Dat doet Oxfam
Novib samen met het Nederlandse publiek. Bijvoorbeeld door campagne te voeren.
7
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Verslag van de raad van toezicht
Aan de jaarlijkse vergadering van participanten in het ASN-Novib Microkredietfonds
Hierbij bieden wij u de jaarrekening over het boekjaar 2013 aan, zoals opgemaakt door de beheerder, ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB), alsmede het verslag van de beheerder. Bij deze jaarrekening heeft KPMG Accountants
N.V. een goedkeurende controleverklaring afgegeven.
Besloten is een dividend van € 2,30 per participatie uit te keren.
De raad heeft zich ervan vergewist dat de beheerder in het verslagjaar bij de uitvoering van zijn beheertaak zorgvuldig
met de voorwaarden van beheer en bewaring is omgegaan. Per 1 januari 2013 gelden de nieuwe voorwaarden van
beheer en bewaring. Deze zijn aangepast vanwege het vervallen van de regeling sociaal-ethische projecten 2005.
Daarbij zijn de participanten vooraf gehoord.
Verantwoord bestuur (good governance)
In de Wet op het financieel toezicht (Wft) is in het kader van een integere bedrijfsvoering en een zorgvuldige dienstverlening bepaald dat beheerders van beleggingsinstellingen belangenverstrengelingen tegengaan en handelen in
het belang van beleggers (art. 4:11, 4:14 en 4:25 Wft).
Voor beheerders van beleggingsinstellingen die vallen onder Nederlands toezicht, heeft de brancheorganisatie DUFAS
een set richtlijnen opgesteld, de Principles of Fund Governance. Doel is nadere richtlijnen te geven voor de organisatorische opzet en werkwijze van beheerders van beleggingsinstellingen. Daarmee wil DUFAS waarborgen scheppen
voor de integere uitoefening van de bedrijfsvoering en een zorgvuldige dienstverlening (informatieverstrekking).
ABB heeft de DUFAS-richtlijnen in 2009 geïmplementeerd en neergelegd in de Gedragscode Fund Governance
(de ‘Gedragscode’). Deze staat op de website van de beheerder: asnbank.nl/beleggen > Over de beheerder.
Een uitwerking hiervan is terug te vinden in bijvoorbeeld de structuur van het ASN-Novib Microkredietfonds,
waar een onafhankelijke raad van toezicht is ingesteld. Ook worden richtlijnen beschreven voor de dagelijkse
beheertaken die onder meer een nadere uitwerking geven voor het handelen in het belang van de participanten
in het ASN-Novib Microkredietfonds.
Werkzaamheden in 2013
8
In het bovengenoemde kader hebben wij in 2013 het beleid van de beheerder op kritische wijze gevolgd,
evenals de uitvoering daarvan. In 2013 vergaderden de raad en de directie vier maal. Tijdens deze vergaderingen
spraken wij met de beheerder, ABB, en de projectbeheerder, Triple Jump B.V. Daarbij kwamen onder meer de
volgende onderwerpen aan de orde.
Nationalisatie
De directie lichtte toe dat er met de nationalisatie van SNS REAAL per 1 februari een einde was gekomen aan
een hectische periode. Er werd besloten na de participantenvergadering op 19 april een aparte sessie te laten
plaatsvinden waar beleggers vragen konden stellen over de nationalisatie.
Bankierseed
Beleidsbepalers en commissarissen van financiële instellingen zijn sinds begin 2013 verplicht een eed of belofte
(bankierseed) af te leggen. Dit geldt ook voor ons als toezichthouders van het ASN-Novib Microkredietfonds.
In de vergadering van 17 juni legden wij de verklaring af.
Jaarverslag 2012 en halfjaarverslag 2013
In maart bespraken wij het jaarverslag van het ASN-Novib Microkredietfonds 2012 met de directie van ABB en de
accountant, KPMG. Deze gaf aan dat hij voornemens was een goedkeurende verklaring af te geven. Hij legde uit dat
de controle is gebaseerd op het risicobeheersingsmodel. Daarbij beoordeelt de accountant niet alleen de cijfers,
maar ook de interne controle en de automatisering rond de processen en administratiesystemen. Wij bespraken verschillende punten, zoals de compliancefunctie, het vraagstuk van de nominale versus de reële waarde, en de stijging
van het bedrag in participaties.
Verslag van de raad van toezicht
De beheerder besloot het halfjaarverslag van het fonds separaat te publiceren van de verslagen van ASN Beleggingsfondsen N.V. en het ASN Groenprojectenfonds, eveneens beheerd door ABB. Dit is met ingang van de halfjaarverslagen
van 2013 doorgevoerd.
Stand van zaken portefeuille
Wij bespraken elke vergadering de belangrijkste ontwikkelingen in de portefeuille van het fonds en stelden hierover
vragen aan de beheerder, ABB, en de projectbeheerder, Triple Jump. Noemenswaardig was dat zowel de toename
van het percentage deelnemingen in microfinancieringsinstellingen (MFI’s) van 11% tot 14% als valuta-effecten
een grotere impact op het fondsrendement veroorzaakten. Het valutarisico op deelnemingen die niet in US-dollars
uitstaan, wordt immers niet afgedekt. Triple Jump en ABB bestudeerden de mogelijkheden om dit af te dekken.
Via deelnemingen heeft het fonds een grotere toegevoegde waarde voor MFI’s en heeft het meer invloed op hun
beleid. De directie van ABB wees erop dat het fonds niet stuurt op een maximaal rendement, maar op een zo groot
mogelijke impact door MFI’s vooruit te helpen.
Beleidswijziging percentage deelnemingen
Wij bespraken met de directie een wijziging in het beleid van het fonds. Deze hield in dat afgeweken mag worden
van het maximum van 15% dat is belegd in deelnemingen, als het hogere percentage is veroorzaakt doordat:
1.de waardering van een of meerdere deelnemingen opwaarts zijn aangepast;
2.het fondsvermogen afneemt doordat participanten geld aan het fonds onttrekken; of
3.het fonds deelneemt aan een kapitaalverhoging van een bestaande deelneming, waardoor de belegging in
een deelneming is uitgebreid.
ABB streeft ernaar van deze uitzonderingen slechts beperkt gebruik te maken.
De wijziging werd op 2 augustus op de website gepubliceerd en op 2 september in het prospectus ingevoerd.
Milieu
Wij bespraken dit vraagstuk uitgebreid met de directie. Het is lastig om via MFI’s milieu-eisen te stellen aan microondernemingen. Toch is het belangrijk te kijken wat er wel mogelijk is om een eerste stap te kunnen zetten, concludeerden we gezamenlijk. De directie van ABB vroeg Triple Jump in kaart te brengen in welke mate de MFI’s in het fonds
reeds voldoen aan milieueisen. Ook vroeg ABB aan Triple Jump om ideeën te ontwikkelen voor toekomstig beleid.
Distributie en mogelijke beursnotering
ABB ziet al langere tijd mogelijkheden om het fonds te laten groeien. Maar de instroom is stilgevallen sinds de sociaalethische regeling is vervallen, en daarmee het fiscale voordeel voor particuliere beleggers. Hoewel externe partijen
geïnteresseerd zijn, kan het fonds alleen door de ASN Bank en SNS worden verkocht. ABB overweegt een notering
op Euronext fundservices. Een notering kan een bredere distributie mogelijk maken, lichtte de directie van ABB toe.
Wij bespraken de kansen en bedreigingen hiervan, en de mogelijke consequenties voor klanten en andere betrokken
partijen, zoals Oxfam Novib, en de manier waarop ABB hierover informeert. ABB vervolgt in 2014 het onderzoek
naar een mogelijke notering.
Conceptreglement raad van toezicht
In december maakten we een start met een reglement voor onze raad van toezicht. Wij verwachten dit reglement in
2014 vast te stellen.
Beleid voor risicobeheer
In 2013 is het risicomanagementbeleid herzien. Dit gebeurt jaarlijks. De directie meldde dat er nieuwe richt­lijnen
over het risicobeheer zullen volgen vanuit de AIFMD (AIFMD staat voor Alternative Investment Fund Managers
Directive; de Europese AIFM-richtlijn geeft de geharmoniseerde regels waaraan beheerders van alternatieve
beleggingsinstellingen sinds 22 juli 2013 moeten voldoen). Beheerders, zoals ABB voor het ASN-Novib Micro­
kredietfonds, maken gebruik van het overgangsjaar en moeten uiterlijk op 22 juli 2014 aan de nieuwe regels
voldoen. De Wft-vergunning van ABB gaat dan van rechtswege over in een AIFMD-vergunning.
Samenstelling van de raad
Tijdens de participantenvergadering op 19 april namen we afscheid van de heer Meine Pieter van Dijk. De heer Hans
Verhoef is tijdens de vergadering benoemd in onze raad.
9
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Slot
Wij danken de directie van ABB voor de plezierige samenwerking en de open wijze waarop zij de raad steeds tegemoet
treedt, en de medewerkers van de ASN Bank, ABB en Triple Jump voor de wijze waarop zij hun werkzaamheden voor
het fonds hebben verricht.
Den Haag, 16 april 2014
De raad van toezicht
Rick van der Ploeg (voorzitter)
Gera Voorrips
Grace Boldewijn
Hans Verhoef
10
Verslag van de raad van toezicht
11
12
1Verslag van de beheerder
13
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
1.1 Opzet en opdracht van het fonds
Het ASN-Novib Microkredietfonds is opgericht door
de ASN Bank en de Stichting Novib. Sinds 11 december
1999 is het een fonds voor gemene rekening met een
open-end karakter. De beheerder van het fonds is
ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB);
Triple Jump B.V. is projectbeheerder; Pettelaar
Effectenbewaar­bedrijf N.V. is de bewaarder.
Fondsprofiel
In veel ontwikkelingslanden vervullen microfinancieringsinstellingen (MFI’s) een cruciale rol bij de organisatie
en bewustwording van grote groepen kansarme mensen.
Voor kleinschalige investeringsprojecten in de informele
sector is in veel ontwikkelingslanden geen krediet beschikbaar. Banken beperken hun dienstverlening veelal
tot de moderne, op de export gerichte sector van de
economie.
Het ASN-Novib Microkredietfonds stelt MFI’s in staat
de groei van hun investerings- en kredietprojecten te
financieren. Het fonds leent niet rechtstreeks aan lokale
ondernemers, maar leent gelden uit aan MFI’s, of neemt
als aandeelhouder deel in het kapitaal van MFI’s.
Deze verstrekken op hun beurt kredieten aan kleine
lokale ondernemers. Zo draagt het fonds bij aan
armoedebestrijding. Speciale aandacht gaat uit naar
de sociale aspecten die zijn verbonden aan de leningen
die het fonds verstrekt.
1.2 Fondsontwikkelingen en kerncijfers
14
Rendement
Over 2013 behaalde het ASN-Novib Microkredietfonds
op basis van de afgiftekoers een rendement van 3,65%
(2012: 5,51%). Dit is inclusief herbelegging van het
dividend van € 2,50 per partici­patie over het boekjaar
2012 (over 2011: € 2,50).
Het rendement was lager dan vorig jaar. Dat was vooral
het gevolg van ontwikkelingen in de wisselkoersen van
vreemde valuta’s tegenover de euro. Deze ontwikkelingen waren ongunstig voor het fonds. Het percentage
deelnemingen in de portefeuille van het fonds nam toe.
Als gevolg hiervan is de open valutapositie toegenomen,
wat leidt tot een wisselvalliger rendement. De open
valutapositie steeg van 13% tot 14,5%. Dit was een
geringere stijging dan die van de deelnemingen van
11,3% tot 14,4%. Daarnaast ontvangt het fonds rente
in vreemde valuta; de koersschommelingen hiervan
worden niet afgedekt in euro’s.
Wij vergelijken het rendement niet met een benchmark.
In Nederland ontbreekt een index die zou kunnen dienen
als benchmark voor fondsen die beleggen in MFI’s.
Bovendien streeft het fonds er niet naar beter te presteren dan een benchmark. Reden hiervoor is het doel
van het fonds: een rechtvaardiger verdeling van de welvaart realiseren met behulp van investeringen in MFI’s.
Financieel resultaat
Het bedrijfsresultaat bedroeg € 9,8 miljoen, 9,3%
lager dan in 2012 (€ 10,8 miljoen). De opbrengsten uit
beleggingen daalden met ruim 11,5% tot € 13,9 miljoen
(2012: € 15,8 miljoen), vooral als gevolg van de ongunstige wisselkoersen en een dalende leningenportefeuille.
Het koersresultaat van het fonds steeg met ruim 216%
tot € 1,9 miljoen (2012: € 0,6 miljoen). Het koersresultaat
bestaat uit twee componenten: de herwaardering van
deelnemingen en het valutaresultaat op deelnemingen
en leningen. Het resultaat op herwaarderingen steeg
met 254,5% tot € 3,9 miljoen (2012: € 1,1 miljoen).
Het valutaresultaat was daarentegen negatief, namelijk
€ -2,0 miljoen (2012: € 0,8 miljoen) als gevolg van een
daling van de wisselkoersen. In 2013 werd er een gering
bedrag van € 127 duizend gedoteerd aan de voorziening
kredieten.
Aanpassing financieel resultaat na balansdatum
Op 15 januari 2014 heeft ABB de intrinsieke waarde per
participatie van het ASN-Novib Microkredietfonds per
31 december 2013 vastgesteld op € 55,13 en op basis
daarvan een koers van € 55,13 afgegeven. Na het vaststellen van de intrinsieke waarde van het fonds heeft
er een aanpassing plaatsgevonden in de waardering
van deelnemingen in MFI’s. Deze deelnemingen worden
gewaardeerd op reële waarde. Aangezien er voor deze
MFI’s geen marktnotering is, wordt de reële waarde als
volgt vastgesteld. Het valuation committee (waarderingscomité) van het fonds stelt periodiek de reële
waarde vast. Dit gebeurt op basis van de meest recente
transacties, rekening houdend met de marktontwikkelingen, of op basis van de rendementswaarde en/of de
intrinsieke waarde. De waardering van de MFI’s is op
basis van nieuwe informatie, die betrekking had op de
waardering per balansdatum, gewijzigd en verwerkt
in de jaarrekening. Dit heeft geleid tot een positieve
herwaardering van de deelnemingen van € 1.181.966.
Het resultaat over 2013 is met dit bedrag aangepast.
De aanpassing van het financieel resultaat resulteerde
in een stijging van de intrinsieke waarde met € 0,28
oftewel 0,49% per 31 december 2013.
In- en uitstroom
Per 1 januari 2013 is de regeling sociaal ethische projecten 2005 vervallen. In het eerste halfjaar van 2013 wisselden in- en uitstroom elkaar af. In het tweede halfjaar
was de uitstroom hoger dan de instroom. Per saldo daalde
het gestorte kapitaal in 2013 met € 7,3 miljoen, namelijk van € 236,6 miljoen ultimo 2012 tot € 229,3 miljoen
ultimo 2013.
1 Verslag van de beheerder
Portefeuillebeleid
Het portefeuillebeleid van het ASN-Novib Microkredietfonds is in 2013 aangepast. Het percentage aan deelnemingen mag nog steeds maximaal 15% van het fondsvermogen uitmaken. Nieuw is dat er uitzonderingen mogelijk
zijn, mits aan de aanvullende voorwaarden is voldaan.
Het fonds verstrekte voor € 5,1 miljoen nieuwe leningen
aan MFI’s, en zette voor € 50 miljoen bestaande leningen
aan MFI’s voort, inclusief verhogingen. Met de deelname
in een nieuwe MFI en de verhoging van vier bestaande
deelnemingen is het percentage deelnemingen verhoogd
tot 14,4% van het fondsvermogen per einde jaar.
Risicobeheer
Beleggen in het ASN-Novib Microkredietfonds brengt
risico’s met zich mee. De belangrijkste zijn het markt­
risico, kredietrisico, concentratierisico, valutarisico en
liquiditeitsrisico. ABB vermindert deze risico’s door:
• de portefeuille te spreiden over verschillende
landen;
• limieten te stellen aan de omvang van de
beleggingen in een land;
• limieten te stellen aan de omvang van individuele
leningen aan en deelnemingen in MFI’s.
Marktrisico
Het belangrijkste risico is marktrisico: het risico dat
de waarde van de leningen en deelnemingen daalt,
waardoor de intrinsieke waarde van het fonds
afneemt. De waarde van de deelnemingen wordt
beïnvloed door een veelheid van externe factoren,
waaronder de vooruitzichten voor de macro-economische groei en het inflatietempo. Hoe groter de fluctuatie
in de ontwikkeling van deze factoren, des te groter het
marktrisico is. Het fonds kan zich niet verweren tegen
macro-economische factoren die het waardeverloop
van deelnemingen beïnvloeden.
Het ASN-Novib Microkredietfonds belegt in MFI’s.
Hierbij geldt een limiet van 5% van het fondsvermogen
per MFI. De grootste belegging in één MFI bleef ruim
onder de grens van 5%. Bovendien stelt de beheerder
een maximumpercentage van 15% aan leningen en deelnemingen in elk land. Het fonds bleef ook ruim onder
deze grens. In de verslagperiode is de landenverdeling
in de portefeuille nauwelijks gewijzigd. Wel vond er
een verschuiving plaats in de top 5 van de landen.
Kredietrisico
Het kredietrisico is het risico dat een debiteur niet of
niet volledig aan zijn betalingsverplichting kan voldoen
(rente en/of aflossing). Het kredietrisico was dit jaar net
als in 2012 laag. Er hebben zich geen nieuwe ‘probleemkredieten’ voorgedaan. De kwaliteit van de krediet­
portefeuille bleef onverminderd goed. Dat komt ook
tot uiting in het lage voorzieningenniveau, dat in 2013
met 0,4% vrijwel gelijk is gebleven aan het jaar daarvoor.
De projectbeheerder volgt nauwlettend de zogenaamde
watchlist, een lijst van leningen van MFI’s met een hoger
risicoprofiel die onder verscherpt toezicht staan.
Per ultimo 2013 stonden tien MFI’s onder dit verscherpte
toezicht. Een van deze MFI’s heeft in het verslagjaar
een betalingsregeling getroffen. Hieruit zijn geen
betalingsachterstanden ontstaan. De waarde van de
leningen die deze MFI’s op deze lijst vertegenwoordigen,
is in 2013 met € 1 miljoen toegenomen van € 10 miljoen
tot € 11 miljoen. Dit is een marginaal bedrag op de totale
portefeuille. Er was in 2013 één probleemkrediet,
namelijk aan een MFI in Bolivia. Hiervoor is eind 2013
een additionele voorziening getroffen. Er vond een nettodotatie van € 127.000 aan de voorzieningen plaats.
De beheerder laat zich adviseren door een onafhan­
kelijke investeringscommissie, die ieder financieringsvoorstel beoordeelt, voordat de beheerder tot investering overgaat. Zo mitigeert de beheerder ook het
kredietrisico.
Valutarisico
Het fonds belegt in leningen en deelnemingen in
ontwikkelingslanden. Deze zijn veelal verstrekt in
Amerikaanse dollars of andere vreemde valuta’s.
Dit brengt valutarisico met zich mee. Het fonds dekt
het valutarisico voor de leningen grotendeels af met
valutatermijncontracten; voor de deelnemingen dekt
het dit risico niet af, omdat het moment van verkoop
onzeker is. Maximaal 20% van het fondsvermogen mag
niet zijn afgedekt in euro’s. Voor het niet-afgedekte
deel is er een maximum van 5% per lokale valuta.
Het percentage deelnemingen in het fonds groeide in
de verslagperiode. Daardoor nam de blootstelling aan
vreemde valuta’s toe. De toename van het valutarisico
leidde tot meer koersschommelingen dan in de voorgaande periode. Voor het eerst in de geschiedenis van
het fonds zijn in 2013 bijna alle valuta’s gedeprecieerd
ten opzichte van de euro. Dit leidde tot beduidend
grotere koersverliezen dan in voorgaande jaren.
We onderzochten daarom de mogelijkheid om de open
posities in aandelenbelangen in MFI’s af te dekken.
We kwamen echter tot de conclusie dat afdekking
niet mogelijk of niet wenselijk was in verband met de
beschikbaarheid en de kosten. Het percentage aandelenparticipaties nam toe van 11% tot 14%; de open valutapositie nam met een geringer percentage toe van
13% tot 14,5%, doordat het bedrag aan niet-afgedekte
leningen wat is afgenomen.
Wij verkleinen het valutarisico deels door grenzen te
stellen aan de belegging per MFI en per land, en door
maximaal 20% niet-afgedekte vreemde valuta in de
portefeuille toe te staan. Ook door vreemde valuta af te
dekken mitigeren wij het valutarisico. Het resterende
valutarisico accepteren we.
15
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Liquiditeitsrisico
Vanwege hun aard zijn de leningen en deelnemingen
die het ASN-Novib Microkredietfonds doet, van nature
illiquide. Er is nauwelijks een onderhandse markt waar
deze leningen en deelnemingen verkocht kunnen worden.
Een belangrijke beperking van het liquiditeitsrisico is de
korte gemiddelde looptijd van de leningen van 1,4 jaar.
Bovendien is het niveau van terugbetalingen in het
fonds zeer hoog. Samen maken die kenmerken het beheersen van het liquiditeitsrisico van de investeringen
zeer overzichtelijk. Er hebben zich in 2013 dan ook
geen problemen voorgedaan met de liquiditeit.
In 2013 bleef de liquiditeit van het fonds tussen 15%
en 25%; zij lag het grootste deel van het jaar rond 20%.
Rendement in %
Renterisico
Het renterisico speelt bij het ASN-Novib Microkredietfonds nauwelijks een rol doordat het fonds kredieten
verstrekt met een vast rentepercentage. Verder heeft
de leningenportefeuille van het fonds een korte duration
(rentetypische looptijd) van 1,54 jaar per 31 december
2013. Daardoor hebben eventuele veranderingen in de
marktrente een relatief geringe invloed op de waarde
van de leningen.
Fonds
2013
3,65
2012
5,51
Geografische verdeling
in % van de portefeuille
Laatste drie jaar (gemiddeld per jaar)
4,69
A Zuid-Amerika
31,6
Laatste vijf jaar (gemiddeld per jaar)
4,90
B Azië
22,6
Gemiddeld per jaar sinds start (14-06-1996)
3,13
C Kaukasus (Eurazië)
17,1
D Centraal-Amerika
13,7
Kerncijfers in euro’s
16
Wij streefden naar een liquiditeit tussen 15% en 20%
en eindigden het jaar op 17,4%. Hiermee heeft het
fonds ruim voldaan aan de 10% liquiditeitseis vanuit de
wet. Ook kon het fonds hiermee ruimschoots voldoen
aan de opvang van in- en uitstroom.
E Afrika
6,9
Koers ultimo 2013
55,02
F Wereldwijd
5,0
Koers ultimo 2012
55,55
G Oost-Europa
3,1
Hoogste koers in twaalf maanden
56,31
Laagste koers in twaalf maanden
53,81
Dividend over het boekjaar 2012
2,50
Fondsontwikkeling
Fondsomvang in miljoenen
euro’s
Vijf grootste MFI’s in de portefeuille
in % van het fondsvermogen
Aantal geplaatste participaties
Azercredit
3,13
HKL Cambodia
2,65
Kosten
Credo Georgia
2,26
Totalekostenpercentage (TKP) 2013
Finca Holding
2,05
Lopendekostenfactor 2013
Bai Tushum Kirgizië
2,04
Omloopfactor 2013*
E
F G
A
D
C
B
31-12-2013
31-12-2012
240,4
248,8
4.339.573
4.468.306
maximaal 2,50%
2,25%
-17,17%
Eventuele verschillen tussen het totalekostenpercentage en de lopende
kosten worden veroorzaakt door een verschillende wijze van berekening,
zoals in de jaarrekening wordt toegelicht.
De omloopfactor (de omloopsnelheid van de portefeuille) is voor het ASN-Novib Microkredietfonds
van beperkte betekenis, omdat er geen actief beheer
(aan- en verkopen) plaatsvindt op de bestaande leningen- en deelnemingenportefeuille (zie paragraaf 1.8,
Beheerkosten). De omloopfactor is negatief doordat het
aantal aan- en verkopen van leningen en deel­nemingen
in MFI’s door het fonds kleiner was dan de uitgifte en
inkoop van participaties door het fonds.
1 Verslag van de beheerder
Kerncijfers laatste vijf jaar
Jaar
Omvang vermogen
(x € 1.000)
Aantal uitstaande
participaties
Totale opbrengsten
(x € 1.000)
Totale kosten
(x € 1.000)
2013
240.440
4.339.573
15.485
5.641
2012
248.809
4.468.306
16.151
5.303
2011
231.264
4.152.488
18.150
6.996
2010
178.059
3.236.463
11.437
3.196
2009
122.621
2.274.439
7.477
2.723
Koers einde jaar
(€)
Intrinsieke waarde per
participatie (€)
Uitbetaald dividend
(€)
Rendement* inclusief
herbelegging
Jaar
2013
55,02
55,41
2,50
3,65%
2012
55,55
55,68
2,50
5,51%
2011
55,10
55,69
2,35
4,92%
2010
54,84
55,02
2,00
6,29%
2009
53,55
53,91
2,00
4,13%
* Het rendement is gebaseerd op de koers aan het einde van het jaar (afgifteprijs).
1.3Marktontwikkelingen en
vooruitzichten
De microfinancieringssector als geheel is in 2013 wederom stabiel gegroeid. De kwaliteit van de portefeuilles
van de MFI’s is over het algemeen nog steeds goed.
Wij verwachten dat dit ook in 2014 zo zal blijven.
De projectbeheerder Triple Jump zal in 2014 specifiek
aandacht besteden aan de landen waar de overheid actief
ingrijpt in de sector, met name Ecuador en Bolivia, waar
het fonds relatief grote belangen heeft. Een ander aandachtspunt blijft het risico van overkreditering van de
eindklanten in economieën waar kredietbureaus nog
niet of onvoldoende functioneren, zoals Peru.
Wij verwachten dat de renteniveaus van nieuwe leningen
in 2014 ongewijzigd blijven ten opzichte van 2013.
De toename van het percentage aan deelnemingen
veroorzaakt open valutaposities die blijven zorgen
voor grotere volatiliteit in het rendement van het
fonds. De vooruitzichten voor de sector als geheel zijn
goed: we verwachten een stabiele groei van de sector
van 15 tot 20 procent in 2014.
Distributie en mogelijke verbreding
ABB ziet al langere tijd mogelijkheden om het fonds te
laten groeien. De instroom is echter stilgevallen sinds
de Regeling sociaal-ethische projecten is vervallen, en
daarmee het fiscale voordeel voor particuliere beleggers. Hoewel externe partijen geïnteresseerd zijn, kan
het fonds alleen worden verkocht door de ASN Bank en
SNS Bank (waaronder ook Regio Bank en REAAL Bancaire
Diensten). Daarom overweegt ABB een notering op
Euronext fundservices, waar ook de andere door haar
beheerde fondsen verhandeld worden. Een notering
kan een bredere distributie mogelijk maken. De directie
van ABB heeft een eventuele verbreding van de distributie met Oxfam Novib en de raad van toezicht
doorgesproken; beide kunnen zich in dit idee vinden.
Wij vervolgen dit traject in 2014.
1.4 Leningen en deelnemingen
In 2013 is de uitstaande portefeuille van het ASN-Novib
Microkredietfonds in lijn met het fondsvolume licht
afgenomen tot € 194 miljoen. Het gemiddelde uitstaande bedrag per MFI was met € 2 miljoen iets
hoger dan in 2012.
Nieuwe leningen en deelnemingen
Gedurende het verslagjaar zijn de volgende leningen en
deelnemingen aan de portefeuille van het ASN-Novib
Microkredietfonds toegevoegd:
17
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Naam microfinancieringsinstelling
Land
Investeringsbedrag
in duizenden euro’s
Leningen
18
AccessBank Tanzania
Tanzania
644.544
AccessBank Tanzania
Tanzania
997.443
Finca Armenia
Armenië
732.243
Banco Familiar Paraguay
Paraguay
485.554
Banco Familiar Paraguay
Paraguay
485.554
Fundeser
Nicaragua
728.332
Fundacion Paraguaya
Paraguay
357.815
Fundacion Paraguaya
Paraguay
369.969
Credagro
Azerbeidzjan
2.575.423
Banco Procredit
Ecuador
3.658.983
Finca Azerbaijan
Azerbeidzjan
1.838.091
Azercredit
Azerbeidzjan
745.712
Finca Ecuador
Ecuador
369.822
Espoir Ecuador
Ecuador
1.467.977
Advans Cameroun
Kameroen
1.000.000
Azercredit
Azerbeidzjan
1.102.919
Acep Cameroon
Kameroen
500.000
Imon Tajikistan
Tadzjikistan
555.967
Microfinance Organization Credo
Georgië
Mikrofin Microcredit Organisation
Bosnië-Herzegovina
Pro Mujer Peru
Peru
Comixmul
Honduras
1.482.580
750.000
599.251
1.872.659
Banco D-Miro
Ecuador
2.996.255
Bai Tushum
Kirgizië
1.719.837
Inkishaf Uchun Maliyye
Azerbeidzjan
752.729
Fundacion Genesis Empresarial
Guatemala
758.448
Mikrofin Microcredit Organisation
Bosnië-Herzegovina
Finca Armenia
Armenië
2.250.000
526.058
Acep Cameroon
Kameroen
Crear Arequipa Peru
Peru
2.300.613
500.000
Finca Kyrgyz Rep.
Kirgizië
2.055.888
Crezcamos
Colombia
418.040
Funbodem Bolivia
Bolivia
620.636
Funbodem Bolivia
Bolivia
681.896
Azercredit
Azerbeidzjan
Crezcamos
Colombia
1.154.365
418.040
581.846
Fondesurco
Peru
Agrocapital
Bolivia
Fundacion Campo
El Salvador
574.493
Fama Nicaragua
Nicaragua
749.344
Inkishaf Uchun Maliyye
Azerbeidzjan
Microfinance Organization Credo
Georgië
42.083
300.075
1.487.542
Cooprogreso
Ecuador
2.841.268
Finca Azerbaijan
Azerbeidzjan
2.899.312
Totaal
49.949.608
1 Verslag van de beheerder
Naam microfinancieringsinstelling
Land
Investeringsbedrag
in duizenden euro’s
Deelnemingen
LOK Capital II
India
WWB Isis Fund
Wereldwijd
215.047
1.242.420
IMON
Tadzjikistan
Bai Tushum
Kirgizië
Fortaleza
Bolivia
Totaal
Fondsportefeuille
Ook in 2013 was de portefeuille van het fonds goed
gespreid over bijna veertig landen. De verdeling over
de regio’s is ongeveer gelijk gebleven, met een lichte
daling in Latijns-Amerika.
Ook de spreiding over de landen is niet sterk veranderd.
Cambodja heeft Georgië vervangen in de top vijf van
landen waar het fonds de grootste belangen heeft.
Het fonds heeft het grootste belang in Azerbeidzjan
(acht procent).
De economieën van veel landen in Latijns-Amerika en
Azië groeiden in 2013 wat minder dan in de jaren ervoor.
De groeivooruitzichten voor deze regio’s in komende
jaren blijven echter goed. Ook voor veel landen in Afrika
ten zuiden van de Sahara zijn de vooruitzichten voor de
langere termijn goed. Wel is er steeds meer sprake van
overheidsinterventies, bijvoorbeeld in Bolivia, Ecuador
en Zambia om rentes te maximeren. Dit ingrijpen is niet
altijd goed doordacht en kan daarmee een risico vormen
voor de microkredietsector in de betrokken landen, zowel
op gebied van overcreditering als winstgevendheid.
Oost-Europa, Kaukasus en (Centraal) Azië
In 2013 heeft het ASN-Novib Microkredietfonds 37
MFI’s gefinancierd in de vorm van leningen en aandelenparticipaties in deze regio. In totaal stond er per einde
2013 voor € 81 miljoen uit, vrijwel hetzelfde als het jaar
ervoor. Het fonds heeft zijn participaties in micro­
financieringsinstellingen in Azerbeidzjan, Pakistan,
Kazachstan, Kirgizië en Cambodja bestendigd. Via de
projectbeheerder, Triple Jump, draagt het fonds actief
bij in het verder professionaliseren en uitbreiden van
de dienstverlening van de betrokken MFI’s.
De MFI Bai Tushum in Kirgizië biedt inmiddels niet alleen
producten aan micro-ondernemingen, maar heeft ook
een product ontwikkeld voor het midden- en kleinbedrijf
(MKB). Zoals in veel landen is het MKB ook in Kirgizië
een belangrijke pijler van de banengroei, terwijl het
nauwelijks leningen bij de reguliere banken kan krijgen.
Bai Tushum springt hier handig op in.
Op het gebied van leningen heeft het fonds zich voornamelijk geconsolideerd. Tegelijkertijd hebben we ons
georiënteerd op mogelijkheden in nieuwe landen en
48.566
287.171
2.906.533
1.793.203
uitbreiding in landen waar nog relatief veel groei­
mogelijkheden zijn. We verwachten dat het fonds in 2014
onder andere kan groeien in Indonesië, Oezbekistan,
Oost-Europa en de Balkan. Ook onderzoeken we de
mogelijkheden om in India en Wit-Rusland te starten.
De kwaliteit van de fondsportefeuille is in de hele regio
goed en stabiel.
Latijns-Amerika
Het ASN-Novib Microkredietfonds heeft per 2013 in
totaal circa € 91 miljoen geïnvesteerd in 61 microkredietinstellingen in Latijns-Amerika. Dat is een daling
van 4% ten opzichte van 2012. Wel nam het aantal
MFI’s enigszins toe, wat resulteert in een lagere gemiddelde omvang van de lening per MFI.
In het algemeen consolideert de Latijns-Amerikaanse
markt voor microkrediet steeds meer, terwijl zij ook in
belangrijke mate toegang heeft tot lokale geldbronnen.
Wij verwachten dan ook dat het voor het ASN-Novib
Microkredietfonds lastig zal blijven om in deze regio
sterk te groeien, en tegelijkertijd het verwachte
rendement te behouden.
Het fonds heeft in deze regio vooral leningen verstrekt
en daarnaast van één instelling aandelen gekocht,
namelijk in Fortaleza in Bolivia. Het fonds investeerde
€ 2,7 miljoen in Fortaleza en verwierf daarmee ruim
10% van het aandelenkapitaal van de MFI. Fortaleza
heeft begin 2014 een banklicentie gekregen en kan
nu ook spaarproducten aanbieden aan zijn klanten.
Voorts heeft het fonds in Latijns-Amerika deelnemingen
in MFI’s in Mexico, Panama, Colombia, Peru en Bolivia.
Naar verwachting zal de fondsbeheerder in 2014 een
nieuwe deelneming voor het fonds in een MFI in Nicaragua verwezenlijken, waarover de onderhandelingen
al een tijd lopen.
In Peru is de leningenportefeuille enigszins terug­
gelopen. Het is voor het ASN-Novib Microkredietfonds
momenteel wat minder interessant om in dit land te
investeren vanwege de concurrentie tussen de micro­
kredietinstellingen en de ruime liquiditeit in het bancaire
systeem. Wij verwachten dat dit op korte termijn niet
zal veranderen.
In Nicaragua heeft het fonds in 2013 zijn leningenportefeuille verder uitgebreid. Verschillende MFI’s doen
19
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
het goed en microkrediet blijft een belangrijke motor
voor de lokale economie. Zij lijken de crisis in de MFIsector van 2009 te boven.
Andere delen van Midden-Amerika hebben te kampen
met een koffieziekte die de planten aantast. De MFI’s
waarmee het fonds samenwerkt in Honduras en Guatemala, maken daardoor een wat mindere periode door.
We richten onze aandacht vooral op beheer van uitstaande leningen, minder op groei. We verwachten in
Mexico enkele goede kansen voor groei van het fonds.
Afrika en het Midden-Oosten
Eind 2013 bedroeg de portefeuille van het ASN-Novib
Microkredietfonds in Afrika en het Midden-Oosten ongeveer € 13 miljoen, € 4 miljoen minder dan eind 2012.
In sub-Sahara Afrika en in het Midden-Oosten bleef de
portefeuille van goede kwaliteit, met loyale klanten.
Van groei was echter geen sprake vanwege de hoge
kosten om de lokale valuta af te dekken en de over­
wegingen van risico en rendement op fondsniveau.
In het grootste deel van Afrika en het Midden-Oosten
is de financiële sector nog onderontwikkeld, vooral in
sub-Sahara Afrika. Het ASN-Novib Microkredietfonds
ondersteunt MFI’s met een sleutelpositie in het bereiken
van potentiële klanten in gebieden zonder banken.
Deze MFI’s staan ook model voor best practices als
het gaat om bescherming van de klanten, transparantie
en verantwoord ondernemen in het algemeen.
Het risicoprofiel van de fondsportefeuille in de regio’s
sub-Sahara Afrika en het Midden-Oosten ligt boven het
gemiddelde.
20
Het ASN-Novib Microkredietfonds zette de relatie met
de best presterende MFI’s voort. Hieronder vallen
Kenya Women Finance Trust DTM, de AB Microfinance
Bank Nigeria en Access Bank Tanzania. De laatste twee
MFI’s zijn leden van het Access-netwerk. In Nigeria
hebben de MFI’s te maken met politieke instabiliteit,
corruptie en een zwakke infrastructuur. Desondanks
liet AB Microfinance Bank Nigeria goede resultaten
zien, met een sterke groei. In West-Afrika werkt het
fonds samen met de twee MFI’s in Kameroen die eruit
springen vanwege hun best practices, namelijk Advans
en ACEP.
Hoewel de politieke situatie in het Midden-Oosten
onzeker blijft, presteerde de fondsportefeuille in deze
regio goed met de bestaande investeringen in Libanon
(Al Majmoua) en Palestina (Faten). Faten is een van de
MFI’s uit de regio die het meest efficiënt functioneert.
Het is actief in een moeilijke omgeving, maar laat toch
bij herhaling goede resultaten zien. Al Majmoua in
Libanon combineert een sterke sociale missie met
uitstekende financiële prestaties.
Het ASN-Novib Microkredietfonds is aandeelhouder
van vier MFI’s in sub-Sahara Afrika, te weten MicroCred
Senegal en de drie MFI’s van het Desjardins-netwerk
‘Entrepreneur Financial Centre Tanzania, Zambia en
Oeganda’. Deze instellingen richten zich vooral op de
onderste segmenten van het midden- en kleinbedrijf
die door de traditionele financiële instellingen niet
goed worden bediend.
Er zijn goede kansen voor verdere groei van het fonds
in bijvoorbeeld de Democratische Republiek Congo,
waar de markt voor microfinanciering zich snel ont­
wikkelt, en in landen in West-Afrika, die een relatief
sterke financiële markt hebben.
1.5 De projectbeheerder
Als projectbeheerder voor het fonds is Triple Jump
aangesteld. Dit is een maatschappelijk verantwoorde
onderneming, die als doel heeft de toegang tot
financiële diensten voor kleine ondernemers in ontwikkelingslanden te verbeteren. Dat doet Triple Jump door
financiële intermediairs te ondersteunen met kapitaal
en adviesdiensten in alle fases van hun ontwikkeling.
Triple Jump richt zich op financiële intermediairs die
gecommitteerd zijn om:
• de armoede in hun land te verminderen;
• kwetsbare mensen en mensen in lage inkomensgroepen te bedienen, vooral vrouwen;
• milieu en maatschappij te respecteren;
• maximale efficiëntie, financiële duurzaamheid
en bereik na te streven.
Triple Jump is verantwoordelijk voor de uitzettingen
van het ASN-Novib Microkredietfonds. Daarnaast
beheert het de leningenportefeuille van Oxfam Novib,
MicroBuild Fund en Triple Jump Innovation Fund,
en gedeeltelijk de portefeuilles van SNS Institutional
Microfinance Fund I en II. Triple Jump beheert momenteel een aandelen- en leningenportefeuille van € 265
miljoen. ASN Bank is een van de aandeelhouders van
Triple Jump.
Als projectbeheerder dient Triple Jump alle voorstellen
voor leningen en investeringen in bij ABB, de beheerder
van het ASN-Novib Microkredietfonds, nadat de investeringscommissie hierover advies heeft gegeven.
De beheerder besluit een bepaald project al dan niet
te financieren op basis van de beoordeling van de
investeringscommissie. De voorstellen bevatten niet
alleen de financiële gegevens, maar ook gegevens over
de sociale impact, het type klant dat de MFI bereikt,
en de transparantie van de MFI tegenover haar klanten
over de rentevoorwaarden.
Sociale prestaties
In 2013 heeft de projectbeheerder, Triple Jump, een
nieuwe publicatie uitgegeven over de sociale presta-
1 Verslag van de beheerder
ties van onder andere de MFI’s in de portefeuille van
het ASN-Novib Microkredietfonds over de periode
2011-2012. Hieruit blijkt dat de prestaties over de
hele portefeuille genomen gemiddeld zijn verbeterd
ten opzichte van de vorige publicatie.
SPM-score per regio
Gemiddelde
Latijns-Amerika
76%
Europa en Centraal Azië
74%
Azië
81%
Afrika en Midden-Oosten
72%
0
20
40
60
80
100
Voornemen
Uitvoering
Resultaten
20
40
60
80
100
Bescherming
van de klant
85%
Informatie
over sociaal
verantwoorde
prestaties
De grafieken vatten de sociale prestaties samen van alle
MFI’s waarin het ASN-Novib Microkredietfonds per
december 2013 belegde of investeerde. De gemiddelde
score is 75%. Dit betekent dat de sociale prestaties van
de instellingen gemiddeld genomen goed ontwikkeld
en geïntegreerd zijn in de bedrijfsvoering. Over het
algemeen zijn de resultaten licht beter dan die van eind
2012, toen de score 73% bedroeg. Bezien we de totale
score, dan presteren de Aziatische MFI’s het best dankzij
hun lange staat van dienst en grote aantal klanten.
Afrikaanse instellingen scoren onder het gemiddelde
omdat ze minder aansluiten op internationale best
practices. Dit begint inmiddels te veranderen.
MFI’s scoren het best op ‘voornemen’ (intent), en wat
minder op ‘uitvoering’ en ‘resultaat’. Dit betekent dat ze
een duidelijke sociale missie en doelstellingen hebben,
maar dat ze de interne en institutionele systemen moeten
verbeteren. Deze systemen kunnen immers de effectieve
uitvoering van hun missie en het meten van sociale
resultaten garanderen.
Sociale prestaties
0
Projectbeheerder Triple Jump gebruikt een speciaal
ontwikkeld model om de kans te beoordelen dat de
MFI’s die het fonds financiert, bijdragen aan de sociaaleconomische ontwikkeling in de regio en op een verantwoorde manier met hun belanghebbenden omgaan.
59%
56%
Klanttevredenheid
62%
76%
Gender
Bereik
68%
Personeelszaken
Het ASN-Novib Microkredietfonds financiert
vooral MFI’s die een duidelijke sociale missie hebben.
Social performance management (SPM) is het geheel
aan processen en systemen die ervoor zorgen dat
deze instellingen aan hun sociale missie voldoen.
Het beoordelen van de sociale prestaties van potentiële
ASN-Novib Microkredietfonds cliënten maakt integraal
deel uit van het proces om beleggingen te selecteren.
Van de zes sociale-prestatiemeters scoort ‘klantbescherming’ (client protection) het hoogst. Dit geeft aan dat de
meeste MFI’s de infrastructuur hebben om hun klanten
een verantwoorde, passende dienstverlening te bieden.
‘Bereik’ (outreach) scoort ook hoog doordat dat MFI’s
veel financieel achtergestelde mensen en doelgroepen
bereiken. ‘klanttevredenheid’ (client satisfaction) en
‘informatie over sociale prestaties’ (social performance
information) scoren het laagst, maar beide op een aanvaardbaar niveau. Dit geeft aan dat te weinig financiële
instellingen op een consistente manier feedback van
klanten verzamelen; meer instellingen moeten de socialeprestatiemeters in hun systemen integreren. Het adviesteam van Triple Jump helpt instellingen hierbij.
Triple Jump beoordeelt niet alleen de sociale verantwoordelijkheid van de MFI’s in de fondsportefeuille,
maar in het bijzonder ook hun prijsbeleid en hun
beloningsbeleid. Deze moeten op een verantwoorde
manier zijn geregeld.
Triple Jump is lid van het Global Impact Investing
Network (GIIN). Ook heeft het de Principles for Investors
in Inclusive Finance (UNPRI) ondertekend. Triple Jump
speelt een leidende rol in de bevordering van het debat
in de sector over evenwichtige rendementen en de
harmonisatie van de toetsing van sociale resultaten.
Triple Jump heeft meer informatie over zijn Social
Performance Management gepubliceerd in het
21
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Social Performance Report 2013. Dit vindt u op
www.triplejump.eu > Triple Jump > Social Performance.
1.6 Jaarvergadering van participanten
Op vrijdag 19 april 2013 vond in de Beurs van Berlage
te Amsterdam de jaarlijkse vergadering plaats van
participanten in het ASN-Novib Microkredietfonds.
In het halfjaarbericht is hiervan verslag gedaan.
Participanten in het ASN-Novib Microkredietfonds
kunnen de notulen van de vergadering opvragen bij
ABB via de ASN Klantenservice op 0800 - 03 80 (gratis),
van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en 17.30 uur.
ABB stelt jaarlijks het beleid voor het risicobeheer vast
en bespreekt dit met de raad van toezicht. In juni 2013
is het beleid geactualiseerd, mede op basis van de zelfbeoordeling op het gebied van risico over 2012. Vervolgens heeft de directie van ABB het herziene beleid na
bespreking met de raad vastgesteld. Het beleid is aangepast onder meer vanwege het vervallen van de Regeling sociaal-ethische projecten 2005.
1.7Fondsdocumentatie
In control verklaring
Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het
financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht
financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende
de verslagperiode verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben
wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij
zouden moeten concluderen dat de beschrijving van de
opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121
van het Bgfo niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in de Wet op het financieel toezicht en daaraan
gere­lateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren
wij als beheerder voor ASN-Novib Microkredietfonds te
beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering
zoals bedoeld in artikel 121 Bgfo, die voldoet aan de
eisen van het Bgfo. Ook hebben wij geconstateerd dat
de bedrijfsvoering effectief en overeenkomstig de beschrijving functioneert. Derhalve verklaren wij met een
redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende de verslagperiode effectief en overeenkomstig
de beschrijving heeft gefunctioneerd.
Per 1 januari en 2 september 2013 is het prospectus
geactualiseerd. Aanleiding hiervan was het vervallen
van de Regeling sociaal-ethische projecten 2005.
Tegelijkertijd werd het beleid voor de uitzonderingen
die gelden voor het maximum van het fondsvermogen
dat in deelnemingen belegd mag worden, gewijzigd.
Vanwege het vervallen van deze regeling zijn ook de
voorwaarden van beheer en bewaring aangepast.
In januari, mei en in september is het document
Essentiële Beleggersinformatie van het ASN-Novib
Microkredietfonds aangepast.
Het prospectus en het document Essentiële
Beleggersinformatie zijn beschikbaar via de website
www.asnbank.nl/beleggen > Brochures en documenten.
22
Management Association).
De Gedragscode Fund Governance vindt u op
www.asnbank.nl/beleggen > Over de beheerder.
AIFMD
In 2013 is de richtlijn ‘Alternative Investment Fund
Managers Directive’, kortweg AIFMD, in werking
getreden. De AIFMD stelt meer gedetailleerde eisen
aan het beheer van beleggingsfondsen. De Nederlandse
wetgever heeft deze Europese regels vertaald in
wetgeving in Nederland.
Deze eisen voor het beheer hebben onder andere
betrekking op het risicomanagement, uitbesteding en
beloningsbeleid. Bovendien moeten beleggingsfondsen
een bewaarder hebben die de uitvoering van het fondsbeheer uitgebreid controleert. De nieuwe regels zijn in
werking getreden per 21 juli 2013. Beheerders, zoals
ABB voor het ASN-Novib Microkredietfonds, maken
gebruik van het overgangsjaar en moeten uiterlijk op
22 juli 2014 aan de nieuwe regels voldoen. De huidige
vergunning voor ABB zal van rechtswege overgaan in de
AIFM-vergunning per 22 juli 2014.
1.8 Fund governance en risicobeleid
ABB, de fondsbeheerder, heeft een Gedragscode
Fund Governance opgesteld voor de (sub)fondsen
van ASN Beleggingsfondsen N.V., het ASN-Novib
Microkredietfonds en het ASN Groenprojectenfonds.
Deze gedragscode is gebaseerd op de Principles of
Fund Governance van DUFAS (Dutch Fund and Asset
1.9 Risico’s en risicobeheer
De belangrijkste financiële risico’s van het ASN-Novib
Microkredietfonds komen voort uit het beheer van de
beleggingsportefeuille. Dit verslag verschaft inzicht in:
• de risico’s die zich in de loop van de verslagperiode
hebben voorgedaan en de manier waarop ABB
deze heeft beperkt; u vindt deze informatie in
paragraaf 1.2.
• de risico’s die zich per ultimo 2013 voordeden;
deze informatie staat in paragraaf 2.4.
ABB bewaakt met behulp van een systeem van risico­
beheersingsmaatregelen dat het fonds in het algemeen
en de beleggingsportefeuille in het bijzonder voort­
durend blijven voldoen aan:
• de randvoorwaarden die in het prospectus zijn
vastgelegd,
• de wettelijke kaders, en
• de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen.
Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld voor
1 Verslag van de beheerder
de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmee zaken worden gedaan en de liquiditeit
van de beleggingen.
1.10Beheerkosten
De beheerder ontving in 2013 een vergoeding van 0,7%
over het totale fondsvermogen, die per maand wordt
verrekend. Deze vergoeding is gebruikt om alle kosten
te dekken van het beheer van het fonds, inclusief de
kosten van de administratie, de kosten van de bewaarder,
de beloning van de raad van toezicht, de accountant,
het jaarverslag, de algemene vergadering, kosten van
distributie door derde partijen, marketingkosten en
overige kosten.
Daarnaast ontving de projectbeheerder, Triple Jump, een
vergoeding van 2,0% over het totaal van de beleggingen
(leningen en deelnemingen) die in het fonds uitstaan.
Het fonds hanteerde in 2013 een totalekostenpercentage (TKP) van maximaal 2,5%. Het TKP is als volgt
opgebouwd. ABB ontvangt 0,7% per jaar over het
fondsvermogen voor het beheer. Tevens bevat het
TKP de kosten die maximaal in rekening kunnen
worden gebracht voor het projectbeheer door Triple
Jump. Triple Jump ontvangt 2% van maximaal 90% van
het fondsvermogen dat in leningen en deelnemingen
is belegd (omdat minimaal 10% in liquiditeiten wordt
aangehouden, kan maximaal 90% in leningen en
deelnemingen worden belegd). Het TKP bedroeg
dus maximaal [(2% * 0,9)+0,7%] = 2,5%.
Naast de genoemde beheerkosten ontving de projectbeheerder tot 2013 een prestatiebeloning bij verkoop
van deelnemingen, mits hij aan de vastgelegde voorwaarden heeft voldaan. In overleg tussen de project­
beheerder en ABB is besloten om deze prestatiebeloning
af te schaffen per begin 2013. Deze beloning past niet
meer bij de visie van ABB. Over 2013 is daarom geen
prestatiebeloning uitgekeerd.
Afschaffen distributievergoeding en nieuwe
fondskosten
In 2013 was er veel publiciteit over het verbod op
het ontvangen van distributievergoedingen dat voor
beleggingsondernemingen van kracht zou worden.
Wij besloten vanaf 1 januari 2014 geen distributie­
vergoeding voor het ASN-Novib Microkredietfonds
meer uit te keren. Mede vanwege het wegvallen van
deze distributievergoeding heeft de beheerder de
kosten van ASN-Novib Microkredietfonds herzien.
Dit leidt tot een aanpassing in het TKP die op 1 januari
2014 is ingegaan. Het TKP, per 1 januari fondskosten
genaamd, bedraagt per deze datum 2,3% en is niet
meer afhankelijk van de omvang van de leningen­
portefeuille.
Lopendekostenfactor
Tot en met het halfjaarbericht van 2012 hanteerden wij
de total expense ratio (TER) om de kosten in het fonds
weer te geven. De regels over kostentransparantie zijn
echter gewijzigd. Volgens artikel 5:2 van de Nadere
Regeling gedragsregels financiële ondernemingen
(NRgfo) is een toelichting van de lopende kostenfactor
(LKF) vereist.
De LKF is gelijk aan de totale kosten die ten laste van
het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde
fondsvermogen. Het verschil tussen de TER en de
LKF is de wijze van berekening. Het gemiddelde
fondsvermogen bij de TER wordt berekend door het
gemiddelde fondsvermogen op vijf meetmomenten te
nemen. Bij berekening van de LKF wordt het gemiddelde
fondsvermogen bepaald op basis van de frequentie
waarmee de intrinsieke waarde of net asset value (NAV)
wordt afgegeven. Alle NAV’s die gedurende
het jaar worden afgegeven, worden opgeteld en
gedeeld door het aantal afgegeven NAV’s. De LKF
geeft daarmee een nauwkeuriger niveau van de
kosten weer dan de TER.
De lopende kosten worden aan de beleggers niet apart
in rekening gebracht, maar zij komen ten laste van het
resultaat. Dit komt tot uitdrukking in de koers van het
fonds.
Over 2013 waren de lopendekostenfactor en het totalekostenpercentage van het fonds als volgt (het TKP is
ongewijzigd ten opzichte 2012):
LKF
TKP*
31-12-2013
31-12-2012
31-12-2013
31-12-2012
2,25%
2,31%
maximaal 2,50%
maximaal 2,50%
ASN-Novib Microkredietfonds
* Vanaf 1 januari 2014 is de term ‘TKP’ vervangen door ‘fondskosten’.
Den Haag, 16 april 2014
Directie ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
Bas-Jan Blom
Diane Griffioen
ASN Bank N.V., vertegenwoordigd door:
Ewoud Goudswaard
Jeroen Jansen
23
24
2Jaarrekening ASN-Novib
Microkredietfonds
25
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
2.1Balans
Voor winstbestemming en in duizenden euro’s
Ref.
Beleggingen
(A)*
Deelnemingen in microfinancieringsinstellingen
Participaties in Oikocredit International Share Foundation
Kredieten
Achtergestelde leningen
Derivaten
Af: voorziening kredieten
ASN Sparen Zakelijk
31-12-2012
34.656
28.050
2.457
2.409
142.737
163.906
11.742
10.724
5.327
-1.992
-1.033
-906
195.886
202.191
35.557
40.231
231.443
242.422
2.607
4.214
821
1.019
3.428
5.233
6.394
2.278
825
1.124
8.997
6.387
240.440
248.809
Gestort kapitaal
229.349
236.649
Overige reserves
1.247
1.312
Onverdeeld resultaat
9.844
10.848
240.440
248.809
Som van de beleggingen
Vorderingen
(B)
Vorderingen uit hoofde van beleggingen
Overige vorderingen
Som van de vorderingen
Overige activa
(C)
Liquide middelen
Kortlopende schulden
(D)
Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden
Activa min kortlopende schulden
Fondsvermogen
26
31-12-2013
Totaal
(E)
*De referenties in de balans en de winst-en-verliesrekening verwijzen naar de toelichtingen op de betreffende posten. U vindt deze toelichtingen in de
paragrafen 2.5 respectievelijk 2.6.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
2.2Winst-en-verliesrekening
In duizenden euro’s
Ref.
Opbrengsten uit beleggingen
(F)
Dividenden uit participaties en deelnemingen
Rente op (achtergestelde) leningen en kredieten
Afsluitprovisie leningen
Rente op ASN Sparen Zakelijk
Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
398
235
12.638
14.380
76
118
822
1.023
13.934
15.756
-42
312
1.962
295
Overige bedrijfsopbrengsten
Rente op liquide middelen
-8
-16
-464
-314
103
118
15.485
16.151
5.514
5.471
-
24
127
-192
Som van de bedrijfslasten
5.641
5.303
Resultaat
9.844
10.848
Valutaresultaat
Diverse baten
Som van de bedrijfsopbrengsten
Bedrijfslasten
Beheervergoeding
Diverse lasten
(G)
Voorzieningen
Mutatie voorziening kredieten
27
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
2.3Kasstroomoverzicht
In duizenden euro’s
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
9.844
10.848
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten
Resultaat
Aanpassing om het resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten
gegenereerde kasstroom:
Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen
Mutatie voorziening kredieten
Aankoop van beleggingen
Verkoop/aflossing van beleggingen
-
-41
-1.950
-282
127
-192
-37.615
-58.817
50.417
41.365
1.805
-1.414
-299
-18
22.329
-8.551
Mutaties in activa en passiva:
Vorderingen
Kortlopende schulden
Nettokasstromen uit beleggingsactiviteiten
Kasstromen uit financieringsactiviteiten
28
Uitgifte van participaties
36.283
54.760
Inkoop van participaties
-43.583
-37.537
Uitgekeerd dividend
-10.913
-10.526
Nettokasstromen uit financieringsactiviteiten
-18.213
6.697
Mutatie liquide middelen
4.116
-1.854
Liquide middelen begin van de verslagperiode
2.278
4.132
Liquide middelen eind van de verslagperiode
6.394
2.278
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
2.4 Toelichting algemeen
Het ASN-Novib Microkredietfonds is een fonds voor
gemene rekening naar Nederlands recht, opgericht
op 14 juni 1996. Per 11 december 1999 is het fonds
omgevormd van een besloten closed-end fonds tot een
open-end beleggingsfonds. Het juridisch eigendom van
het vermogen van het fonds berust bij de bewaarder,
Pettelaar Effectenbewaarbedrijf N.V.
Het ASN-Novib Microkredietfonds is niet genoteerd
aan enige effectenbeurs. Dit verslag heeft betrekking
op de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december
2013.
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met
Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wet op
het financieel toezicht (Wft) en de hieruit voortvloeiende
regelingen zoals geldend op 21 juli 2013. Een beheerder
die op 21 juli 2013 bevoegd in het kader van zijn beroep
of bedrijf in Nederland alternatieve beleggingsinstellingen beheert, kan gebruik maken van een overgangsjaar. Aangezien ABB op 21 juli 2013 al over een
Wft-vergunning beschikte, houdt het overgangsjaar
in dat zijn Wft-vergunning op 22 juli 2014 van
rechtswege wordt omgezet in een AIFMD-vergunning.
Voor deze jaarrekening zijn de bepalingen van de oude
Wft toegepast.
Op onderdelen zijn in deze jaarrekening bewoordingen
gehanteerd die afwijken van de modellen voor beleggingsinstellingen zoals voorgeschreven in het Besluit
modellen jaarrekening, omdat deze beter de inhoud
van de post weergeven.
De beheerder van het fonds, ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V., heeft een vergunning op grond van artikel
2:65 van de Wet op het financieel toezicht (Wft).
ABB, die de directie en het beheer voert over de
vennootschap, is een 100%-deelneming van ASN Bank
N.V., die statutair is gevestigd te Den Haag. ASN Bank
N.V. is een volledige dochter van SNS Bank N.V.,
onderdeel van SNS REAAL N.V. Per 1 februari 2013 is,
door de nationalisatie, de Nederlandse staat de enige
aandeelhouder van SNS REAAL N.V. Deze nationalisatie
heeft geen invloed op ABB en het beheer van het fonds.
Pettelaar Effectenbewaarbedrijf N.V., statutair gevestigd te Utrecht, fungeert als bewaarder van het fonds.
Het ASN-Novib Microkredietfonds heeft de status van
fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28
van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, zoals
nader is uitgewerkt in het Besluit beleggingsinstellingen.
Dit houdt in dat het ASN-Novib Microkredietfonds
geen (0%) vennootschapsbelasting verschuldigd is
als het voldoet aan de voorwaarden die in de wet en
het Besluit beleggingsinstellingen worden genoemd.
Een van die voorwaarden is dat het fonds de winst die
voor uitdeling beschikbaar is, binnen acht maanden na
afloop van het boekjaar aan de participanten uitkeert
(de doorstootverplichting).
Dividendbelasting en buitenlandse bronbelasting
Het ASN-Novib Microkredietfonds moet op dividend
dat het uitkeert aan participanten in beginsel 15%
dividendbelasting inhouden.
Op van Nederlandse beleggingen ontvangen dividend
wordt in beginsel 15% dividendbelasting ingehouden.
Op van buitenlandse beleggingen ontvangen dividend
houdt het betreffende land veelal bronbelasting in.
Als Nederland een verdrag heeft gesloten met het betreffende bronland om dubbele belasting te voorkomen,
kan het bronbelastingtarief mogelijk worden verlaagd
op grond van dit belastingverdrag. Afhankelijk van
het betreffende belastingverdrag kan het ASN-Novib
Microkredietfonds in beginsel verzoeken om een
(gedeeltelijke) teruggaaf van de ingehouden bron­
belasting (tot aan het verdragstarief) bij de buitenlandse
belastingautoriteiten.
Het ASN-Novib Microkredietfonds kan in beginsel de
Nederlandse dividendbelasting die is ingehouden op
ontvangen dividenden verrekenen met de dividend­
belasting die het moet afdragen over zijn dividenduitkeringen. Dit geldt ook voor (resterende) buitenlandse
bronbelasting tot maximaal 15%. Deze verrekening
vindt plaats via de zogenaamde afdrachtvermindering.
Deze afdrachtvermindering is met ingang van 1 januari
2013 beperkt. Voor zover er vrijgestelde entiteiten
deelnemen in het fonds, mag de afdrachtvermindering
niet meer worden toegepast op buitenlandse bron­
belasting.
De jaarrekening is opgemaakt en goedgekeurd voor
publicatie door de directie van ABB op 16 april 2014.
Grondslagen voor de waardering van
activa en passiva
Algemeen
Tenzij anders is vermeld, zijn alle bedragen in duizenden
euro’s en worden de posten die in de balans zijn opgenomen, gewaardeerd tegen marktwaarde. Omrekening
van activa en passiva in vreemde valuta geschiedt tegen
de geldende Oanda-closing spot rates per balansdatum
(zie voor de valutakoersen de paragraaf Financiële
risico’s en beheersmaatregelen). Valutaresultaten zijn
een onderdeel van de prijsvorming van de beleggingen
en worden als zodanig in de winst-en-verliesrekening
verwerkt. Transacties in vreemde valuta’s zijn in de
winst-en-verliesrekening verantwoord tegen de koers
op transactiedatum.
29
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Criteria opname in de balans
Een financieel instrument wordt in de balans opgenomen
zodra het waarschijnlijk is dat toekomstige economische
voordelen van het financiële instrument naar het beleggingsfonds zullen vloeien. De reële waarde van een
financieel instrument bij eerste opname is gelijk aan
de kostprijs van het financiële instrument.
Een financieel instrument wordt niet langer in de balans
opgenomen als een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle toekomstige rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking
tot het financiële instrument aan een derde worden
overgedragen.
Saldering van een actief en een verplichting
Een financieel actief en een financiële verplichting
worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen als er sprake is van een wettelijke of contractuele
bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd
en gelijktijdig af te wikkelen en bovendien de intentie
bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen.
De rentebaten en -lasten die samenhangen met de
gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële
verplichtingen worden eveneens gesaldeerd opgenomen.
30
Gebruik van schattingen
De opstelling van de jaarrekening vereist dat het
management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing
van grondslagen en de gerapporteerde waarde van
activa en verplichtingen, en van baten en lasten.
De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van
deze schattingen. De schattingen en onderliggende
veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld.
Herzieningen van schattingen worden opgenomen in
de periode waarin de schatting wordt herzien en in
toekomstige perioden waarvoor de herziening
gevolgen heeft.
De waarderingsgrondslagen van de beleggingen – en
in het bijzonder de deelnemingen –zijn naar de mening
van de directie het meest kritisch voor het weergeven
van de financiële positie en vereisen schattingen en
veronderstellingen. In de paragrafen hieronder zijn de
waarderingsgrondslagen van de beleggingen opgenomen.
De beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde.
De reële waarde wordt als volgt bepaald.
Participaties in Oikocredit International Share
Foundation
Oikocredit International Share Foundation is een nietbeursgenoteerd fonds. Participaties worden verhandeld
tegen een vaste koers van € 200 per participatie. Participaties in het fonds kunnen uitsluitend aan het fonds
zelf worden terugverkocht. Omdat er geen markt en
marktwaarde voor deze participaties is, worden de participaties gewaardeerd op kostprijs. Deze waardering
wordt geacht een benadering te zijn van de reële waarde.
Deelnemingen in microfinancieringsinstellingen
Deelnemingen in MFI’s die effecten zijn met een
notering aan een actieve, gereglementeerde effectenbeurs, worden gewaardeerd tegen de laatste beurskoers. Deelnemingen die geen effecten zijn met een
notering aan een actieve, gereglementeerde effectenbeurs, worden gewaardeerd op reële waarde. Het valuation committee (waarderingscomité) stelt periodiek de
reële waarde vast. Dit gebeurt op basis van recente
transacties, rekening houdend met de marktontwikkelingen, of op basis van de rendementswaarde of de intrinsieke waarde. Deze waardering wordt beschouwd
als de beste benadering van de reële waarde van een
deelneming in een MFI. De wijze waarop de reële waarde wordt bepaald, is in maart 2014 verfijnd. Daarbij is
ook nieuw beschikbare informatie met betrekking tot
balansdatum meegenomen. De waardering van de deelnemingen per 31 december 2013 is met terugwerkende
kracht aangepast.
Achtergestelde leningen en kredieten
De achtergestelde leningen en kredieten worden
gewaardeerd op reële waarde. Leningen die worden
verhandeld op een actieve en gereglementeerde markt,
worden gewaardeerd tegen de meest recente markt­
notering. Leningen waarvoor geen actieve markt bestaat,
worden gewaardeerd op een reële waarde die als volgt
wordt vastgesteld.
Gezien het specifieke karakter van de leningen is het
uitgangspunt dat de nominale waarde, onder aftrek van
eventuele voorzieningen voor verwachte oninbaarheid,
de beste benadering is van de reële waarde. Twee keer
per jaar wordt de kredietportefeuille van het fonds
geanalyseerd. Daarbij wordt vastgesteld of de nominale
waarde nog steeds de beste benadering is van de reële
waarde. Hierbij worden het markt- en kredietrisico en
de looptijd van de leningen beoordeeld. De leningenportefeuille van het ASN-Novib Microkredietfonds
heeft een korte duration (rentetypische looptijd).
Daardoor is de impact van eventuele veranderingen in
de marktrente veelal niet significant. Per 31 december
2013 was de duration van het fonds 1,54 jaar (per 31
december 2012: 1,42 jaar). In 2013 hebben de analyses
van de reële waarde van de leningen niet geleid tot een
waardeverandering van de leningen.
Derivaten
Valuta-afdekkingsinstrumenten worden alleen afgesloten
om valutarisico af te dekken. Deze instrumenten worden
gewaardeerd tegen reële waarde. Waardemutaties in
deze posten worden in de winst-en-verliesrekening
verantwoord via ongerealiseerde waardeveranderingen.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
Bepaling reële waarde beleggingen
In overeenstemming met RJ 290,916 (Richtlijnen voor
de jaarverslaggeving) wordt hierna informatie verschaft
over financiële instrumenten die in deze jaarrekening
tegen reële waarde worden gewaardeerd. Deze financiële
instrumenten worden geclassificeerd en beschreven op
de volgende drie categorieën:
Financiële instrumenten tegen marktwaarde
in duizenden euro’s
• de reële waarde is afgeleid van ter beurze
genoteerde marktprijzen.
• de reële waarde is afgeleid van onafhankelijke
taxaties.
• de reële waarde is gebaseerd op berekeningen van
de netto contante waarde (NCW) of een andere
geschikte methode.
31 december 2013
Genoteerde
marktprijzen
Onafhankelijke
taxaties
NCW of andere
methode
34.656
-
-
34.656
Deelnemingen in microfinancieringsinstellingen
Participaties in Oikocredit International Share Foundation
Kredieten
Achtergestelde leningen
Totaal
Overige activa en passiva
De overige vorderingen, kortlopende schulden en
voorzieningen worden gewaardeerd tegen nominale
waarde. Voor de overige vorderingen en kortlopende
schulden is de nominale waarde nagenoeg gelijk aan
de marktwaarde als gevolg van de korte looptijden van
de betreffende posten.
Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties
De bedragen die uit hoofde van plaatsing van partici­
paties worden ontvangen en uit hoofde van inkoop van
participaties worden betaald, worden geheel verwerkt
in het gestorte kapitaal van het fonds.
Op- en afslag bij toe- en uittredingen
Bij de uitgifte en inkoop van participaties in het fonds
worden geen op- en afslagen in rekening gebracht.
Grondslagen voor de resultaatbepaling
Verantwoording van baten en lasten
Baten worden in de in de winst-en-verliesrekening
verantwoord wanneer een vermeerdering van het
economisch potentieel, samenhangend met een
vermeerdering van een actief of een vermindering
van een verplichting, heeft plaatsgevonden waarvan
de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld.
Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering
van het economisch potentieel, samenhangend met
een vermindering van een actief of een vermeerdering
van een verplichting, heeft plaatsgevonden waarvan
de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld.
Baten en lasten worden in de winst-en-verliesrekening
verantwoord in het jaar waarop zij betrekking hebben.
Het resultaat bestaat uit in de verslagperiode gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen,
de opgelopen renten en de gedeclareerde dividenden,
2.457
-
-
2.457
142.737
-
-
142.737
11.742
-
-
191.592
-
11.742
191.592
onder aftrek van de kosten die aan de verslagperiode
zijn toe te rekenen en de mutatie in de voorzieningen.
Het dividend is het verdiende bruto contante dividend
onder aftrek van provisie en niet-terugvorderbare
dividendbelasting. De opbrengsten in de vorm van
stockdividend worden als aankoop tegen nihil in de
balans verwerkt. De interestbaten betreft de bruto
ontvangen rente op (onderhandse) leningen en
kredieten onder aftrek van een eventuele provisie.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in de herkomst van
de liquide middelen die gedurende de verslagperiode
beschikbaar zijn gekomen en de wijze waarop deze
zijn aangewend. De kasstromen worden gesplitst in
operationele (beleggings)activiteiten en financieringsactiviteiten. Als liquide middelen worden aangemerkt
alle onmiddellijk opeisbare tegoeden bij banken.
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de
indirecte methode. In het kasstroomoverzicht wordt
het resultaat door middel van aanpassingen hierop
tot kasstromen herleid.
Financiële risico’s en
beheersingsmaatregelen
Investeren in ontwikkelingslanden brengt in het algemeen hogere risico’s met zich mee dan investeren in
eigen land. De activiteiten van het ASN-Novib Microkredietfonds kunnen financiële risico’s van verscheidene
aard met zich meebrengen. Deze risico’s bestaan uit
marktrisico, renterisico, kredietrisico, concentratierisico,
valutarisico, liquiditeitsrisico, verhandelbaarheidsrisico
en uitbestedingsrisico. De risico’s komen voort uit het
beheren van de beleggingsportefeuille. Deze risico’s
worden hierna nader toegelicht en gekwantificeerd.
31
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. (ABB) herziet
jaarlijks het risicobeleid voor het ASN-Novib Micro­
kredietfonds. In 2012 heeft ABB het risicomanagementbeleid vastgelegd en besproken met de raad van
toezicht. In juni 2013 is dit beleid geëvalueerd en
naar aanleiding daarvan herzien en opnieuw vastgesteld
na bespreking met de raad. De herziening van het beleid
heeft betrekking op de taakverdeling in het team van de
beheerder en op het vervallen van de Regeling sociaalethische projecten 2005. Het beleid identificeert de
belangrijkste risico’s die het beheer van beleggings­
instellingen beïnvloeden, zodat passende beheersmaatregelen kunnen worden getroffen. Verder vormen de
beleidsuitgangspunten de basis voor het monitoren
van de risico’s.
Het doel van risicomanagement is drieledig:
• beheerste en integere bedrijfsvoering;
• naleven van wet- en regelgeving;
• handelen in het belang van beleggers c.q.
nakomen van de zorgplicht.
32
Het risicomanagementbeleid is verdeeld in twee
onderdelen:
1.Governance
De (overkoepelende) bestuurlijke inrichting en
organisatie van de risicomanagementprocessen.
2.Risicomanagementproces
•
Risico-identificatie: het vaststellen van de risico’s.
•
Risicobeheersing/limieten: de maatregelen die
zijn en worden genomen om de geïdentificeerde
risico’s te mitigeren.
•
Risicomonitoring en periodieke rapportages van
de vermogensbeheerder en de bewaarder.
ABB voert jaarlijks een risicoanalyse uit, zowel voor zijn
eigen activiteiten als voor de beleggingsinstellingen
die het beheert.
De belangrijkste risicobeheersmaatregelen zijn vast­
gelegd in de AO/IC-beschrijving en het prospectus.
Aangezien de projectbeheerder het beleggingsbeleid
uitvoert, zijn daar de bepalingen uit het prospectus en
de projectbeheerovereenkomst in de organisatie vastgelegd.
Marktrisico
De waarde van de beleggingen kan toe- of afnemen door
vele factoren, zoals verwachtingen over economische
groei, inflatie en specifieke organisatorische aspecten.
Daarnaast kan de waarde van de beleggingen fluctueren
als gevolg van bijvoorbeeld politieke en monetaire ontwikkelingen. Marktrisico’s nemen toe door de spreiding
van de beleggingen te beperken tot een bepaalde regio
of sector en/of door de keuze van individuele beleggingen. Doordat het fonds voornamelijk investeert in MFI’s
in ontwikkelingslanden, is er sprake van een significant
sectorrisico. Een overzicht van de beleggingen van het
fonds vindt u in de toelichting op de balans.
ABB stelt een maximumpercentage van 15% aan leningen
en deelnemingen in elk land. Tevens mag een lening in
een MFI nooit meer dan 5% van het fondsvermogen
bedragen.
Renterisico
Tussentijdse veranderingen in marktrentes hebben
geen invloed op het renteresultaat van het fonds
doordat het fonds belegt in kredieten met een vast
rentepercentage. De leningenportefeuille van het
ASN-Novib Microkredietfonds heeft een korte duration
(rentetypische looptijd). Daardoor is de impact van
eventuele veranderingen in de marktrente op de waarde
van de leningen over het algemeen niet significant.
De duration van het fonds was per 31 december 2013
1,54 jaar (31 december 2012: 1,42 jaar). In 2013 hebben
veranderingen van de marktrentes niet geleid tot een
materiële waardeverandering van de leningen.
Kredietrisico
Dit risico wordt ook wel aangeduid als debiteuren­
risico. De beleggingen van het fonds bestaan voor het
grootste deel uit onderhandse leningen en kredieten
aan MFI’s. Wanneer het fonds onderhandse leningen
en/of kredieten verstrekt, bestaat het risico dat MFI’s
niet aan hun rente- en/of aflossingsverplichtingen kunnen
voldoen. De MFI’s dragen het kredietrisico van hun
klanten en treffen daar hun eigen voorzieningen voor.
Het kredietrisico wordt verhoogd door het landenrisico.
Economische malaise en politieke instabiliteit, gekoppeld aan vergaande geldontwaarding, kunnen leiden tot
het onvermogen van MFI’s om aan hun verplichtingen
te voldoen. ABB probeert dit risico te beperken door
een brede spreiding van de beleggingen over werelddelen en landen en door kredieten te verstrekken aan
instellingen die enige staat van dienst hebben. Het uitwinnen van gestelde zekerheden is echter niet geborgd,
gelet op de landen waarin de MFI’s zijn gevestigd.
Daardoor kan het kredietrisico minder effectief worden
afgedekt. Het risico wordt beperkt doordat een belegging of financiering in één MFI niet meer dan 5%, en in
één land in beginsel niet meer dan 15% van het gehele
fondsvermogen beslaat.
Per 31 december 2013 waren de meest omvangrijke
beleggingen in een land 7,66% van het fondsvermogen.
Daarmee bleef het fonds ruim onder de grens van 15%.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
Hierna de vijf landen waarin het fonds het meest
belegt:
Percentage van het
fondsvermogen
Land
Azerbeidzjan
8,10
Ecuador
7,54
Bolivia
6,46
Peru
5,56
Cambodja
5,30
Ook de belegging per MFI bleef ruim onder de voor­
geschreven 5% per 31 december 2013. Hieronder een
overzicht van de vijf grootste MFI’s uitgedrukt als
percentage van het fondsvermogen.
Percentage van het
fondsvermogen
MFI
AZERCREDIT
3,13
HKL CAMBODJA
2,65
CREDO GEORGIË
2,26
FINCA HOLDING
2,05
BAI TUSHUM
2,04
In paragraaf 1.2 vindt u een overzicht met de geografische verdeling van de beleggingen. In de toelichting
op de balans in paragraaf 2.5 is een overzicht van de
beleggingen opgenomen, met vermelding van het
land waar elke MFI actief is.
Projectbeheerder Triple Jump wijst aan de beleggingen
van het ASN-Novib Microkredietfonds een risicocategorie toe. Dit gebeurt op basis van een risicoanalyse.
Daarbij beoordeelt Triple Jump de financiële gegevens
en prestaties en de institutionele sterkte van elke organisatie waarin het fonds belegt, alsmede externe factoren die effect kunnen hebben op het risico voor de organisatie. De tabel hieronder toont per risicocategorie
het volume van de portefeuille als percentage van het
Risicoklasse
2013
2012
9 tot 10
19%
26%
8 tot 9
27%
32%
7 tot 8
24%
18%
6 tot 7
15%
15%
5 tot 6
5%
6%
4 tot 5
2%
3%
3 tot 4
0%
0%
2 tot 3
0%
0%
Geen rating
5%
9%
Risico
totaal per 31 december 2013 en 31 december 2012.
Aan 5% van de beleggingen kan geen risicocategorie
worden toegekend. Dit betreft langetermijnbeleggingen in fondsen en holdings die investeren in een portefeuille van MFI’s. De methodiek die gebruikt wordt om
de risicocategorie vast te stellen, is alleen bruikbaar
voor individuele MFI’s.
Het kredietrisico van de beleggingen is in 2013 iets
toegenomen. In 2013 is de exposure in een aantal grote
MFI’s met een laag risicoprofiel afgenomen. In 2013
zijn er meer kleinere MFI’s met een iets hoger risicoprofiel in de portefeuille opgenomen.
Per 31 december 2013 waren er geen achterstallige
betalingen van aflossings- en rentebedragen. Wel zijn
er twee MFI’s waarvoor in de toekomst betalingsproblemen verwacht worden; hiervoor is een voorziening
opgenomen. Voor debiteuren die niet aan hun betalingsverplichtingen kunnen voldoen, wordt een voorziening
getroffen in het fonds. De projectbeheerder adviseert
de beheerder van het fonds hierover.
Het fonds loopt een maximaal kredietrisico op het
totaal van de beleggingen in vastrentende waarden,
vorderingen en liquide middelen. Dit maximale
kredietrisico bedraagt € 200 miljoen (ultimo 2012:
€ 222 miljoen).
Concentratierisico
Het fonds kan zijn beleggingen concentreren in eenzelfde land, regio of sector. Het ASN-Novib Micro­
kredietfonds richt zich op MFI’s in ontwikkelingslanden.
Als gevolg hiervan is de spreiding van de beleggingsportefeuille van het fonds beperkt. Het concentratie­
risico houdt in dat bepaalde gebeurtenissen die de
belegging(en) raken van grotere invloed zijn op de
waarde van de beleggingsportefeuille van het fonds
naarmate de concentratie hoger is. Om dit concentratierisico zoveel mogelijk te beperken spreidt de beheerder
de beleggingen zoveel als mogelijk. Zo mag de maximale
belegging in één MFI niet meer bedragen dan 5% van
het gehele fondsvermogen. Ook geldt er een restrictie
van 15% van het fondsvermogen per land. In paragraaf
2.5 staat vermeld in welke landen de beleggingen van
het fonds vallen.
Heel laag
Laag
Middelgroot
Hoog
Valutarisico
De waarde van de beleggingen wordt beïnvloed door
de ontwikkelingen van de koersen van de valuta’s
waarin de betreffende beleggingen luiden, voor zover
deze niet in euro’s luiden. De waarde van een valuta
kan zodanig dalen ten opzichte van de euro dat dit een
positief beleggingsresultaat (meer dan) teniet doet.
Het valutarisico wordt ingeperkt door overwegend te
beleggen in leningen en deelnemingen in harde valuta’s
of equivalenten daarvan. Het fonds dekt de beleggingen
33
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
in andere valuta’s dan de euro grotendeels af, onder
andere door valutatermijncontracten af te sluiten.
Voor leningen die luiden in US-dollars wordt de hoofdsom van de lening afgedekt in euro’s. Maximaal 20%
van het fondsvermogen mag worden belegd in leningen
die luiden in vreemde valuta’s die niet zijn afgedekt in
euro’s. Van dit percentage mag één vreemde valuta niet
meer dan 5% beslaan. Het valutarisico dat het fonds
Valuta-exposure
US-dollar
Lokale valuta’s
Totaal
loopt op rentebedragen die het in vreemde valuta’s
moet ontvangen, wordt niet afgedekt. De kosten van
het afdekken van deze risico’s komen ten laste van het
fonds. Deze kosten worden gepresenteerd als valuta­
resultaten.
De valuta-exposure van de beleggingen in het fonds
per 31 december 2013:
Bruto
Valutatermijnaffaires
Netto
132.284
131.657
627
49.181
28.846
20.335
181.465
160.503
20.962
Per 31 december 2013 hanteerde het fonds de
volgende valutakoersen:
Valutakoersen
Koers t.o.v. de euro per 31-12-2013
0,72531569
0,75730611
Armenië (AMD)
0,00179090
0,00187624
Bolivia (BOB)
0,10298131
n.v.t.
Azerbeidzjan (AZN)
0,92396677
0,96410632
Colombia (COP)
0,00037600
0,00042722
Georgië (GEL)
34
Koers t.o.v. de euro per 31-12-2012
Verenigde Staten (USD)
-
0,45725573
Guatemala (GTQ)
0,09100175
0,09404064
Honduras (HNL)
0,03520495
0,03740555
Indonesië (IDR)
0,00005948
0,00007838
Kameroen (XAF)
0,00152449
0,00152449
Kazachstan (KZT)
0,00464647
0,00496862
Kirgizië (KGS)
0,01473800
0,01597288
Mexico (MXN)
0,05542131
0,05825673
Nigeria (NGN)
0,00447950
0,00479782
Oeganda (UGX)
0,00028383
0,00027882
Pakistan (PKR)
0,00683821
0,00772624
Paraguay (PYG)
0,00015487
0,00017416
Peru (PEN)
0,25636490
0,29178338
Rwanda (RWF)
0,00105629
0,00120149
Senegal (XOF)
0,00152449
0,00152449
Tadzjikistan (TJS)
0,15191127
0,15893425
Tanzania (TZS)
0,00044742
0,00047232
Zambia (ZMW)*
0,13108393
0,00014416
* Op 1 januari 2013 is de Zambiaanse kwacha geconverteerd van de ZMK naar de ZMW tegen een koers van 1 ZMW = 1.000 ZMK. Omgerekend was de koers
van de ZMK op 31 december 2012: 0,14415516.
Liquiditeitsrisico en verhandelbaarheidsrisico
Het fonds is in principe dagelijks verhandelbaar.
Het belegt in onderhandse leningen, kredieten en
deelnemingen die matig tot slecht verhandelbaar zijn.
Dit specifieke karakter kan een negatieve invloed
hebben op de verhandelbaarheid van het fonds.
Hierdoor bestaat ook het risico dat het fonds niet
voldoende financiële middelen vrij kan maken om te
voldoen aan zijn verplichtingen tot inkoop van participaties van participanten. Om dit risico te beperken
belegt het fonds minimaal 10% van het fondsvermogen
zodanig, of houdt dit vermogen anderszins aan in overeenstemming met de Wft, dat dit snel liquide kan
worden gemaakt. In de praktijk wordt gestuurd op een
minimale liquiditeit van 15%. Op 31 december 2013 werd
17,4% van het fondsvermogen liquide aangehouden.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
Op de kredieten en achtergestelde leningen van het ASNNovib Microkredietfonds wordt afgelost. De kredieten
en leningen hebben vaak een korte looptijd. Daardoor
kunnen er op relatief korte termijn additionele liquiditeiten worden gegenereerd. Zo wordt 48% van de portefeuille per 31 december 2013 tussen 31 december 2013
en 31 december 2014 afgelost. Hieronder een overzicht
van de aflossingstermijnen die aan de portefeuille van
kredieten en achtergestelde leningen verbonden zijn.
De gemiddelde rentetypische looptijd (duration) is
1,54 jaar.
Marktwaarde in duizenden euro’s
% van de portefeuille
Aflossingen 2014
74.116
48%
Aflossingen 2015
55.812
36%
Aflossingen 2016
22.375
15%
Aflossingen 2017 t/m 2020
Totaal kredieten en achtergestelde leningen
Uitbestedingsrisico en monitoren van de risico’s
ABB heeft het projectbeheer van het fonds uitbesteed
aan Triple Jump B.V. Met deze partij heeft ABB een
overeenkomst gesloten die de criteria bevat waaraan
investeringen door het fonds moeten voldoen.
Deze criteria zijn een gedetailleerde, concrete uit­
werking van de restricties aan het beleggingsbeleid
die in het prospectus zijn vermeld. Triple Jump rapporteert hierover periodiek aan ABB. ABB toetst op basis
van rapportages van de projectbeheerder, zoals maandelijkse managementinformatie over de portefeuille,
kwartaalrapportages en liquiditeitenoverzichten,
of deze voldoet aan de overeengekomen criteria.
In 2013 voldeed de projectbeheerder aan alle criteria.
Verder draagt de productmanager beleggen zorg voor
de aanlevering van een integrale risicorapportage aan
de directie van ABB. Deze vermeldt onder meer of alle
vereiste controles zijn uitgevoerd.
Daarnaast vraagt en beoordeelt ABB van partijen waaraan het zijn kernactiviteiten (project- en vermogens­
beheer, administratie, custody) heeft uitbesteed,
zogenaamde in control-verklaringen en, indien beschikbaar, een kopie van de ISAE 3402-rapportage type II
(of een equivalent daarvan). Op basis hiervan heeft
ABB vastgesteld dat Triple Jump voldoet aan de eisen.
Enkele risicomanagementactiviteiten vinden plaats bij
externe partijen. Ondanks de uitbesteding is ABB als
beheerder eindverantwoordelijk voor het beleid en
de bijbehorende processen ten aanzien van het fonds.
Bij de partij waaraan het projectbeheer is uitbesteed,
ziet ABB er als beheerder op toe dat zij het beleid goed
uitvoert en dat zij het risicobeheer en de operationele
activiteiten scheidt.
2.176
1%
154.479
100%
35
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
2.5 Toelichting op de balans
(A) Beleggingen
In duizenden euro’s
Participaties in microfinancieringsinstellingen
Participaties Oikocredit International Share Foundation
Kredieten
Achtergestelde leningen
Derivaten
Af: voorziening kredieten
Subtotaal
ASN Sparen Zakelijk
Totaal
31-12-2013
31-12-2012
34.656
28.050
2.457
2.409
142.737
163.906
11.742
10.724
5.327
-1.992
-1.033
-906
195.886
202.191
35.557
40.231
231.443
242.422
De waarde van de beleggingen van het ASN-Novib Microkredietfonds wordt onder andere beïnvloed door de ontwikkelingen van de koersen van de valuta’s waarin de betreffende beleggingen luiden, voor zover deze niet in euro’s
luiden. Het ASN-Novib Microkredietfonds dekt de beleggingen in andere valuta’s dan de euro grotendeels af door
valutatermijncontracten af te sluiten. In dit jaarbericht worden de beleggingen in vreemde valuta omgerekend tegen
de geldende closing spot rates per balansdatum van Oanda met koers per 31 december 2013 van de desbetreffende
valuta’s. De waarde van de derivaten wordt apart gepresenteerd.
36
De waardering van de deelnemingen per 31 december 2013 is in maart 2014 gewijzigd. Deze deelnemingen worden
gewaardeerd op reële waarde. Aangezien er voor deze MFI’s geen marktnotering is, wordt de reële waarde als volgt
vastgesteld. Het valuation committee (waarderingscomité) van het fonds stelt periodiek de reële waarde vast.
Dit gebeurt op basis van de meest recente transacties, rekening houdend met de marktontwikkelingen, of op basis
van de rendementswaarde en/of de intrinsieke waarde. De waardering van de MFI’s is gewijzigd op basis van nieuwe
informatie, die betrekking had op balansdatum. Op 15 januari 2014 heeft ABB de intrinsieke waarde per participatie
van het ASN-Novib Microkredietfonds per 31 december 2013 vastgesteld op € 55,13 en heeft op basis daarvan een
koers van € 55,13 afgegeven. Na het vaststellen van de intrinsieke waarde per participatie van het fonds heeft er een
aanpassing plaatsgevonden in de waardering van deelnemingen in MFI’s.
De beleggingen, exclusief het tegoed op ASN Sparen Zakelijk, daalden in 2013 met 3,7% Deze daling hield ongeveer
gelijke tred met de daling van het kapitaal van 3,1%. Het tegoed op ASN Sparen Zakelijk nam af met zo’n € 4,7 miljoen.
Daarentegen hield het fonds circa € 4,1 miljoen meer liquide middelen aan op de rekeningen-courant.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
In duizenden euro’s
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
Verloop deelnemingen in microfinancieringsinstellingen
Stand begin periode
Aankopen
Verkopen
28.050
14.146
4.846
13.727
-225
-
1.985
177
34.656
28.050
2.409
2.324
Aankopen
48
85
Verkopen
-
-
2.457
2.409
163.906
155.659
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen
Stand ultimo periode
Verloop participaties in Oikocredit International Share Foundation
Stand begin periode
Stand ultimo periode
Verloop kredieten
Stand begin periode
Verstrekkingen
Aflossingen
Gerealiseerde waardeveranderingen
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen
Stand ultimo periode
30.420
44.880
-44.729
-30.122
-
41
-6.860
-6.552
142.737
163.906
10.724
10.911
2.301
125
-789
-13
Verloop achtergestelde leningen
Stand begin periode
Verstrekkingen
Aflossingen
Gerealiseerde waardeveranderingen
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen
Boekwaarde ultimo periode
-
-
-494
-299
11.742
10.724
Verloop derivaten
Stand begin periode
-1.992
-8.948
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen
7.319
6.956
Stand ultimo periode
5.327
-1.992
Toelichting derivaten
31-12-2013
31-12-2012
Te vorderen bedrag in euro’s
159.677
171.083
Te betalen vreemde valuta’s
-155.176
-173.838
4.501
-2.755
Koersverschil
Transactieresultaat
826
763
5.327
-1.992
In duizenden euro’s
31-12-2013
31-12-2012
Korter dan één jaar
2.816
-1.150
Eén tot vier jaar
2.511
-842
Stand ultimo periode
5.327
-1.992
Stand ultimo periode
De looptijd van de derivaten is als volgt:
37
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
De valutatermijncontracten zijn afgesloten om het koersrisico op de beleggingen in vreemde valuta’s af te dekken.
In de termijncontracten komt het ASN-Novib Microkredietfonds overeen de overeengekomen bedragen in vreemde
valuta’s te leveren (per 31 december 2013: USD, COP, IDR, KGS, KZT, MXN, NGN, PEN, RWF, TJS, TZS, XAF) op de
overeengekomen data, tegen de overeengekomen valutakoers. De contracten zijn afgesloten met ABN AMRO Group
N.V., SNS Reaal N.V., The Currency Exchange Fund N.V. en Microfinance Currency Risk Solutions INC. De looptijd
van de valutatermijncontracten per 31 december 2013 varieert tussen 1 en 36 maanden (per 31 december 2012:
tussen 1 en 48 maanden).
Verloop voorziening kredieten
Stand begin periode
Dotaties
Onttrekkingen
Stand ultimo periode
906
1.098
277
606
-150
-798
1.033
906
De reële waarde waarop de achtergestelde leningen en kredieten worden gewaardeerd, wordt geacht gelijk te zijn
aan de nominale waarde. Zodoende bestaan de waardeveranderingen uitsluitend uit valutaresultaten van leningen
en kredieten die in een andere valuta luiden dan de euro.
In duizenden euro’s
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
40.231
51.461
Verloop ASN Sparen Zakelijk
Stand begin periode
Dotaties
38
-
-
Onttrekkingen
-4.674
-11.230
Stand einde periode
35.557
40.231
Conform het prospectus wordt minimaal een tiende deel van het vermogen zodanig belegd dat dit snel liquide kan
worden gemaakt. Dat vindt onder andere plaats via een spaarrekening ASN Sparen Zakelijk met een marktconforme
rente. Deze garandeert, samen met het saldo op de rekening-courant ASN Sparen, de vereiste liquiditeit. De rentevergoeding bedroeg in de verslagperiode gemiddeld 1,73% (2012: 2,43%).
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
Beleggingsportefeuille
In duizenden euro’s
Land
Waarde per
31-12-2013
Waarde per
31-12-2012
Kredieten
ACCESS BANK NIGERIA
Nigeria
1.368
2.927
ACCESS BANK TAJIKISTAN
Tadzjikistan
2.860
2.988
ACCESS BANK TANZANIA
Tanzania
2.394
1.459
ACEP CAMEROON
Kameroen
1.000
1.000
ADRI
Costa Rica
725
1.515
ADVANS
Kameroen
1.000
1.000
AGENCY FOR FINANCE KOSOVO
Kosovo
1.000
1.000
AGROCAPITAL
Bolivia
-
1.136
AL MAJMOUA
Libanon
1.088
568
AL SOL
Mexico
-
433
APOYO INTEGRAL
El Salvador
ARVAND TAJIKISTAN
1.088
-
Tadzjikistan
721
753
ASDIR GUATEMALA
Guatemala
725
757
ASEA
Mexico
729
1.534
AZERCREDIT
Azerbeidzjan
3.444
2.272
BAI TUSHUM
Kirgizië
2.394
2.499
BANCO D’ MIRO ECUADOR
Ecuador
3.627
3.786
BANCO FAMILIAR PARAGUAY
Paraguay
2.901
3.029
BANCO PROCREDIT
Ecuador
3.627
3.786
BEREKE
Kazachstan
519
555
BRAC, AFRICAN LOAN FUND
Diverse landen in Afrika
-
962
CIDRE
Bolivia
1.269
1.325
CODESARROLLO
Ecuador
1.451
1.515
COMIXMUL
Honduras
1.813
1.893
CONSTANTA
Georgië
2.901
3.785
COOPENAE
Costa Rica
1.451
1.515
COOPROGRESO
Ecuador
2.720
2.840
CREAR AREQUIPA
Peru
2.176
2.272
CRECER
Bolivia
4.352
4.544
CREDAGRO
Azerbeidzjan
2.539
303
CREDIT
Cambodja
CREDO
Georgië
CREZCAMOS S.A.
Colombia
DEMIR BANK
DESYFIN COSTA RICA
D-FRIF
-
379
4.715
3.408
751
853
Azerbeidzjan
1.813
1.893
Costa Rica
2.901
3.029
Bolivia
363
379
ECOFUTURO SA (FADES)
Bolivia
725
757
EDPYME ALTERNATIVA
Peru
535
1.595
EDPYME RAIZ
Peru
1.451
-
EDPYME SOLIDARIDAD
Peru
725
2.322
ENLACE
El Salvador
725
757
ESPOIR
Ecuador
1.451
1.515
FAMA
Nicaragua
725
757
FATEN PALESTINE
Palestijnse gebieden
870
1.515
FIE GRAND PODER
Argentinië
-
757
FINANCIERA FINCA MEXICO
Mexico
1.435
1.509
FINANCIERA SOLIDARIDAD
Honduras
1.405
1.493
FINCA
Ecuador
1.451
2.272
FINCA
Azerbeidzjan
4.712
4.054
FINCA
Kirgizië
3.262
3.483
39
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
40
Waarde per
31-12-2013
Waarde per
31-12-2012
Armenië
1.949
1.846
FINCA GEORGIË
Georgië
1.451
1.515
FINCA GUATEMALA
Guatemala
725
1.515
FINCA NICARAGUA
Nicaragua
1.088
-
FINDEV AZERBAIJAN
Azerbeidzjan
1.813
1.515
FODEMI
Ecuador
1.088
568
FONDECO BOLIVIA
Bolivia
1.088
1.136
FONDESURCO
Peru
544
568
FONDO DESAROLLO LOCAL
Nicaragua
1.451
2.272
FUBODE BOLIVIA
Bolivia
2.176
2.272
FUNBODEM
Bolivia
2.031
2.272
FUNDACION AMANECER
Colombia
1.212
2.049
FUNDACION CAMPO
El Salvador
1.451
1.515
FUNDACIÓN MUNDO MUJER POPAYAN
Colombia
2.176
4.544
FUNDACION PARAGUAY
Paraguay
716
805
FUNDEA GUATEMALA
Guatemala
1.451
1.515
FUNDESER
Nicaragua
725
757
GENESIS EMPRESARIAL
Guatemala
HAMKORBANK
Oezbekistan
HATTHA KAKSEKAR LTD (HKL)
Cambodja
-
808
HERMANDAD DE HONDURAS
Honduras
868
1.098
-
In duizenden euro’s
Land
FINCA ARMENIË
728
752
1.451
1.515
HUMO AND PARTNERS
Tadzjikistan
725
IDEPRO
Bolivia
725
-
IMON
Tadzjikistan
1.088
1.136
INSOTEC
Ecuador
907
946
KAZ MICRO FINANCE
Kazachstan
3.774
4.036
KENYA WOMEN FINANCIAL TRUST
Kenia
1.750
3.500
KOSOVO ENTERPRISE PROGRAM
Kosovo
LOLC MICRO FINANCE LTD
Sri Lanka
MCO ARNUR CREDIT
Kazachstan
MIKROFIN
Bosnië
MITRA BISNIS KELUARGA
Indonesië
MOL BULAK FINANCE
420
500
-
2.272
688
1.097
3.000
2.250
62
246
Kirgizië
-
1.515
MUSHUC RUNA
Ecuador
1.813
3.787
NUEVO VISION
Peru
2.159
2.321
NOA Ch. (OPPORTUNITY ALBANIA)
Albanië
1.000
1.000
OXUS TAJIKISTAN
Tadzjikistan
725
757
PRO MUJER
Peru
2.901
3.029
PRO MUJER BOLIVIA
Bolivia
1.451
1.515
PRO MUJER MEXICO
Mexico
653
1.373
PRO MUJER NICARAGUA
Nicaragua
1.088
1.136
SEF
Armenië
1.590
1.662
TBC BANK
Georgië
-
3.786
TBC Kredit
Azerbeidzjan
1.088
1.136
TPC CAMBODIA
Cambodja
2.744
2.864
URWEGO
Rwanda
VISION BANCO
Paraguay
XAC BANK
Mongolië
Totaal kredieten
318
362
2.176
2.272
1.813
1.893
142.737
163.906
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
In duizenden euro’s
Land
Waarde per
31-12-2013
Waarde per
31-12-2012
4.544
Achtergestelde leningen
ACLEDA
Cambodja
3.626
CREAR AREQUIPA
Peru
2.176
-
CREDO
Georgië
725
757
FINCA KOSOVO
Kosovo
500
500
FINCA MICROFINANCE FUND B.V.
Diverse
2.176
2.272
HKL CAMBODJA
Cambodja
1.451
1.515
IMON
Tadzjikistan
1.088
1.136
11.742
10.724
Totaal achtergestelde leningen
Deelnemingen
AL SOL
Mexico
375
376
AZERCREDIT
Azerbeidzjan
4.072
2.306
BAI TUSHUM
Kirgizië
2.500
2.347
CES PANAMA
Panama
2.001
2.246
CREZCAMOS
Colombia
2.649
2.563
EDPYME SOLIDARIDAD
Peru
705
1.223
EFC OEGANDA
Oeganda
469
522
EFC TANZANIA
Tanzania
696
997
EFC ZAMBIA (PULSE)
Zambia
1.190
989
FINCA HOLDING
Diverse landen
4.934
4.416
FORTALEZA
Bolivia
1.342
-
HKL CAMBODJA
Cambodja
4.928
2.950
IMON
Tadzjikistan
2.210
532
LOK II INDIA
India
681
794
KHUSHHALI BANK PAKISTAN
Pakistan
2.427
2.670
MCO ARNUR CREDIT
Kazachstan
1.483
1.005
MICROCRED SENEGAL
Senegal
1.127
1.351
OIKOCREDIT
Diverse landen
2.457
2.409
WWB ISIS FUND
Diverse landen in Zuid-Amerika
Totaal deelnemingen
867
763
37.113
30.459
5.327
-1.992
Overige uitzettingen
Derivaten
Voorziening oninbaarheid kredieten
Totaal overige uitzettingen
Totaal uitzettingen
-1.033
-906
4.294
-2.898
195.886
202.191
(B) Vorderingen
Onder vorderingen zijn opgenomen:
In duizenden euro’s
Vorderingen uit hoofde van beleggingen
Overige vorderingen
Totaal
31-12-2013
31-12-2012
2.607
4.214
(looptijd korter dan 1 jaar)
821
1.019
(looptijd korter dan 1 jaar)
3.428
5.233
De vorderingen uit beleggingen bestaan uit de lopende rente op leningen. De overige vorderingen bestaan uit de
lopende rente op de spaarrekening ASN Sparen Zakelijk.
41
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
(C) Overige activa
Liquide middelen
In duizenden euro’s
Rekeningen-courant in euro’s
Rekeningen-courant in US-dollars
Totaal
Waarde per
31-12-2013
Waarde per
31-12-2012
6.390
1.449
4
829
6.394
2.278
De saldi op de rekeningen-courant zijn direct opvraagbaar.
(D) Kortlopende schulden
De kortlopende schulden bestaan grotendeels uit de nog af te rekenen beheervergoeding over december 2013 en de
hedgingresultaten die tot en met december 2013 verschuldigd zijn.
(E) Fondsvermogen
In duizenden euro’s
31-12-2013
31-12-2012
236.649
219.426
Gestort kapitaal
Stand begin periode
Uitgegeven participaties
36.283
54.760
Ingekochte participaties
-43.583
-37.537
Stand einde periode
229.349
236.649
1.312
684
-65
628
1.247
1.312
10.848
11.154
Overige reserves
Stand begin periode
Toevoeging uit onverdeeld resultaat*
Stand einde periode
42
Onverdeeld resultaat
Stand begin periode
Toevoeging uit/aan overige reserves
Uitgekeerd dividend
65
-628
-10.913
-10.526
Resultaat over de verslagperiode
9.844
10.848
Stand einde periode
9.844
10.848
240.440
248.809
31-12-2013
31-12-2012
4.468.306
4.152.488
Uitgegeven participaties
664.519
1.340.831
Ingekochte participaties
793.252
1.025.013
4.339.573
4.468.306
Totaal fondsvermogen
* Het onverdeelde resultaat betreft de nog uit te keren winst.
Verloop aantal participaties gedurende de verslagperiode
Aantal participaties
Stand begin periode
Stand einde periode
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
2.6 Toelichting op de winst-en-verliesrekening
(F) Opbrengsten uit beleggingen
Opbrengsten uit beleggingen
In duizenden euro’s
Dividenden uit participaties en deelnemingen
Rente op (achtergestelde) leningen en kredieten
Afsluitprovisie leningen
Rente op ASN Sparen Zakelijk
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
398
235
12.638
14.380
76
118
822
1.023
13.934
15.756
De opbrengsten uit beleggingen zijn deze verslagperiode ruim 11,5% lager dan in dezelfde periode vorig jaar. Dit is
vooral te wijten aan lagere renteopbrengsten op leningen en ASN Sparen Zakelijk. De omvang van de leningenportefeuille daalde in 2013. Een groot deel van de MFI’s betaalt rente in USD. Een daling van de dollarkoers veroorzaakte,
in combinatie met de dalende omvang van de portefeuille, lagere renteopbrengsten in euro’s. De renteopbrengsten
op ASN Sparen Zakelijk zijn lager doordat het rentepercentage en het gemiddelde spaartegoed afnamen.
Koersresultaat
In duizenden euro’s
Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen, waardering deelnemingen
Niet gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen, valutaresultaat
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
-42
312
3.938
1.129
-1.976
-834
1.920
607
43
Het koersresultaat op beleggingen was in 2013 fors hoger dan in 2012, namelijk 216,3%. De gerealiseerde waarde­
veranderingen daalden ten opzichte van 2012. De baten in 2012 waren toe te schrijven aan de verkoop van een
deelneming in een MFI. In 2013 heeft een dergelijke verkoop niet plaatsgevonden.
De niet-gerealiseerde waardeveranderingen bestaan uit twee componenten: de herwaardering (verandering reële
waarde) van deelnemingen en het valutaresultaat op leningen en deelnemingen. Het resultaat op herwaardering van
deelnemingen steeg in 2013 fors (248,8%). Deze stijging hing deels samen met de groei van de deelnemingenportefeuille.
De grote stijging is echter vooral toe te schrijven aan een verfijning van de waardering van de deelnemingen,
die leidde tot een waardestijging van de portefeuille met € 1.183 duizend.
Het valutaresultaat in 2013 was negatief; de lasten stegen ten opzichte van 2013 met ruim 136%. De verslechtering
van het valutaresultaat werd veroorzaakt door de daling van de valutakoersen.
Overige bedrijfsopbrengsten
In duizenden euro’s
Rente op liquide middelen
Valutaresultaat
Diverse baten
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
-8
-16
-464
-314
103
118
-369
-212
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
De overige bedrijfsopbrengsten waren in 2013 negatief, net als in 2012. Dit is te wijten aan een negatief valutaresultaat,
veroorzaakt door de kosten van valutatermijncontracten. In 2013 stegen deze kosten met ruim 47%.
(G) Bedrijfslasten
In duizenden euro’s
01-01-2013
t/m 31-12-2013
01-01-2012
t/m 31-12-2012
5.514
5.471
Bedrijfslasten
Beheervergoeding
Lopende kosten
Totale bedrijfslasten
Gemiddeld fondsvermogen over het verslagjaar
Lopendekostenfactor
Omloopfactor
5.514
5.495
245.083
237.695
2,25%
2,31%
-17,17%
-14,09%
Beheervergoeding
De beheerder, ABB, brengt een vast percentage aan vergoeding bij het fonds in rekening voor het beheer. Dit wordt
berekend over het totale fondsvermogen aan het einde van iedere maand. Uit deze vergoeding worden alle kosten
vergoed die de beheerder voor het fonds maakt, zoals accountantskosten, kosten voor administratie en distributievergoedingen. Daarnaast brengt de beheerder een vergoeding in rekening die wordt berekend over het totaal aan
beleggingen die de projectbeheerder aan het eind van iedere maand beheert. Deze vergoeding is de beheerfee die
vergoed wordt aan de projectbeheerder, Triple Jump.
44
Het totaal van de beheervergoeding wordt het totalekostenpercentage genoemd en bedraagt in de verslagperiode
2,50%. Het wordt uitgedrukt in een percentage van het fondsvermogen.
Het totalekostenpercentage bestaat voor het ASN-Novib Microkredietfonds uit twee componenten:
• 0,70% van het fondsvermogen als vergoeding voor de kosten die de beheerder van het fonds maakt, en
• 2% over de uitstaande leningen en deelnemingen (maximaal 90%) van het fondsvermogen voor de beheer­
vergoeding die wordt betaald aan de projectbeheerder.
Lopendekostenfactor
Tot en met het jaarverslag van 2012 hanteerden wij de total expense ratio (TER) om de kosten in het fonds weer te geven.
Recent zijn de regels over kostentransparantie gewijzigd. In artikel 5:2 van de Nadere Regeling gedragsregels financiële
ondernemingen Wft (NRgfo) is de toelichting van de lopende kostenfactor (LKF) vereist.
De LKF is gelijk aan de totale kosten die ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen.
Bij de LKF wordt het gemiddelde fondsvermogen bepaald op basis van de frequentie waarmee de intrinsieke waarde
of net asset value (NAV) wordt afgegeven. Alle NAV’s die gedurende de verslagperiode worden afgegeven, worden
opgeteld en gedeeld door het aantal afgegeven NAV’s.
De lopende kosten van een beleggingsfonds omvatten alle kosten die in een verslagperiode ten laste van het fonds
zijn gebracht, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten. De lopende kosten worden uitgedrukt
in procenten van het gemiddelde fondsvermogen van het betreffende fonds in de verslagperiode.
Per 1 januari 2014 zijn de kosten voor de beleggingsfondsen die ASN Bank aanbiedt gewijzigd. Een onderdeel van
de totalekostenvergoeding was een vergoeding voor de distributie. Deze vergoeding werd vanuit de totalekostenvergoeding betaald aan de distributiepartijen die het fonds verkochten aan participanten. Met ingang van 2014
vergoedt ABB geen distributievergoeding meer. De distributiepartijen brengen in plaats daarvan in de meeste gevallen
kosten aan participanten in rekening voor hun beleggingsdienstverlening. Daarnaast heeft ABB ervoor gekozen om
de term totalekostenvergoeding te wijzigen in fondskosten. Deze laatste term sluit beter aan op de praktijk.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
De lopendekostenfactor (LKF) ten opzichte van het totalekostenpercentage (TKP):
LKF
ASN-Novib Microkredietfonds
TKP/Fondskosten
2013
2012
2013
Vanaf 1-1-2014
2,25%
2,31%
2,50%
2,30%
Eventuele afwijkingen tussen de lopendekostenfactor en het totalekostenpercentage worden veroorzaakt doordat
de lopende kosten worden berekend over het gemiddelde fondsvermogen over het verslagjaar en het totalekostenpercentage over het fondsvermogen aan het eind van ieder maand. Daarnaast wordt bij de jaarlijkse kosten uitgegaan
van de maximale kosten voor het projectbeheer, te weten 2% van maximaal 90% van het vermogen dat in projecten
is uitgezet. Het feitelijke percentage beleggingen lag gedurende de verslagperiode hieronder.
Aangezien ABB een vast kostenpercentage aan het fonds in rekening brengt, zijn de kosten in het fonds gelijk aan
de kosten die in het prospectus worden genoemd.
Omloopfactor
De omloopfactor van de activa geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille van het fonds. Dit biedt
inzicht in de mate waarin er actief beheer plaatsvindt in de beleggingsportefeuille. De omloopfactor geeft het totale
bedrag aan effectentransacties min het totale bedrag aan transacties van participaties van het fonds weer als percentage
van de gemiddelde intrinsieke waarde van het fonds. Voor het ASN-Novib Microkredietfonds is de omloopfactor
weinig relevant, omdat in de portefeuille geen actief beheer plaatsvindt.
De omloopfactor wordt als volgt berekend:
[(Totaal 1 – Totaal 2) / X] * 100
Totaal 1: het totale bedrag aan effectentransacties (effectenaankopen + effectenverkopen)
Totaal 2: het totale bedrag aan transacties (uitgifte + inkopen) van deelnemingsrechten van de beleggingsinstelling
X: de gemiddelde intrinsieke waarde van de beleggingsinstelling
Het gemiddelde fondsvermogen bepaald op basis van de frequentie waarmee de intrinsieke waarde of net asset
value (NAV) wordt afgegeven. Alle NAV’s die gedurende de verslagperiode worden afgegeven, worden opgeteld
en gedeeld door het aantal afgegeven NAV’s.
45
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Vijfjarenoverzicht
Totalen
In duizenden euro’s
31-12-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
Intrinsieke waarde
240.440
248.809
231.264
178.059
122.621
13.934
15.756
15.727
10.302
6.530
1.920
607
2.473
1.111
793
-369
-212
-50
24
154
Bedrijfslasten
5.641
5.303
6.996
3.196
2.723
Totaal resultaat
9.844
10.848
11.154
8.241
4.754
4.339.573
4.468.306
4.152.488
3.236.463
2.274.439
Opbrengsten uit beleggingen
Koersresultaat
Overige bedrijfsopbrengsten
Aantal uitstaande participaties
Per participatie
In euro’s
Intrinsieke waarde
55,41
55,68
55,69
55,02
53,91
Afgifteprijs
55,02
55,55
55,10
54,84
53,55
Dividend
2,50
2,50
2,35
2,00
2,00
Opbrengst uit beleggingen
3,21
3,53
3,79
3,18
2,87
Koersresultaat
0,44
0,13
0,59
0,35
0,35
-0,08
-0,05
-0,01
0,01
0,07
Bedrijfslasten
1,30
1,19
1,68
0,99
1,20
Totaal resultaat*
2,27
2,42
2,69
2,55
2,09
Overige bedrijfsopbrengsten
* Het totale resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
46
Accountantskosten
De beheerder brengt een totalekostenvergoeding in rekening. De beheerder betaalt de accountantskosten uit
de beheervergoeding. De accountantskosten die bij de beheerder over geheel 2013 in rekening worden gebracht,
bedragen € 15.500 (2012: € 15.000) exclusief btw.
Werknemers
Het ASN-Novib Microkredietfonds heeft geen werknemers in dienst.
Beloning raad van toezicht
De leden van de raad van toezicht ontvangen voor hun werkzaamheden voor het ASN-Novib Microkredietfonds
ieder een jaarlijkse vergoeding van € 4.000; de voorzitter € 6.000. Deze bedragen zijn inclusief onkostenvergoeding
en exclusief btw. Het fonds betaalt deze kosten niet; ABB betaalt deze uit de beheervergoeding die het van het
fonds ontvangt. In 2013 kwam de raad vier keer bijeen.
2 Jaarrekening ASN-Novib Microkredietfonds
47
48
3 Overige gegevens
49
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Uitbesteding kerntaken
Ingevolge artikel 124, lid 1 sub g Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen van de Wet op het financieel toezicht wordt onderstaand een overzicht van
de werkzaamheden weergegeven die ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V. heeft uitbesteed. In de overeenkomsten
met de hierna te noemen partijen zijn onder meer voorschriften opgenomen ten aanzien van de prestatienorm, de onderlinge informatieverschaffing, de (formele) opzegtermijn
en de vergoeding.
Kerntaken
Partij
Projectbeheer
Triple Jump B.V.
Administratie
ASN Bank N.V.
Omschrijving
ASN-Novib Microkredietfonds
50
ASN Bank N.V. verricht de administratie voor ASN-Novib Mikrokredietfonds. De kosten hiervoor worden betaald door ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. uit
de beheervergoeding die zij van ASN-Novib Microkredietfonds ontvangt.
Bestuurdersbelangen
Conform artikel 122 lid 2 Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) geeft onderstaand
overzicht het totale persoonlijke belang weer dat de leden van de directie van de beheerder en van de raad
van toezicht, volgens opgave van de betrokkenen, hebben gehad in een belegging die het ASN-Novib Microkredietfonds aanhoudt of in het ASN-Novib Microkredietfonds.
Gemeenschappelijk belang in
aantallen 31-12-2013
Gemeenschappelijk belang in
aantallen 31-12-2012
109
105
Transacties gelieerde partijen
Op grond van artikel 124 lid 1 van het Besluit Gedragstoezicht Financiële Ondernemingen (Bgfo) worden de
trans­acties en/of overeenkomsten met gelieerde partijen van de beheerder of van ASN Beleggingsfondsen
N.V. hieronder opgenomen. Van een gelieerde partij is
sprake wanneer een partij beleidsbepalende invloed
kan uitoefenen in een andere partij, dan wel invloed van
betekenis kan uitoefenen op het zakelijke en financieel
beleid van de andere partij. Tot de gelieerde partijen
van de vennootschap behoren:
• alle ondernemingen die behoren tot de SNS REAAL
Groep, onder andere ASN Bank N.V., SNS Asset
Management N.V. en ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V.;
• Pettelaar Effectenbewaarbedrijf N.V. (bewaarder
van het fonds).
periode heeft plaatsgevonden, is de betaling van de
beheervergoeding van € 5,51 miljoen aan de beheerder, ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. Dit bedrag is marktconform.
Als beheerder van het ASN-Novib Microkredietfonds
treedt op ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
(ABB).
Alle aandelen van ABB zijn in handen van de ASN Bank
N.V. Ingevolge het Besluit Gedragstoezicht financiële
ondernemingen worden ASN Bank N.V. en Stichting
ASN Beleggingsfondsen aangemerkt als gelieerde partijen met betrekking tot het ASN-Novib Microkredietfonds. ABB wordt aangemerkt als een gelieerde partij
op basis van de economische realiteit, aangezien de bestuurder als enige partij beleidsbepalend is. Op grond
hiervan dienen zij de in het besluit genoemde transacties te vermelden. De enige transactie die in de verslag-
Bas-Jan Blom
Diane Griffioen
ASN Bank N.V., vertegenwoordigd door:
Ewoud Goudswaard
Jeroen Jansen
De bankrekeningen die de bewaarder voor het fonds
aanhoudt bij gelieerde partijen die onderdeel zijn van
de
SNS REAAL Groep, worden tegen marktconforme voorwaarden gehouden.
Gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn geen relevante gebeurtenissen na balansdatum.
Den Haag, 16 april 2014
Directie ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
Overige gegevens
51
52
Controleverklaring van de
onafhankelijke accountant
53
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
Aan: de Algemene Vergadering van Participanten van ASN-Novib Microkredietfonds
Verklaring betreffende de jaarrekening
Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen jaarrekening
over 2013 van ASN-Novib Microkredietfonds te Den Haag
gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans
per 31 december 2013 en de winst-en-verliesrekening
over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen
een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor
financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Verantwoordelijkheden van de beheerder
De beheerder van de fonds is verantwoordelijk voor het
opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het
resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor
het opstellen van het verslag van de beheerder, beide
in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in
Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met de
Wet op het financieel toezicht. De beheerder is tevens
verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing
als hij noodzakelijk acht om het opmaken van de jaar­
rekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van
materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
54
Verantwoordelijkheid van de accountant
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle.
Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming
met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse
controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan
de voor ons geldende ethische voorschriften en dat
wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat
een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat
de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang
bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden
ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen
en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde
werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het
inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude
of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de
accountant de interne beheersing in aanmerking die
relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor
het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten
van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter
niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen
over de effectiviteit van de interne beheersing van de
fonds. Een controle omvat tevens het evalueren van de
geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door
de beheerder van de fonds gemaakte schattingen,
alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de
jaarrekening.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel
Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw
beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen
van ASN-Novib Microkredietfonds per 31 december 2013
en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met
Titel 9 Boek 2 BW en met de Wet op het financieel toezicht.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet
gestelde eisen
Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden
wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar
aanleiding van het onderzoek of het verslag van de
beheerder, voor zover wij dat kunnen beoordelen,
overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of
de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste
gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat
het verslag van de beheerder, voor zover wij dat kunnen
beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals
vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.
Utrecht, 16 april 2014
KPMG Accountants N.V.
G.J. Hoeve RA
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
55
56
Bijlagen
57
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Bijlage 1Structuur en overige informatie
Juridische structuur
Hieronder ziet u een samenvatting van de informatie die
elders in het jaarverslag of in het prospectus is vermeld.
Voor de volledige omschrijving van deze informatie
verwijzen wij u onder meer naar genoemde passages
van het prospectus.
Het ASN-Novib Microkredietfonds is een open-end
beleggingsinstelling, ingericht als een open fonds
voor gemene rekening. Het feit dat het gaat om een
open-end beleggingsinstelling, betekent dat het
ASN-Novib Microkredietfonds in beginsel steeds
bereid is – bijzondere omstandigheden voorbehouden,
wat ter uitsluitende beoordeling van de beheerder
is – nieuwe participaties uit te geven respectievelijk
participaties in te kopen tegen de dagelijks vastgestelde
afgifteprijs.
Fiscale status
58
Vennootschapsbelasting
Het ASN-Novib Microkredietfonds heeft de status van
fiscale beleggingsinstelling zoals bedoeld in artikel 28
van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, zoals
nader is uitgewerkt in het Besluit beleggingsinstellingen.
Dit houdt in dat het ASN-Novib Microkredietfonds
geen (0%) vennootschapsbelasting verschuldigd is
als het voldoet aan de voorwaarden die in de wet en
het Besluit beleggingsinstellingen worden genoemd.
Een van die voorwaarden is dat het fonds de winst die
voor uitdeling beschikbaar is, binnen acht maanden
na afloop van het boekjaar aan de participatiehouders
uitkeert (de doorstootverplichting).
Dividendbelasting
Het ASN-Novib Microkredietfonds was tot 2012 als
sociaal-ethische beleggingsinstelling vrijgesteld van
inhouding van dividendbelasting op dividenduitkeringen
aan zijn participanten. Vanaf 2013 is het fonds niet
meer vrijgesteld van inhouding van dividendbelasting
op dividenduitkeringen.
Het ASN-Novib Microkredietfonds kan in beginsel de
Nederlandse dividendbelasting die is ingehouden op
ontvangen dividenden, verrekenen met de dividend­
belasting die het moet afdragen over zijn dividend­
uitkeringen. Dit geldt ook voor (resterende) buitenlandse
bronbelasting tot maximaal 15%. Deze verrekening
vindt plaats via de zogenaamde afdrachtvermindering.
Deze afdrachtvermindering is met ingang van 1 januari
2013 beperkt. Voor zover er vrijgestelde entiteiten
deelnemen in het fonds, mag de afdrachtvermindering
niet meer worden toegepast op buitenlandse bron­
belasting.
Regeling Maatschappelijke Beleggingen
Tot 2012 viel het ASN-Novib Microkredietfonds onder
een vrijstelling voor maatschappelijke beleggingen.
Per 1 januari 2013 zijn de fiscale voordelen voor beleggers
in sociaal-ethische fondsen niet meer van toepassing.
Kosten bij toe- en uittreden
Opslagen
De beheerder brengt participanten bij aan- en verkooptransacties geen op- en afslagen in rekening.
Totalekostenvergoeding
De beheerder ontvangt jaarlijks een vergoeding van
0,7% van het fonds voor het beheer. Deze vergoeding
wordt berekend over het totale fondsvermogen aan het
eind van iedere maand. Uit deze vergoeding worden
alle kosten vergoed die de beheerder voor het fonds
maakt. U vindt deze last in de vorm van één bedrag in
de jaarcijfers. Daarnaast ontvangt Triple Jump een
vergoeding van 2% over de kredieten en deelnemingen
in het fonds die het heeft uitgezet.
Als naar het oordeel van de beheerder ontwikkelingen
het nodig maken deze percentages te wijzigen, wordt
dit een maand van tevoren in advertenties bekend­
gemaakt, conform de daaraan gestelde voorwaarden.
Per 1 januari 2014 heeft de beheerder de kosten van
het ASN-Novib Microkredietfonds herzien. Dit leidt
tot een aanpassing in het TKP die op 1 januari 2014 is
ingegaan. Het TKP, per 1 januari fondskosten genaamd,
bedraagt per deze datum 2,3% en is niet meer afhankelijk
van de omvang van de leningenportefeuille.
Toezicht
Het ASN-Novib Microkredietfonds valt onder wettelijk
toezicht van de Autoriteit Financiële Markten. Voor de
aanbieding van deelnemersrechten in beleggingsinstellingen vereist de Wet op het financieel toezicht dat de
beheerder van die beleggingsinstellingen beschikt over
een vergunning voor het beheren van beleggingsinstellingen. Voor het beheer van het ASN-Novib Microkredietfonds beschikt ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
over de vereiste vergunning als bedoeld in de Wet op
het financieel toezicht. Deze vergunning zal met ingang
van 22 juli 2014 van rechtswege worden omgezet in
een AIFM-vergunning.
Verslaglegging
Jaarlijks binnen vier maanden na afloop van elk boekjaar wordt een jaarverslag opgemaakt. Binnen negen
weken na afloop van de eerste zes maanden van elk
boekjaar wordt een halfjaarverslag opgemaakt. U kunt
exemplaren van het jaarverslag en het halfjaarverslag
Bijlage 1 Structuur en overige informatie
kosteloos verkrijgen bij ABB. Wilt u een gedrukte
versie ontvangen, dan belt u de ASN Klantenservice
0800 - 03 80 (gratis), van maandag tot en met vrijdag
tussen 8.00 en 17.30 uur. U kunt de jaarverslagen ook
downloaden van de website www.asnbank.nl/beleggen >
Brochures en documenten.
59
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Bijlage 2 Beheerteams
Verschillende teams zijn betrokken bij het beheer van
het ASN-Novib Microkredietfonds. Hieronder zijn de
leden van deze teams, hun functie, verantwoordelijkheden en ervaring vermeld.
Belangen
Wij vermelden niet de belangen in de fondsen die
de genoemde beheerders en medewerkers bezitten.
Wij waken voor belangenverstrengeling.
Daarom vinden wij het niet wenselijk dat zij belangen
hebben in de fondsen die zij beheren, en voeren op dit
punt een terughoudend beleid. De drijfveer bij het
beheer van de ASN Beleggingsfondsen is de duurzaamheid te bevorderen.
ASN Vermogensopbouw
ASN Vermogensopbouw is verantwoordelijk voor de
ontwikkeling en afzet van spaar-, betaal- en beleggingsproducten van de ASN Bank. Dit team draagt tevens
zorg voor de uitvoering van wet- en regelgeving voor
zover dit betrekking heeft op de klanten en producten,
en voor de dagelijkse gang van zaken van de fondsen.
Verder vertegenwoordigt het de ASN Bank en de
ASN Beleggingsfondsen op bijeenkomsten voor inter­
mediairs en geïnteresseerden in het fonds.
60
• Bas-Jan Blom
Bas-Jan Blom is sinds 2007 directeur van
ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. Daarnaast is hij eindverantwoordelijk voor de afdeling
ASN Vermogensopbouw en lid van het managementteam van de ASN Bank. Bas-Jan is eindverantwoordelijk voor de beleggings-, spaar- en betaalproducten, waaronder de beleggingsfondsen. Hij werkte
onder meer bij de private bank Schretlen & Co als
manager beleggingen en bij ABN AMRO als gecertificeerd financial planner. Zie verder bijlage 3.
• Diane Griffioen
Diane Griffoen is sinds november 2011 afdelingshoofd van ASN Vermogensopbouw en sinds oktober
2012 directeur van ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V. Zij is verantwoordelijk voor het fondsen productbeheer van de ASN Bank, inclusief de
aansturing van het team. Sinds haar afstuderen in
1997 heeft Diane verschillende functies in de beleggingssector vervuld. Zij was directeur Triodos
Investment Management, hoofd Vermogensbeheer
bij ING Private Banking en aandelenanalist bij
Kempen & Co. Diane is in 1997 afgestudeerd als
econoom aan de Universiteit van Amsterdam,
en behaalde in 2001 haar CFA-titel (Chartered
Financial Analyst). Zie verder bijlage 3.
• Dorine Putman-Devilee
Dorine is sinds september 2000 in dienst bij de
ASN Bank. Zij was tot 2004 hoofd van de afdeling
kredieten en investeringen. Nu is zij algemeen
ambassadeur voor de ASN Bank als manager
institutionele relaties. Daarnaast neemt zij namens
de ASN Bank deel aan de kredietcommissie van
het ASN-Novib Microkredietfonds, waarbij zij
speciaal de sociale impact van het fonds bewaakt.
Zij werkte tussen 1982 en 2000 in ontwikkelingslanden in microfinanciering en kleinbedrijfont­
wikkeling. Dorine is afgestudeerd in niet-westerse
sociologie aan de Universiteit Leiden.
• Boudewijn Duindam
Boudewijn is sinds 2013 productmanager beleggingsfondsen. In die functie is hij verantwoordelijk
voor het beheer van het ASN-Novib Microkredietfonds en het ASN Groenprojectenfonds. Hiervoor
heeft Boudewijn diverse functies bekleed bij
AEGON en als Management trainee bij SNS Reaal.
Boudewijn is in 2007 afgestudeerd als bedrijfs­
kundige aan de Universiteit van Groningen.
• Diana Kool-Oskam
Diana Kool kwam in 2010 in dienst als jurist beleggingsfondsen bij SNS REAAL. Sinds januari 2012 is
zij volledig werkzaam voor de ASN Bank, als jurist
op de afdeling Vermogensopbouw. Zij is verantwoordelijk voor de juridische zaken van de beleggingsfondsen en de andere vermogensopbouwproducten van de ASN Bank. Hiervoor was zij
werkzaam als kandidaat-notaris, onder meer bij
Nauta Dutilh te Rotterdam. Diana is afgestudeerd
in Nederlands recht aan de Universiteit van
Utrecht.
• Paulien van der Lely-Marsman
Paulien van der Lely is sinds januari 2010 werkzaam
bij de ASN Bank. Zij bekleedt momenteel de functie
van senior productmanager beleggingsfondsen.
In die functie is zij verantwoordelijk voor het beheer
van de ASN Beleggingsfondsen. Hiervoor bekleedde
Paulien diverse functies bij Fortis. Als laatste was
zij werkzaam bij Fortis Investments als relatie­
manager voor de distributie van beleggingsfondsen.
Paulien is in 1998 afgestudeerd als econoom aan
de Universiteit van Maastricht.
Bijlage 2 Beheerteams
Triple Jump
Triple Jump is de projectbeheerder van het ASN-Novib
Microkredietfonds. Het beheerteam van Triple Jump
bestaat uit de volgende personen:
• Mark van Doesburgh, algemeen directeur
Voordat Mark Triple Jump opzette, was hij als hoofd
van de eenheid Financiële Diensten van Oxfam
Novib verantwoordelijk voor het fondsbeheer van
zowel het Oxfam Novib Fonds als het ASN-Novib
Microkredietfonds. Daarvoor werkte Mark zeven
jaar in corporate banking bij de KBC Bank, waar­
onder twee jaar als manager van deze afdeling in
Amsterdam. Bij Triple Jump is Mark verantwoordelijk
voor de strategie, de adviesdiensten en de uitzetting
van leningen en investeringen wereldwijd. Mark is
afgestudeerd in rechten aan de Universiteit Leiden.
Hij heeft de Nederlandse nationaliteit en spreekt
Nederlands, Engels en Duits.
• Steven Evers, algemeen directeur
Voordat Steven zich met microfinanciering ging
bezighouden, deed hij bij FMO en ING ruime
ervaring op in verschillende functies op het gebied
van bankieren en strategisch advies. Steven is ruim
tien jaar actief in de microfinancieringssector,
waarbij hij in het veld en als fondsbeheerder heeft
gewerkt. Bij Triple Jump is Steven verantwoordelijk
voor de algehele strategie, fondsenwerving en
transactiediensten. Steven heeft een MBA-diploma
van de IESE Business School in Barcelona en is afgestudeerd in de economie aan de Universiteit van
Amsterdam. Hij heeft de Nederlandse nationaliteit
en spreekt Nederlands, Engels en Spaans.
• Eelco Mol, regiomanager team Latijns-Amerika
Eelco begon zijn loopbaan bij de Voedsel- en
Landbouworganisatie van de Verenigde Naties
(FAO) in Midden-Amerika en West-Afrika, waarbij
hij meewerkte aan projecten voor landbouwfinanciering en duurzame ontwikkeling. In 2000 trad hij
bij Oxfam Novib in dienst. Bij de oprichting van
Triple Jump in 2006 maakte hij de overstap naar
deze organisatie. Eelco is afgestudeerd in ontwikkelingseconomie en ontwikkelingssociologie aan
de universiteit van Wageningen. Hij heeft de
Nederlandse nationaliteit en spreekt Nederlands,
Spaans en Engels.
• Orsolya Farkas, regiomanager team Afrika &
Midden-Oosten
Voordat Orsolya bij Triple Jump begon, heeft ze
vijf jaar als landenmanager gewerkt bij de Council
of Europe Development Bank, die financieringen
verstrekt aan kleine ondernemingen en maatschappelijke projecten in Midden- en Oost-Europa.
Ze heeft een masterdiploma in Public Affairs and
Development Studies van Princeton University.
Orsolya spreekt Hongaars, Engels en Frans en
heeft de Hongaarse nationaliteit.
• Ward Bouwers, hoofd equity
Voordat Ward begon bij Triple Jump, werkte hij in
de private-equitysector, waarvan de laatste twee
jaar in Argentinië. Daarvoor was hij tien jaar actief
in de Nederlandse markt bij Halder (nu GIMV), gespecialiseerd in buy-outs van middelgrote bedrijven.
Hij begon zijn carrière in marketing & sales en
werkte ook als managementconsultant.
Ward is afgestudeerd in bedrijfseconomie aan de
Erasmus Universiteit van Rotterdam. He heeft de
Nederlandse nationaliteit en spreekt Nederlands,
Engels, Duits en Spaans.
• Luca Paonessa, hoofd portefeuillebeheer & risico
Luca liep in 2002 zeven maanden stage bij Planet
Rating en was vervolgens vijf jaar werkzaam bij
Etimos s.c. (Italië) als investment officer voor
microfinanciering en projectmanager voor LatijnsAmerika. Daarbij gaf hij tevens op deeltijdbasis
les in financiële analyse van microfinancierings­
instellingen voor de opleiding ontwikkelings­
financiering aan de universiteit van Parma (Italië).
Luca is afgestudeerd in bedrijfskunde aan de
universiteit van Bologna (Italië) en is Chartered
Financial Analist (CFA level III). Hij spreekt Italiaans,
Engels, Frans, Spaans en Portugees en heeft de
Italiaanse nationaliteit.
61
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Bijlage 3 Adresgegevens en personalia
ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
Raad van toezicht
Bezuidenhoutseweg 153
2594 AG Den Haag
Postbus 93514
2509 AM Den Haag
Rick van der Ploeg (voorzitter)
Gera Voorrips
Grace Boldewijn
Hans Verhoef
Telefoon 070 – 356 93 33
ASN Klantenservice: 0800 - 0380 (gratis)
Fax 070 – 361 79 48
www.asnbank.nl
Projectbeheerder
Handelsregister KvK Den Haag nr. 27143242
Bewaarder
Directie ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V.
Pettelaar Effectenbewaarbedrijf N.V.
Croeselaan 1
3521 BJ Utrecht
Bas-Jan Blom
Diane Griffioen
ASN Bank N.V., vertegenwoordigd door:
Ewoud Goudswaard
Jeroen Jansen
62
Triple Jump B.V.
Nachtwachtlaan 20
1058 EA Amsterdam
Accountant
KPMG Accountants N.V.
Rijnzathe 14
3454 PV De Meern
Bijlage 3 Adresgegevens en personalia
Personalia
Raad van toezicht
Rick van der Ploeg (voorzitter)
Benoemd in 2010, lopende termijn tot 2014.
Rick van der Ploeg (1956) is hoogleraar economie aan
de Universiteit van Oxford en de Vrije Universiteit
Amsterdam. Voorheen was Rick van der Ploeg werkzaam
aan de Universiteit van Cambridge, de London School
of Economics, en het Europese Universitair Instituut te
Florence. Bovendien was hij financieel woordvoerder
en kamerlid voor de PvdA, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, en lid van het Unesco
Werelderfgoedcomité. Zijn onderzoeksbelangstelling
gaat uit naar schaarste van grondstoffen, ontwikkelingseconomie, internationale economie, macro-economie,
openbare financiën en klimaatbeleid. Rick van der
Ploeg voert advieswerkzaamheden uit voor de EU,
de African Development Bank, de Asian Development
Bank, de wereldbank, het Internationaal Monetair
Fonds en de OESO.
Gera Voorrips
Benoemd in 2010, lopende termijn tot 2014.
Gera Voorrips (1965) is adviseur en implementatie­
manager. Zij is gespecialiseerd in projecten op het gebied van microfinanciering en toegankelijke financiële
dienstverlening. In het bijzonder houdt zij zich bezig
met producten en innovatieve distributiemethoden
om nieuwe klantgroepen te bereiken.
Gera Voorrips studeerde af als ontwikkelingseconoom
aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Zij begon
in 1991 op de internationale-beleidsafdeling van de
Nederlandsche Bank. Van 1995 tot 2009 was zij werkzaam bij ING in Nederland. Als programmamanager
zette zij het ING Microfinance Support-programma op.
Bewustwording over en technische assistentie voor
microfinanciering waren speerpunten, alsmede het
stimuleren van investeringen in microfinancieringsfondsen. Ook deed ze onderzoek naar remittances
(geldoverboekingen van migranten naar huis).
Zij is regelmatig in contact met microfinancierings­
instellingen, vooral in Oost-Europa en Afrika.
Gera Voorrips was van 2004 tot 2010 lid van het kredietcomité van het ASN-Novib Microkredietfonds, de laatste
twee jaar als voorzitter. Ook is zij statutair directeur van
het BFSE Fund en lid van de raad van commissarissen
van OMRO, een Roemeense microfinancieringsinstelling.
Zij is tevens als vrijwilliger betrokken bij Oikocredit
Nederland.
Grace Boldewijn
Benoemd in 2012, lopende termijn tot 2016.
Grace Boldewijn (1963) is eigenaar van ingenieursbureau
BoCari en ethisch en maatschappelijk verantwoord onder-
nemer. Door haar jarenlange werkervaring fungeert
Grace Boldewijn als schakel tussen Nederland en haar
vaderland Suriname, zowel voor het bedrijfsleven als
voor de overheid en het onderwijs. Ze investeert veel
in sociale projecten in Suriname en is oprichter van
Suriname Capital Investment Funds. Ook startte zij in
het binnenland van Suriname een fabriek om de regionale economie en werkgelegenheid te stimuleren.
Sinds Grace Boldewijn in 2002 werd uitgeroepen tot
European Black Business Woman of the Year, zet zij
zich in voor (startende) ondernemers. Met lezingen,
coachingsessies en free publicity prikkelt ze organisaties
om meer bekwame vrouwen in te zetten op topposities.
Ook inspireert zij ondernemende mensen en studenten
om te ondernemen, en coacht zij ondernemers in
Nederland.
Hans Verhoef
Benoemd in 2013, lopende termijn tot 2017.
Hans Verhoef (1950) is directeur-eigenaar van
twee ondernemingen. Via Mansoa Business en Crisis
Management ondersteunt hij bedrijven als ‘bedrijvendokter’ en verandermanager. Daarbij zet hij zijn jarenlange, brede ervaring als ondernemer in. Zijn andere
onderneming is Mansoa Fair Trading, importeur en
groothandel van fairtradelevensmiddelen. Eerder werkte
Hans Verhoef in functies met accenten op eerlijke handel,
ondernemerschap en het bankbedrijf in binnen- en
buitenland. Hans Verhoef bekleedde diverse nevenfuncties en commissariaten. Hij was onder meer
commissaris bij twee Oost-Europese banken, bestuurslid
van Stichting Max Havelaar en lid van de raad van toezicht van de Fair Trade Organisatie. Van 2002 tot 2008
was hij lid, later voorzitter van de beleggings­commissie
van Oxfam Novib. Van 1996 tot 2008 was hij voorzitter
van de kredietcommissie van het ASN-Novib Micro­
kredietfonds.
Directie ASN Beleggingsinstellingen
Beheer B.V.
Bas-Jan Blom
Bas Jan Blom (1962) is als directeur ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V. verantwoordelijk voor de beleggingsfondsen van de ASN Bank, en als eindverantwoordelijke van de afdeling ASN Vermogensopbouw voor
het spaarbedrijf van de bank. Tevens is hij directeur
van Energiefonds Overijssel. Voorheen heeft hij acht
jaar bij Schretlen & Co gewerkt, waar hij verschillende
managementfuncties vervulde op het gebied van
financiële planning, relatiemanagement en beleggingsadvies. Daarvoor was hij vijftien jaar werkzaam bij ABN
AMRO. Bas-Jan Blom is bestuurslid van de Stichting de
Putsche Ruiters.
63
ASN-Novib Microkredietfonds Jaarverslag 2013
Diane Griffioen
Diane Griffoen (1971) is sinds oktober 2012 als
directeur van ASN Beleggingsinstellingen Beheer B.V.
verantwoordelijk voor het beheer van de fondsen.
Daarnaast is zij als afdelingshoofd van ASN Vermogensopbouw verantwoordelijk voor het productbeheer van
de ASN Bank, inclusief de aansturing van het team.
Sinds haar afstuderen in 1997 heeft Diane verschillende
functies in de beleggingssector vervuld. Zij was directeur
Triodos Investment Management, hoofd Vermogens­
beheer bij ING Private Banking en aandelenanalist bij
Kempen & Co. Diane is in 1997 afgestudeerd als econoom
aan de Universiteit van Amsterdam, en behaalde in
2001 haar CFA-titel (Chartered Financial Analyst).
Diane Griffioen is bestuurslid van het Nederlands
Migratie Instituut en extern lid van de Beleggings
Advies Commissie van Menzis zorgverzekeraar.
Naast bovengenoemde personen heeft ASN Bank N.V.
zitting in de directie van ABB. Deze vennootschap
wordt vertegenwoordigd door:
64
Ewoud Goudswaard
Ewoud Goudswaard (1958) is sinds 2001 algemeen
directeur van de ASN Bank. Tevens is hij lid van de raad
van commissarissen van Triple Jump, de projectbeheerder
van het ASN-Novib Microkredietfonds. Ewoud Goudswaard begon zijn carrière bij de NMB Bank, later ING
Bank, in het kredietrisicomanagement voor (grote)
zakelijke relaties. Vanaf 1992 bekleedde hij directiefuncties in Haarlemmermeer, Amsterdam en Rotterdam;
vanaf 1997 was hij voorzitter van de directie van het
district Midden-Holland. Ewoud Goudswaard heeft
diverse nevenfuncties: hij is lid van de raad van advies
van de Club van Rome Nederland en van de raad van
advies van Plan Nederland, en penningmeester van de
Museumvereniging en de stichting Museumkaart.
Jeroen Jansen
Jeroen Jansen (1962) is sinds 2005 directeur van de
ASN Bank, met marketing, communicatie, public
relations, vermogensbeheer, duurzaamheidsbeleid
en research als voornaamste aandachtsgebieden.
Jeroen Jansen begon zijn bankcarrière bij Triodos Bank.
In 1995 ging hij naar de Hollandse Koopmansbank
(nu SNS Asset Management). Daar ontwikkelde hij
vermogensbeheerdiensten en duurzaamheidsresearch
voor institutionele beleggers, maatschappelijke instellingen en de ASN Bank. In 2000 trad hij aan als manager
Maatschappelijke Strategie bij Concern Communicatie
SNS REAAL. Tevens maakte hij deel uit van de staf van
de ASN Bank, ter ondersteuning van de toenmalige
directie. In 2001 werd hij adjunct-directeur van de
ASN Bank. Jeroen Jansen is onder meer penningmeester
van Stichting Avondster en zit in de programmaraad
van MVO Nederland.
Colofon
Ontwerp
MissionFromMars in samenwerking met SBDD
Opmaak/dtp
Quantes, in samenwerking met Elan Strategie & Creatie
Fotografie
Joost van der Vleuten, Eric St. Pierre (cover), Jeroen
Nooter (kiosk Mongolië) en archief ASN Bank.
Druk
Quantes
Dit jaarverslag is gedrukt op
Cocoon 100% FSC Recycled
ASN Bank
Bezuidenhoutseweg 153
2594 AG Den Haag
Postbus 93514
2509 AM Den Haag
ASN Klantenservice 0800 – 03 80 (gratis)
Fax 070 – 361 79 48
E-mail [email protected]
U kunt een pdf van dit jaarverslag downloaden van
www.asnbank.nl.
65