Bekijk hier de nieuwste Sporthart!

Magazine van HAN Sport en Bewegen. Nr.5
‘Zo netjes
ben ik altijd’
Topsportuur met Louis van Gaal
Succesvolle Olympische Spelen
Met HAN SENECA Sportbrood
Student Luuc Bugter
Schaatsen tegen
Sven Kramer
SOCIAL MEDIA
www.han.nl/sEb
Voor studenten
facebook.com/HANsportenbewegen
twitter.com/HANsportbewegen
HANsportenbewegen.nl
Voor alumni
Alumni HAN Sport en Bewegen
Voor pro’s
twitter.com/HAN_SenB
HAN Sport en Bewegen
HANsportenbewegen.nl/profesionals
COLOFON
sporthart is het magazine van
han sport en bewegen
(hogeschool van arnhem en nijmegen)
prof. molkenboerstraat 3
6524 rn nijmegen
2
| Sport en Bewegen
redactie
eindredactie
fotografie
vormgeving
drukwerk
lennart van eekhout
marcel rözer
patrick spierts
han geurts
Arnoud van de ven
lennart van eekhout
han geurts
heleen van der wilt
coos dam
ralph Schmitz
ben schot, graphic design bno
joost Hertsenberg
bright advertising
 Gouden kansen
8
 Innovatief
sportbrood
 Louis van Gaal
in topsportuur
6
22
Inhoud
 RACERUNNER
 TESTEN EN METEN
 SCHAATSEN TEGEN
SVEN KRAMER
24
 MAX VAN DER PAS
TOPBOKSER
12
18
32
HAN Sport en Bewegen nr. 5
Column
racerunner
LOUIS van gaal
innovatief sportbrood
het sporthart van...
schaatsen tegen sven
gouden kansen
Sportsurplus
vervangingsfonds han seneca
verhuizing naar gymnasion
testen en meten
master sport- en beweeginnovatie
boekenrubriek
stage in ethiopiË
columns studenten & stel je voor
Pag. 4
Pag. 6
Pag. 8
Pag. 10
Pag.12
Pag. 13
Pag. 14
Pag. 16
Pag.18
Pag. 20
Pag.22
Pag.24
Pag.26
Pag.28
Pag.30 + 32
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
3
Feestje
Ik moet in deze tijden van dreigende (Koude) oorlog vaak denken
aan de uitdrukking; Brood en Spelen. ‘Panem et circenses’,
noteerde de Romeinse schrijver Juvenalis in de eerste eeuw na
Christus. Hij bedoelde het cynisch. Zolang het volk zich liet
misleiden met eten en spelen, zou het nooit wat worden met de
ontwikkeling van de inwoners van het Romeinse Rijk.
Is er wat veranderd eigenlijk? Leken de Olympische Spelen van
Poetin niet heel erg op de klassieke Spelen van het oude Rome?
Of erger nog, leken ze niet als twee druppels water op de naziOlympics van 1936? Die van Adolf H., de man die het grootste deel
van de mensheid in een Wereldoorlog betrok.
Ik las dat Bert van Marwijk, vier jaar geleden nog koning Voetbal
van Holland, een opstand wil ontketenen tegen het WK voetbal
in Qatar. In dat golfstaatje zijn honderden arbeiders omgekomen
bij de bouw van voetbalstadions. En als ze niet het loodje legden,
werden ze behandeld als slaven. Dit alles onder het toeziend oog
van de FIFA, die dat oog voor de gelegenheid graag hermetisch
gesloten hield. In Brazilië is het al niet veel anders. Stadions
worden onder onmenselijke omstandigheden gebouwd. Alles staat
onder enorme (tijds-)druk, dan zijn mensenlevens niet zo heel veel
waard.
Tja… En toch. En toch. En toch verheug ik me. Het WK-voetbal is
een vierjaarlijks feestje, dat ik vier vanaf mijn zevende. Eerst niet
bewust, daarna met volle teugen genietend. Namen verschijnen
op de tekstbalk die in mijn hoofd gaat lopen als het om het WK
gaat. Roger Milla, Ronaldo (de dikke), Maradona, Rossi, Lothar
Matthäus. Enzovoort, enzovoort. Ik weet niet meer naar welke film
ik vorige week ging, maar nog wel waar ik de finale van het WK
van 1986 heb gekeken.
Toen ik in 2008 bezig was aan een boek over het WK van 1978,
vond ik mezelf terug op de zolder van het ESMA-gebouw, in het
centrum van Buenos Aires. In de ESMA werden onschuldige
mensen door het regime van de toenmalige dictator Jorge Videla
gevangen gehouden en gemarteld. Ook tijdens de WK-finale van
1978, toen Nederland met 3-1 verloor. Ik stelde me het voor: een cel
die zo klein is, dat je er niet in kunt liggen. Je bent gemarteld en
hoort in de verte (het stadion was slechts drie straten verderop) hoe
een voetbalwedstrijd duizenden tot euforie brengt…
Sport en politiek mogen niets met elkaar te maken hebben,
zeggen ze. Maar helaas hebben ze áltijd met elkaar te maken.
En ik ken geen manier om daarmee om te gaan. Je verheugen
op een voetbalfeest, maar wel met beide ogen open voor alles wat
eromheen gebeurt.
Marcel Rözer
4
| Sport en Bewegen
SGM studente Gayle Mahulette
Nederlands kampioen badminton
Onlangs kroonde de 20-jarige SGM studente Gayle Mahulette
zich tot Nederlands kampioen badminton. De vierdejaars
studente Sport, Gezondheid en Management werd voor het
eerst in haar loopbaan Nederlands Kampioene.
SGM start ook met topsportklas
In navolging van de ALO start ook de opleiding Sport,
Gezondheid en Management (SGM) van HAN Sport en
Bewegen met een topsportklas op Papendal. De klas voor
propedeuse studenten gaat in het studiejaar 2014/2015 van
start. Met deze topsportklas geeft de Hogeschool van Arnhem
en Nijmegen verder vorm aan haar ambitie om (aankomende)
topsporters passende onderwijstrajecten aan te bieden, naast
de al bestaande topsportregeling.
Kijk voor meer informatie op www.HAN.nl/SGM.
HAN Sport en Bewegen en
Sportbedrijf Tilburg slaan handen ineen
Sinds het begin van dit jaar hebben HAN Sport en Bewegen
en Sportbedrijf Tilburg de handen ineen geslagen. Met de
ondertekening van een convenant is een duurzame relatie
bekrachtigd. Jacob van Hoek van Sportbedrijf Tilburg hierover:
‘Naast stagelopen op scholen of als combinatiefunctionaris
(studenten kunnen zich bij ons Sportbedrijf ontwikkelen tot
beginnend beroepsoefenaar), kunnen studenten een bijdrage
leveren aan het systematisch opzetten van beweegactiviteiten
en het evalueren hiervan.’
Het Gelders Eat2Move project
Provinciale Staten van Gelderland hebben besloten een topcentrum
te ondersteunen dat zich gaat richten op innovatie rond voeding en
bewegen. De provincie stelt 2 miljoen euro beschikbaar voor de
periode 2014-2017 en reserveert 2 miljoen euro voor de periode
2018-2020. Acht Gelderse organisaties (waaronder HAN Sport en
Bewegen) op het gebied van sport, voeding en gezondheid werken
samen in dit topcentrum dat de naam Eat2Move krijgt. De
deelnemende organisaties steken zelf ook vier miljoen in dit initiatief
dat voor de zomer van start gaat en een looptijd heeft van zes jaar.
Meer nieuws lezen? www.hansportenbewegen.nl
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
5
Mede ontwikkeld door experts HAN SENECA
Succes op de
Olympische Spelen
met Sportbrood
Onze Nederlandse topsporters hebben in Sochi tijdens de meest succesvolle Olympische Winterspelen aller tijden
de beschikking gehad over een speciaal ontwikkeld ‘Sportsgrain’ brood dat de prestaties optimaal ondersteunde. Het
brood werd met succes getest in de sportpraktijk en werd tijdens de Spelen ingevlogen voor het Nederlandse team.
Innovatief sportbrood
Het innovatieve sportbrood werd samen met het expertiseteam
HAN SENECA Sports & Exercise Nutrition ontwikkeld en getest
in het InnoSportLab Papendal en het Topsportrestaurant van
Sportcentrum Papendal. Uit de tests blijkt dat de Sportsgrain
Bar de perfecte basis biedt voor een topprestatie: ‘De combinatie
van zetmeel en vruchten zorgt voor een optimale mix van snelle
en langzame koolhydraten die aansluit bij de meest recente
wetenschappelijke inzichten voor het optimaliseren van de
koolhydraatinname,’ aldus Floris Wardenaar, embedded scientist
bij InnoSportLab Papendal en teamleider van het expertiseteam
HAN SENECA Sports & Exercise Nutrition.
Koolhydraten
Wardenaar vervolgt: ‘Dit brood bestaat uit pure ingrediënten en levert
zowel zetmeel, glucose als fructose waardoor glucosetransporters
in de darm optimaal worden benut. Uit wetenschappelijke inzichten
is gebleken dat bij een dergelijke mix van koolhydraten het lichaam
in staat is om 90 gram koolhydraten per uur op te nemen. Dit
betekent dat een sporter met dit brood kan voldoen aan de meest
recente aanbevelingen voor koolhydraten tijdens inspanning. De
Corendon-schaatsploeg maakte al tijdens de zomertrainingen
6
| Sport en Bewegen
in 2013 kennis met het sportbrood in het Topsportrestaurant in
Papendal. Sindsdien maakt het onderdeel uit van het sportdieet van
de Corendon-schaatsers, die unaniem enthousiast zijn.
Sochi
Tijdens de Olympische Winterspelen in Sochi was het sportbrood
beschikbaar voor de Nederlandse sporters. Het voordeel van
het brood is dat het een regulier voedingsmiddel is dat sporters
gewoon kunnen eten, als ontbijt of lunch of tussendoor – maar
dan in een ‘plusversie’, met dezelfde effectieve resultaten als een
speciale sportreep. En behalve gezond, is het brood ook heel lekker
van smaak.
De unieke samenstelling van het brood is gebaseerd op de meest recente
wetenschappelijke inzichten gericht op sportvoedingsonderzoek.
Het bestaat uit pure grondstoffen, zonder e-nummers. Een belangrijk
bestanddeel is teff, een specifieke graansoort uit Afrika met meer
langzaam verteerbare koolhydraten. Daarnaast bevat het brood ook
wortelvezel, banaan, cranberries, rozijnen, lijnzaadmeel, tarwekiemen
en zuurdeegpoeder. Op dit moment is het brood alleen verkrijgbaar
voor topsporters. Over enkele maanden ligt het in de handel.
InnoSportLab Papendal
Topsportrestaurant
InnoSportLab Papendal biedt sporters geavanceerde test- en
meetapparatuur waarbij in de trainingsomgeving getest kan worden.
Voor bedrijven en kennisinstellingen is InnoSportLab Papendal de
innovatieve omgeving om gezamenlijk in de praktijk te werken aan
ontwikkeling, realisatie en validatie van nieuwe innovatieve producten,
diensten en faciliteiten ter ondersteuning van de topsport.
Het Topsportrestaurant binnen de Arnhemhal op Papendal
onderscheidt zich als restaurant waar “functionele voeding” puur
en dagvers wordt bereid. Dit wil zeggen, dat het aanbod van alle
voeding in receptuur met voedingswaarde is vastgelegd en dat de
topsporter het nuttigen van de maaltijden specifiek op inspanning,
rust of herstel kan timen.
Meer info? Kijk op www.innosportlabpapendal.nl
Meer info? Kijk op www.sportcentrumpapendal.nl
HAN SENECA
Sportgrain
HAN SENECA is het expertisecentrum voor sport, arbeid en
gezondheid van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen en is
onderdeel van HAN Sport en Bewegen. HAN Sport en Bewegen
is een opleidingsinstituut van de Hogeschool van Arnhem en
Nijmegen voor sport- en beweegopleidingen. HAN SENECA Sports
& Exercise Nutrition wil als onderdeel van het instituut iedereen de
meerwaarde laten ervaren van een kwalitatief hoogwaardige voeding
bij sport en bewegen. Als opleidingsinstituut ligt de primaire focus
op het opleiden van (studenten voor) het werkveld. Verder is het een
combinatie van het geven van onderwijs, het doen van onderzoek in
de praktijk en het aanbieden van dienstverlening op het gebied van
sportvoeding en sportvoedingsbegeleiding in Nederland.
Sportsgrain is de naam waaronder de initiatiefnemers
Millets Place en Bakels-Senior, in samenwerking met NTCP8,
hoogtechnologische kennis combineren met ambachtelijke
productiewijzen, in de overtuiging dat zo hoogwaardige (top)sporten dieetproducten kunnen worden ontwikkeld. De ontwikkeling
van het ‘Sportsgrain’ brood is ondersteund door een Innovatie
Prestatie Contract (IPC)-subsidieregeling vanuit Rijksdienst voor
Ondernemend Nederland, waarvan InnoSportNL, FoodValley en
Alliantie Voeding Gelderse Vallei de coördinatoren zijn.
Meer info? Kijk op www.sportsgrain.com
Meer info? Kijk op www.HAN.nl/SENECA
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
7
Een community met oog voor talent
gouden kans
voor Gouden Kansen
Als de fascinatie voor talentontwikkeling zoveel mensen bezig houdt, dan moet er ook een eigentijdse plek komen waarop deze mensen elkaar kunnen ontmoeten. Dat was in het kort gezegd het uitgangspunt waarmee het expertiseteam
Talent-herkenning en ontwikkeling begon aan een digitaal platform. ‘De gewenste kruisbestuiving is er vanaf het eerste
moment’, glundert Sebastiaan Platvoet, programmamanager van het Centre of Expertise Sport- en Beweegtalent.
De Olympische Spelen in Sotsji brachten niet alleen het Nederlandse
sportvolk in verrukking, ook de talentontwikkelaars, ver weg en
dichtbij, bogen zich over de hamvraag: ‘Hoe kan het dat Nederland
zoveel succes had?’
Zoals zo vaak was het niet één antwoord, al wilden de Amerikanen doen
geloven dat het kwam omdat Nederlanders op de schaatsen naar hun
werk gaan. Vol afgunst constateerden de Amerikanen dat Nederland
alleen 23 schaatsmedailles had gewonnen, omdat er slechts vijf landen
serieus met deze tak van sport bezig waren. Chef ‘d equipe Maurits
Hendriks moet een glimlach niet hebben kunnen onderdrukken.
‘Sotsji was wel het voorbeeld zoals wij het graag zien’, zegt Sebastiaan
Platvoet. ‘Elke dag was er wel een blog dat aanzet gaf om in gesprek te
gaan over talentontwikkeling.’ Ruben Rensink, webbeheerder van het
platform: ‘Je ziet dat er mooie pieken zijn in de belangstelling als er
een blog is gepost.’
‘Wij willen met het Centre of Expertise een centrale plek innemen’,
legt Platvoet uit. ‘Daarom deze website, waarin blogs gemaakt worden
vanuit het Centre of Expertise én vanuit het werkveld. Op 4 juni
aanstaande is er daarom een symposium, waaraan het werkveld,
anders dan anders, actief deel kan nemen.
Kijk voor meer info op www.GoudenKansen.eu
8
| Sport en Bewegen
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
9
Nieuwe locatie studiejaar 2014/2015
HAN Sport en Bewegen
verhuist naar Gymnasion
Vanaf het nieuwe studiejaar 2014/2015 zullen de opleidingen Leraar
Lichamelijke Opvoeding (ALO), Sport- en Bewegingseducatie (SBE)
en Sport, Gezondheid en Management (SGM) in het Gymnasion
gehuisvest zijn, op de Heyendaalseweg 141 in Nijmegen. Daarnaast
blijven we ook gebruik maken van het onderwijsgebouw op
Papendal, het hart van de Nederlandse (top)sport. Het gebouw aan
de Professor Molkenboerstraat zal verlaten worden. Dat is voor de
meeste studenten van de ALO en SBE goed nieuws, want zij volgen
al veel van hun praktijklessen in en rondom het Gymnasion. Dat
HAN Sport en Bewegen naar een omgeving verhuist die sport,
bewegen en gezondheid uitstraalt, blijkt wel uit deze fotocollage.
10
| Sport en Bewegen
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
11
wie iets met sport heeft leest sportboeken
IK HEB AL EEN BOEK
In deze rubriek zoomen we in op de beste sportboeken. We kiezen telkens drie actuele
sportboeken en zoomen in op de Top 10 van beste sportboeken ooit. Daarin recenseren
we dan telkens één boek.
Tussen geven en nemen - Hein Lodewijkx
Een boek voor wie wielrennen wil begrijpen. Of voor de wielerliefhebber die nog
eens wil lezen over de ‘afspraak’ tussen Fransesco Moser en Gerrie Kneteman
bij het WK van 1978. Hein Lodewijkx beschrijft met de nodige diepgang hoe
wielrennen opgevat kan worden als een spel van geven en nemen. Over ‘flikken’,
‘linkeballen’, en ‘combines’.
De Wielermafia - Daniel Coyle
Daniel Coyle schreef al eerder het boek ‘De oorlog van Lance’ (2006), waarin
hij laat zien hoe gedreven Lance Armstrong is om alles te winnen. In dit boek
schrijft Coyle samen met ex-wielrenner Tyler Hamilton over de opkomst van EPO
als prestatieverhogend middel en de rol van Armstrong als Capo di Capi. Als
je het boek leest, zie je Armstrong voor je als Tony Soprano die commandeert,
beloont, straft en met harde hand bepaalt wat er moet gebeuren.
Van Arsenal naar de bajes - Glenn Helder
Een recensie over een boek dat nog niet gelezen is? Kan dat wel? In dit geval
nemen we het risico. 99 procent kans namelijk dat de biografie van Glenn
Helder een vlot geschreven niemandalletje is over een voetballer die op het
slechte pad raakt. Waar lazen we dat eerder? We hopen voor de arme Glenn –
die niets minder is dan een aardige, eenvoudige vent – dat het een bestseller
wordt. Maar we vrezen het ergste.
top 10 In willekeurige volgorde
sportboeken aller tijden
1
Open, de biografie van André Agassi
2 De proloog, Bert Wagendorp
3
Chez Stans, Jan Mulder
4 Wij waren de besten, Auke Kok
5
Sacred Hoops, Phil Jackson
6 Futebol, Alex Bellos
7 Moneyball, Michael Lewis
8 Het Gevecht, Norman Mailer
9 Nadal, biografie van een fenomeen
10 De renner, Tim Krabbé
12
| Sport en Bewegen
Wij waren de besten
Vraag het je vader of opa: de WK-finale van 1974
hadden we moeten winnen. ‘Wij waren de besten.’
Met dat nationaal gedragen uitgangspunt ging
journalist Auke Kok in 2003 op onderzoek uit. Wat
was er precies gebeurd in West-Duitsland? Lag
Johan Cruijff inderdaad met blote Duitse meisjes
in het zwembad, zoals de Boulevardpers van onze
buren keihard had beweerd? En nog belangrijker,
verloren ‘we’ de finale omdat Johan van zijn vrouw
Danny daarom naar huis moest komen? Auke Kok
had een prachtige timing, want dertig jaar na dato
waren de meeste hoofdrolspelers – behalve Cruijff
zelf natuurlijk - bereid om te spreken. Het werd een
gedegen en vlot leesbaar onderzoek en daarnaast
een trip ‘back to the seventies’.
Racerunner
Loop, jog of ren… voel je Super(wo)man!
Voor kinderen die in een rolstoel zitten of zeer moeilijk kunnen lopen, is er goed nieuws: de Racerunner! Deze
bijzondere driewieler zorgt ervoor dat zij weer kunnen lopen of rennen. Arnoud Edelman Bos (22) is derdejaars
student Sport- en Bewegingseducatie (SBE) en loopt stage bij het VU Medisch Centrum Amsterdam dat het gebruik
van de Racerunner onderzoekt.
‘De Racerunner is een sportdriewielfiets zonder pedalen en met
een borststeun. Kinderen kunnen zich voortbewegen door te lopen
of te rennen. Kinderen die normaal gesproken in een rolstoel
zitten, doen hiermee een heel nieuwe bewegingservaring op. De
Racerunner is in Denemarken bedacht en daar is het al een begrip.
Aan mij de taak om dit ook in Nederland te realiseren. Daarin
word ik begeleid door Petra van Schie, kinderfysiotherapeute en
onderzoeker aan het VU Medisch Centrum in Amsterdam. Zij heeft
met hulp van een aantal fondsen zeven Racerunners ondergebracht
bij Mytylscholen en heeft nog drie Racerunners voor onderzoek
naar het effect op het gebied van conditieverbetering.’
op organisatorisch niveau. Ik werk samen met verschillende
stimuleringspartijen en specialisten zoals Special Heroes
en Onbeperkt Sportief, bewegingsagogen, revalidatieartsen,
fysiotherapeuten en de importeur. Daardoor kost alles vaak meer
tijd dan je denkt. Er komt veel bij kijken voordat er iets gebeurt.
Ik werk vooral van huis uit. Regelmatig overleg ik via skype met
Petra. Maar de planning en tijdsindeling bepaal ik voor een groot
deel zelf. Dat geeft aan de ene kant een hoop vrijheid. Aan de
andere zit ik best veel thuis achter de computer of telefoon en mis ik
wel eens het contact met collega’s. Maar gelukkig kan ik vaak helpen
met de testen en de begeleiding.’
Promotiewerk
‘Doel van mijn stage is om de Racerunner verder te introduceren
bij revalidatiecentra in Nederland. Dat betekent dat ik veel op pad
ben om het product te demonstreren. Hierbij verzorg ik worshops
en trainingen voor begeleiders en deelnemers. Daarnaast doe
ik promotiewerk op evenementen voor gehandicapte kinderen.
Als er interesse is, regel ik ook het contact met de importeur. Bij
verschillende mytylscholen bied ik ondersteuning, houd ik de
voortgang bij en help ik bij vragen en problemen. Het uiteindelijke
doel is dat de Racerunner ook bij atletiekverenigingen wordt
gebruikt zodat kinderen ermee kunnen sporten. In Schotland en
Scandinavië wordt hij al gebruikt voor sportcompetities.’
‘Het unieke aan de Racerunner is de beleving van het lopen. Het is
prachtig om te zien als een kindje uit de rolstoel in de Racerunner
stapt. Er komt meteen een glimlach op het gezichtje en ze willen
er vaak niet meer vanaf. Het is mooi om te zien hoe blij die
kinderen dan kunnen zijn. Ik ben er erg trots op dat ik al meerdere
revalidatiecentra, mytylscholen en sportstimuleringsorganisaties
enthousiast heb weten te krijgen.’
Leerzaam
‘Voor een SBE-er wijkt deze stage opdracht best wel af. Ik ben
eigenlijk wat minder bezig met agogisch werk, maar meer met
promotie. Ook al is er geen enkel financieel belang bij de stageorganisatie, ik voel me soms een soort vertegenwoordiger. Maar
ik vind dat ook wel interessant. Het is weer eens iets anders
en het is leerzaam om te zien wat er allemaal bij komt kijken
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
13
Het sporthart van...
Petra Pompen en Daniëlle van Dorst - secretariaat
Petra: ‘Vroeger als meisje klom ik over het hek bij stadion De Goffert.
De suppoosten zagen dat wel, maar ze lieten ons met rust. Toen kon
je dus nog gewoon gratis naar een wedstrijd.’
Daniëlle: ‘Mijn vader voetbalde bij Blauw Wit en was gek van het
spelletje. Ik ging aan zijn hand naar het stadion. Dat zijn prachtige
herinneringen.’
Petra: ‘Ze hebben veel verloren de afgelopen tijd. En soms moet ik er
echt om huilen. Ja, dan kun je wel zeggen dat ik supporter ben.’
Daniëlle: ‘Toen ik een kind kreeg, lag die vanzelfsprekend met een
NEC-rompertje in zijn wieg. Mijn vriend is ook gek van NEC.’
Petra (l): ‘Ze hebben veel verloren
de afgelopen tijd. En soms moet ik
er echt om huilen. Ja, dan kun je
wel zeggen dat ik supporter ben.’
Petra: ‘Ik mis geen wedstrijd. Toen ze een paar jaar geleden in Europa
speelden, ben ik ook meegeweest. Uit in Hamburg bij HSV. Geweldig
was dat.’
Daniëlle: ‘Ik moet het wel eens uitleggen aan mensen die er niets van
snappen. ‘Support your local club’, zeg ik dan. Het is zo makkelijk om
voor een van de grote voetbalclubs te zijn. NEC wint nooit iets. Maar
wij staan achter de club. Samen.’
Petra: ‘Vooral dat laatste is heel belangrijk.’
Caspar Kipp - student SGM
‘Eigenlijk is dat golfen een uit de hand gelopen hobby. Mijn handicap is 1,1. Dat was ooit 0,7.
Nee, veel beter ga ik niet meer worden. De echte top ga ik niet meer halen. De jongens die
dat wel lukt, hebben iets dat ik alleen af en toe heb: ze kunnen een knop omzetten. Dus, ook
al zijn ze niet in vorm of voelen ze zich niet goed, ze slaan dat balletje er gewoon in.
Vorig jaar zat ik in een periode waarin ik supergoed speelde. Ik kwalificeerde me voor
het NK. Dat was in Geijsteren, toevallig mijn thuisbaan. Ik werd gesteund door een
grote aanhang. Ik sneuvelde uiteindelijk in de tweede play-off, mijn tegenstander was de
Europees kampioen van vorig jaar. Dus dat was geen schande.
Het mooie van golf is de strijd die je voert, tegen jezelf, tegen de baan, de omstandigheden.
Dat is als het goed gaat een heerlijke strijd, maar als het misgaat, en dat gaat het bijna
altijd, erg frustrerend. Ik heb geleerd om met die frustratie om te gaan, maar makkelijk
was dat niet.’
14
| Sport en Bewegen
‘Eigenlijk is dat golfen een
uit de hand gelopen hobby.
D
Dat zijn prachtige herinneringen.’
extreme inspa
Robbert Plass - docent
‘Ik zit even in een wakje, want ik heb last van een rughernia. Maar
normaal gesproken hou ik van extreme inspanningen. Het absolute
hoogtepunt daarin is de ToughGuy-challenge in Wolverhampton. Dat is
een wedstrijd over vijftien kilometer; ’The country miles’ gevolgd door
een hindernisbaan met (naar eigen zeggen) tien keer zoveel hindernissen
als ‘vergelijkbare’ initiatieven zoals de Viking Run of de Strongmanrun.’
Eigenlijk is Wolverhampton met niets te vergelijken, het is zwaarder
dan alles wat ik ken. Je moet vooraf dan ook een papier ondertekenen
waardoor de organisatie niet verantwoordelijk gehouden kan worden
mocht je overlijden. Als je dan toch overlijdt, kun je ervoor kiezen om
begraven te worden op hun eigen begraafplaats naast het parcours (een
optie die ik ook aangevinkt had). De Toughguy vindt plaats eind januari
zodat je verzekerd bent van uren in ijskoud water. Andere dingen die je
tegenkomt: vuur, elektrische schokken, onderwater-tunnels en wat dacht
je van zeer smalle tunnels waarvan enkele ook nog doodlopen ook… Elk
jaar haalt maximaal een derde de finish.
Waarom doe je zoiets? Iedereen die meedoet heeft een steekje los maar de
kameraadschap die mensen bij een dergelijk evenement verbindt en het
verleggen van je eigen grenzen is verslavend. Ik kan niet wachten tot ik
weer mee kan doen.’
‘Ik zit even in een wakje, want ik
heb last van een rughernia. Maar
normaal gesproken hou ik van
extreme inspanningen.’
Geert van der Veer - directeur HAN SENECA
‘Laatst was ik weer in de bergen. Poedersneeuw! Dan ben je mij kwijt. Dan moet ik per se
naar boven. En soms laat ik me door een helikopter ergens op de berg afzetten. Dat gevoel dat
ik daar boven heb, is moeilijk te beschrijven. Aan de ene kant is het: to go where no one has
gone before. Alles is maagdelijk wit, onbetreden, schoon. En daar mag ik dan als eerste mijn
spoor trekken. Prachtig om te zien als je omkijkt en je keurige sinussen door de sneeuw hebt
getrokken.’
‘Laatst was ik weer in de
bergen. Poedersneeuw!
Dan ben je mij kwijt.
‘Ik kom verder ook heel graag in de bergen. Wandelen, fietsen… Samen met een aantal
vrienden hadden we al een paar keer geprobeerd om een bepaalde berg op te fietsen, maar dat
was telkens niet gelukt. De paden waren slecht, het was erg steil en altijd zat er wel iets tegen.
Toen ik er een keer alleen was, ben ik die berg toch weer opgegaan. Ik moest en zou die
top halen. Dat betekende in dit geval dat ik honderden meters met de fiets op de rug moest
klimmen. Maar uiteindelijk heb ik het gered. Die kick is verder met niets te vergelijken.’
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
15
Studenten vinden gat in de markt
Sport
surplus
Ze volgden alle drie de minor Sporteconomie aan de HAN. Allemaal vanuit een andere opleiding maar met dezelfde
drive: ondernemen en iets toevoegen aan de sportwereld! Burak Oosterveen (MER-alumnus), Kyran Ramautar (ALOalumnus), en Tom Froon (vierdejaars SGM) vormen nu samen het bedrijf SportSurplus. Met HAN-docenten Willem de
Boer en Jelle Schoemaker als coach op de achtergrond. Tom: ‘SportSurplus haalt het beste uit sportevenementenen.’
Aanleiding voor het bedrijf was een nieuwe subsidieregeling
van de provincie Gelderland, gericht op het vergroten van
de economische impact van sportevenementen. Tom: ‘Veel
organisatoren hebben geen tijd om zich te verdiepen in deze vaak
complexe regelingen. Wij adviseren organisatoren hoe ze er toch
gebruik van kunnen maken en helpen met het schrijven van
aanvragen.’
Win-win
De jonge ondernemers zijn in november gestart en hebben
nu al een eerste opdracht achter de rug; Kyran: ‘In opdracht
van EQ International, het bedrijf achter onder andere Outdoor
Gelderland en Jumping De Achterhoek, hebben we drie
aanvragen geschreven om de impact van hun evenementen te
‘Wij begeven ons in de driehoek sport, kennisinstelling
en het bedrijfsleven’
16
| Sport en Bewegen
vergroten. Dat kan bijvoorbeeld door arrangementen aan te
bieden waardoor bezoekers langer willen blijven, de stad in gaan,
een hotel boeken en geld uitgeven in de stad. Maar ook extra
projecten aan het evenement toevoegen zoals een congres of een
breedtesportactiviteit.’
De ondernemers zijn erg gedreven en staan te trappelen om
hun bedrijf uit te bouwen. Kyran: ‘We begeven ons midden
in de driehoek sport, kennisinstelling en bedrijfsleven.
Evenementorganisatoren hebben vaak geen tijd zich te verdiepen
in allerlei regelingen en de Hogeschool is vooral bezig met
kennisontwikkeling. Wij kunnen een bijdrage aan de sport leveren
door onze kennis toe te passen in de praktijk. Het mes snijdt dus
aan meerdere kanten’. Tom doet daar nog eens schepje bovenop:
‘Door tijdens mijn studie al met één been in de praktijk te staan,
maakt de stap naar werk een stuk soepeler.’
Subsidies
Omdat de jongens alle drie fulltime verplichtingen hebben, moet
alles in de avond- en tussenuurtjes gepland worden. Kyran: ‘Dat is
inderdaad wel eens lastig, hoewel je ook met skype een heel eind
komt. Maar een opdrachtgever wil je toch graag ook ontmoeten.
Ik kan dan ook niet wachten om fulltime met SportSurplus aan
de slag te gaan. Maar daarvoor moet er eerst verdiend worden.
Omdat we op no cure no pay-basis werken zijn we af hankelijk van
de toekenning van subsidies. En daar gaat nu vaak een hele tijd
overheen. Als er eenmaal groen licht is, gaan we verdienen. Niet
alleen aan de provisie, maar we bieden ook hulp bij de uitvoering
van de plannen’.
Leerschool
Met docenten Jelle en Willem als coach beschikt SportSurplus
over een mooi klankbord maar ook een groot netwerk en ervaring.
Tom: ’Wij zijn de HAN erg dankbaar voor deze kans en leren
hier ontzettend veel van. Voor ons is het geweldig om in de sport
te kunnen werken en de kennis te verrijken met onze ervaring.
Dat doen we door af en toe gastcolleges te verzorgen.’ Voor
Kyran bleek het een nieuw inzicht in zijn carrière: ‘Hoewel ik
de ALO heb gedaan, heb ik ook gemerkt dat ik ondernemen en
innovatie interessant vindt. SportSurplus geeft me de kans om
me hierin te bewijzen. Ik ben dan ook erg trots dat we inmiddels
gesprekken hebben gevoerd met de Zevenheuvelenloop, het NK
Baanwielrennen en Livestrong.’
SportSurplus
Meer info? [email protected] of
[email protected]
Vlnr.: Willem de Boer, Tom Froon, Jelle Schoemaker
en Kyran Ramautar. Burak Oosterveen kon vanwege verblijf
in het buitenland helaas niet bij het interview aanwezig zijn.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
17
Geert van der Veer
Samen op
onderzoek
InnosportNL & SENECA
Wie een University of Applied Science wil zijn, moet zich bewijzen in toegepast onderzoek. Dat weet ook Geert van
der Veer, directeur van SENECA, het expertisecentrum voor sport, arbeid en gezondheid van de HAN. En dus is de
samenwerking tussen InnosportNL en HAN SENECA geïntensiveerd. ‘Ons mobiele laboratorium zal vaker opduiken op
plekken waar jonge sporters zich verzamelen.’
‘Eigenlijk is het verhaal vrij simpel’, legt Van der Veer uit. ‘Als je
een kind test op aanleg voor obesitas, kun je eigenlijk net zo goed
meteen meten welke sport het beste bij hem of haar past. Daar
hoeven kinderen of de ouders ervan niets mee te doen, maar dat
mag natuurlijk wel.’
Verdienmodel
Behalve uit deze ‘slimme sportkeuze’, valt er nog heel wat meer
winst te boeken. Van der Veer: ‘De fysieke overeenkomsten tussen
schaatsers en wielrenners zijn genoegzaam bekend. Maar is
roeien bijvoorbeeld ook geen vergelijkbare sport? Nu is die tak
van sport voorbehouden aan studenten, maar er zijn vast en zeker
meer mensen die roeien een geweldige sport vinden. En die ook
nog eens aanleg hebben.’ Voor SENECA is het verzamelen van
data van eminent belang. ‘In principe gaat het bij ons altijd om
onderzoek dat aansluit bij de markt. SENECA moet zijn eigen
broek ophouden, want het kan natuurlijk niet zo zijn dat wij geld
op maken dat voor onderwijs bestemd is. In de praktijk wil dat
zeggen dat wij gezondheidsmetingen verrichten bij bedrijven en
overheidsinstellingen. Dat levert geld op.’
Bij deze ‘sportmetingen’ ligt dat verdienmodel ingewikkelder,
geeft Van der Veer toe. ‘Maar ik bekijk het nuchter en volgens mij
is daar geen speld tussen te krijgen; mensen die in beweging zijn
18
| Sport en Bewegen
en blijven, kosten de samenleving minder geld. Het voorkomen
van diabetes op jonge leeftijd voorkomt dat je dertig, veertig jaar
lang hoge gezondheidskosten hebt. Dus als kinderen enthousiast
gemaakt kunnen worden om een bepaalde sport te gaan doen
waarvoor ze aanleg hebben, vergroten we de kans dat ze gaan
bewegen. Dat we dan ook talenten ontdekken is een prachtige
bijvangst.’
Mobiel lab
InnosportNL heeft inmiddels laboratoria op ‘vaste plekken’. Zo
is er een Heerenveen eentje dat toegespitst is op schaatsen,
Eindhoven heeft een zwemonderzoekscentrum en in Den Bosch
worden innovatieve ideeën voor turners getest. InnosportNL en
SENECA gaan met name samenwerken in het Mobile Health and
Performance Lab. De inmiddels beroemde truck van SENECA
staat binnenkort op plekken waar jonge mensen uit een specifieke
sportrichting opduiken. Van der Veer: ‘Je moet bijvoorbeeld
denken aan de RABO-fandagen, waar veel wielrenners op
afkomen.’
Het mes snijdt aan meerdere kanten, stelt Van der Veer. ‘Bij de testen
spelen studenten een belangrijke rol. Ze leren metingen te verrichten,
en data op te slaan. En uiteindelijk zorgen al die verzamelde data
ervoor dat er degelijk onderzoek verricht kan worden.’
‘Opduiken op plekken
waar jonge sporters
zich verzamelen’
Topprestatie door innovatie
Bobsleeën kan geen grote sport worden in een land zonder
bergen (en zonder sneeuw). Maar met een beetje slimme
aanvliegroute vallen er wél medailles te winnen bij de
Olympische Spelen. Met die gedachte begon Innosport al voor
de vorige OS van Vancouver aan een traject om Nederland in
deze on-Hollandse sport uiteindelijk aan een medaille te helpen.
Dat was nog bijna gelukt ook. Esmé Kamphuis en remmer Judith
Vis werden vierde in Sotsji.
Innosport vormde een projectconsortium bestaande uit de
bedrijven DSM, Eurotech/Viking Engineering en Modesi. De
TU’s Delft, Twente en Eindhoven zorgden voor ondersteuning
van TeamNL. Aldus werden er innovaties gerealiseerd aan onder
andere materialen en onderdelen. Verder werden aerodynamica
en stuurgedrag verbeterd, met een uiteindelijke vierde plaats als
voorlopige topprestatie. Doordat de ideeën ook werden verkocht
(aan Canada) kan het consortium toch een medaille tonen. Het
Canadese team werd tweede en won dus zilver.
HAN SENECA
HAN SENECA is het expertisecentrum voor sport, arbeid en
gezondheid van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
(HAN). Daarin werken onderzoekers en studenten van
HAN Sport en Bewegen, waar het expertisecentrum een
onderdeel van is, samen aan diverse projecten.
InnoSportNL
InnoSportNL is dé verbindende factor tussen sport,
wetenschap en bedrijfsleven. InnoSportNL initieert,
faciliteert en realiseert de ontwikkeling van innovatieve
producten en diensten voor Nederlandse sporters.
Deze innovaties stellen sporters in staat om duurzame
vooruitgang, voorsprong en winst te boeken en om
sportprestaties neer te zetten die olympische ambities
waarmaken en Nederland vitaal maken.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
19
Stage in Ethiopië
Trainers invliegen
vanuit Nederland
Er zijn steeds meer studenten die kiezen voor een stage in het
buitenland. Zo ook SGM-er Jorik Reins (20). Hij is net terug uit
Ethiopië en doet verslag van zijn ervaringen.
‘Een voetbalcompetitie opzetten voor dove meisjes, dat was
oorspronkelijk de opdracht die ik kreeg van House of Sport. Dat is
een bedrijfje van de 58-jarige Ethiopische Nederlander Mulugeta
Asmellash.’ Twintig jaar geleden vluchtte Mulugeta het land uit maar
hij vond dat hij iets terug moest doen. House of Sport organiseert
sport- en beweegprogramma’s voor gehandicapte kinderen op scholen
en in revalidatiecentra.
Geen visie
Al snel bleek dat er te weinig basis was voor het opzetten van de
meisjescompetitie. Jorik: ‘Bij de eerste trainingen waren er geen ballen,
geen coach en de meisjes hadden niet eens schoenen. De eerste periode
ben ik daarom vooral praktisch bezig geweest met het organiseren
van trainingen en toernooien voor gehandicapte jongens.’ Gelukkig
kwam er snel een nieuwe opdracht. ‘Of ik een mogelijke samenwerking
kon onderzoeken tussen de Ethiopian Youth Sports Academy, een
splinternieuw uit de grond gestampt topsportcomplex, en House of
Sport. Het complex strekt zich uit over 24 hectare grond en bestaat
onder andere uit een atletiekbaan, zwembad, basketbalveld en een
bioscoop. Kortom, alles erop en eraan. Kosten: 13 miljoen euro. Het
idee erachter is om alle toptalenten daar te laten sporten en studeren.
Maar er gebeurt vrijwel niks en er is ook geen idee of visie. Je vraagt je
af hoe dat kan in een land waar zoveel armoede is.’
Enthousiast
‘Ik heb een analyse gemaakt van beide organisaties en aanbevelingen
gedaan voor samenwerking. Inmiddels is er een officieel contract
tussen beide partijen getekend en is in Nederland een stuurgroep
opgericht. Daarin zitten partijen als Topsport Gelderland, de judobond,
de KNVB en Hogeschool Windesheim. De bedoeling is om vanuit
Nederland trainers en docenten in te vliegen die lokale trainers gaan
opleiden. Ik ben hier zo enthousiast over dat ik erover denk om ook
mijn afstudeeronderzoek hieraan te koppelen’, aldus Jorik.
Cultuurverschil
‘Een stage is het buitenland is een grote uitdaging’, vindt Jorik. ‘Je leert
enorm van de cultuurverschillen en de andere manier van leven. In
Nederland is alles zo strak georganiseerd. Als de trein vijf minuten te
laat komt, beginnen we al te zuchten. In Ethiopië heb ik wel eens drie
20
| Sport en Bewegen
Ethiopië
8°00 ’N 38°00 'E
Area - coverage
Land: 1.104.300 km²
Water: 0,7 %
Population: 93.877.025
uur op een bus gewacht die uiteindelijk niet kwam. Afspraken maken
is ook erg moeilijk. Zo organiseerde ik een grote sportdag voor 350
kinderen met veel verschillende sporten. De Britse ambassade, een
belangrijke geldverstrekker, zou komen kijken dus er hing nogal wat
vanaf. Om te beginnen kwamen de scheidsrechters al een half uur te
laat opdagen. Ons hele schema liep daarmee in de soep. Maar niemand
die zich daar druk om maakte. Aan het eind van de dag was iedereen
erg blij omdat alle kinderen hadden kunnen sporten. En eigenlijk ging
het daar ook om natuurlijk. Ik heb daarvan geleerd te relativeren en
alles wat luchtiger te zien.’
Rijk en arm
Jorik moest wel erg wennen aan het enorme verschil tussen arm en
rijk. ‘Blank is geld. Dat merk je aan het voortdurend bedelen en de
hogere prijzen voor blanken. Ook wordt je continu nagekeken. Soms
voelde ik me ook wel opgelaten. Ik woonde samen met nog een paar
andere Nederlandse studenten in een luxe guesthouse en wij werden
elke dag met een busje naar ons werk gebracht. Dit terwijl de manager
van ons stage bedrijf niet eens een badkamer thuis had.’
Hoewel Ethiopië niet zo’n goed imago heeft, kan ik iedereen aanraden
er heen te gaan. De mensen zijn erg vriendelijk en dankbaar voor wat
je komt brengen. Tijdens een 11-daagse safari heb ik ook gezien hoe
mooi de natuur is. En er is een bruisend nachtleven waar je met open
armen wordt ontvangen. Ze hebben hier een traditionele dans. Als je
dan de kroeg in komt en je begint mee te dansen ben je helemaal de
man. Mijn advies is dan ook: stel je in het begin bescheiden op en sla
geen belerende toon aan. Of zoals ze tegen ons zeiden: eerst invoegen,
dan toevoegen.’
‘Blank is geld. Dat merk
je aan het voortdurend
bedelen en de hogere
prijzen voor blanken.’
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
21
Topsportuur met Louis van Gaal
‘Zo netjes ben ik altijd’
De huidige bondscoach van het Nederlands elftal, Louis van Gaal, was te gast in het topsportuur van HAN Sport
en Bewegen. Hij beantwoordde vragen van dagvoorzitter Marcel Rözer en van de studenten Leraar Lichamelijke
Opvoeding (ALO), Sport- en Bewegingseducatie (SBE) en Sport, Gezondheid en Management (SGM). In een zo goed
als vol auditorium vertelde Van Gaal onder andere over zijn jeugd, wat de ALO voor hem betekend heeft en waarom hij
zo graag eens op een WK actief wil zijn als bondscoach.
Aandachtig luisterden de honderden aanwezigen naar wat de
bondscoach te vertellen had en ook vroegen de studenten hem
het hemd van het lijf. Want zij beseften waarschijnlijk ook dat
je niet vaak de kans krijgt om vragen te stellen aan iemand die
zoveel ervaring heeft in het trainersvak en die tegelijkertijd een
achtergrond heeft als ALO student.
Vraag
Het topsportuur werd negentig minuten en ook die vlogen voorbij.
Na afloop van de bijeenkomst kreeg Louis van Gaal uit handen
van SGM-student Coen Jansen een cheque ter waarde van 1.000
euro voor Spieren voor Spieren, de stichting waar de toptrainer
al veertien jaar ambassadeur van is. Coen kreeg deze eer dankzij
de goede vraag die hij stelde en waarmee hij ook door Van Gaal
werd uitgenodigd voor de eerstvolgende persconferentie van het
Nederlands elftal, waar Coen deze vraag mocht herhalen. Die
vraag luidde:
‘Meneer Van Gaal, in de publieke opinie staat u over het algemeen
bekend als een deskundige toptrainer, die in gesprek met de media
en critici echter niet altijd even fijngevoelig communiceert. U komt
soms laatdunkend over zodat het lijkt alsof u als enige de waarheid
in pacht heeft. Ook lijkt het er soms op alsof u altijd op zoek bent
naar erkenning en waardering voor uw visie en prestaties. Ik denk
echter dat u juist veel meer waardering zou krijgen wanneer u zich
in de confrontatie met de media minder kleinerend en met wat meer
bescheidenheid zou opstellen. Onder meer uit reacties van spelers die
onder u getraind hebben en uit uw inzet voor Spieren voor Spieren
blijkt dat u eigenlijk een erg gedreven en vriendelijke man bent.
Waarom laat u in de communicatie met de media díe positieve kant
van uw karakter niet vaker zien?’
Positief
Nadat de vraag in de persconferentie was gesteld voeg Van Gaal:
‘Ik wilde je laten zien hoe ik ben tijdens een persconferentie
en hoe het er aan toe gaat. En nu hoor ik graag jouw mening,
hoe vond je dat ik reageerde?’ Volgens Coen had Van Gaal zich
22
| Sport en Bewegen
van een positieve kant laten zien. ‘En zo ben ik altijd, ik geef
netjes antwoorden op de vragen’, reageerde Van Gaal, die wel
aangaf zich vooral te storen aan de negativiteit die heerst in de
voetbaljournalistiek. ‘Kijk naar de Olympische Spelen. Heel
Nederland was enthousiast over de schaatsers en dat kwam
omdat de journalisten met een positieve insteek vragen stelden
aan de sporters.’ Van Gaal gaf aan te hopen dat dit richting het
wereldkampioenschap in Brazilië ook zou gelden voor hem en de
spelers.
Het topsportuur leidde er voor Coen en zijn studiegenoten Menno
en Bas, die Coen vergezelden bij de persconferentie, dus toe dat zij
in Zeist tussen voetbaljournalistieke bekendheden zaten als Jack
van Gelder, Hans Kraay Jr. en Bert Maalderink.
Het topsportuur zelf was ook onvergetelijk, omdat studenten
daarin weer de mogelijkheid hadden om een icoon uit de
topsportwereld te zien. Na onder anderen Anky van Grunsven,
Pieter van den Hoogenband, Marc Lammers en Epke Zonderland,
was het dit keer dus een van de meest succesvolle Nederlandse
trainers aller tijden. Wie zal de volgende zijn?
Bekijk meer foto’s van het topsportuur met Louis van Gaal
op onze Facebookpagina HAN Sport en Bewegen.
‘En zo ben ik altijd, ik
geef netjes antwoorden
op de vragen’,
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
23
SGM student Luuc Bugter, topsporter in twee sporten
Schaatsen
tegen sven kramer
Je hebt er meer van, topsporters die verschillende sporten beoefenen, omdat ze nou eenmaal van sporten houden.
Derdejaars student Sport, Gezondheid en Management (SGM) Luuc Bugter is er ook zo een. Alhoewel hij besloot zich
te focussen op het wielrennen, reed hij onlangs wel opeens op het NK Allround bij het schaatsen de 500 meter tegen
Sven Kramer. ‘Schaatsen voor zestienduizend man in het Olympisch Stadion tegen de beste schaatser van de wereld
was wel héél speciaal.’
In de winter maakte Luuc de keuze voor het wielrennen, nadat hij eerder
op zowel het schaatsen als het wielrennen focuste. ‘Die keuze heeft
uiteindelijk ook voor het schaatsen goed uitgepakt. Ik denk dat mijn
trainingen op de fiets hebben geholpen, waardoor ik bij de kwalificaties
voor het NK Allround goede tijden neerzette.’
Gevecht tegen Sven Kramer
Zo geschiedde en Luuc kwalificeerde zich voor een kampioenschap dat
gehouden werd voor zestienduizend enthousiaste schaatsliefhebbers
in het Olympisch Stadion in Amsterdam. Dat hij een week voor het NK
nog op trainingskamp was in Spanje voor het wielrennen, moest hij wel
bekopen op de eerste race. ‘Ik heb in Spanje vooral mijn duurvermogen
getraind, waardoor ik minder kracht had voor de 500 meter’, aldus
Luuc. En op die 500 meter, zo bepaalde de loting, reed hij uitgerekend
tegen Olympisch kampioen Sven Kramer. Luuc: ‘Het was een hele
mooie ervaring. Rijden tegen Sven, in mijn ogen de beste schaatser van
de wereld, maakte het extra speciaal. Ik reed geen toprace in verband
met de spanning en de vermoeidheid van het trainingskamp, maar
desondanks was het een superervaring!’
KNSB Gewest Gelderland
Luuc wordt voor zijn schaatsactiviteiten begeleid door de KNSB Gewest
Gelderland, waarin meerdere schaatstalenten zitten die ook studeren
bij HAN Sport en Bewegen. Bovendien is HAN Sport en Bewegen ook
nog eens partner van de schaatsploeg, want de voedingsdeskundigen
vanuit het instituut en HAN SENECA geven de talenten advies over hun
voedingspatronen en in de toekomst gaan zij dit nog meer intensiveren.
Voor Luuc zelf was het een toevalligheid dat het instituut waar hij
studeert ook nog eens op zijn schaatspak staat. ‘Ik word vanuit het
wielrennen al begeleid op voedingsgebied dus ik heb er zelf geen gebruik
van gemaakt, maar het is wel grappig dat het op mijn pak staat.’
Croford Cycling Team
Naast het talententeam van de KNSB Gewest Gelderland voor het
schaatsen, zit Luuc ook bij het Croford Cycling Team, een landelijk
24
| Sport en Bewegen
opleidingsteam voor wiellertalenten. ‘Het is een jonge ploeg met een
internationaal wedstrijdprogramma. We krijgen de kans om onszelf te
ontwikkelen bij dit team. Momenteel rijden we nog veel in Nederland
omdat het de start van het seizoen is, maar in april gaan we naar
Frankrijk voor meerdaagse wedstrijden’, legt Luuc enthousiast uit. Op
de vraag met welke kwaliteiten hij straks naar Frankrijk zal afreizen,
antwoordt de student: ‘Ik ben vrij allround, net als bij het schaatsen.
Het absolute hooggebergte is voor mij wat lastiger, maar op het
tussengebergte zoals in de Ardennen, kan ik goed mee.’
Studie en topsport
Met alle schaats- en fietstrainingen en wedstrijden die Luuc op het
programma heeft, is het moeilijk voor te stellen dat hij er ook nog een
studie SGM naast doet. Gelukkig heeft hij een topsportstatus vanuit
Topsport Gelderland, een initiatief vanuit HAN Sport en Bewegen,
waardoor het voor hem wat makkelijker gemaakt wordt. ‘Ik moet de tijd
die ik heb nuttig besteden en plannen is daarbij heel belangrijk. Door de
topsportstatus wordt het je makkelijker gemaakt als topsporter, want je
kan deadlines verzetten of afspraken maken met je docent over tijden
waarop je tentamens maakt. Het is handig dat je vanuit school de ruimte
krijgt om aan topsport te doen. Overigens heb ik er dit jaar tot nu toe
nog geen gebruik van hoeven te maken, want alles was toevallig precies
goed ingepland. Maar het is wel fijn dat het kan’, evalueert de SGM-er.
Sport, Gezondheid en Management
Dat Luuc een passie heeft voor het schaatsen en het wielrennen, laat al
wel zien dat hij een duidelijke klik heeft met sporten. Wellicht dat daarom
SGM ook goed bij hem past. Luuc: ‘Ik vind het een heel leuke opleiding.
Doordat ik zelf ook in de sportwereld actief ben, ligt deze opleiding
me nog beter. Ik wil er ook zeker wat mee gaan doen na het leven als
topsporter. Vooral de managementkant van de sport ligt mij en daar
zou ik wel in verder willen. Verder is het voor mij als topsporter met veel
trainingen en wedstrijden ook wel handig dat je op deze opleiding zelf
geen fysieke inspanningen hoeft te leveren.’
‘Voor zestienduizend
man tegen de beste
van de wereld’
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
25
HAN SENECA
HAN SENECA meet
gezondheid docenten
primair onderwijs
HAN SENECA, het expertisecentrum voor sport, arbeid en gezondheid van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen
en onderdeel van HAN Sport en Bewegen, meet namens het Vervangingsfonds de gezondheid van docenten in het
primair onderwijs. ‘Het doel is om te leren van elkaars ervaringen en om uiteindelijk te komen tot een basis Preventief
Medisch Onderzoek (PMO) voor het primair onderwijs en een handleiding voor integraal gezondheidsbeleid,’ aldus
Rianne den Heijer van HAN SENECA Health & Performance.
Henk de Boer, als regioadviseur verbonden aan het project vanuit
het Vervangingsfonds, hoopt dat gezondheidsmanagement op de
kaart gezet wordt in het onderwijs. ‘We hopen uiteindelijk in het
gehele primaire onderwijs gezondheidsmanagement hoog op de
agenda te krijgen. Het gaat ook verder dan een algemeen advies.
We hebben in een aantal studiedagen een vragenlijst ontwikkeld en
de scholen bepaalden de domeinen’, aldus De Boer.
Voor het Preventief Medisch Onderzoek worden de medewerkers
uit het primair onderwijs getest in het Mobile Health &
Performance Lab van HAN SENECA, een mobiel lab, waarin een
geavanceerd test- en meetsysteem is gebouwd. Tevens vullen
de deelnemers een vragenlijst in, zodat de onderzoekers inzicht
krijgen in de arbeidsgezondheid van de werknemers.
Gezondheid
José Cuperus en Rianne den Heijer zijn vanuit het expertisegebied Health
& Performance van het expertisecentrum betrokken bij dit project en
zij vertellen enthousiast over het aanvullende trainingsprogramma: ‘Dit
is een pilot waarbij we niet alleen een PMO uitvoeren, maar ook een
trainingsprogramma doen met schoolleiders, bestuurders en adviseurs.
In dit programma gaat het om met elkaar de inhoud van de PMO te
bepalen en de deelnemers te begeleiden in hoe je een PMO rapportage
interpreteert en hoe je vervolgens komt tot een plan van aanpak om de
gezondheid(sbeleid) te bevorderen en integraal gezondheidsbeleid op te
zetten/verbeteren.’
Maar wat betekent het nu voor de mensen die de testen ondergaan? ‘De
deelnemers krijgen een individuele rapportage en de scholen of besturen
ontvangen een anonieme groepsrapportage op basis waarvan we in de
training aan de slag gaan met het interpreteren en te komen tot een plan
van aanpak en integraal gezondheidsbeleid’, verklaart Cuperus.
26
| Sport en Bewegen
Het Vervangingsfonds
Scholen streven naar een gezonde, prettige en veilige
werkomgeving voor hun medewerkers. Ondanks dit streven is
uitval van onderwijspersoneel (door ziekte of anders) in de praktijk
niet altijd te voorkomen. Bovendien is het voor een schoolbestuur
lastig om in te schatten hoeveel vervangers op school nodig zijn.
En vervanging brengt kosten met zich mee. Het Vervangingsfonds
betaalt de kosten voor vervangers die scholen moeten inzetten bij
ziekte of afwezigheid van personeel. Zo blijft de continuïteit op
school gewaarborgd. Daarnaast levert het Vervangingsfonds een
belangrijke bijdrage aan het terugdringen van het ziekteverzuim
en de arbeidsongeschiktheid van onderwijspersoneel. Alle scholen
in het primair onderwijs zijn (bij wet) verplicht aangesloten bij het
Vervangingsfonds.
Kijk voor meer informatie over HAN SENECA en Preventief
Medisch Onderzoek op HAN.nl/SENECA of neem contact op
met [email protected] of [email protected].
José Cuperus
‘Dit is een pilot waarbij we niet
alleen een PMO uitvoeren, maar ook
een trainingsprogramma doen met
schoolleiders, bestuurders en adviseurs.’
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
27
Master Sport- en Beweeginnovatie
Afgestemd
op de praktijk
De Master Sport- en Beweeginnovatie begint volgend studiejaar aan zijn vierde jaargang. ‘Het is
een succes omdat we in hebben gezet op het daadwerkelijk oplossen van vragen die er spelen rondom
sport en bewegen’, vertelt projectcoördinator Kasper Bakker.
Studenten die de Master Sport- en Beweeginnovatie volgen, worden
gedwongen om hun ongetwijfeld prachtige theorieën aan de
praktijk te toetsen. Bakker: ‘Soms doen we dat door studentgroepen
een idee te laten uitwerken in de vorm van een subsidievraag die
daadwerkelijk moet worden ingediend, dit jaar hebben we het
principe en de criteria van de Battle of Concepts gebruikt die begin
dit jaar door NOC*NSF is georganiseerd.’
Verleiden
Uiteindelijk konden de beste groepen hun ideeën toetsen op de
conferentie van VWS waarmee het landelijke programma ‘Alles
is gezondheid’ werd ingeluid. Bakker: ‘Het mooie aan dit soort
situaties is dat er een publiek met relevante stakeholders uit de
sector aanwezig is. In feite moeten de studenten deze proberen
te verleiden om een bijdrage te leveren aan de realisatie van hun
idee. Dan komt het erop aan dat ze hun verhaal kort en bondig en
op aansprekende wijze voor het voetlicht brengen. Dat is al een
les op zich. Studenten zijn succesvol als ze door middel van hun
verhaal nieuwe samenwerkingspartners hebben gevonden voor
hun innovatie. Via dit soort situaties proberen we zoveel mogelijk
aansluiting te krijgen met de dagelijkse werkelijkheid van sport en
bewegen.’ Bij dit ‘oefenen in het echt’ worden veel vaardigheden
getest. ‘Er moet een goed idee zijn uitgewerkt, dat maatschappelijk
relevant is en waarvoor draagvlak bestaat. Ook zal er gedegen
onderzoek moeten worden verricht dat bijdraagt aan de inhoud
en kans van slagen van het idee. Maar dan is de student nog niet
klaar. Ook als een idee goed is en het onderzoek klopt, gaat het niet
vanzelf daarna. Je moet een lobby uitoefenen, een pleitbezorger zijn
van je eigen plan. Daarbij moeten weerstanden worden overwonnen.
Dat hoort er allemaal bij.’
Jury
Naast de presentatie op het congres, dienden de Master-studenten
hun individuele innovatieplannen, die de basis vormen van hun
mastertheseproject, ook te presenteren aan een praktijk-jury. In
de jury zaten dit jaar Nicolette van Veldhoven van het NOC*NSF,
28
| Sport en Bewegen
Tinus Jongert, lector Innovatieve Beweegstimulering en Sport,
Cees van Bladel, projectleider bij stichting Sports and Technology
en Labmanager van het InnoSportLab Den Haag en Joost Bakker,
een econoom van de FEM. Bakker: ‘De ideeën moesten gepitcht
worden voor de jury in een soort van ‘Dragons Den’. De winnaar,
die een vernieuwend concept rondom handbikes binnen een
revalidatiekliniek presenteerde, kreeg een fotocamera, met daarbij
de uitdaging om zijn project en de voortgang ervan via sociale
media bij een groter publiek voor het voetlicht te brengen. Verder
kreeg hij als prijs het advies van twee coaches uit de jury bij de
realisatie van zijn plan en een publicatie in zowel BodyLife als in
Sport FM.’
Kans op succes
Doel van dit alles is volgens Kasper Bakker een voortdurende
afstemming van de ideeën op de praktijk om daarmee de kans
op succes zo groot mogelijk te maken. ‘Kijk, de Master-studenten
werken gedurende hun tweejarige opleiding continu aan hun eigen
innovatieproject. Deze projecten lopen, net zoals de achtergronden
van de studenten, erg uiteen. De gemeenschappelijkheid zit hem in
de verbinding met sport en bewegen en de ambitie om bij te dragen
aan de ontwikkeling van de sector. Studenten werken in hun project
met een relevant netwerk van stakeholders uit de praktijk. Het
onderwijs voorziet continue in de nodige kennis en vaardigheden
om succesvol te kunnen zijn. De resultaten van hun activiteiten
vormen de basis van hun Masterthese waarmee uiteindelijk ze hun
getuigschrift behalen.’
‘Ze doen in het project ook onderzoek, maar uiteindelijk is dit
één van de middelen die ze inzetten. Ze moeten leren om in het
ware leven iets in beweging te zetten en dat ze daadwerkelijk
een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van hun werkpraktijk.
Hiertoe is continue verbinding en afstemming met verschillende
partijen uit het werkveld onmisbaar. Deze insteek maakt dat
de Master een echte toegepaste opleiding is met een zichtbaar
maatschappelijk effect.’
‘Een goed idee
met maatschappelijke
relevantie en draagvlak’
‘De Fastlane als gezonde weg’
Een aansprekend voorbeeld van een idee van de
Master-studenten is de zogenaamde Fastlane
in de supermarkt. Zoals bekend onderzoeken
supermarkten alles rondom het gedrag van
hun klanten. Zo hebben alle producten een
zorgvuldig uitgekozen plek, bepaalde producten
liggen op plaatsen die de meeste verkoop
garanderen. Het idee van de Master-studenten
is om gebruik te maken van deze kennis bij
het verbeteren van ‘gezond koopgedrag’ van
consumenten door de gezonde producten door
de winkelinrichting en plekken waar gezond
voedsel te vinden is hierop aan te passen.
Hiervoor hebben ze een concept ontwikkeld waar
ze inmiddels met een aantal supermarktketens
over in gesprek zijn.
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
29
Column
Twee studenten
en hun column
De invloed van
een trainingsjack
Maandagochtend 10:00 uur. Ineens stormt een schoonmaakster
mijn kant op, terwijl ik op het toilet m’n handen aan het wassen
ben. Ze tikt met haar elleboog tegen die van mij. Het doekje dat ze
in haar hand heeft en waarmee ze zojuist alle wc’s van een glansje
heeft voorzien, mist rakelings de mouw van mijn rode Adidas SBEjasje. Voordat ik de kans krijg om ‘Goeiemorgen’ te zeggen, begint
ze apetrots haar verhaal: ‘Ik kreeg net gebak aangeboden op de
afdeling en je raadt het al… Ik heb het niet gedaan! Slagroomtaart,
mmm! Maar ik heb echt niks genomen.” De trotse toon waarop
ze dit verhaal kwam vertellen, deed mij niets anders zeggen als:
‘Wauw! Wat knap van je! Dikke duim!’
Dat ‘nee’ zeggen tegen gebak niet mijn grootste hobby is, heb ik
haar maar niet gezegd. Op het puntje van mijn tong lag de vraag: ‘Is
er nog wat over?’, maar gelukkig heb ik dit zeer professioneel weten
om te buigen naar: ‘Ik ben trots op je!’.
Toppers
Op dit moment ben ik samen met een studiegenoot bezig met mijn
afstudeerstage en afstudeeronderzoek bij LANDER in Zaltbommel.
Carolien
CAROLIEN BOSMAN
Sport- en Bewegingseducatie
(SBE)
30
| Sport en Bewegen
LANDER is een sociale werkvoorzieningsplaats voor langdurig
werklozen of voor mensen die om welke reden dan ook niet bij een
reguliere werkgever aan de slag kunnen. Is jullie wel eens opgevallen
hoe keurig de stickers op de verpakking van jullie allesreiniger zijn
geplakt of hoe jullie bloembakken kant en klaar bij de Intratuin uit
het schap pakken? Juist, dat hebben meer dan duizend toppers van
LANDER bijvoorbeeld voor jullie gedaan!
Fanatiek
Sporten doen de meesten niet. Niet altijd omdat ze niet willen,
maar ook omdat er simpelweg geen geld voor is. De kans die wij de
mensen geven door sportlessen aan te bieden onder werktijd wordt
hier dan ook door veel mensen met beide handen aangegrepen.
Onder de naam ‘Fit voor werk!’ komen dertig fanatiekelingen
op maandag en woensdag een uur bij ons sporten. Sport wordt
ingezet als middel om bepaalde competenties die (ook) nodig zijn
op de werkvloer, zoals bijvoorbeeld samenwerken en gevoel voor
arbeidsverhoudingen, te ontwikkelen. Uiteindelijk is het doel om
door middel van sport mensen voor te bereiden op en fysiek sterker
te maken voor detachering.
Alleen al het feit dat wij hier met ons trainingspak rond lopen, zet
mensen letterlijk en figuurlijk in beweging. En dan bedoel ik zeker
niet alleen de mensen die meedoen met de sportlessen, maar
ook de trotse schoonmaakster uit het voorbeeld hierboven of de
mensen die ons alleen kennen van onze mooie trainingsbroeken of
herkenbare rode SBE-jasjes. Van mensen die gebak overslaan tot
mensen die komen vertellen dat ze met de fiets naar het werk zijn
gekomen. En van mensen die spontaan een gesprek met je beginnen
over hun eigen sportieve bezigheden tot mensen die het bakje fruit
in de kantine ineens verkiezen boven de gehaktballen in satésaus
als je achter ze in de rij staat voor de kassa. Effectief pakkie hoor,
Adidas! Klasse!
Kinderen zijn de toekomst
In de huidige tijd, waar computerspellen binnen de kind- en jeugdige
vrijetijdsbesteding niet meer weg te denken zijn, worden kaart- en
gezelschapsspellen steeds minder gespeeld. Wat betreft gezonde
voeding en voldoende beweging hebben kinderen en ook hun ouders
vaak nog uitleg nodig. Het is dus geen verrassing dat mensen steeds
dikker worden en kinderen al vroeg overgewicht hebben.
Wij, van Students4Kids sc, willen deze trends tegengaan en hebben
de ontwikkelingen als aanleiding genomen om een gezondheidsspel
voor kinderen (en hun ouders) te ontwikkelen. In het kader van de
onderwijseenheid ´Ondernemen in de sport´ van onze studie ´Sport,
Gezondheid en Management´, hebben wij in september 2013 ons eigen
bedrijf opgericht en het kaartspel´Spelen met Luuk en Lisa´ in februari
2014 geïntroduceerd.
Verkoop
In september zijn wij begonnen met het schrijven van ons
ondernemingsplan en zijn we een samenwerking aangegaan met een
Duitse universiteit, de ´Europäische Medien- und Business-Akademie´
uit Düsseldorf. Met hun specialiteit in grafisch ontwerp is het design
van ´Spelen met Luuk en Lisa´ ontstaan en konden wij ons idee van het
kaartspel realiseren. Het spel werd uiteindelijk door een Duitse drukkerij
geproduceerd en geleverd. Na zes lange maanden, veel voorbereiding
en af en toe een slapeloze nacht, zijn wij in februari eindelijk met de
verkoop gestart. Sinds een aantal weken zijn we nu dus dagelijks bezig
met het bellen en bezoeken van BSO´s, basisscholen, verzekeringen en
andere partijen voor wie ´Spelen met Luuk en Lisa´ interessant kan zijn.
Natuurlijk vormen ook ouders, grootouders, tantes, zusjes, broertjes
enzovoort belangrijke doelgroepen voor ons.
Spelenderwijs
Met behulp van ´Spelen met Luuk en Lisa´ willen we kinderen
spelenderwijs kennis laten maken met het thema gezondheid. Het is
bekend dat dit een effectieve methode van de huidige pedagogiek is,
want kinderen kunnen zich een thema niet beter toe-eigenen dan door
intrinsieke motivatie. Bovendien is het spel meertalig, de typografisch
afbeeldingen op de kaarten bevatten de talen Nederlands, Duits en
Engels.Het doel van het spel is om gezondheidskaarten te verzamelen.
Op deze kaarten staan afbeeldingen van fruit, groenten, water, brood
en beweging. Verder zijn er pestkaarten met ongezonde voeding, zoals
chips, chocolade en limonade, waarmee spelers hun tegenstander
kunnen hinderen. Door deze pestkaarten moeten de kinderen zelf actief
worden door met de zogenoemde actiekaarten de pestkaarten weg
te spelen. Op een actiekaart kunnen bijvoorbeeld kikkersprongen of
kniebuigingen staan. De speler die het snelst alle gezondheidskaarten
heeft verzameld, heeft gewonnen. Het unieke van het spel is dat er twee
versies mee gespeeld kunnen worden waardoor het niet alleen educatief
is maar ook nog een ludieke variant bevat.
Students4Kids sc en ´Spelen met Luuk en Lisa´ betekenen voor ons veel
werk, maar het is een groot avontuur en een fantastisch leermoment.
Terwijl wij er veel energie in steken, krijgen we er ook gelijk veel
energie voor terug. Je ziet kinderen stralen van vreugde en ouders die
enthousiast zijn over wat het spel hun kinderen gaat leren. Voor ons is
´Spelen met Luuk en Lisa´ niet meer alleen een studieproject. We hopen
met het kaartspel een bijdrage te kunnen leveren aan de maatschappij
door kinderen aan een betere leefstijl te helpen. Want: Kinderen zijn de
toekomst!
Saskia
SASKIA MÜLLER
Sport, Gezondheid
en Management (SGM)
Hogeschool van Arnhem en Nijmegen |
31
max van der plas
‘Niet de
snelste of de
sterkste wint,
maar degene
die dat het
meest wil’
Max is 20 jaar, topbokser, derdejaars ALO-student en woont wisselend bij zijn ouders
in Elsendorp en op zijn kamer in Nijmegen. Hij bokst in de Bundesliga voor de club
Straubing uit München. Dat wordt gezien als de zwaarste competitie van de wereld.
In december 2013 werd hij voor de derde keer Nederlands kampioen.
Hoe ziet het leven er uit in huize Van der Pas?
‘Alles draait om de sport. Mijn vader was vroeger ook een goede bokser en
mijn moeder deed op hoog niveau aan paardrijden. Topsport is mij dus met de
paplepel ingegoten. Tot mijn 14e was mijn vader ook mijn trainer. Nu traint hij
mijn zusje van 15 die ook is gaan boksen, en begeleidt hij mij bij alle wedstrijden.
Wij hadden vroeger een varkenshouderij, maar mijn vader is opnieuw gaan
studeren en runt nu een eigen incassobureau. Dat geeft hem de vrijheid om
steeds met mij mee te gaan naar wedstrijden. Mijn moeder gaat nooit mee. Ze
kan het niet aanzien.’
Waarom boksen?
‘Iemand raken en zelf niet geraakt worden, dat vind ik het mooiste aan het
spelletje. Maar daarnaast is het ook alle dingen eromheen, het is een leefstijl. Ik
moet er veel voor doen en laten. Ben eigenlijk altijd aan het trainen, vaak twee
keer per dag. Dan sta ik om half zes ’s ochtends, voordat ik naar school ga, al
in mijn eigen krachthonk. In de middag heb ik dan nog een bokstraining op
Papendal met de selectie. Verder ben ik altijd bezig met mijn gewicht. Ik speel
in de klasse onder 69 kilo maar het wordt steeds moeilijker om dat gewicht
te halen. Dat betekent een paar uur voor een wedstrijd vaak hard trainen om
gewicht te verliezen. Soms ga ik al kapot aan die training, meer dan aan de
wedstrijd zelf. Daarom ga ik binnenkort naar een hogere klasse, onder de 75 kilo.
Dat zal wennen worden, want dat betekent ook 6 kilo zwaardere tegenstanders.
En dat zijn geen vetkilo’s!’
Welke bronnen helpen je daarbij?
Ik heb van jongs af aan al veel contact met Arnold Vanderlyde. Ik heb zijn boek
Fighting for Success al vijf keer gelezen en we bellen maandelijks met elkaar.
Het gaat dan om waarden in het leven als integriteit en ook humor. Hij is meer
dan een bokser, geeft lezingen en inspireert mensen. Dat hoop ik later ook te
bereiken. Maar ook mijn vader geeft mij veel kracht. Hij hoeft mij maar aan te
kijken en zijn duim omhoog te steken, en dan ga ik er weer vol voor. Of zeggen
dat hij geniet en trots is. Dat geeft me zoveel kracht dat ik in een soort flow kom.
Zo heb ik zelfs eens een partij gewonnen na een leverstoot. Dat staat normaal
gesproken voor een verloren partij.
Wat doe je over 3 jaar?
Natuurlijk heb ik dan mijn ALO-diploma op zak, haha! Hopelijk heb ik dan ook
een medaille gewonnen op de Olympische Spelen in Brazilië. In de bokswereld
zeggen ze dat er dan grote kansen komen. Mijn droom is om ooit eens in
Engeland of Amerika te boksen voor het grote geld.