Taal: doen! Taal: doen! is hét materiaal voor de taalontwikkeling voor kinderen tussen 6 en 12 jaar. Het bestaat uit een midden- en bovenbouwpakket en is flexibel in te zetten in diverse groeperingsvormen. De bouwpakketten bestaan uit doosjes met kaartjes, instructie- en verwerkingskaarten voor zowel het kind als de leerkracht. Bij Taal: Doen! staan het handelen en het leren centraal. Het materiaal is aantrekkelijk en opgebouwd volgens het model van Van Langen (2013) (zie model). De diverse onderdelen zijn gegroepeerd volgens een kleurcode, oplopend van licht naar donker. De kleurnuancering vervangt het nummeren van de verschillende niveaus binnen een onderdeel en bevordert het werken zonder onderlinge vergelijking. Elk onderdeel bevat een leeraanbod, gesloten en open verwerkingen voor de inoefening van de vaardigheid en mogelijkheden tot eigen verwerkingen vanuit het kind. De volgende onderdelen worden aangeboden: Taal: doen! sluit naadloos aan bij het referentiekader van de kerndoelen zoals geformuleerd door de SLO (2006). Het referentiekader biedt de leerkracht zekerheid, het geeft een beeld van het niveau van aanbod en biedt daarmee een kader. Er zijn drie niveaus die het kind kan behalen:  Het bouw-basisniveau, geeft aan welke doelen minimaal behaald worden;  Het bouw-middenniveau, geeft aan welke doelen gemiddeld behaald worden;  Het bouw-overstijgend niveau, geeft aan welke doelen behaald worden ter verbreding en verdieping van de leerstof. Bij Taal: Doen! is het aanbod binnen een onderdeel afgestemd op deze niveaus en het kan, afhankelijk van de schoolvisie, eventueel gecombineerd worden met aanbod uit andere onderdelen of aanwezige taalmethodes. Taal: Doen! past zo binnen de kerndoelen, maar is er niet tot gelimiteerd. Taal: doen! past uitstekend bij de visie zoals deze is geschreven door dr. Maria Montessori en is dan ook zeer passend bij de werkwijze in montessorischolen. Het materiaal heeft als doel de taaleigenschap te isoleren, uiteen te zetten en daarmee kennis te ontwikkelen. Vanuit deze verwerving kan het kind verwerken, betekenis verlenen en integreren. Het past zowel binnen de lijn van de leerkracht als binnen de lijn van het kind, ieder kind kan zelf kiezen wat hij gaat doen. De controle van de fout binnen het materiaal en de verwerkingen biedt de mogelijkheid tot zelfcorrectie. We gaan ervan uit dat feedback en reflectie op het geleerde altijd plaatsvinden. Ter ondersteuning worden twee handleidingen voor het materiaal voor taalontwikkeling geleverd, namelijk:  Een kort en bondige “getting started” handleiding met als doel Taal: Doen! startklaar in te zetten binnen de groep.  Een theoretisch verdiepende handleiding met als doel de leerkracht te instrueren en te informeren over de te behalen doelen, didactische werkwijzen, taalkundige inzichten en observatie en registratie methoden. Waarom kiezen voor Taal: Doen!  Kinderen krijgen taalinzicht  Individueel in te zetten  Vakoverstijgend  Handelen en leren gaan samen  Kinderen werken vol plezier met taal  Honger naar meer AVE.IK maart 2014