1 Binnenkort doet uw zoon of dochter op school mee aan het

Binnenkort doet uw zoon of dochter op school mee aan het Drempelonderzoek. De
resultaten van deze toets laten zien hoe uw kind ervoor staat op het gebied van Technisch
lezen, Rekenen, Spelling, Begrijpend lezen en Woordenschat. In één oogopslag ziet u waar
uw kind goed in is en waar extra oefening nodig is.
Het Drempelonderzoek is een toetsinstrument dat ingezet kan worden voor de leerlingen in
groep 8. Het Drempelonderzoek is ontwikkeld door 678 Onderwijsadvisering. De test richt
zich alleen op het didactisch presteren van de leerling. Het Drempelonderzoek levert
informatie op, die een bijdrage kan leveren aan het bepalen van het schooladvies voor het
voortgezet onderwijs.
Toetsinhoud
Het Drempelonderzoek bestaat uit 5 onderdelen:
• technisch lezen (facultatief)
• spelling
• woordenschat
• begrijpend lezen
• rekenen
Het Drempelonderzoek wordt meestal tussen september en januari in groep 8 afgenomen.
De afname neemt 1 ochtend in beslag.
Didactisch Quotiënt (DQ)
De behaalde scores worden uitgedrukt in een Didactisch Quotiënt (DQ) waarmee een
vergelijking met leerlingen die in dezelfde periode te toets maakten mogelijk wordt. De wijze
waarop het DQ wordt berekend is vergelijkbaar met de manier waarop een IQ berekend
wordt. In het geval van het Drempelonderzoek worden alle leerlingen die het onderzoek in
een periode maken (bijvoorbeeld september en oktober of november/december) samen
genomen. De leerling met precies de middenprestatie krijgt het getal 100. De meeste
leerlingen (68%) hebben een DQ ergens tussen 85 en 115. Minder dan 4% van de leerlingen
hebben een DQ boven 130 of onder 70.
DLE en Cito Eindtoetscore
Ook worden de scores uitgedrukt in didactische leeftijdsequivalenten (dle) waarmee de
scores vergeleken kunnen worden met die van basisschoolleerlingen in de groepen 5 tot en
met 8. In de uitslag wordt deze score ook nog vertaald naar een score, zoals die ook op de
Cito eindtoets wordt gegeven, zodat het ook daarmee te vergelijken is.
1
Rapportage
De rapportage bestaat uit twee delen.
1) Het didactisch profiel biedt een overzicht van de behaalde scores. Ze worden per
toetsonderdeel vertaald naar een advies. Ook wordt er een gemiddeld advies weergegeven.
2
2) Met behulp van het plaatsbepalingsformulier worden de individuele scores van leerlingen
vergeleken met scores van havo/vwo-leerlingen, praktijkschoolleerlingen en leerlingen in de
vmbo-leerwegen; gemengd-theoretisch, basis- en kaderberoepsgericht, wel of niet met
leerwegondersteuning. Op het formulier worden de mogelijkheden van de leerling
aangegeven als deze in de eerste klas zou zitten in een van de leerwegen binnen het
voortgezet onderwijs in de maand september. Hoe hoger het getal, hoe beter de leerling
binnen de leerweg de leerstof aan zal kunnen. Het didactisch profiel van de leerling wordt
vertaald in een plaatsingsadvies op basis van een "veilige" plek voor de leerling. Een leerling
is veilig als ongeveer een kwart van de leerlingen in zijn omgeving minder weten/kunnen.
Praktijk / LWOO
Met de uitslag van het drempelonderzoek kan ook worden gekeken of er wordt voldaan aan
de leerachterstandscriteria voor het verkrijgen van een beschikking.
Criteria:
 Voor LWOO geldt een achterstand tussen de 25 en 50% op twee hoofdgebieden,
waaronder begrijpend lezen of rekenen.
 Voor Praktijkonderwijs geldt een achterstand van meer dan 50% op twee
hoofdgebieden, waaronder begrijpend lezen of rekenen.
3