Perspektive auf Deutschland LAPP-Top programma Duitse taal en cultuur 2014 In dit programma krijg je een intensieve kennismaking met de Duitse taal, cultuur en geschiedenis. Rode draad door het programma vormen de manieren waarop naar Duitsland gekeken wordt – door Duitsers zelf, door buitenlanders in Duitsland, door Nederlanders – en de verschillende teksten waarin die zienswijzen tot uitdrukking komen. Indeling van de colleges College I (donderdag 6 februari 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: Johannes Müller, MPhil Wer sind die Deutschen? Aan de hand van een actuele politieke discussie uit Duitsland bespreken we hoe Duitsers tegen zichzelf aankijken maar ook de Nederlandse kijk op Duitsland. Daarbij spelen verschillende aspecten van beeldvorming een rol: stereotypen, vooroordelen etc. maar ook verschillen in de geschiedenis van beide landen. College II (donderdag 13 februari 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: dr. Björn Köhnlein Die deutsche und niederländische Sprache im Kontrast Het Duits en het Nederlands zijn sterk met elkaar verwant en lijken erg op elkaar. Als je twee sterk verwante talen echter met elkaar vergelijkt – wat men in de contrastieve linguïstiek doet – krijg je een helder zicht op de verschillen en wat nou typerend is voor het Duits en voor het Nederlands. Nederlanders zijn bijvoorbeeld dol op verkleinwoorden en Duitsers kennen een ongekende ‘Kompositionsfreudigkeit’ (voorliefde voor samenstellingen). College III (donderdag 20 februari 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: prof. dr. Thony Visser Von Mauerbau bis Mauerfall „Bundesrepublik Deutschland 1961 und 1989 - zweimal ein Neuanfang?“ Na de Tweede Wereldoorlog ontstonden er eigenlijk twee Duitslanden: Oost- en west-Duitsland grensden aan elkaar, maar werden in 1961 van elkaar gescheiden door een onoverbrugbare muur. Bijna dertig jaar later ‘viel’ deze muur en was Duitsland ineens weer één land. Na een inleiding in de geschiedenis van het Duitsland na de Tweede Wereldoorlog ga je zelf aan de slag met filmfragmenten en posters. Ieder groepje onderzoekt een periode uit de recente Duitse geschiedenis. College IV (donderdag 6 maart 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: mw. Johannes Müller, MPhil Der neue deutsche Film We kijken naar recente Duitse films uit oost en west. Hoe kijken filmmakers na 1990 tegen Duitsland aan? Zien we de jarenlange scheiding van Oost- en West-Duitsland nog terug in deze films? College V (donderdag 13 maart 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: dr. Björn Köhnlein Die deutsche Sprache Sommige klanken die het Duits wel kent, heeft het Nederlands helemaal niet. Andere klanken worden weer net iets anders uit gesproken (bijv. de letter ‘l’). In dit college zullen we het over fonologie, de klankleer hebben, maar ook vooral praktisch aan de slag gaan met de uitspraak van het Duits. College VI (donderdag 20 maart 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: dr. Björn Köhnlein Wie schreibt man eine Hausarbeit? In dit college wordt besproken hoe je een werkstuk of scriptie schrijft. Hoe pak je dit aan zodat het een scriptie op niveau wordt? Welke tips en trucs zijn er? Waar moet je op letten? Heel handig voor je verslag over het LAPP-Top-programma, maar ook handig voor je pws en straks voor je studie aan de universiteit. College VII (donderdag 27 maart 2014, 15.00-17.00 uur) Docent: mw. prof. dr. Anthonya Visser Hauptstadt Bonn / Berlin Dat Berlijn de hoofdstad van Duitsland is, zal geen verrassing voor jullie zijn. Maar ook Bonn is dit een tijd geweest en heeft nog altijd een ‘Regierungsviertel’. Niet alleen de geschiedenis van deze twee hoofdsteden is interessant, maar ook de regeringsgebouwen zelf. Achter bepaalde keuzes blijkt namelijk heel wat meer dan puur architectonische redenen te zitten... Eendaagse studiereis naar Bonn (o.a. Haus der Geschichte) (donderdag 3 april 2014) Onderdeel van de LAPP-Top-cursus is ook een excursie naar Bonn. Wij bezoeken daar het museum Haus der Geschichte (www.hdg.de) en het Bonner Regierungsviertel. De leerlingen schrijven na afloop van het bezoek een beknopt verslag over (een speciaal onderwerp uit) het bezoek aan Bonn. (Dit verslag dient uiterlijk 8 april ingeleverd te worden.) De Bonn-reis vindt eind maart/begin april 2014 plaats. De precieze datum zal z.s.m. met de deelnemers gecommuniceerd worden. De Universiteit Leiden streeft ernaar de kosten van de excursie voor de deelnemers zo laag mogelijk te houden. Van de deelnemers zal een bijdrage in de reiskosten worden gevraagd. College VIII (donderdag 10 april 2014, 15.00-17.00 uur) Docenten: Johannes Müller, Mphil; Janine Dankers, MA Zum Schluss We bespreken de resultaten van het Bonn-bezoek. Verder wordt er gewerkt aan de presentatie voor de LAPP-Top slotbijeenkomst op donderdag 24 april 2014, 15.00 uur, waar de leerlingen een presentatie over het LAPP-Top-programma en het bezoek aan Bonn zullen geven. Slotbijeenkomst (24 april 2014, 15.00 uur) Tijdens deze algemene slotbijeenkomst geven de leerlingen een presentatie over het LAPP-Topprogramma en het bezoek aan Bonn. Studielasturen (slu’s) Wanneer je deelneemt aan het achtweekse programma in Leiden bedraagt de eventueel door de school te erkennen studielast 25 uur (exclusief de Bonn-reis) Houd er rekening mee dat je voor de lessen ook huiswerk moet doen. De mogelijkheid bestaat om je profielwerkstuk te laten aansluiten bij het Bonn-bezoek of bij een ander onderwerp dat in de colleges aan de orde is gekomen. Wanneer je jouw profielwerkstuk bij het LAPP-Top-programma laat aansluiten, komen de 80 uur voor het profielwerkstuk erbij en bedraagt het totale aantal slu's 105. Het profielwerkstuk wordt dan inhoudelijk (mede) begeleid door een docent van de opleiding Duitse taal en cultuur aan de Universiteit Leiden. Motivatiebrief Schrijf een brief van ca. 300 woorden. Daarin moeten de volgende elementen voorkomen: - korte autobiografie; - welke aspecten aan de Duitse taal/cultuur vind je interessant en waarom? - waarom wil je graag meedoen aan het LAPP-Top Duitse taal en cultuur? Tip: Hoe concreter en individueler je brief is hoe groter je kans om te worden geselecteerd! Toelating Bij gelijke geschiktheid van de aangemelde leerlingen zal een loting plaatsvinden om te bepalen welke leerlingen deel mogen nemen aan het programma. Er worden maximaal 8 scholieren toegelaten.