DE WITTE CLUYSE OP DE CORTVORT BAENE. We vinden voor het eerst de Kortvoortbaan vermeld in 1357 in " Brabantsche Yaesten " II blz. 554 --- " Van daer tot der corter vort ane prochie van Wineghem." Als toponiem vinden we Cortvoort al die jaren door in de kaarten en schepenboeken zowel in 'sGravenwezel als in Schilde. De Cortvoort was destijds de plaats waar men het vee doorheen de beek dreef op weg naar de weiden aan d'andre zijde, en zoals we daar even zegde : deze plaats behield tot ten huidige dage haar naam, al veranderde meermale de schrijfwijze. De brug moet er al rap gelegen hebben. Misschien lag ze er reeds in 1357 het jaartal dat we daareven vernoemden. Langs de kant van Schilde ligt "den aard". Aan de Wezelse kant vinden we de kluis. Ik herinner me nog het verhaal van een oude wijnegemnaar die vertelde dat daar in den tijd van zijn grootvader en van zijn vader in een kluis, een kluizenaar woonde die de mensen op zijn rug over de beek droeg. Een parodie dus op de legende van St. Kristoffel. Is het waar, Is het echt gebeurd ? Twee vragen die een folklorist niet erg bekommeren. Voor hem te1t alleen het verhaal. Reeds vroeg vinden we op de Wezelse kant van de kortvoort brug de "witte cluyze" vermeld. Momenteel weet ik nog niet, aan de hand van Schepenbrieven, van waar de naam vandaan komt, maar dat komt wel. Afdalen naar de bronnen waaruit onze gemeentegeschiedenissen zijn opgemaakt is lastig en vraagt tijd. Tussen de jaren 1753 en de Franse Revolutie kende de Witte Cluyse een beroerd bestaan : ze veranderde veel van eigenaar. Toch is het eigenaardig dat met al die eigenaarswisselingen er geen enen was die aan de Witte Cluyse eigendommen toevoegde, ervan verkocht of op andere wijze overdroeg. Een stukske Geschiedenis. In't schepenboek Anno 1753 vinden we volgende vermelding : De Heer Alberto Begoden, een Antwerpse zijde verver was gehuwd geweest met Maria Theresia Bistmans. De Heer Begoden had in de jaren 1743 de Witte Cluyse " bij coope verkregen van Johanna De Wolf, die gehuwd geweest was met Mechior de Cnodder. Beide namen klinken in Wezel en in Schilde niet vreemd en de geschiedenis zal nog uitmaken of ze niet van alhier herkomstig zijn. Ook voor heer Begoden sloeg het uur van gaan en, in 1755 besloten de drie ervende kinderen uit onverdeeldheid te treden. Lieve centen waren hun meer dan het ouderlijk erfgoed (dat gebeurt nog). Om den hoogsten prijs te maken van "de Witte Cluyse" kwam deze te Antwerpen op de Vrijdagse markt onder de Hamer; zoals het schepenboek vermeldt. Na meerdere Kerk geboden die dan vooraf in de gemeente en omliggende gehouden werden. De drie erfgenamen waren, - Jacques Albertus Begoden. Hij deed het beroep van vader en stonde te Antwerpen als zijdeverver bekend - Philipus Begoden, coopman in zijde, een aanverwant val dus. - Jouffrouw Isabella Begoden, de dochter, die gehuwd was met Guiliemus van Bombergen Op vrijdag 4 april riep de publieke roeper Guiliemus Willemsen de laatste maal de koop op, en wees "de Witte Cluyse" bij palmslag toe aan stephanus Henricus Lavers. "Voor hem of degene die hij zou vernoemen bij de Goedenisse" staat er geschreven. Nu Stephanus was een Strooman en hij verklaarde de koop gedaan te hebben ten behoeve van Jacques Albertus Begoden en Anna Lucia Frachez, zijne huysvrouw. Jacques Albertus verklaarde zich met de koop accoord en voldaan. Zo komen we op 8 augustus van 't zelfde jaar; wanneer Jacques Begoden Zijne echtgenote, en twee getuigen voor de Schepenbank van Wezele verschijnen. Ze legden vooraf, in handen van drossard Dionisius Nicolaus van der Neesen en van Schepenen Cornelius Schilldemans en Peeter Lodewijckx den eed af waarbij ze verklaarden het goed niet te kopen met het inzicht het in doode hand te brengen. Luidens de akte was de erve 5 bunderen 70 roeden alles aan elkaar liggende en daardoor één blok vormende. De samenstelling ervan zag eruit als volgt : " Ene Schoone ende welgelegene Stede met huysinge ende schuere ende Stalle gestaen ende gelegen binnen deze dorpe van 's Gravenwesele in de Cort voort straete bij de brugge aldaer Scheydende deze dorpe van de dorpe van Schilde metten lande daer aen behoorende soo worden als bosch groot te samen in 't geheel vijf bunderen 70 roeden aen malcander gelegen regenotende oost de Molbeke west de Cortvoorstraete ende Noort Jouffr Le Candele. - Item den eeckerschen put so bempt als weyde groot 568 Roeden regn. noort de hoeve oost J° Le Candele suyt de weselse beke. - Item in de 24 Bunderen De quantiteyt van 735 Roeden regnotende Suyt de Wuarande; oost d'erfgenaemen van Dongen; Noort Jouffr Lecandele ende west Jan Wils. - Item de balemonse heyde groot 200 1/2 roeden paelande oost d'Erfgenaemen Hendrick Verhaegen. - Item een bempt gelegen in de sette groot omtrent een gemeth scheydende desen dorpe van 'sGravenwezel ende het gene van Wijneghem, alwaer de beke doorloop, comende Noort het Cauwenestbosch Oost d'Heere Nieles Zuyt den Heere van Varick, ende West Jouffr Le Candele. - Ende ten leste eene heyde gelegen onder desen dorpe van 's Gravenwezel voorschrevene, paelende noort Jouffr Le Candele west Jan Geenruts cum suis - Noort .. Als Cynsen vinden we op de bezittingen - Den heere van Wesele; een gulden 12 Stuyvers 3 oorden 's jaars. - Den heere Bisthoven: drie gulden 3 stuyvers 's jaars. - Den heer van Schilde: over de 24 bunders voorgeschreven paert: 2 gulden jaarlijks. - Den Arme of de kerk van Schilde: een derde deel van 2 zakken koren waarvan Carel de Beukelaer 1/3 moest dragen en de erfgenamen de andere 2/3. Een eigenaardige berekening, vind U niet ? want met de vermelde 3/3 zijn de twee zakken koren nog niet vol. Alles bij elkaar, de eigendom was niet de grootste naar ook niet de kleinste van onze gemeente met zijne kleine 7 hektaren (als we mogen omrekenen in meterische maat) en... onbegrepen de juiste maete te moeten presteeren "zoals het dientijds luidde" was het toch de moeite waard. Om de koop, zei het ongetwijfeld gedeeltelijk, te bekostigen sloten Mijnheer Albertus Begoden en zijn ega een lening af voor 1500 gulden bij Begijntje Joanna Francoise van Hoorenbeek te Antwerpen voor ene jaarlijkse rente van 93 gulden 15 stuivers. -----We kunnen ook de eigendom volgen tot aan de franse revolutie tussen de jaren '55 en '81 vinden we o.m. den eigendom in de handen van een zekere Heer H. Villegas, de heer van Borsbeek en Amptman te Antwerpen In 1781 werd de eigendom andermaal verkocht aan Mijnheer Cuyper Van Begoden, niet lang echter want in 1784 verdwenen de nazaten met de naam van Begoden van de Cluyse, -deze werd door de Heer Cleeren verworven. A. SPRUYT. Toponomie van Schilde, Renaat Goossens onuitgegeven Thesis. Bronnen R.A.A. G.A. 's Gravenwezel Schepenboeken 1753-1770.
© Copyright 2024 ExpyDoc