Rijkswaterstaat Ministerie van Infrastructuur en Milieu beschikking 0 3 NOV. 2014 Datum Nummer Onderwerp RWS-2014/48578 1 Besluit op aanvraag om wijziging van de vergunning als bedoeld in artikel 6.26, tweede lid Waterwet met dossiernummer 028.0957.A.wtw23325 Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. S. Aanhef Besluit Voorschriften Aanvraag Procedure Conclusie Ondertekening Mededelingen 1. Aanhef De minister van Infrastructuur en Milieu beschikt op grond van de volgende overwegingen op een aanvraag om wijziging van de vergunning zoals bedoeld in artikel 6.26, tweede lid van de Waterwet. De aanvraag is ingediend door Promelca BV., gevestigd aan de Timorstraat 22 te Gorinchem. De aanvraag is ontvangen op 16 september 2014 en geregistreerd onder nummer 028.0957.A.wtw23325. 2. Besluit Gelet op de bepalingen van de Waterwet, het Waterbesluit, de Waterregeling, de Algemene wet bestuursrecht en de hieronder vermelde overwegingen besluit de minister van Infrastructuur en Milieu als volgt: De aan Promelca B.V., te Gorinchem verleende vergunning op grond van artikel 6.2, eerste lid van de Waterwet van 30 januari 2014, kenmerk RWS-2014/4729 1 voor het lozen van afvalwater afkomstig van Promelca BV., gelegen aan de Timorstraat 22 in Gorinchem als volgt te wijzigen: De wijziging, zoals deze in paragraaf 3 van dit besluit is beschreven, voldoet aan de in artikel 6.26, tweede lid, van de Waterwet gestelde eisen. De wijziging kan als zodanig worden vergund. Pagina 1 van 4 3. Voorschriften Datum Aan bijlage 4 wordt toegevoegd P3-Oxonia active (desinfectiemiddel), Tevan-AKS (ontvetter en schoonmaakmiddel) P3-oxysan ZS (schoonmaakmiddel indampers) en Deptil Oxoline 15 (schoonmaakmiddel in dam pers). 4. Nummer RWS-2014/48578 1 Aanvraag De aanvraag heeft betrekking op de watervergunning 30 januari 2014, met kenmerk RWS-2014/4729 1. 4.1 Bedrijfssituatïe Promelca B.V. houdt zich bezig met de productie van melkpoeder uit verse melk. De productie vindt plaats middels een drietal productielijnen. Voor de verwerking van het bij de productie vrijkomende afvalwater beschikt het bedrijf over een eigen biologische afvalwaterzuivering. 4.2 Gewenste wijzigingen Promelca B.V. verzoekt om het toepassen van vier nieuwe huipstoffen in het productieproces toe te staan. P3-Oxonia active (desinfectiemiddel) wordt aangevraagd als vervanger van P3-Oxonia. Tevan-AKS (ontvetter en schoonmaakmiddel) wordt aangevraagd omdat gebleken is dat de huidige schoonmaakmiddelen onvoldoende effect hebben. P3-oxysan ZS en Deptil Oxoline 15 worden gebruikt als schoonmaakmiddel bij het reinigen van de indampers. De werking van deze middelen is de afgelopen maanden getest en hieruit is gebleken dat de reiniging van de indampers effectiever verliep. Op basis hiervan verzoekt Promelca B.V. de stoffen definitief te mogen toepassen. 4.3 Beoordeling 4.3.1 Het toepassen van vier nieuwe hulpstoffen in het productieproces Voor een goede uitvoering van het waterkwaliteitsbeleid is het noodzakelijk om inzicht te hebben in de mate waarin de te lozen grond- en huipstoffen, tussen- en eindproducten een potentieel gevaar vormen voor het aquatisch milieu. In mei 2000 is hiervoor door de Commissie Integraal Waterbeheer (CIW) de Algemene Beoordelingsmethodiek voor stoffen en preparaten (hierna ABM) vastgesteld. De ABM hanteert de para meters en criteria uit de geldende Europese stoffen en preparaten regelgeving die worden geïmplementeerd in de Wet Milieugevaarlijke stoffen. De ABM deelt voor alle bedrijfstakken op een transparante en eenduidige wijze de te lozen stoffen en preparaten (hierna stof te noemen) in op grond van de eigenschappen. Daarbij geeft de methodiek aan welke saneringsinspanning (emissiebeperkende maatregel) bij een bepaalde stof, gezien de eigenschappen, wenselijk is. Uit de ABM volgt een aanduiding van de waterbezwaarlijkheid en een suggestie voor de saneringsinspanning (BBT, of waterkwaliteitsaanpak). De ABM is een hulpmiddel bij het vaststellen van de gewenste saneringsinspanning en gaat niet in op het wel of niet gebruiken van een stof, of het beoordelen van de restlozing. Pagina 2 van 4 De ABM is beschreven in het CIW-rapport “Het beoordelen van stoffen en preparaten voor de uitvoering van het emissiebeleid van water”. De ABM is uitgewerkt voor directe en indirecte lozingen die vallen onder de Wet verontreiniging oppervlaktewateren en voor indirecte lozingen die vallen onder de Wet milieubeheer. Zij sluit aan bij de Europese regelgeving inzake het indelen, verpakken en kenmerken van stoffen en preparaten. Datum Nummer RWS2014/48578 1 Met de aangeleverde MSDS-sheets is middels de ABM beoordeeld of de verwerking voldoet aan de saneringsinspanning. Alle afvalwaterstromen die vrijkomen bij het gebruik van deze producten worden verwerkt op de eigen biologische zuivering. Deze zuivering is doelmatig in het verwerken van de preparaten en zal er geen nadelig effect ontstaan op zowel de zuivering als het ontvangend oppervlaktewater. Op basis hiervan kan het gebruik van deze stoffen worden toegestaan en kunnen de additieven worden toegevoegd aan bijlage 4 van de vergunning. 5. Procedure De voorbereiding van de beschikking op grond van de Waterwet heeft volgens het gestelde in afdeling 4.1.2 van de Algemene wet bestuursrecht plaatsgevonden. Deze beschikking treedt in werking één dag na de bekendmaking. 6. Conclusie De ingediende aanvraag en de daarbij overgelegde gegevens voldoen aan de in artikel 6.26, tweede lid van de Waterwet gestelde eisen. De beoogde verandering leidt niet tot andere of grotere nadelige gevolgen voor de chemische en ecologische kwaliteit van watersystemen dan volgens de geldende vergunning reeds is toegestaan. De wijziging, zoals deze in paragraaf 2.2 van dit besluit is benoemd, voldoet aan de in artikel 6.26, tweede lid van de Waterwet gestelde eisen. De wijziging kan als zodanig worden vergund. 7. Ondertekening DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, namens deze, afdelingshofd Vergunningen Rijkswatertaa West-Nederland Zuid mw. ir. Pagina 3 van 4 8. Mededelingen Datum Bent u het niet eens met dit besluit? Dan kunt u op grond van de Algemene wet bestuursrecht bezwaar maken. U moet hiervoor wel belanghebbende bij het besluit zijn. Nummer RWS-2014/48578 1 De volgende vragen en aandachtspunten kunnen u helpen bij het maken van bezwaar: Wat zijn de redenen dat u het met het besluit niet eens bent? Welk doel wilt u met uw bezwaar tegen het besluit bereiken? Wat verwacht u van Rijkswaterstaat? Is het u voldoende duidelijk wat een bezwaarprocedure inhoudt en weet u of u met een bezwaar uw doel kunt bereiken? Kunt u uw doel op een andere, wellicht eenvoudigere wijze bereiken? - - - Wanneer u vragen heeft of wanneer u zich afvraagt of het indienen van een bezwaarschrift voor u de geschikte aanpak is, kunt u ook hiervoor contact opnemen met de bij het besluit vermelde contactpersoon. De contactpersoon kan met u overleggen over de te volgen procedure en u informeren over andere mogelijkheden die Rijkswaterstaat u eventueel biedt om tot een oplossing te komen. Hoe maakt u bezwaar? Om bezwaar te maken moet u, binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt, een bezwaarschrift indienen. U kunt uw bezwaarschrift sturen naar Rijkswaterstaat West-Nederland Zuid (afdeling Vergunningen), Postbus 556, 3000 AN Rotterdam. In het bezwaarschrift moet in ieder geval het volgende staan: uw naam en adres, en liefst ook uw telefoonnummer; een duidelijke omschrijving van het besluit waartegen u bezwaar maakt (bijvoorbeeld door de datum en het kenmerk van het besluit te vermelden of door een kopie mee te sturen); de reden waarom u bezwaar maakt; de datum en uw handtekening. - - - - Het indienen van een bezwaarschrift heeft geen schorsende werking. Dat betekent dat het besluit blijft gelden in de tijd dat uw bezwaarschrift in behandeling is. Als u dit niet wilt, bijvoorbeeld omdat het besluit onherstelbare gevolgen heeft voor u, dan kunt u een verzoek om voorlopige voorziening indienen. Dit doet u door de Voorzieningenrechter van de rechtbank in het gebied waar u woont te vragen een voorlopige voorziening te treffen. Indien u niet zelf, maar namens een bedrijf of organisatie een voorlopige voorziening aanvraagt kunt u een voorlopige voorziening aanvragen bij de rechtbank in het gebied waar het bedrijf of de organisatie is ingeschreven. De rechtbank zal daarvoor griffierecht in rekening brengen. Pagina 4 van 4
© Copyright 2024 ExpyDoc