Verslag 1 - AMS Advocaten

EERSTE OPENBARE FAILLISSEMENTSVERSLAG EX ARTIKEL 73A FW INZAKE HET
FAILLISSEMENT VAN
ACINTYA B.V.
Gegevens onderneming
:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Acintya
B.V. (KvK-nummer 33238051), gevestigd te (1101 BS) Amsterdam
Zuidoost, aan de Hessenbergweg 111.
Faillissementsnummer
Datum uitspraak
:
:
C 13/14/329 F
28 mei 2014
Curator
:
mr. S.I.P. Schouten, AMS Advocaten N.V.
Postbus 69111
1060 CD Amsterdam
telefoon: 020-3080315
telefax: 020-3080325
e-mail: [email protected]
Rechter-commissaris
Activiteiten onderneming
:
:
mr. M.J.E. Geradts
Beheer en managementactiviteiten
Omzetgegevens
Personeel gemiddeld aantal
:
:
Nog niet bekend.
0
Datum verslag
Verslagperiode
:
:
4 juli 2014
28 mei 2014 tot en met 3 juli 2014
Bestede uren in verslag periode
Bestede uren totaal
:
:
37 uur en 36 minuten
37 uur en 36 minuten
Saldo faillissementsrekening
:
ALGEMENE INLEIDING
De verslaglegging in dit faillissement is ingericht volgens de Recofa Richtlijnen voor faillissementen en
surseances van betaling 2009. Authentiek zijn alleen verslagen die zijn geprint op briefpapier van AMS
Advocaten te Amsterdam en die zijn voorzien van een authentieke handtekening van de curator.
1.
Inventarisatie
1.1 Directie en organisatie
Enig aandeelhouder van Acintya B.V. (Acintya) is de stichting Stichting Administratiekantoor Acintya,
waarvan de heer H.J. Keilman bestuurder is.
1.2 Winst en verlies
Nog niet bekend.
1.3 Balanstotaal
1/7
1.4 Lopende procedures
Voor zover bekend geen.
1.5 Verzekeringen
De thans lopende verzekeringen worden geïnventariseerd en, waar mogelijk, tegen een zo kort mogelijke
termijn beëindigd.
1.6 Huur
In onderzoek
1.7 Oorzaak faillissement
Acintya is 100% aandeelhouder van R.I.G. Investments N.V., welke vennootschap op 9 oktober 2012 in
staat van faillissement is verklaard onder aanstelling van mr. drs. H.H. Kreikamp als curator. Naar zeggen
van de heer Keilman heeft Acintya sinds de faillietverklaring van R.I.G. Investments B.V. op zeer beperkte
schaal activiteiten uitgevoerd. Deze activiteiten zouden overwegend zijn uitgevoerd namens Surya Holding
B.V. op basis van een agency and conculting agreement en zouden zich slechts beperkt hebben tot een
enkele consulting opdracht van een derde waarvoor door Acintya in november 2013 een factuur van
25.000,- excl. BTW aan Surya Holding B.V. zou zijn gestuurd. Een belangrijke reden voor deze constructie
zou geweest zijn dat Surya Holding B.V. nog niet beschikte over een BTW-nummer en Surya Holding wel.
Volgens de heer Keilman zou het faillissement van Acintya ten onrechte op verzoek van de belastingdienst
zijn uitgesproken wegens ambtshalve opgelegde aanslagen waarvan de bestuurder meent dat deze te
hoog zijn vastgesteld. De heer Keilman heeft namens Acintya hoger beroep ingesteld tegen haar
faillietverklaring, van welk hoger beroep de mondeling behandeling op 8 juli 2014 zal dienen.
Naar zeggen van de belastingdienst zou Acintya gedurende vele jaren hebben verzuimd om te voldoen
aan haar verplichtingen om zorg te dragen voor het tijdig indienen van fiscale aangiftes, als gevolg waarvan
een zeer ondoorzichtige geldstroom tussen de diverse groepsvennootschappen en vele tientallen
buitenlandse entiteiten zou zijn ontstaan waar fiscaal gezien geen grip op kon worden gekregen.
De curator heeft zich op grond van de thans hem ter beschikking staande informatie nog geen eenduidig
beeld kunnen vormen over de daadwerkelijke oorzaken van het faillissement.
2.
Personeel
2.1 Aantal ten tijde van faillissement
0
2.2 Aantal in jaar voor faillissement
0
2.3 Datum ontslagaanzegging
N.v.t.
2/7
3.
Activa
Onroerende zaken
3.1 Beschrijving
N.v.t.
3.2 Verkoopopbrengst
N.v.t.
3.3 Hoogte Hypotheek
N.v.t.
3.4 Boedelbijdrage
N.v.t.
Bedrijfsmiddelen
3.5 Beschrijving
Acintya heeft van de curator van R.I.G. Investments N.V. kantoorinventaris gekocht maar is de ter zake
daarvan verschuldigd geraakte koopsom vooralsnog aan de curator van R.I.G. Investments N.V. schuldig
gebleven. Deze inventariszaken zijn naar zeggen van de heer Keilman voorafgaande aan het faillissement
bij overeenkomst van 15 mei 2013 doorverkocht aan Surya Management B.V. voor een bedrag van
5.000,- excl. BTW. De curator zal deze transactie nader onderzoeken.
3.6 Verkoopopbrengst
N.v.t.
3.7 Boedelbijdrage
N.v.t.
3.8 Bodemvoorrecht fiscus
Ja.
Voorraden / onderhanden werk
3.9 Beschrijving
N.v.t.
3.10 Verkoopopbrengst
N.v.t.
3.11 Boedelbijdrage
N.v.t.
Andere activa
3.12 Beschrijving
N.v.t.
3/7
3.13 Verkoopopbrengst
N.v.t.
4.
Debiteuren
4.1 Omvang debiteuren
De omvang van de (mogelijke) debiteuren is vooralsnog niet inzichtelijk. Evenwel staat wel vast dat in elk
geval een aanzienlijke vordering van Acintya op de heer Keilman heeft bestaan. De heer Keilman heeft
tijdens het eerste gesprek met de curator aangegeven dat hij zelf in privé een schuld van ongeveer
1.500.000,- aan Acintya zou hebben.
Volgens de door Acintya ingediende aangiften vennootschapsbelasting over de jaren 2009 en 2010 had zij
aan het einde van deze kalenderjaren vorderingen op de heer Keilman van respectievelijk
,- en
,-. In begin 2014 aan de belastingdienst verstrekte concept jaarrekeningen 2009/2010/2011 is
evenwel aangeven dat de vordering van Acintya op de heer Keilman per eind 2009, 2010 en 2011
8.513.912,-,
,- en
,- zou bedragen.
Blijkens een onlangs door de heer Keilman door zijn nieuwe boekhouder opgestelde overgelegde
(voorlopige) proef- en saldibalans 2011/2012 zou hij echter een vordering op Acintya hebben ten bedrage
168.066,,- per eind 2012. Blijkens deze proef- en saldibalans zou er
ook sprake zijn van rekening-courantvorderingen op dochterondernemingen van R.I.G. Investments N.V. en
op een aantal gelieerde buitenlandse vennootschappen.
Deze nieuwe proef- en saldibalans sluit niet aan op alle overige door de curator aangetroffen
boekhoudkundige stukken en de gegevens die af te leiden zijn uit eerdere aan de belastingdienst
verstrekte gegevens. Het lijkt erop dat de recentelijk opgestelde (voorlopige) proef- en saldibalans
2011/2012 uitgaat van verkeerde beginstanden. De heer Keilman gaf echter aan dat deze verschillen
worden veroorzaakt doordat hij in 2010 en 2011 nog in totaal
- aan financiering aan Acintya
zou hebben verstrekt, welke financiering zou zijn doorgeleend aan R.I.G. Investments B.V. Bewijs van deze
betalingen aan Acintya heeft de curator niet ontvangen.
De curator zal nader onderzoek verrichten naar de precieze hoogte van de r-c vorderingen.
4.2 Opbrengst
N.v.t.
4.3 Boedelbijdrage
N.v.t.
5.
Bank / zekerheden
5.1 Vorderingen van bank(en)
Nog niet bekend.
5.2 Leasecontracten
Voor zover bekend geen.
4/7
5.3 Beschrijving zekerheden
Nog niet bekend.
5.4 Separatistenpositie
N.v.t.
5.5 Boedelbijdragen
N.v.t.
5.6 Eigendomsvoorbehoud
Er hebben zich geen partijen met een eigendomsvoorbehoud gemeld.
5.7 Reclamerechten
Er hebben zich geen partijen met een reclamerecht gemeld.
5.8 Retentierechten
Er hebben zich geen partijen met een retentierecht gemeld.
6. Doorstart/voortzetten
Er is geen sprake van een doorstart of voortzetting van de activiteiten.
7. Rechtmatigheid
7.1 Boekhoudplicht
De curator onderzoekt of de boekhouding de toets van artikel 2:10 BW kan volstaan. De administratie lijkt
vooralsnog tegenstrijdigheden en onduidelijkheden te bevatten en is verre van compleet. Diverse door de
curator opgevraagde stukken zijn nog niet door hem ontvangen. Daarnaast heeft hij wel grootboekstukken
tot en met eind 2012 ontvangen, maar de daaruit blijkende eindtotalen sluiten niet aan bij gegevens die
reeds bekend waren. De curator zal het onderzoek naar de vraag of (al dan niet) is voldaan aan de
boekhoudplicht voortzetten.
7.2 Depot jaarrekeningen
2012: niet gedeponeerd;
2011: niet gedeponeerd;
2010: niet gedeponeerd;
2009; gedeponeerd op 29 april 2011;
2008; gedeponeerd op 24 april 2010;
2007; gedeponeerd op 9 december 2011.
7.3 Goedkeuringsverklaring accountant
Nog in onderzoek.
7.4 Stortingsverplichting aandelen
Nog in onderzoek.
7.5 Onbehoorlijk bestuur
Nog in onderzoek.
5/7
7.6 Paulianeus handelen
De curator doet onderzoek naar een rechtshandeling waarbij Acintya op 16 mei 2014 aandelen in een
groepsvennootschap aan een stichting waarvan de heer Keilman bestuurder is heeft verkocht tegen
-.
8.
Crediteuren
8.1 Boedelvorderingen
Salaris curator; p.m.
8.2 Preferente vordering fiscus
Over de vordering van de belastingdienst op Acintya bestaat al enige tijd discussie. Een groot deel van de
fiscale vordering zou uit ambtshalve opgelegde aanslagen bestaan, waarvan voor het grootste gedeelte de
bezwaar- en beroeptermijn al verstreken zou zijn. In elk geval een deel van de vordering van de
belastingdienst zou bestaan uit naar aanleiding van door Acintya ingediende aangiften opgelegde
belastingaanslagen.
Naar de huidige stand van zaken heeft de curator zich nog goed oordeel kunnen vormen over wat exacte
bedrag is dat Acintya nog aan de belastingdienst verschuldigd is. Evenwel lijkt wel vast te staan dat Acintya
in elk geval nog schulden heeft aan de belastingdienst. Van het tegendeel is de curator nog niet gebleken.
8.3 Preferente vordering UWV
N.v.t.
8.4 Andere preferente crediteuren
Vooralsnog geen.
8.5 Aantal concurrente crediteuren
3
8.6 Bedrag concurrente crediteuren

ABN Amro Bank N.V.:

de curator van R.I.G.
(aan Acintya verleend krediet in rekening-courant);
inventaris);

de

Vodafone Libertel:
5.231.063,00 uit hoofde van een rekening-courantvordering;
Ten aanzien van de vordering van de curator van AMJ Holding stelt de statutair bestuurder zich op
het standpunt dat Acintya deze vordering zou hebben terugbetaald. Er is weliswaar gebleken van
grote mutaties op bankrekeningen van derden maar daar is niet eenduidig de conclusie uit te
trekken dat de rekening-courant schuld van Acintya aan AMJ Holding B.V. daadwerkelijk is
6/7
betaald en/of afgenomen. Bij gebreke aan concrete en duidelijke betwisting van deze vordering
heeft de curator deze vordering voorlopig als concurrente vordering erkend.
8.7 Verwachte wijze van afwikkeling
Nog niet bekend.
9. Procedures
Voor zover bekend zijn er geen lopende procedures.
10. Overig
10.1 Termijn afwikkeling faillissement
Nog niet bekend.
10.2 Plan van aanpak
Als het door Acintya tegen haar faillietverklaring ingestelde hoger beroep niet slaagt, zal de curator nader
onderzoek verrichten naar de oorzaken van het faillissement, en de naar de hoogte van de vorderingen in
rekening-courant op de bestuurder en andere groepsvennootschappen. Tevens zal onderzoek worden
verricht naar de mogelijk paulianeuze transactie met betrekking tot de aandelen in een (voormalige
dochter)vennootschap van Acintya.
10.3 Indiening volgend verslag
Over drie maanden.
Amsterdam, 4 juli 2014
S.I.P. Schouten,
curator
7/7