2. DOEL • Een deelthema van het dossier onder de loep nemen • Komen tot een zo breed mogelĳk gedragen voorstel m.b.t. een concrete situatie • Oplossingen leren vinden voor tegengestelde belangen en meningen 3. VERLOOP Timing Wat VERLOOP 0-5 1. OVERLEG in groepjes 1) Er wordt een probleem gepresenteerd dat behoort tot één van de deelthema’s.Dit probleem wordt gekaderd en vormt de aanleiding tot een motie. 2) Elke rol gaat bĳ zichzelf na wat zĳn antwoord op deze situatie is en bepaalt welke positie het zal innemen t.o.v. andere rollen. 3) De rollen gaan per twee samen zitten en vergelĳken hun antwoord. Ze zoeken naar overeenkomsten en proberen verschillen om te buigen tot gemeenschappelĳke oplossingen. De punten waarover ze geen akkoord bereiken, lĳsten ze op. 4) De twee rollen gaan met twee andere rollen samen zitten, die ook hun lĳstje bĳ hebben. Opnieuw wordt dezelfde oefening gedaan: waar zitten verschillen, waarvoor worden oplossingen gevonden, waar zitten ze vast? 5) De vier rollen gaan met vier andere rollen samen zitten. 6) Deze overlegmomenten gaan door tot alle rollen samen zitten met een lĳst verschillen en overeenkomsten met betrekking tot de vraag. 5 – 15 15 – 35 35 – 55 55 - 75 75 - 85 2. PAUZE 85 - 105 3. Discussie met alle rollen De punten waarover geen consensus werd gevonden, worden opgenomen in een gezamenlĳke ‘plenaire’ discussie. Het is de bedoeling dat hieruit aanbevelingen geformuleerd worden. Deze worden telkens gestemd. Enkel de aanbevelingen die door een meerderheid aanvaard worden, zullen in de uiteindelĳke motie opgenomen worden. 105 - 120 4. STEMMING De aangevulde motie wordt ter stemming voorgelegd. ROLLENSPEL: CONSENSUS Elkaar tegenspreken is geen probleem, maar is er dan niets dat ons bindt? We gaan op zoek naar punten waarover we het wél eens zĳn en zoeken naar oplossingen voor de punten waarop we het niet eens zĳn. Op deze manier leer je je mening te staven, anderen te overtuigen, maar ook te luisteren naar de argumenten van de andere partĳ. Die consensus willen we immers halen binnen de gestelde tĳd. Voor ons geen nachtwerk! Deze methodiek is een uitgave van Jeugddienst Globelink ter ondersteuning van KRAS. Ze is enkel en alleen te gebruiken als werkinstrument bĳ de methodiek ‘KRAS’ zoals die ontworpen werd en begeleid wordt door Jeugddienst Globelink. 1. WAT globaal kabaal • • • • • • METHODIEK • • • • jong ROLLENSPEL: CONSENSUS ROLLENSPEL: CONSENSUS Deze methodiek is een uitgave van Jeugddienst Globelink ter ondersteuning van KRAS. Ze is enkel en alleen te gebruiken als werkinstrument bĳ de methodiek ‘KRAS’ zoals die ontworpen werd en begeleid wordt door Jeugddienst Globelink. globaal kabaal • • • • • • • • • • jong ROLLENSPEL: CONSENSUS 4. PRAKTISCH EEN MOTIE In tegenstelling tot andere methodieken wordt de motie niet voor de sessie opgesteld, maar wordt zĳ tĳdens de zitting uitgewerkt. De probleemstelling die begeleiders moeten opstellen, vertrekt vanuit de structuur van een klassieke motie (meer info in de KRASmap): Gelet op …, overwegende dat… .Aan het einde van de sessie vul je deze aan met de geformuleerde aanbevelingen en kan de ganse motie gestemd worden. TIPS OVERLEG De begeleiding houdt best de overlegmomenten in de gaten; misschien is een moderator nodig? Naarmate de groep groter wordt, is dat zeker aan te raden. Handig is om extra richtvragen te stellen, die helpen bĳ het oplĳsten van puntjes waarrond consensus moet worden bereikt. Ideeën hiervoor vind je in het themagedeelte van de map bĳ de ‘KRASse uitspraken’ of de ‘Discussiestof’ bĳ elk subthema.