IQ – Over waardevolle zorg en transparantie

Value based primary health care
Over waardevolle zorg en transparantie
Stef Groenewoud
18 november 2014
Zorgkosten stegen afgelopen 10 jaar hard
Gaat uiteindelijk om: wat levert € op?
Maatschappelijke uitdaging:
Waarde van zorg…
• Volgende stap in het kwaliteitsdenken.
• Hou het conceptueel eenvoudig
• Bronnen voor het meten ervan. Benut bestaande data!
• Voorbeelden
•
Nederland
•
UK
• Spanningsveld
Van structuur naar outcome
2000
2014
Year
Structure
Process
Outcome
2002
Availability of joint care program
(orthopedics)
-
-
2005
Specialisation surgeon
Waiting time for TKA
-
2009
-
Pre-operative antibiotics
Wound infections (not publicly
available)
2011
-
Volume
Δ Oxford hip score – PROM
2014
Value = Quality/Costs
Van instellingen…
Bron: congres waarde van zorg KPMG Plexus, november 2012
… naar (groepen) aandoeningen
Bron: congres waarde van zorg KPMG Plexus, november 2012
Conceptueel
Waarde van zorg is gedefinieerd als de uitkomst van de geleverde zorg per
gespendeerde euro.
Zorgverleners die waarde creëren, leveren zorg:
• bij de juiste patiënt (zorg in de juiste hoeveelheid, dus geen onder- of
overbehandeling) en tegen een redelijke prijs
• die kwaliteit oplevert, bijv. hogere kwaliteit van leven, betere
overlevingskansen of minder pijn dan vóór de behandeling
Niet gepast: onder- en overbehandeling
Onderbehandeling
Overbehandeling
Mede op basis van: ZonMw/OMS, Verstandig Kiezen, 2013
Kosten
Om waarde te meten zijn kosten van belang, zowel het aantal
zorgeenheden als de prijs per zorgeenheid.
De hoeveelheid zorg per aandoening kan variëren, o.a. door:
•
Praktijkvariatie: zorgaanbieders behandelen meer of minder (stellen meer of minder indicaties) dan
medisch gezien geïndiceerd.
•
‘horizontale verwijzingen’: het komt voor dat patiënten worden doorverwezen naar andere, (niet meer
specialistische) behandelcentra, voordat ze de juiste zorg krijgen voor hun aandoening. Het aandeel
verwijzingen in de totale hoeveelheid zorg (Qt) kan oplopen tot 25%*.
•
Parallel geleverde zorg: als patiënten eenmaal in zorg zijn, is de kans groter dat zij voor meer dan alleen hun
primaire diagnose behandeld worden. Er wordt dan zorg parallel geleverd. Het kan voorkomen dat parallelle
zorg onwenselijk is (altijd tonsillectomie bij kinderen met otitis media), of juist wenselijk (patiënten die
fysiotherapie krijgen rond een heupoperatie).
* Rapportage indicatoren indicatiestelling (praktijkvariatie), Zorgverzekeraars Nederland, juli 2011. paragraaf 10.8.
Kwaliteit
• Praktijkvariatie, ‘horizontale verwijzingen’ en parallel geleverde zorg zijn belangrijke
cost drivers, maar zijn ook belangrijke indicatoren voor kwaliteit. Immers:
• Als de interventie bij de juiste patiënten wordt uitgevoerd (juist geïndiceerd), dan
vergroot dit de kans op een optimaal zorginhoudelijk resultaat.
• Als zorg goed wordt gecoördineerd, zijn minder (onnodige) horizontale verwijzingen
en parallelle zorg nodig. Dit komt ook de patiëntgerichtheid ten goede.
Kwaliteit – drie domeinen
Zorginhoudelijke
kwaliteit
Patiëntgerichtheid
mate waarin de patiënt centraal staat, ruimte tot
zelfregie, informatie en communicatie, bejegening etc.
Patiëntveiligheid:
mate waarin zorg geen vermijdbare schade toebrengt
aan de patiënt
Effectiviteit:
mate waarin de zorg werkzaam is en/of evidencebased is; de mate waarin de gestelde
zorginhoudelijke doelen worden gerealiseerd.
Samenvattend:
Kwaliteit
van leven
Bronnen voor het meten van waarde
Klinische
registraties
Administratieve data
Praktijkvariatie
√
√
Kwaliteit
√
√
Kosten
√
CQi/PROM
√
IGZ / ZiZo
√
Afhankelijk van gebied andere combi
Bron: congres waarde van zorg KPMG Plexus, november 2012
Klinische registraties
Klinische
registraties
Klinische registraties
(niet uitputtend):
Voordelen van inzetten op klinische registraties:
•
• NKR (Ned. Kanker Registratie)
• DICA (Dutch Institute for Clinical Auditing):
o DSCA (darmkankerchirurgie)
o DUCA (slokdarm, maagkanker)
o DBCA (borstkanker)
• PRN (Perinatale Registratie Nederland)
• LROI (orthopedische implantaten)
• NCDR (Cardiovasculaire Data Registratie)
in primaire proces
•
Gaat (vooral) over klinische parameters, maakt
uitkomstindicatoren ‘actionable’
Nadelen van klinische registraties:
•
o DIPR (ICD en pacemaker)
o CIDR (Cardiovasculaire Interventies)
• BHN (Hartchirurgie)
• NICE (IC zorg)
• LCR (Cataract chirurgie)
• Div. complicatieregistraties
• CVA registratie
• Hans Mak instituut (Dialyse)
• Cystic Fybrosis
• HIV
• Chronische zorg
• Diabetes
• COPD
Maximale betrokkenheid artsen, zeker indien ingebed
Ze gaan vaak over een deel van de keten en sluiten
daarmee beter aan bij het aanbod dan bij de zorgvraag
•
Ze zijn dus niet altijd voldoende relevant voor kwaliteit
vanuit de patiënt
•
Ze zijn niet altijd nodig en kunnen relatief kostbaar zijn
En ze worden maar moeizaam openbaar:
Bronnen voor het meten van waarde
Klinische
registraties
Administratieve data
Praktijkvariatie
√
√
Kwaliteit
√
√
Kosten
√
CQi/PROM
√
IGZ / ZiZo
√
Administratieve data: praktijkvariatie
Infographic rughernia
• Eerste stap door statische presentatie waardevolle informatie voor burgers
Administratieve data: kwaliteit
Uitkomsten van de integrale CVA zorg gerangschikt per ziekenhuis
Situatie van CVA patiënt 90 dagen na CVA
Relatief laag percentage
thuiswonenden
Bron: congres waarde van zorg KPMG Plexus, november 2012
Relatief hoog percentage
thuiswonenden
Administratieve data: kosten
Waarde in de praktijk: NHS Oldham Primary Care Trust
Eenvoudige orthopedische en reuma zorg in de 1e lijn
€ 2655
€6647
€ 8350
€ 10.240
€ 12.293
-
€ 6647
€8350
€10.240
€ 12.293
€ 27.175
• Huisartsen (en commissioners/inkopers van zorg) realiseerden zich dat (te)
veel eenvoudige zorg in de 2e lijn plaatsvond
• Er is daarom samen met gespecialiseerd verpleegkundigen een
“musculoskeletal centrum” opgericht dat zich toelegt op de basis
bewegingsapparaat zorg:
- Geen onnodige verwijzingen (reumazorg voor bijna 100% in de 1e
lijn)
- Het voorkomen van onnodige heup- en knievervangingen
- Shared decision making en patiënt empowerment
 Resultaat:
• 14% lagere kosten (in 2 jaar) en betere uitkomsten (gemeten via
o.a. PROMs)  Waarde van zorg ↑↑
Dergelijke afspraken zijn ook te maken in Nederland…
Totale kosten van gewrichtsklachten in de tweede lijn per 1000 verzekerden in 2010
Bronnen voor het meten van waarde
Klinische
registraties
Administratieve data
Praktijkvariatie
√
√
Kwaliteit
√
√
Kosten
√
CQi/PROM
√
IGZ / ZiZo
√
Diverse Cqi/PROMs in de eerstelijn
• Huisartsenpraktijk:
•
Indicatoren NHG Praktijkaccreditatie
•
•
Medisch, organisatorisch, patiëntenervaringen (EUROPEP)
CQi huisartsenzorg
• Ketenzorg:
•
•
•
CQi ketenzorg
ECB (gezondheidscentra)
Medische indicatoren NHG Praktijkaccreditatie
• In ontwikkeling:
•
CQi/PROMs voor huisartsen-, keten en multidisciplinaire zorg
•
Generiek
•
Chronisch generiek
•
Doelgroepen: copd, hf, dm, cvrm, kwetsb oud, lage rug, psychosociale zorg.
Example: Oxford Knee Score
• PRO
• Pain
• ADL
• Mobility
PROM
PRO-PM
Uitkomstmaat
• PROM ‘pre’ score
• Δ PROM score (case mix adjusted)
• Percentage improvement PROM-score
• Percentage reported complications
• Chance for complications (adjusted)
• Net Promotor Score (NPS)
Gebruik in Nederland: Knievervanging
H9 scores above average and
differs significantly from 14 and 21
Overall average:
-20,53
H21 scores significantly
lower than all hospitals with
2 and 3 stars
% dat verbetering rapporteert
Net Promoter Score
Zorgaanbieder 1
-10,0%
Zorgaanbieder 2
60,0%
-23,3%
Zorgaanbieder 3
50,0%
-10,3%
58,6%
Zorgaanbieder 4
-8,6%
80,0%
Zorgaanbieder 5
-7,4%
58,8%
Zorgaanbieder 6
-8,0%
60,0%
Zorgaanbieder 7
-18,3%
45,0%
Zorgaanbieder 8
-8,2%
Zorgaanbieder 9
69,9%
-15,4%
50,5%
Zorgaanbieder 10
-7,0%
73,7%
Zorgaanbieder 11
-5,7%
64,3%
Zorgaanbieder 12
-16,7%
50,0%
Zorgaanbieder 13
-16,0%
54,0%
Zorgaanbieder 14
-13,8%
46,2%
Zorgaanbieder 15
-12,5%
58,3%
Zorgaanbieder 16
-14,6%
64,6%
Zorgaanbieder 17
-11,9%
55,9%
Zorgaanbieder 18
-11,8%
53,9%
Zorgaanbieder 19
-11,3%
56,3%
Zorgaanbieder 20
-5,8%
Zorgaanbieder 21
-25,2%
Zorgaanbieder 22
-60%
68,3%
32,2%
-11,9%
-40%
-20%
71,2%
0%
Criticasters (cijfer 0-6)
20%
40%
Promotors (cijfer 9-10)
60%
80%
100%
Waarde zit hem in de combinatie van data
Ziekenhuizen met hoge “snijbereidheid”
Of…..
Verwijzen de huisartsen daar makkelijker?
Voorbeeld PROM/klinische registratie in kniezorg NHS
Waarde van de integrale cva zorg per ziekenhuis
Percentage thuiswonend (met + zonder
thuiszorg) 90 dagen na CVA per jaar
85%
80%
75%
70%
65%
60%
55%
50%
45%
€ 15,000
€ 20,000
€ 25,000
€ 30,000
€ 35,000
€ 40,000
Gemiddelde totale kosten (DBC+AWBZ) per jaar per CVA-patiënt binnen 365 dagen
Bron: congres waarde van zorg KPMG Plexus, november 2012
Tussenbalans
• Wat betekent dit voor de huisartsen-, keten-, en multidisciplinaire zorg?
•
•
•
•
Nadruk komt te liggen op de keten -> wat is daarin je toegevoegde waarde?
Doelgroepdenken:
•
Chronisch zieken
•
Oncologische patiënten
•
Kwetsbare ouderen
•
Lage rugklachten
•
...
Benut bestaande registraties (HIS, KIS, etc.) voor informatie over kwaliteit,
kosten, waarde
•
Registratie op orde?
•
Verbetercultuur?
Pro-actieve houding jegens toezichthouders, inkopers, publiek
Spanningsveld
• “Wie denken die verzekeraars wel
dat ze zijn, om mijn ‘praktijk’ te
beoordelen?”
• “Prestatiemeting en –beloning
herbergt perverse prikkels en leidt
tot ongewenst gedrag”
• “Professionals moet je niet
bemeten maar ‘in hun creativiteit
zetten’.
• “Er is nog nooit een dokter naar
haar werk gegaan met de gedachte:
eens kijken wat ik vandaag nu weer
eens in de soep kan laten lopen”.
Wat in deze spraakverwarring kan helpen
• Je bewust zijn van de oorzaak van deze spraakverwarring (McIntyre, 1985):
•
•
•
Handelingen worden losgekoppeld van hun ‘telos’, ‘bestemming’(Aristoteles).
Bijv. ‘telos’ van een zaadje is uitgroeien tot een plant
Handelingen worden nog slechts gezien als middelen om doelen te bereiken
(bijvoorbeeld wondverzorging -> minder complicaties)
Ethiek binnen domein van doelkeuze is emotivistisch geworden (afhankelijk van
smaak en voorkeur)
• Je realiseren dat er verschillende kanten zitten aan normatieve praktijken
in de zorg (Jochemsen & Glas, 1997)
Normatieve praktijken
• Sociaal gevestigd complex geheel van samenhangende handelingen
waarvoor een kenmerkend patroon van normen geldt.
• Normatieve praktijken hebben een ‘constitutieve zijde’
•
•
Bestemming (bv. goed vioolspel)
Regels (know how / de regelen der kunst / tacit knowledge)
Bij goede
praktijkuitoefening hoort
ook ‘streven naar
verbetering’ om steeds
beter aan bestemming te
voldoen
• Normatieve praktijken hebben een ‘regulatieve zijde’
•
•
•
Wereld- en levensbeschouwelijke opvattingen en motivaties van de professional
Geeft handelen richting
Visie op betekenis praktijk op het menselijk leven / de samenleving
Normatieve praktijkmodel
Ik voel dat men twijfelt
aan mijn integriteit
Regulatieve zijde
Wijs maar aan:
bij welke patiënt heb ik geen
‘goede zorg’ verleend?
Kwalificerende
normen
Logische
(professionele
rationaliteit)
sociale (professioneel
gedrag)
Normatieve praktijk
Constitutieve zijde
Wie zijn jullie dat je mij
voorschrijft wat hier
technisch juist is?
Funderende normen
Conditionerende
normen
Belangrijke normen, maar hebben
geen zelfstandige betekenis; zijn
conditionerend voor de
kwalificerende normen
Verzekeraar:
“U schrijft
bovengemiddeld
veel slaapmedicatie
voor”
= morele aspect
= ethiek in engere zin
Professionele
vaardigheden:
= bestemming
/ uitkomsten
van
technieken,
zorgmethodieken,
Weldoen aanvaardigheden,
mensen, goede zorg
handelingsvoorschriften
etc.
bieden.
Talige (professionele
begrippen en
communicatie)
Psychologische
(professioneel
invoelingsvermogen)
Juridische
(professioneel recht)
Maar mijn patiënten willen
het (autonomie)
Economische
(doelmatigheid)
Jullie denken alleen
vanuit het geld
Prof. dr. H. Kunneman
• Niet te makkelijk die professionele ruimte claimen
Wat betekent dit voor ons?
•
•
•
•
•
Wees verbetergericht
Paradigmashift in kwaliteitsmeting: “van exit naar voice”
Begrijp elkaars achtergrond / normatieve vertrekpunt
Verhelder standpunten in plaats van ingraven
Wees pro-actief