Zorgovereenkomst Farmaceutische zorg 2014

Zorgovereenkomst Farmaceutische zorg VGZ 2014
De ondergetekenden:
A
De Zorgverzekeraar:
VGZ Zorgverzekeraar NV
IZZ Zorgverzekeraar NV
IZA Zorgverzekeraar NV
N.V. Zorgverzekeraar UMC
N.V. Univé Zorg
Zorgverzekeraar Cares Gouda N.V.
Correspondentieadres:
VGZ
Contractmanagement
Postbus 445
5600 AK EINDHOVEN
B
En
De Zorgaanbieder:
Naam:
Adres:
Postcode/Plaats :
<Naam>
<vestigingsadres><Nr>
<postcode><plaats>
KvK.nr.:
AGB code:
IBAN nummer:
E-mailadres:
<KvK.nr.>
<AGB>
<bankrekeningnummer>
<e-mailadres>
Verder aangeduid als
‘de Zorgaanbieder’;
Komen overeen dat de contractuele relatie tussen partijen wordt beheerst door deze
overeenkomst, bestaande uit:



Zorgovereenkomst Farmaceutische Zorg VGZ 2014
Bijlage 1: Tarieven en nadere voorwaarden
Algemene Voorwaarden Zorginkoop VGZ 2014
1
Prestaties en tarieven
Artikel 1 Prestatie
1. De Zorgaanbieder levert farmaceutische zorg aan de verzekerden van de
Zorgverzekeraar voor zover zij op deze zorg zijn aangewezen en zich tot de
zorgaanbieder hebben gewend. De farmaceutische zorg omvat de farmaceutische zorg
voor zover die behoort tot de aanspraak van verzekerden op grond van de
verzekeringsvoorwaarden van de zorgverzekeringen van de Zorgverzekeraar.
2. De zorg als omschreven in lid 1 van dit artikel zal worden geleverd in overeenstemming
met de vigerende NZa‐beleidsregels en prestatiebeschikking.
Artikel 2 Prestaties die geen onderdeel uitmaken van deze overeenkomst
1. Farmaceutische zorg geleverd aan verzekerden welke zijn opgenomen in een AWBZ
gefinancierde instelling, waarbij medicatie een onderdeel uitmaakt van de integrale
(zorg) voorziening door de instelling te leveren.
2. Farmaceutische zorg die reeds elders is geleverd aan de verzekerde, bijvoorbeeld
doordat de verzekerde is opgenomen in een eerstelijns keten DBC.
Artikel 3 Voorwaarden voor verstrekking prestaties
1. De zorgaanbieder declareert voor de verleende farmaceutische zorg met inachtneming
van het bepaalde in de vigerende NZa-beleidsregels en prestatiebeschikking
een tarief voor de dienstverlening door de zorgaanbieder ten aanzien van de volgende
prestaties
1.Terhandstelling van een UR-geneesmiddel;
2. Eerste terhandstellingsgesprek;
3. Instructie patiënt UR-geneesmiddel gerelateerd hulpmiddel;
4. Medicatiebeoordeling chronisch UR-geneesmiddelengebruik;
5. Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname of polikliniekbezoek;
6. Farmaceutische begeleiding in verband met ontslag uit het ziekenhuis.
2. De prestatie onder 1 (terhandstelling UR geneesmiddel) kan door de zorgaanbieder
slechts bij de verzekeraar in rekening worden gebracht indien de zorgaanbieder een UR
geneesmiddel ter hand heeft gesteld waar de verzekerde op grond van zijn
zorgverzekering aanspraak op heeft.
3. In afwijking van het bepaalde in lid 2 van dit artikel kan de prestatie onder 1
(Terhandstelling van een UR-geneesmiddel) toch worden gedeclareerd indien de
Zorgaanbieder geen UR-geneesmiddel ter hand heeft gesteld aan de verzekerde zoals
beschreven in de Tariefbeschikking van de NZa TB-CU-5068 in paragraaf 2 onder 1.1.
4. De zorgaanbieder declareert voor de verleende farmaceutische zorg met inachtneming
van het bepaalde in de vigerende NZa-beleidsregels en prestatiebeschikking het tarief
voor de inkoopkosten van het ter hand gestelde UR-geneesmiddel.
5. Voor de tarieven en de nadere voorwaarden betreffende lid 1 tot en met lid 4 wordt
verwezen naar bijlage 1 van deze overeenkomst.
Artikel 4 Voorwaarden aflevering
2
1. De Zorgaanbieder verleent de farmaceutische zorg op basis van een voorschrift van
arts, tandarts, tandartsspecialist of verloskundige. Voor de aflevering van insuline en
orale anticonceptiva is slechts eenmalig een voorschrift noodzakelijk.
2. De Zorgaanbieder verleent de farmaceutische zorg, met inachtneming van de
verzekeringsvoorwaarden van de betreffende Zorgverzekeraar waaronder in ieder geval
begrepen het Reglement farmaceutische zorg.
3. De Zorgaanbieder stelt uitsluitend geneesmiddelen ter hand waar de verzekerde
aanspraak op heeft. Voor productcategorieën waarvoor de Zorgverzekeraar een
preferent geneesmiddel heeft aangewezen, heeft de verzekerde slechts recht op
terhandstelling van een niet preferent geneesmiddel indien de behandeld arts van
mening is dat het gebruik van het preferente geneesmiddel medisch onverantwoord is.
Voorwaarde is dat de arts op het recept aangeeft dat behandeling met het niet
preferente geneesmiddel ‘medisch noodzakelijk’ is (de behandelend arts kan dit doen
door op het recept ‘MN’ te vermelden). De Zorgaanbieder dient te controleren of de
verzekerde het preferente geneesmiddel eerder heeft gebruikt. Voor een beschrijving
van de uitvoering van medische noodzaak verwijzen we u naar de website van de
Zorgverzekeraar: www.vgz.nl/zorgverleners/zorgsoort/farmaceutischezorg/preferentiebeleid.
4. De Zorgaanbieder kan bij alle prestaties, met uitzondering van prestatie
1‘Terhandstelling van een UR-geneesmiddel’ expliciet aantonen, door een vastlegging
in het zorgdossier, dat de verzekerde de verleende en gedeclareerde prestatie heeft
ontvangen.
5. De Zorgverzekeraar draagt tijdig zorg voor het verstrekken van relevante informatie
aan de verzekerden en de Zorgaanbieder over aard, inhoud en omvang van de
farmaceutische zorg (en de vergoeding van de kosten) waarop verzekerden aanspraak
hebben.
6. De Zorgaanbieder informeert verzekerden voorafgaand aan het gereedmaken van de
levering in hoeverre de verzekerde farmaceutische zorg geheel of gedeeltelijk vergoed
wordt door de Zorgverzekeraar.
7. De Zorgaanbieder kan weigeren aan een verzekerde (nog langer) zorg te verlenen indien
dat redelijkerwijs niet van hem kan worden gevergd. In dat geval stelt hij de
Zorgverzekeraar vooraf daarvan in kennis teneinde gezamenlijk te trachten de
zorgverlening te waarborgen.
8. De Zorgaanbieder registreert en ordent de voor de farmaceutische zorg relevante
gegevens van de verzekerde op adequate wijze, zodat er een verantwoorde
medicatiebegeleiding kan plaatsvinden. Deze gegevens dienen zodanig te worden
opgeslagen en beheerd, dat de privacybescherming van de verzekerde is gewaarborgd.
9. Voor minimaal 40 procent van de chronische patiënten zijn de gegevens raadpleegbaar
voor andere zorgverleners, uitsluitend na de uitdrukkelijke toestemming van de
verzekerde en met inachtneming van de regels inzake de privacybescherming. In alle
gevallen worden bij de aflevering de voor de farmaceutische zorg relevante gegevens
geraadpleegd van andere zorgverleners. Deze uitwisseling vindt per 1-7-2014 in ieder
geval plaats via het Landelijk Schakel Punt (LSP). Bij berekening van het percentage
worden de weigeraars niet meegenomen.
10. De Zorgaanbieder geeft uitvoering aan de Richtlijn Overdracht van medicatiegegevens
in de keten d.d. 25 april 2008.
11. De Zorgaanbieder beoordeelt de aanspraak van de verzekerde op terhandstelling van
een geneesmiddel waarvan de werkzame stof voorkomt op bijlage 2 van de Regeling
zorgverzekering. Daarbij volgt de Zorgaanbieder het beleid van de Zorgverzekeraar
zoals terug te vinden is op www.zn.nl/zn-formulieren/farmacie. Voor de hierin
genoemde Groep 4 middelen gelden afwijkende procedures. De actuele procedures zijn
op de website van de Zorgverzekeraar terug te vinden:
www.vgz.nl/zorgverleners/zorgsoort/farmaceutische-zorg/machtigingen.
3
12. Omtrent de door de Zorgaanbieder bij de Zorgverzekeraar in rekening gebrachte kosten
informeert de Zorgaanbieder de verzekerde conform de Regeling declaratie- en
transparantieverplichtingen farmaceutische zorg (NR/CU-509) Artikel 4 lid 1 en 2.
13. Bij de eerste uitgifte van een geneesmiddel levert de Zorgaanbieder voor maximaal 15
dagen af. Bij vervolguitgiftes levert de Zorgaanbieder bij chronisch gebruik voor
minimaal drie maanden geneesmiddelen af aan de verzekerde. Is de declaratieprijs
voor één maand, op basis van het voorgeschreven gebruik per verzekerde, meer dan
€500,- dan geldt een maximale aflevertermijn van één maand. ‘Chronisch gebruik’ is
een te verwachten gebruik van het geneesmiddel gedurende minimaal zes maanden per
jaar.
In het geval er voldoende noodzaak is chronische medicatie vaker af te leveren dan één
maal per drie maanden, dan kan de Zorgaanbieder op basis van een daartoe strekkend
recept de standaarduitgifte even zo vaak declareren, met een maximum van één maal
per maand. Van voldoende noodzaak is alleen sprake indien voor de Zorgaanbieder
redelijkerwijs aannemelijk is geworden dat:
a)
b)
Bij een minder frequente aflevering er voor de gezondheid van de patiënt zelf
gevaar dreigt en/of;
De houdbaarheid van de medicatie frequente aflevering noodzakelijk maakt.
14. Indien zowel bij chronisch als niet-chronisch gebruik een geneesmiddel frequenter dan
eenmaal per vier weken aan verzekerde wordt afgeleverd, dan is er sprake van
weekuitgifte. Als de Zorgaanbieder frequenter dan eenmaal per week een
geneesmiddel aan de verzekerde aflevert, dan mag de Zorgaanbieder maximaal
eenmaal per week het tarief voor weekuitgifte (aflevering per week) bij de
Zorgverzekeraar declareren.
Artikel 5 Kwaliteitseisen en deskundigheid Zorgaanbieder
1. De Zorgaanbieder draagt er zorg voor dat de farmaceutische zorg in de apotheek wordt
verleend door (een) bevoegde apotheker(s) en bevoegde apothekersassistenten.
2. De professionele onafhankelijkheid van de (beherend) apotheker dient te zijn
gewaarborgd.
3. De Zorgaanbieder draagt er zorg voor dat zijn (hulp)personeel onder meer door
deelname aan deskundigheidsbevordering blijft beschikken over de kennis en kunde die
voor een goede verlening van de zorg noodzakelijk zijn.
4. Bij de uitvoering van deze overeenkomst neemt de Zorgaanbieder de Nederlandse
Apotheeknorm (NAN) zoals vastgesteld op de Algemene Vergadering van de KNMP d.d.
23 mei 2006 in acht, alsmede de op deze normen gebaseerde richtlijnen.
5. De Zorgaanbieder doet mee aan de jaarlijkse uitvraag van de kwaliteitsindicatoren
verzorgd door de Stichting Kwaliteitsindicatoren Farmacie (SKIF). De Zorgaanbieder
gebruikt de resultaten van deze rapportage ter verdere optimalisering van de kwaliteit
van zorg. Op verzoek van de Zorgverzekeraar levert de Zorgaanbieder aan de
Zorgverzekeraar de rapportage van de kwaliteitsindicatoren. De Zorgverzekeraar is
gerechtigd om de openbaar gestelde data van de SKIF te publiceren.
6. De Zorgaanbieder voldoet bij de dienstverlening in ieder geval aan het vergroten van de
therapietrouw zoals beschreven in de KNMP-richtlijn ‘Ter hand stellen’ 6 juni 2013. De
inspanningen omtrent het vergroten van therapietrouw worden door Zorgaanbieder
vastgelegd in het digitale patiëntendossier.
7. Indien de (beherend) apotheker is geschorst in de uitoefening van zijn bevoegdheid
meldt de Zorgaanbieder dit onverwijld aan de Zorgverzekeraar.
8. De Zorgaanbieder voert door middel van het laten invullen van de CQi-vragenlijst
farmacie een klantervaringsonderzoek bij minimaal 100 verzekerden van de
4
Zorgverzekeraar in de periode van 1 januari tot 1 juni 2014. De Zorgaanbieder huurt
een geaccrediteerd meetbureau met minimaal scope” B online”( B staat voor
“dataverzameling” ) in om het onderzoek te laten uitvoeren. De geaccrediteerde
meetorganisaties zijn te vinden op
www.centrumklantervaringzorg.nl/accreditatie/geaccrediteerde-bureaus.html
Voor het opstellen van de landelijke benchmark worden de data (anoniem)
doorgegeven door de B-online organisaties aan een A+ geaccrediteerd
onderzoeksbureau. Dit onderzoeksbureau schoont de data van alle apotheken, zorgt
voor de juiste case-mixcorrectie en stelt de benchmark op. De Zorgaanbieder geeft de
meetorganisatie akkoord voor het doorgeven van de gegevens aan Miletus. De
meetorganisatie dient er zorg voor te dragen dat dit conform de privacyregelgeving (zie
www.centrumklantervaringzorg.nl ) plaats heeft. De resultaten van de benchmark
worden teruggekoppeld aan de Zorgaanbieder en de Zorgverzekeraar. Op verzoek van
de Zorgverzekeraar levert de Zorgaanbieder aan de Zorgverzekeraar de rapportage van
het klantervaringsonderzoek. De Zorgverzekeraar is gerechtigd om de resultaten van
het klantervaringsonderzoek te publiceren.
Artikel 6 Farmacotherapeutisch overleg
De Zorgaanbieder zal in het kader van optimalisatie van de farmacotherapie de voorschrijvers
gevraagd en ongevraagd informeren en adviseren voor zover dat uit het oogpunt van een goede
beroepsuitoefening van hem kan worden gevergd. Tevens zal de Zorgaanbieder een
stimulerende inbreng hebben bij het tot stand komen van en zijn medewerking verlenen aan
gespreksgroepen over farmacotherapie (FTO).
Artikel 7 Voorwaarden waarneming
1. De Zorgaanbieder is verantwoordelijk voor de beschikbaarheid van farmaceutische zorg
waarvan de farmaceutische kwaliteit gewaarborgd is gedurende 24 uur en 7 dagen per
week.
2. Met betrekking tot de bereikbaarheid wordt ten minste voldaan aan de normen zoals
gesteld door de IGZ.
3. In het kader van de ANZ dienstverlening kan de Zorgaanbieder een schriftelijke
afspraak maken met een (dienst) apotheek waar hij de verzekerde naar verwijst onder
de voorwaarde dat de waarnemende apotheek bereikbaar moet zijn zoals gewoon is
voor huisartsgeneeskundige zorg. De Zorgaanbieder publiceert de hiervoor genoemde
afspraak op de website van de Zorgaanbieder en op een voor de verzekerde van
buitenaf waarneembare plaats op het praktijkadres.
4. De Zorgaanbieder draagt zorg voor waarneming ingeval de apotheker gedurende de
openingstijden van de apotheek niet bereikbaar/beschikbaar is.
5. Indien de waarneming langer duurt dan zes weken doet de Zorgaanbieder daarover
mededeling aan de Zorgverzekeraar onder vermelding van de vermoedelijke duur.
Hernieuwde mededeling is vereist, ingeval deze waarneming langer duurt dan
aanvankelijk opgegeven. De handelingen van de waarnemer worden beschouwd als de
handelingen verricht door de apotheker voor wie wordt waargenomen, los van de eigen
verantwoordelijkheid van de waarnemer.
6. In de situatie dat de Zorgaanbieder voorziet in waarneming als bedoeld in dit artikel,
zijn de afspraken die zijn vastgelegd in deze overeenkomst van overeenkomstige
toepassing voor de zorg die door de waarneming wordt geleverd.
5
Artikel 8 Voorwaarden praktijkvoering
1. Levering van geneesmiddelen geschiedt in de regel binnen 24 uur te rekenen vanaf het
tijdstip dat het voorschrift door de verzekerde of de voorschrijver aan de
Zorgaanbieder beschikbaar wordt gesteld.
2. De Zorgaanbieder stelt via zijn website op een voor de klant begrijpelijke wijze
informatie beschikbaar waaruit de werkwijze van de Zorgaanbieder blijkt. De
informatie wordt op de website van de Zorgaanbieder geplaatst zodat de verzekerde
hier op eenvoudige wijze kennis van kan nemen.
3. Geneesmiddelen worden op een wijze aan de klant beschikbaar gesteld, die voldoet
aan de eisen die daaraan in verband met de aard van de zorgverlening mogen worden
gesteld. De Zorgaanbieder neemt bij het beschikbaar stellen van de geneesmiddelen
alle mogelijke maatregelen ten behoeve van de privacybescherming van de verzekerde.
4. Gedurende de volledige openingstijd wordt aan de verzekerden de gelegenheid
geboden direct met de apotheker in contact te treden.
Artikel 9 Jaarplan/jaarverslag
1. In gebieden waar de Zorgverzekeraar de grootste zorgverzekeraar is dient de
Zorgaanbieder uiterlijk 1 juni van ieder jaar een adequaat en authentiek jaarverslag
over het voorafgaande jaar en een jaarplan voor het lopende jaar in bij de
Zorgverzekeraar.
2. Indien van toepassing dient de Zorgaanbieder het jaarplan en jaarverslag
in ieder geval ook digitaal in via [email protected]. Het verwijzen naar de
website van de Zorgaanbieder volstaat ook, mits het jaarplan/jaarverslag gedurende
het jaar openbaar is.
3. Het jaarplan en jaarverslag zijn die documenten als bedoeld in de Kwaliteitswet
Zorginstellingen. De inhoud van het jaarplan en het jaarverslag is gericht op
activiteiten met betrekking tot de kwaliteit van de zorgverlening en op het verbeteren
van doelmatig geneesmiddelgebruik, zowel gericht op de individuele patiënt als op de
apotheekpopulatie.
4. In gebieden waar de Zorgverzekeraar de grootste zorgverzekeraar is, dient de
Zorgaanbieder uiterlijk 1 juni het ‘Aandachtspuntenformulier Coöperatie VGZ voor
jaarplan/jaarverslag ingevuld te mailen naar [email protected]. Het formulier
staat uiterlijk per 1 maart 2014 op de website van VGZ:
www.vgz.nl/zorgverleners/zorgsoort/farmaceutische-zorg/actueel.
Artikel 10 Declareren
In aanvulling op de bepalingen uit de Algemene Voorwaarden Zorginkoop VGZ 2014 komen de
Zorgaanbieder en de Zorgverzekeraar met betrekking tot declaraties en betalingen het
volgende overeen.
1. Als de Zorgaanbieder de maandelijkse declaratie binnen de eerste 4 dagen van de
maand bij de Zorgverzekeraar indient, zal de Zorgverzekeraar uiterlijk de 20e van die
maand de declaratie aan de Zorgaanbieder betalen. Deze termijn geldt alleen indien de
declaratie de geautomatiseerde screening goed doorloopt. Is dit niet het geval dan
informeert de Zorgverzekeraar de Zorgaanbieder hierover via retourinformatie.
Declaraties ingediend na de 4e van enige maand worden betaald binnen 30 dagen.
2. Indien de Zorgverzekeraar een declaratie niet binnen de termijn als genoemd in lid 1
van dit artikel van de overeenkomst betaalt, zal de Zorgverzekeraar binnen die termijn
6
een voorschot betalen ter hoogte van 90% van het door de zorgaanbieder gedeclareerde
bedrag. De declaratie zal alsnog door de Zorgverzekeraar worden beoordeeld en
hetgeen meer of minder door de Zorgverzekeraar dient te worden betaald ten opzichte
van het verstrekte voorschot zal voor zover mogelijk worden verrekend met
toekomstige declaraties van de Zorgaanbieder.
3. De Zorgaanbieder zal declaraties farmacie gescheiden van declaraties van andere
leveringen maandelijks indienen.
4. Indien een geneesmiddel wordt afgeleverd dat door of namens de Zorgaanbieder is
bereid, dan wordt de samenstelling van deze bereiding altijd gespecificeerd in een
detailrecord. Dit detailrecord wordt samen met de declaratie bij de Zorgverzekeraar
ter beoordeling aangeboden, tenzij het magistrale product van de betreffende
leverancier is opgenomen in de G-standaard (uitgegeven door Z-Index B.V.). In dat
geval volstaat de vermelding van het betreffende Z-Index nummer.
5. Declareren onder een lokale code is niet toegestaan als de declaratie op de reguliere
weg mogelijk is. Indien bij controles op declaraties wordt vastgesteld dat ten onrechte
gebruik gemaakt wordt van een lokale code, wordt deze declaratieregel op de
declaratie in mindering gebracht. Ten behoeve van het declareren van geleverde zorg
mag slechts van zogenaamde lokale codes gebruik gemaakt worden voor zover
vastgesteld en uitgegeven door de Zorgverzekeraar.
6. Een afgeleverd geneesmiddel wordt slechts vergoed aan de Zorgaanbieder die in het
bezit is van het oorspronkelijke recept dat aan de wettelijke vereisten voldoet.
7. Indien een verzekerde op grond van zijn restitutiepolis gebruik wenst te maken van de
mogelijkheid om zelf de declaratie van de Zorgaanbieder te ontvangen, zal de
Zorgaanbieder op verzoek van de verzekerde hieraan zijn medewerking verlenen.
8. Onverminderd het in lid 9 van dit artikel bepaalde verleent de Zorgaanbieder de hulp –
voor zover sprake is van in de basisverzekering verzekerde zorg - zonder enige
bijbetaling van de verzekerden, behoudens voor zover bij of krachtens de vigerende
wetgeving en daarop gebaseerde verzekeringsvoorwaarden anders is bepaald.
9. De Zorgaanbieder draagt zorg voor het innen van de bijdrage die de verzekerde als
gevolg van het GVS moet betalen. Hiervan kan slechts worden afgeweken indien de
Zorgverzekeraar dit expliciet kenbaar heeft gemaakt aan de Zorgaanbieder, in welk
geval de Zorgaanbieder het volledige bedrag declareert bij de Zorgverzekeraar.
10. Op de declaratie die de Zorgaanbieder aan de Zorgverzekeraar verstrekt, is volgens de
overeenkomst de door de Zorgaanbieder te innen eigen bijdrage al in mindering
gebracht.
11. De Zorgaanbieder zal geneesmiddelen terhandstellen conform het voorschrift. Bij het
splitsen van het voorschrift in meerdere afleveringen mag in principe slechts éénmaal
door één Zorgaanbieder het terhandstellingstarief in rekening worden gebracht, met
uitzondering van de middelen bedoeld in artikel 4 lid 13.
12. Indien de activiteiten zoals vermeld onder prestatie ‘Terhandstelling URgeneesmiddelen’ zijn uitgevoerd maar dit weloverwogen niet heeft geleid tot het ter
hand stellen van het voorgeschreven UR-geneesmiddel dan wel het vervangen door een
ander geneesmiddel is deze prestatie uitsluitend declarabel via de EI-standaard
huisartsenzorg (HA304) dan wel EI-standaard overige sectoren (OS301). Zodra de nieuwe
versie van de AP standaard 304/305 wordt geïmplementeerd is deze prestatie ook via
deze standaard declarabel en mag de EI-standaard huisartsenzorg (HA304) dan wel EIstandaard overige sectoren (OS301) hiervoor niet meer gebruikt worden.
13. Indien meerdere facturen in één keer worden betaald wordt bij de betaling het
nummer van de uitkeringsspecificatie, als beschreven bij Betaal- en Retourinformatie,
vermeld.
14. Declaraties mogen uitsluitend betrekking hebben op zorg die feitelijk is geleverd.
7
Artikel 11 Duur van de overeenkomst
1. Deze overeenkomst is tussen de Zorgverzekeraar en de Zorgaanbieder van kracht vanaf
1 januari 2014 en is aangegaan voor een bepaalde termijn, te weten tot en met 31
december 2014 en wordt daarna telkens stilzwijgend verlengd voor de periode van één
jaar, tenzij de overeenkomst door één der partijen schriftelijk wordt opgezegd, waarbij
een opzeggingstermijn van 3 maanden voor het einde van de contractsperiode in acht
wordt genomen. Een eventuele opzegging dient gericht te zijn aan het adres genoemd
in de tenaamstelling van deze overeenkomst.
2. Door ondertekening van deze overeenkomst vervallen alle eerdere overeenkomsten
tussen partijen voor de levering van farmaceutische zorg.
Opgemaakt in tweevoud te Eindhoven d.d. <<datum>>
De Zorgverzekeraar,
De Zorgaanbieder
Johan van Zeelst
Manager Integrale Zorg
8