Actualia Jaarverslaggeving Vergadering Afdeling Oost Henk Verhoek RA 13 februari 2014 Agenda • Enkele NBA produkten • Discontinuïteit en de jaarrekening • Vastgoedbeleggingen en Herwaarderingsreserve (HWR) • RJ-Uiting 2014-01 PV DGA • Handboek Derivaten • Renteswaps 2 EMIR? 3 Enkele NBA produkten • Modelrapporten • CheckMate • Handboek Derivaten 4 Discontinuïteit en de jaarrekening Bronnen • • • • • • • • RJ-Ontwerp Richtlijn Art. 2:384 lid 3 BW RJ 160.206 RJ 170.204 t/m 207, 102a, 202 (Ontwerp) RJ 270.405 RJ 300.105 RJ 345.203 RJ Stramien par. 23 NBA guidance assurance: - NBA Alert 23 - NVCOS 570 5 Discontinuïteit en de jaarrekening Art. 2:384 lid 3 BW Bij de waardering van activa en passiva wordt uitgegaan van de veronderstelling dat het geheel der werkzaamheden van de RP waaraan die activa en passiva dienstbaar zijn wordt voortgezet, tenzij die veronderstelling onjuist is of aan gerede twijfel onderhevig is; alsdan wordt dit onder mededeling van de invloed op vermogen en resultaat in de toelichting uiteengezet. 6 Discontinuïteit en de jaarrekening RJ 170 • Ernstige onzekerheid cq discontinuïteit onontkoombaar • Ernstige onzekerheid = gerede twijfel • Onontkoombaar: – Geen medewerking van participanten, geen realistisch alternatief • Ernstige onzekerheid: – Jaarrekening obv continuïteitsgrondslagen – Een adequate toelichting is vereist 7 Discontinuïteit en de jaarrekening • Rechtspersonen voor bepaalde tijd (RJ 170,102a) Vs • Besluit tot liquidatie of beëindiging (RJ 170,203) 8 Discontinuïteit en de jaarrekening • • • • • • • • • Activering eigen goodwill? Activering van merkenrecht, klantenbestand? Vooruitbetaalde kosten? Gebeurtenissen na balansdatum? Afwaardering schulden? Herwaarderingsreserve? Vergelijkende cijfers? Presentatie en toelichtingseisen? Eindresultaat = liquidatiebalans 9 Vastgoedbeleggingen en HWR • RJ 213,504 (Ontwerp RL) • Geen afschrijvingen (RJ 213.503) • Desondanks twee opties HWR Voorbeeld: - AW actief € 100 - Levensduur 20 jaar, geen restwaarde - Actuele waarde na 10 jaar € 200 HWR na 10 jr optie 1 € 100 HWR na 10 jr optie 2 € 150 (aanbevolen) 10 RJ-Uiting 2014-01 PV DGA Waarderingsmethoden • A.Fiscale grondslagen - tbv aangifte vpb; • B.Commerciële grondslagen - cf Richtlijnen (RJ 271.318 / RJk B14.110); • C.Fiscaal commerciële grondslagen - tbv toets prijsgeven pensioenaanspraken (= koopsomtarief dat aan professionele verzekeraar betaald zou moeten worden) 11 RJ Uiting 2014-01 PV DGA • Voorbeeld DGA 55, partner 52, pensioenleeftijd 65, opbouw 2%, eindloonregeling; salaris 75.000 • • • • Fiscale voorziening Leeftijdsterugstellingen Rekenrente 3,5% ipv 4% Onvoorwaardelijke na-indexatie 410 60 75 p.m. • • • • • • • Commerciële voorziening Rekenrente 2% ipv 3,5% Voorwaardelijke na-indexatie Indexatie VPL Vooroverlijdensrisico Kostenopslag Fiscaal commerciële voorziening 545 200 300 90 30 20 1.185 12 RJ Uiting 2014-01 PV DGA Is niet van toepassing, indien gekozen is voor fiscale waarderingsgrondslagen cf art. 2:396 lid 6 BW 13 Handboek Derivaten Valutaderivaten • Spotkoers (FX spot rate) vs termijnkoers (FX forward rate) P21 • Valutatermijncontracten en valutaopties • Koersnoteringen, bv EUR/USD 1,2343 – Base en quoted currency obv afspraken P20 14 Handboek Derivaten Soorten valutarisico’s (vanaf P22) • • • • • Transactierisico Translatierisico Valutarisico=netto exposure x volatiliteit Contractexposure vs cashflowexposure Contractexposure – Offerte, order, factuur, betaling • Cashflowexposure – Continue kasstromen • Beleid mitigering valutarisico – – – – – Facturering in eigen valuta In- en verkopen in dezelfde vv Netting Valutatermijncontracten, ook wel termijnaffaire of FX forward genoemd Valutaopties (geen opportunity loss) 15 Handboek Derivaten Rentederivaten • Renteswaps (maar ook renteopties en caps) • Euribor als referentierente bij renteswaps P54 • Voorbeeld: – Lening tegen Euribor + 1,5% – Renteswap met vaste rente van 3% • Liquiditeitsopslag kan veranderen gedurende de looptijd P56 • Vervroegd aflossen P56 • Renteopties P60 • Caps (3 situaties) P61 • Floors P65 • Swaption P67 16 Handboek Derivaten Commodityderivaten • • • • Grondstoffen etc Swaps en opties ivm prijsrisico’s Contract- en cashflowexposures (P71) Bijvoorbeeld: – Graan 5.000 bushels – Aluminium HG metrische ton • C swaps vs C futures (P73) • Impact van verkeerde prognoses (beleid in treasury statuut) – Zie voorbeeld pagina 77 Handboek • C caps en C floors (P78) 17 Renteswaps Lening Lening met variabele rente • Een onderneming gaat op 1 jan 2008 een lening van € 100.000 aan met een variabele rente voor een termijn van 5 jaar bij een bank • De variabele rente op de lening is gelijk aan 1 jaars EURIBOR plus een opslag van 200bps (2%) • De EURIBOR bij aanvang van de lening is gelijk aan 5,0% • De rente op de lening wordt op jaarlijkse basis berekend en wordt jaarlijks herzien op 31 december op basis van de ‘nieuwe’ 1 jaars EURIBOR • De variabele lening wordt verwerkt tegen de geamortiseerde kostprijs • Aflossing op de lening geschiedt op 31 december 2012 Slide 18 Renteswaps Derivaat Renteswap Op 1 jan 2008 gaat de onderneming een renteswap aan waarbij de onderneming een vaste rente zal betalen in ruil voor het ontvangen van 1 jaars EURIBOR. Hiermee wordt het renterisico op de lening afgedekt: de variabele rente op de lening wordt omgeruild tegen vaste rente. Voorwaarden Renteswap: Nominaal bedrag: € 100.000 Aanvangsdatum: 1 januari 2008 Vervaldatum: 31 december 2012 Poot 1 (vast, te betalen): 5,5% Poot 2 (variabel, te ontvangen):1 jaars EURIBOR Herzien EURIBOR: 31 december Slide 19 Renteswaps Variabel rentende lening met renteswap Info • Balansdatum is 31 december Waarderingsgrondslagen Eerste verwerking • Tegen reële waarde op de balans Na eerste verwerking • De lening met variabele rente wordt verwerkt tegen geamortiseerde kostprijs • Het derivaat wordt verwerkt tegen (geamortiseerde) kostprijs Casus • Kostprijshedge-accounting wordt niet toegepast • Kostprijshedge-accounting wordt wel toegepast Slide 20 Renteswaps De renteswap heeft bij aanvang een reële waarde van 0. Datum 01 januari 2008 31 december 2008 31 december 2009 31 december 2010 31 december 2011 31 december 2012 EURIBOR 5,00% 4,13% 5,76% 6,57% 7,70% PM Reële waarde 4.958698 1.946 2.043 - Verandering reële waarde 4.9585.656 1.248 97 2.043- Vragen waar deze casus antwoord op zal geven • Wat zijn de boekingen voor de lening en de renteswap? • Wat zijn de boekingen bij toepassing van hedge accounting? • Wat gebeurt er wanneer de renteswap een negatieve marktwaarde heeft? Slide 21 Renteswaps Aangaan van swap en lening Uitwerking casus – Initiële verwerking van lening & renteswap Initieel gaat de onderneming een lening aan bij een bank, er wordt tevens een renteswap afgesloten bij de bank om het renterisico af te dekken. Kostprijs Bank 100,000 @ Lening 100,000 Kostprijs hedge accounting Zonder HA Bank 100,000 @ Lening Met HA 100,000 PM derivaat* PM derivaat* *De waarde van het derivaat bij aanvang is nul, dus geen kostprijsboeking; wel verwerken in de treasury administratie. *De waarde van het derivaat bij aanvang is nul, dus geen kostprijsboeking; wel verwerken in de treasury administratie. Slide 22 Renteswaps Eerste betaling + reset van de rente 31 december 2008 De onderneming betaalt op 31 december 2008 de rente over de lening en de swap. Daarnaast heeft de renteswap nu een negatieve reële waarde. Zonder HA Kostprijs Accrued interest lening Accrued interest swap @ Bank W&V kosten @ Derivaat 7,000 500 4,958 7,500 Kostprijs hedge accounting Accrued interest lening Accrued interest swap @ Bank 7,000 500 PM derivaat 4,958 Slide 23 Met HA 7,500 Dank voor uw aandacht
© Copyright 2024 ExpyDoc