1van3 T| "TT" GEMEENTE Hoorn Raadsfractie D66 t.a.v mevrouw Broerse en de heer Helling Afdeling Stadsontwikkeling Bureau Jeugd, Onderwijs en Samenleving Contactpersoon Telefoonnr. Email Uw kenmerk Uw brief d.d. Zaaknummer Bijlageln) Onderwerp R. Bruin 0229 - 252200 [email protected] 10-8-2014 1079949 Artikel 43-vragen RvO over maatregelen ebolavirus Hoorn, Q Z| S E P . 2 0 H Geachte mevrouw Broerse en heer Helling, Op 10 augustus 2 0 1 4 heeft u schriftelijke vragen gesteld over het ebolavirus. Alvorens een antwoord te geven op de door u gestelde vragen, zullen wij u enige informatie geven over het betreffende virus en maatregelen die tot dit moment landelijk en lokaal zijn genomen. Deze informatie is in overleg met de afdeling infectieziektebestrijding van de GGD Hollands Noorden opgesteld. Het ebolavirus Ebola is een zeldzame, ernstige ziekte met een vaak dodelijke afloop. De ziekte is alleen besmettelijk via direct lichamelijk contact met een ebolapatiënt, zijn/haar lichaamsvloeistoffen of door besmette dieren (bushmeat). Besmetting vindt niet plaats via hoesten of de lucht (zoals bij influenza) of via insecten. In de incubatietijd (maximaal 3 weken en meestal ongeveer 7 dagen) is men niet besmettelijk. Sinds februari 2 0 1 4 is er een ebola-uitbraak in Guinee, Sierra Leone en Liberia. In juli en augustus zijn ook enkele ebolapatiënten en -sterfgevallen in Nigeria en Congo gemeld. Op 8 augustus 2014 heeft de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) deze uitbraak uitgeroepen als een 'medische noodsituatie van internationale zorg'. Op 20 augustus waren er 2.473 bevestigde en verdachte gevallen gemeld, waarvan er 1.350 zijn overleden. Belangrijke redenen in het voortduren van deze uitbraak is het falen van adequate infectiepreventie maatregelen rond de zorg van een ebolapatiënt en bij begravingsrituelen. Maatregelen bij verdenking van Ebola Ebola is een groep-A meldingsplichtige infectieziekte, wat betekent dat al bij een vermoeden dit direct gemeld moet worden bij de GGD conform de Wet publieke gezondheid. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is bij een infectieziekte behorende tot groep A verantwoordelijk voor het beleid. De praktische uitwerking hiervan is een taak van het Centrum Infectieziektebestrijding (Clb, onderdeel van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM)). Zij coördineren de landelijke voorbereiding: afstemming, informatievoorziening etc. De GGD zorgt, in samenwerking met de GHOR en onder de verantwoordelijkheid van de Directeur Publieke Gezondheid, voor de verdere lokale uitwerking. Indien bij een patiënt het vermoeden is dat er sprake is van een ebolavirusinfectie dan is afzondering een eerste vereiste om het aantal contactpersonen niet groter te laten worden. Medische zorg zal in quarantaine verleend worden in één van de academische ziekenhuizen. Het vervoer van een (verdachte) ebolapatiënt geschiedt conform de daarvoor geldende protocollen. De GGD zal het contactonderzoek rond een ebolapatiënt uitvoeren. Alle contacten worden in kaart gebracht en ingedeeld in laag- en hoogrisicocontacten. Deze contacten dienen tweemaal daags de temperatuur bij henzelf op te nemen tot en met 21 dagen na het laatste contact met de ebolapatiënt of diens lichaamsvloeistoffen. Zij zijn verplicht dit steeds door te geven aan de GGD. Doel van deze monitoring is tijdig nieuwe secundaire ebolapatiënten te signaleren en het voorkomen van een uitbraak. Gemeente Hoorn Nieuwe Steen 1 Postbus 603 1620 AR Hoorn Tel 0229 252200 Fax 0 2 2 9 2 5 2 0 4 0 www.hoom.nl Geadresseerde Raadsfractie D66 Zaaknummer Onderwerp Artikel 43-vragen RvO over maatregelen Ebolavirus Datum 1079949 2 v a n 3 Inschatting van de risico's De kans dat er een ebolapatiënt in Nederland komt is zeer klein. Er zijn weinig toeristen of reizigers die naar de getroffen landen gaan. Bovendien worden reizigers geïnformeerd over de risico's en wordt hen geadviseerd welke maatregelen zij moeten treffen. Vanuit luchthaven Schiphol is er enkel een directe vlucht naar Nigeria, daarom wordt hier extra informatie gegeven en extra gecontroleerd bij terugkerende reizigers op mogelijke ziekte. Indien een toerist of reiziger in een van de betreffende landen (of buurlanden) is geweest dient deze ook nog eens contact te hebben gehad met een ebolapatiënt of diens lichaamsvloeistoffen. Die kans is zeer minimaal. Al met al zijn de risico's op een ebolapatiënt in Nederland of West-Europa zeer gering. Toch dient men alert te zijn. Daarom zijn inwoners, huisartsen, GGD'en, hulpverleners in ziekenhuizen, ambulancemedewerkers, etcetera vanuit landelijke kanalen geïnformeerd over protocollen, symptomen, maatregelen en dergelijke. Wij gaan er van uit dat we met bovenstaande al veel hebben kunnen verduidelijken, maar zullen u nu een antwoord geven op de gestelde vragen, waarbij wij indien relevant naar de eerder genoemde informatie zullen verwijzen. 1. Hoe schat uw college en de regionale GGD de situatie in voor onze regio? Uit navraag bij de GGD en op grond van landelijk verspreide informatie is de kans voor Nederland en onze regio zeer klein te noemen. Het aantal toeristen of reizigers naar de betreffende regio is klein en men dient ook nog eens contact te hebben gehad met een ebolapatiënt. Dat risico is gering. Ook de Europese Commissie heeft uitgesproken dat het risico op Ebola in de EU-lidstaten klein is. Het college van B&W sluit zich bij bovenstaande aan. Indien er een verdacht geval in Nederland, de regio West-Friesland of de gemeente Hoorn is, zal er volgens de landelijk vastgestelde protocollen gewerkt worden, waardoor het risico op verspreiding wordt geminimaliseerd. 2. Is er überhaupt overleg met de GGD Hollands Noorden over de situatie rond het ebolavirus en welke beleidslijn wordt gehanteerd in de regio? Er is tot het moment dat uw fractie de schriftelijke vragen heeft gesteld geen contact geweest met de GGD Hollands Noorden. Dit omdat de risico's voor Nederland en onze regio zeer klein zijn. In geval van een ziekte als mazelen of grote aantallen zieke kinderen na een bezoek aan een zwemvijver is de GGD coördinator van de meldingen en heeft de GGD contact met de gemeenten op bestuurlijk en ambtelijk niveau. In het geval van Ebola, een groep-A meldingsplichtige infectieziekte, is het ministerie van VWS verantwoordelijk, gelden landelijke protocollen en lopen meldingen en informatiestromen via het RIVM. 3. Zijn er maatregelen op komst die liggen in de lijn van algemene publieksvoorlichting (de eerste stap) en wellicht ook preventieve maatregelen (vervolgstap)? Vanuit de landelijke kanalen zoals pers, het ministerie en het RIVM worden inwoners in algemene zin geïnformeerd over het ebolavirus, zoals de ontwikkeling of verspreiding, de risico's en symptomen. Reizigers worden door de verschillende loketten van advies en voorzorgsmaatregelen voorzien en op luchthaven Schiphol is ook extra aandacht. Huisartsen, artsen in ziekenhuizen, hulpverleners, ambulancepersoneel en dergelijke zijn en worden ook continu geïnformeerd, zodat men Ebola kan herkennen en weet hoe te handelen. Voor publieksvoorlichting over maatregelen in Nederland is op dit moment geen noodzaak. De kans dat er een ebolapatiënt in Nederland of West-Europa komt is zeer klein en de kans op verspreiding is ook minimaal. Aanvullende preventieve maatregelen zijn op dit moment ook niet noodzakelijk. 4. Hoe wordt daarbij om gegaan met specifieke risicogroepen en beroepsgroepen die bovengemiddeld risico lopen? Gemeente Hoorn Nieuwe Steen 1 Postbus 603 1620 AR Hoorn Tel 0229 252200 Fax 0229 2 5 2 0 4 0 www.hoom.nl Geadresseerde Raadsfractie D66 Zaaknummer Onderwerp Artikel 43-vragen RvO over maatregelen Ebolavirus Datum 1079949 3»an3 We kunnen het hierbij in eerste instantie hebben over reizigers van en naar de getroffen gebieden. Zoals eerder gezegd is dit een zeer kleine groep en is het zeer onwaarschijnlijk dat deze mensen met een ebolapatiënt in aanraking komen. Een beroepsgroep die bovengemiddeld risico loopt zou de hulpverlening kunnen zijn, die in direct contact staat met een (mogelijke) ebolapatiënt in Nederland en Nederlandse hulpverleners die in de getroffen gebieden werken, maar hier zijn uiteraard protocollen voor. Ambulancepersoneel en artsen die Ebola kunnen vermoeden bij een patiënt of een patiënt moeten vervoeren zijn ook geïnformeerd. Voor hen gelden in een daadwerkelijk geval van Ebola uiteraard ook protocollen. 5. Mocht zich in de nabije toekomst een patiënt melden, waarbij het vermoeden bestaat dat de persoon besmet is met het ebolavirus, liggen er dan protocollen klaar over wie wat moet doen (GGD, WFG, gemeente Hoorn, huisarts e.d.) in relatie tot zaken als: communicatie, isolatie, behandeling en voorkoming verdere verspreiding? Zoals u hierboven heeft kunnen lezen gelden er landelijke richtlijnen ten aanzien van de bovengenoemde zaken. Wij gaan ervan uit dat we in deze brief voldoende duidelijk hebben gemaakt dat men voldoende is voorbereid op een mogelijke ebolabesmetting in Nederland of onze regio. Met vriendelijke groet, burgemeester en wethouders van Hoorn de secretaris Gemeente Hoorn Nieuwe Steen 1 Postbus 603 1620 AR Hoorn Tel 0 2 2 9 252200 Fax 0229 252040 www.hoom.nl